138 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 17 December 1940. Punt 25 (bijl. nos. 117, 118 en 126). De Voorzitter vraagt, of het niet mogelijk is geen alg. beschouwingen te houden. Politieke beschouwingen zijn toch uitgesloten en financieele voor een deel ook; gezien de besluiten van den Rijkscommissaris i.z. de belastingen staan de financiën nu toch geheel op losse schroeven. Blijft over op bepaalde onderdeelen iets al gemeens te zeggen; dit zou men kunnen doen, als een dergelijk punt aan de orde is. Daar heeft spr. geen be zwaar tegen. Misschien ware op die wijze de begroo- tingsbehandeling te bekorten. De heer Posthuma zou graag alg. beschouwingen willen houden. Deze gelegenheid is maar eens per jaar en men kan dan in het algemeen iets zeggen, wat bij de punten niet zoo gemakkelijk gaat. Spr. gelooft niet, dat de door den Voorzitter voorgestelde behandelings wijze de vergadering veel zal bekorten. Integendeel, het zou veel vlugger gaan, als wèl alg. beschouwingen ge houden worden. Spr. zal daarvan een zeer sober gebruik maken. De heer Praamsma c.s. sluiten zich gaarne aan bij het idee van den Voorzitter. Ook zij meenen, dat er dit jaar weinig aanleiding is alg. beschouwingen te houden, te minder nu de Voorzitter heeft toegezegd, dat er bij de volgnos. gelegenheid zal zijn in het algemeen een op merking te maken. De heer Van der Meulen zegt. dat zijn fractie zich met het voorstel van den Voorzitter kan vereenigen. Het is eigenlijk al min of meer tusschen verschillende Raadsleden afgesproken, geen alg. beschouwingen te houden. De heer Posthuma weet niets van die afspraak. De heer Van der Meulen: Het was min of meer een afspraak tusschen sommige leden. De heer Molenaar: Het is in de Secties gezegd. Aan de orde is de ontwerp-begrooting van GEMEENTEWERKEN. De heer Posthuma wil deze gelegenheid gaarne be nutten om enkele algemeene opmerkingen te maken. Hij uit zijn grooten dank en waardeering voor het werk, door Gem.werken verricht; ook dankt hij den Burgemeester, het College, de ambtenaren en de vele burgers, die den laatsten tijd uitnemend en belangeloos hebben medegeholpen om hier verschillende bezigheden vlot te doen verloopen. Spr. stelt het op prijs, dat der gelijke uitspraken uit den Raad komen, opdat B. en W. weten, hoe de Raadsleden er over denken. Wat Gem.werken betreft, moet spr. allereerst dank en waardeering betuigen voor het vele, de laatste jaren tot stand gekomen; de verbetering van wegen, de prach tige bruggen, b.v. aan het Vliet en bij de Beurs, ver bouw van het Gymnasium en het bijna gereedgekomen Wilhelminaplein. Het is goed eens uit te spreken, dat dit werk hoogelijk wordt gewaardeerd, omdat de prac- tijk steeds weer bewijst, dat Gem.werken in zoo uitne mende handen is. Dit is een pluimpje, waarin uiteraard ook de weth. van O.W. deelt. Toch heeft spr. nog enkele wenschen. Hoe komt het met den Groninger- straatweg? Het is bekend, dat dit een jarenlange ge schiedenis is en ook, dat het Rijk meermalen heeft toe gezegd, aan verbetering te zullen medewerken. Meer malen ook heeft de Raad met groote belangstelling plannen tegemoet gezien en nu zijn deze er nog niet. Spr. zou het zeer op prijs stellen, als B. en W. hierover iets zouden willen mededeelen. Ook over de saneering van de Weerklank verneemt spr. graag iets. De Raad wordt wel gehoord, als een huisje genaast moet worden, maar verder heeft hij geen overzicht. De ellendige woningen daar moeten snel ver dwijnen, om in het centrum der stad een zuiverder toe stand te krijgen. De Gem. badinrichting brengt spr. speciaal onder de aandacht van B. en W. Dit punt is al eerder behandeld, nadat de Raad verschillende stukken er over had gezien. waaruit deze weet. dat tal van menschen groote belang stelling voor heropening van die inrichting hebben. Spr. had graag, dat B. en W. verklaren, of zij daartoe een middel zien, althans zoeken. De volksgezondheid immers is er mee gemoeid. De bediening van de badinrichting was den laatsten tijd buitengewoon correct. Als gere gelde bezoeker weet spr., dat een dergelijke inrichting werkelijk in een groote behoefte voorziet. In het algemeen uit hij den wensch, dat er verruiming van werkgelegenheid komt. Het is bekend, dat de werk loosheid thans niet zoo groot is tengevolge van het vliegveld. Hebben B. en W. echter al iets gedaan om werkgelegenheid te kunnen scheppen, als straks zij. die nu aan het vliegveld werken, weer werkloos zijn De heer Hooiring is dankbaar voor het antwoord in de Mem. v. A. i.z. de saneering van de Weerklank, dat B. en W. stappen zullen doen bij de eigenaars tot af stand van de woningen. Mochten deze, na overleg, niet bereid zijn tot afstand, laten B. en W. dan pogen tot onteigening over te gaan. Ieder, die den toestand in de Weerklank kent, weet, dat deze onhoudbaar is en geen week langer mag duren dan noodig is. Wanneer de gemeente daar een woning heeft aangekocht en Gem. werken zal haar afbreken, dan is dat intusschen reeds gedaan. Wat den woningbouw betreft, sluit spr. zich aan bij den heer Praamsma. Uit het overgelegde rapport blijkt, dat er een schromelijk gebrek aan arbeiderswoningen is. Hij hoopt, dat het feit, dat het College dit vraagstuk ernstig zal nagaan, er toe zal leiden, dat het binnen niet te langen tijd een voorstel zal doen. De heer Meek sluit zich, mede namens zijn fractie, aan bij hen, die hun erkentelijkheid jegens B. en W. uitten voor het vele en, in het bijzonder in de afgeloopen periode, moeizame werk, dat zij ter behartiging der gemeentebelangen hebben verricht en nog verrichten. Tevens zijn zij erkentelijk voor hetgeen de ambtenaren en anderen uit hoofde van hun werkkring daarvoor doen. Ook spr. c.s. meenen, dat de alg. beschouwingen van klein formaat moeten zijn. Toch willen zij er, mede n.a.v. de Mem. v. A., op wijzen, dat de prijzen, ook van het levensonderhoud, die niet mochten worden ver hoogd, toch sedert Augustus 1939 zijn gestegen en na Mei 1940 weer belangrijk omhoog zijn gegaan, waarom spr. den vertegenwoordiger van het College in het Cen traal Overleg gaarne in overweging geeft deze omstan digheid als reden voor loonsverhooging te bepleiten. Spr. vestigt voorts de aandacht op het tekort aan arbeiderswoningen; de particuliere bouwnijverheid is vanwege de tijdsomstandigheden, juist wat den bouw van deze categorie betreft, zeer gehandicapt. In verband hiermee dringen spr. c.s. aan op spoedige saneering van de Weerklank. Spr. vraagt, gezien het werkloosheidsvraagstuk, plan nen gereed te maken voor den aanleg van havens aan het groote kanaal en andere nuttige objecten en voorts een onderzoek in te stellen naar de zoo noodige centrale rioleering. Zoodra de tijdsomstandigheden daartoe noodzaken, moeten deze werken ten spoedigste aange vat kunnen worden. Zoo verheugt het spr. ook, dat thans een memoriepost voor den Groningerstraatweg is uitgetrokken; hij meent hieruit te mogen afleiden, dat de uitvoering volgend jaar ter hand genomen zal worden. Met instemming nam spr.'s fractie voorts kennis van den postwederinstelling van een cursus voor opleiding van onderwijzeressen aan bewaarscholen. De post: Onderhoud straten en pleinen, is, naar spr. vreest, aan den lagen kant, mede in verband met het feit, dat aan het asfalt van den Stationsweg groote ge breken ontstaan. De heer Feitsma sluit zich aan bij de verschillende leden, die het, volgens het Sectieverslag, uit een oog punt van werkverruiming ten zeerste gewenscht achten, met de uitvoering van buitengewone werken in versneld Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 17 December 1940. 139 tempo voort te gaan. Hij c.s. meenen, dat het met het oog op de te verwachten schaarschte en prijsstijging een daad van wijs beleid zou zijn, hiervoor de noodige voorzieningen te treffen. Gezien de bijzondere omstandigheden, dringen zij aan op het scheppen van werkgelegenheid, ten eerste, opdat de arbeiders in eigen omgeving werk kunnen vinden en ten tweede, opdat uitstel niet tot afstel zal kunnen leiden wegens het ontbreken van goede grondstoffen of we gens abnormaal hooge prijzen. Daarom verzoeken spr. c.s. B. en W. zoo veel en zoo spoedig mogelijk de in uitzicht gestelde werken uit te voeren en een grondig onderzoek in te stellen naar den toestand van straten en pleinen welke dringend verbetering behoeven. B. en W. zeggen te zullen doen wat met het oog op de ramin gen toelaatbaar is, m.a.w., zij willen niet verder gaan dan zij bij de begrooting hebben voorgesteld. Spr. c.s. gelooven echter, dat dit thans niet voldoende is, waarom zij aandringen op meer werkverruiming dan B. en W. van plan zijn. De heer Molenaar wil, nu er in het algemeen opmer kingen zijn gemaakt, niet zwijgen. Hij sluit zich aan bij hen, die waardeering hadden voor de voortvarendheid, waarmede B. en W„ en ook de ambtenaren in het al gemeen, in het bijzonder in dezen moeilijken tijd, de gemeentebelangen hebben behartigd. Er is gepleit voor woningbouw en het uitvoeren van openbare werken in versneld tempo. Voorts is gespro ken over de bestratingen en daarbij is gevraagd naar den staat van vervloeringen. opdat daaruit geconclu deerd kunne worden, dat het uitgetrokken bedrag te laag is. Andere tijden brengen andere geluiden mee Het verheugt spr., thans uit den Raad klanken te ver nemen, welke hij c.s. reeds jaren hebben doen hooren, n.l., dat het op den duur voor de bestrating onhoudbaar is, als het gewone jaarlijksche onderhoud geregeld wordt beknot en er niet wordt gedaan wat noodig is. Dit wreekt zich waarschijnlijk nu wat sterker dan misschien anders het geval zou zijn, waar het stemt tot groote vol doening, dat thans in den Raad aan alle kanten wordt aangedrongen dezen post niet te „schriel" te behan delen. In de Mem. v. A. verklaarden B. en W., dat, als zou blijken, dat deze post te laag was, zij niet zouden schromen op credietverhooging aan te dringen, waar mede spr. tevreden is. Wat de Gem. badinrichting betreft, sluit spr. zich voorshands graag aan bij de vorige sprekers; hij c.s. zullen bij den betrekkelijken post nadere voorstellen doen. Het verheugt spr., dat de verbetering van den Gro ningerstraatweg thans komt in een stadium, dat ver wacht mag worden, dat zij binnen niet te langen tijd aan de orde zal komen. Daarom verheugt het spr. ook, dat de Raad heeft besloten een nieuw administratiege bouw op den hoek van den Groningerstraatweg-Bleek- laan te bouwen, waardoor de onhoudbare toestand van dien weg nog meer in het oog zal loopen. Hij vertrouwt, dat B. en W. niets zullen nalaten om deze wegverbe- tering, tevens werkverruiming, zoo spoedig mogelijk te doen uitvoeren. De heer Praamsma meende, dat er geen alg. beschou wingen zouden worden gehouden. Hij had bij enkele volgnos. iets willen opmerken, wat hij nu direct zal doen. Spr. c.s. hebben op hun aandringen i.z. saneering van de Weerklank reeds eenige malen toezegging gekregen ook nu weer dat het streven van B. en W. op bespoediging hiervan gericht blijft. Dat is hun te vaag; met het oog op de materialenpositie en de kosten in de toekomst zijn spr. c.s. daarop niet erg gerust en zij vragen een positiever toezegging. Er is reeds een tekort op de woningmarkt, in het bij zonder aan arbeiderswoningen, en als bij verbetering van den Groningerstraatweg een 60-tal woningen weg gebroken moet worden, zal er een ernstig tekort ont staan. B. en W. willen de mogelijkheden tot bouw van arbeiderswoningen nagaan. Dit is spr. best, als het maar op korten termijn is. Hij c.s. hebben in de Secties aangedrongen op uitvoering van werk in versneld tem po en op een forscher aanpakken van hetgeen de ge meente thans kan doen, ook wat het onderhoudswerk, enz. betreft en verdere werken, onder toezicht der ge meente staande. Dit beteekent niet, dat B. en W. of de ambtenaren het niet druk genoeg hebben; als B. en W. om dergelijke werken snel tot uitvoering te brengen meer personeel bij Gem.werken moeten aanstellen, juichen spr. c.s. dat zeer toe. Voorts vestigt spr. de aandacht op den toestand achter de Oldehove. Dat betreft niet de toegangswegen naar het parkeerterrein, zooals in het Sectierapport staat, maar de „gribus" bij het terrein aan den Boter hoek, waar huizen weggebroken zijn. Het is daar erger dan in de Weerklank en hij beveelt dit in de speciale aandacht van B. en W. aan. Persoonlijk heeft spr. er aan gedacht, dat dit terrein zou kunnen dienen voor parkeerplaats van de auto's, welke nu bij de Bleeklaan gestald worden, zoodat een centralisatie van parkeer- gelegenheden ontstaat, met een verbetering van de toegangswegen daarheen, en hij zou daartoe graag medewerken. Dat B. en W. in de Mem. v. A. zeggen, dat de ver betering van den Dokkumertrekweg enz. in de naaste toekomst ter hand zal worden genomen, nemen spr. c.s. ernstig en zij vertrouwen, dat B. en W. in die rich ting al het mogelijke zullen doen. Zooals spr. reeds releveerde, is Gemeentewerken overbelast. Is het ook mogelijk, dat door het aanstellen van technisch personeel óf door het geven van op drachten aan een particulieren architect de uit te voeren werken sneller worden voorbereid en uitgevoerd I.z. den postonderhoud van straten en pleinen, hadden spr. c.s. een specificatie gevraagd. Hoewel een dergelijke lijst vorige jaren steeds werd overlegd, achten B. en W. zulks, blijkens de Mem. v. A„ dit jaar niet noodig. Deze post is zonder nadere gegevens niet te beoordeelen. Toch kunnen spr. c.s. wel ongeveer hun standpunt bepalen aan de hand van de gegevens van het vorige jaar. De Raad zal zich herinneren, dat toen een groot aantal van de op de lijst vermelde straten niet verbeterd kon worden, wilde men binnen de ge stelde limiet blijven. Uit de rekening 1939 bleek, dat men 7000.onder die limiet is gebleven, doordat vele straten niet zijn verbeterd. Die 7000.is gebruikt als vooruitbetaling voor de vernieuwing van het Wilhel minaplein. Als men dus weet, dat die 7000.<minder zijn besteed aan straten en pleinen, er indertijd al een lijst van bestratingen was, welke niet voor verbetering in aanmerking konden komen, voorts gelet op den strengen winter 1939/40 en op het verkeer, dat de stra ten dit jaar hebben moeten verduren, dan is dat vol doende om te weten, dat het gevoteerde bedrag zeer zeker te laag zal zijn. En wie bij regen op de asfalt straten rijdt en zich houdt aan de regels van het ver keer, rijdt geregeld in het water. In de asfaltstraten, ook in de Westerpijp, zitten groote dwarsscheuren deze straten zijn hoogstnoodig aan onderhoud toe. Worden de noodige herstellingen thans niet uitgevoerd, dan komt men het volgende jaar aan tweemaal zooveel vernieuwing toe. De heer Molenaar was dankbaar, maar tevens ver wonderd over de klanken, welke hij hier thans van spr. hoorde. Spr. c.s. zijn steeds realiteitsmenschen geweest. Indertijd hebben zij de straten èn alle andere objecten, ook op goede gronden, beoordeeld naar den toestand waarin zij verkeerden èn in verband met de toen be staande omstandigheden. Ook nu wordt dezelfde maat staf aangelegd in verband met geheel gewijzigde om standigheden. Dat behoeft den heer Molenaar niet te verwonderen. Wie de zaak in haar geheel beziet, kan niet anders dan met werkelijkheidszin dit standpunt innemen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1940 | | pagina 5