Vergadering m Woensdag 28 Augustus 1940.
112 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 7 Augustus 1940.
De heer Posthuma had liever een royalere verbetering
gezien. Spr. vindt den gevel zeer leelijk, maar kan er
wel geheel naast zijn; over de schoonheid valt overigens
niet te twisten.
Willen B. en W. den ruimten, zooals die op dat wel
heel kleine schetsje zijn ingedeeld beneden twee kan
toorlokaaltjes en boven drie nog kleinere, een bepaalde
bestemming gegeven Of zijn zij slechts als reserve
bedoeld
Er zou wel iets voor te zeggen zijn dit voorstel terug
te nemen, om te laten berekenen wat een geheele ver
betering kost, die ook het aanzicht van het gebouw zal
verfraaien en het verkeer op den hoek van de Weerd
ten goede komt. Als er een dergelijke berekening is,
waren dan misschien de kosten zeer hoog, zoodat
B. en W. daarvoor terugdeinsden
Spr. neemt aan, dat men het gebouw zal moeten be
houden om het voor allerlei doeleinden te gebruiken,
maar deze vrij hooge uitgave van 13.000. wettigt
toch wel de vraag, of er. met een niet te groote ver
hooging, niet meer van te maken is.
De heer J. de Boer (weth.) antwoordt, dat B. en W.
geen andere opdracht van den Raad hebben ontvangen
dan hetgeen zij nu voorstellen. Bij de begrooting was
slechts vernieuwing van het dak en de centrale ver
warming voorgesteld, maar toen is in den Raad gezegd:
is het niet gewenscht, het gebouw maar dadelijk wat
meer te verbeteren? B. en W. hebben toen opgemerkt,
dat de voorgestelde verbetering slechts als eerste ter
mijn van restauratie diende te worden beschouwd. De
Raad wenschte evenwel een verbetering ineens en daar
mede hebben B. en W. genoegen genomen. Zij hebben
een plan tot verbetering toegezegd, maar dat beteekende
niet, dat men het geheele pand zou amoveeren en een
geheel nieuw gebouw zou stichten. Dat heeft nooit in
de bedoeling gelegen en in dien geest heeft de Raad
zich ook niet uitgesproken.
Men zou er niet aan denken den ouden gevel te
veranderen. Iets nieuws kan echter wel mooi zijn, maar
deze oude gevel doet het heel goed aan het plein. Het
is een typisch oud geveltje.
De heer Rom Colthoff: Een pakhuisgevel
De heer J. de Boer (weth.): Er zijn, architectonisch
gesproken, inderdaad zeer mooie pakhuizen. In Amster
dam zijn pakhuizen met prachtige gevels, die zeer be
wonderd worden.
De heer Rom Colthoff: Maar die staan niet op den
Dam
De heer J. de Boer (weth.): Op den Dam staat mis
schien wel iets, dat minder goed is dan dit geveltje.
Spr. heeft ook met Gem.werken over dien gevel gespro
ken en de meening van B. en W. werd daar door men-
schen, die wel eenigen kijk op architectuur hebben, vol
ledig beaamd. Spr. vermoedt, dat ook de Schoonheids-
comm. zou oordeelen, dat men er niets aan moet veran
deren. Er zal slechts hersteld worden wat niet meer in
orde is.
Het gaat er om, aan de Secretarie wat meer kantoor
ruimte toe te voegen, waaraan vooral in dezen tijd be
hoefte bestaat, in verband met de huisvesting van het
bureau voor kostwinnersvergoeding, het Leermiddelen-
bureau en den Luchtbeschermingsdienst. En spr. kan
niet inzien, dat men, vooral van dezen laatsten, spoedig
af zal zijn. Vroeger waren in dit gebouw reeds crisis
instanties gevestigd en later zal het vrij zeker weer voor
iets anders noodig zijn; inderdaad is wel eenige reserve
gewenscht. Het is dan ook van groot belang, den ver
bouw spoedig ter hand te nemen.
De centrale verwarming de heer Rom Colthoff
heeft er zelf destijds op gewezen is lang niet in orde;
het dak is zeer slecht en in de kelderverdieping is het
ook zeer „unheimisch"; deze kan benut worden voor de
centrale verwarming en ook voor berging, b.v. van den
voorraad van het Leermiddelenbureau.
Een eerste schets van Gem.werken is met den
Secretaris besproken, daarna in onderling overleg ge
wijzigd en ten slotte is de onderhavige plattegrond aan
B. en W. voorgelegd.
Aan Gem.werken is geen opdracht tot een plan voor
algeheele vernieuwing gegeven, omdat het daar niet
over ging en zulks thans ook niet noodig is.
Het voorstel van B. en W. wordt met 21 tegen 5
stemmen, die van de heeren Balk en Westra, mevr.
Van DijkSmit en de heeren Rom Colthoff en Buiël,
aangenomen.
Punt 8. Met alg. stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van B. en W.
Hierna sluit de Voorzitter de vergadering.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 28 Augustus 1940. 113
Aanwezig 20 leden. Afwezig de heeren Algera,
Buiël, Bueving, mevr. BusscherSjerp en de heeren
Van Eyck van Heslinga, Feddema, Meek, Van der
Schoot en Westra.
Voorzitterde heer Jhr. Mr. J. M. van Beijma,
Burgemeester.
Te behandelen punten
1Mededeelingen en rapporten.
2. Benoeming van een lid der Commissie voor de
Strafverordeningen (vacature-Sterringa)
3. Alsvoren van een lid van de Commissie van Be
heer over het Stads Ziekenhuis wegens periodieke af
treding van mevr. S. H. W. de GrootKuilart (bijlage
no. 89).
4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
het verleenen van eervol ontslag aan H. de Boer als
leeraar aan het Gymnasium (bijlage no. 80).
5. Alsvoren tot voorloopige vaststelling van de
kosten van het openbaar lager onderwijs over 1939
ingevolge art. 55fer der Lager-onderwijswet 1920 (bij
lage no. 82).
6. Alsvoren tot het verstrekken van gelden aan de
Leeuwarder Schoolvereeniging voor het aanschaffen
van nieuwe leermethoden voor hare school Raadhuis
plein no. 25 (bijlage no. 83).
7. Alsvoren in zake verhaal van de couponbelasting
op de opbrengst der voor die heffing in aanmerking
komende geldleeningen (bijlage no. 84).
8. Alsvoren tot financiering van de bouwkosten der
75 gemeentewoningen aan de Insulindestraat en, in
verband daarmede, tot wijziging van de begrootingen
van de gemeente en het Gem. Woningbedrijf, dienst
1940 (bijlage no. 85).
9. Alsvoren tot wijziging van de begrootingen van
het Gem. Woningbedrijf, van het Grondbedrijf en der
Gemeente, dienst 1940, in verband met de financiering
van de grond- en bouwvoorschotten betreffende den
bouw der 101 woningen aan den Hollanderdijk en der
56 woningen aan het Mariahof (bijlage no. 87).
10. Alsvoren in zake herziening van de voorschot
ten, voor woningbouw verstrekt uit een leening met het
Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds, en, in verband
daarmede, tot wijziging van de begrootingen van de
Gemeente en van het Gem. Woningbedrijf, dienst 1940
(bijlage no. 86).
11. Voorstel van de Commissie voor de Strafver
ordeningen tot wijziging van artikel 36 der Algemeene
Politieverordening, betreffende het oplaten van vliegers
(bijlage no. 88).
12. Voorstel van den Burgemeester tot bekrachti
ging van door hem ingevolge art. 220 der Gemeentewet
uitgevaardigde algemeene voorschriften van politie be
treffende den verkoop, enz. van vuurwerk en het ge
bruik van spijs-automaten (bijlage no. 81).
13. Onderzoek van den geloofsbrief van het nieuw
benoemde lid van den Gemeenteraad, den heer M. H.
Geerts.
Punt 1. Wordt medegedeeld
a. dat Ged. Staten hebben goedgekeurd de Raads
besluiten van 17 Juli 1940 tot wijziging van de begroo
tingen, dienst 1940, van het Openb. Slachthuis, Gem.
werken en de Gemeente en tot verlenging van den
termijn van ontruiming van onbewoonbaarverklaarde
woningen
b. schrijven van den Voorzitter van het Centr.
Stembureau voor de verkiezing van leden van den
Gemeenteraad, houdende mededeeling van de benoe
ming van den heer M. H. Geerts tot lid van den
Gemeenteraad
c. proces-verbaal van de opneming van kas en
boeken van den Gemeente-Ontvanger
d. rapport omtrent de kasopneming van het Gem.
Woningbedrijf.
Voor kennisgeving aangenomen.
e. adres van J. C. van Vliet e.a., houdende be
zwaren tegen het sluiten van spijs-automaten gedurende
den nacht.
Te behandelen bij punt 12 der agenda.
Punt 2.
De heeren Van der Meulen en Balk vormen het stem
bureau.
Benoemd wordt de heer P. A. Koopal met 13 stem
men (de heer J. Th. H. Buiël 2 stemmen en 5 bilj.
blanco).
Punt 3. De aanbeveling van B. en W. luidt
1mevr. S. H. W. de GrootKuilart
2. mej. Mr. T. A. Poelstra.
Benoemd wordt mevr. De GrootKuilart met 19
stemmen (mej. Poelstra 1 stem).
Punten 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10 en 11 (bijl. nos. 80. 82, 83, 84,
85, 87, 86 en 88).
Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig
de voorstellen van B. en W.
Punt 12 (bijl. no. 81).
De heer Wiersma merkt op, dat uit de stukken blijkt,
dat de openbare orde in de omgeving van bepaalde
automaten reeds herhaaldelijk is verstoord wat de
automaathouders, blijkens hun adres, zelf toegeven
en dat de ordeverstoringen toenemen, mede als gevolg
van het sterk toegenomen cafébezoek in den laatsten
tijd. Ook de openbare dronkenschap neemt zeer toe.
„De verduistering begunstigde nog de late kroegbe
zoekers, die zich dikwijls in grooten getale bij de auto
maten ophielden en daar door hun gebral en vechtpar
tijen de orde en de nachtrust verstoorden", aldus het
politierapport.
Spr. c.s. meenen ook, dat er maatregelen getroffen
moeten worden, maar reeds vóór dezen tijd was er in
dezen sprake van verstoring der nachtrust. Verschil
lende burgers, die in den omtrek van automaten wonen,
hebben klachten geuit, evenals de bezettingsautoriteiten.
Het rapport wijst er voorts op, dat het gewelddadig
optreden der politie gevaar oplevert voor de bona fide
bezoekers en leden van de bezettingsmacht, die zich bij
de automaten kunnen bevinden.
Adressanten dringen aan op verscherpt politietoe
zicht, doch de Comm. van Pol. zegt terecht, dat het
gedurig posten bij de automaten een vermindering aan
politietoezicht voor de stad zou meebrengen, terwijl dit
toezicht in verband met de verduisteringsmaatregelen
juist zeer noodig is, zoodat een verscherpt toezicht op
de automaten de taak der politie zeer zou verzwaren
en ieder weet, dat die tegenwoordig reeds zwaar ge
noeg is.
Uit een en ander blijkt wel, dat, wat indertijd, toen
de automaten algemeen begonnen te worden, van zekere
zijde is gevreesd, nl. dat de automaten op zeker deel
van het publiek een degenereerende werking zouden
hebben, juist is. Bovendien is de Gem. Reiniging iederen
morgen genoodzaakt den rommel bij de automaten op
te ruimen.
Spr. noemt het adres bijzonder zwak. De uren van
11 uur nam. tot 1 uur voorm. leveren voor adressanten
de grootste voordeelen en het eenige argument is dus,
dat zij door den voorgestelden maatregel eenige schade
zullen ondervinden. Spr. is het eens met den Comm.
van Pol., dat het niet qaat ter wille van enkele inge
zetenen, die schade zullen lijden, de burgerij meer ge
varen te laten loopen en haar hinder te veroorzaken, en
vooral in dezen tijd met zijn vele bijzondere maatregelen,
moet dit belang zeer sterk spreken.
De Comm. v. Pol. maakt melding van een schrijven
van den Commissaris der provincie Friesland, waarin
deze aandringt op sluiting van de automaten om 10 uur
nam. en ook spr. c.s. zouden om al de genoemde redenen
in het algemeen het sluitingsuur voor automaten liever