Vergadering van Maandag 26 Aug. 1946. I 2. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het lverleenen van eervol ontslag aan C. A. Reinberger als [leeraar aan de Gemeentelijke Middelbare Avondhan- delsschool (bijlage no. 59). 48 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 7 Augustus 1946. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Maandag 26 Augustus 1946. 49 zijn fractie te spreken het voorstel maar introk. (De heer Posthuma: Ik heb gezegd: namens vele leden). De tweede manier, door den heer Posthuma minder elegant gevonden, is: het voorstel van B. en W. aannemen en de zaak bij de begrooting nog eens in behandeling brengen. Het betreft hier eigenlijk twee kwesties, die door elkaar heenloopen. De raad doet, als hij progressie wenscht, een voorstel omtrent het principe, het college van B. en W., om practisch resultaat te verkrijgen, slechts een voorstel omtrent het tarief der verordening. Spr. stelt voor de discussies te sluiten en wacht af, of hem uit den raad eenig voorstel bereikt. Hij schorst daartoe om 8.50 uur de vergadering. Om 8.55 uur wordt de vergadering voortgezet. De heer Posthuma dient, mede namens den heer J. K. Dijkstra, het volgende voorstel in: „De raad, gehoord de besprekingen omtrent punt 6 van de agenda, noodigt B. en W. uit het hun nerzijds bij dit punt ingediende voorstel terug te nemen, naar de mogelijkheid eener progressieve belastingheffing een nader onderzoek te doen in stellen en den raad te zijner tijd met het resultaat hiervan in kennis te stellen." Het voorstel-Posthuma wordt aangenomen met 14 tegen 8 stemmen, die van de heeren Witteveen, Wes- tra, Wiersma, Beeksma, Zijlstra en Schootstra, mevr. Van Dijk Smit en den heer L. v. d. Meer. De Voorzitter zegt, dat B. en W. hun voorstel thans terugnemen en zich omtrent het tweede deel van het voorstel-Posthuma nader zullen beraden. Punt 7. De heer L. van der Meer wil ten eerste graag weten, waarom de vaststelling van rekeningen over 1943 eerst in 1946 plaats heeft. Deze vraag geldt ook agendapunt 9. Verslagen i.z. controle door het Verificatiebureau dragen het jaartal 1944. Ten tweede vraagt spr., waar om hier nog slechts sprake is van een voorloopige vast stelling. Wanneer volgt dan de definitieve? De Voorzitter zegt, dat de heer V. d. Meer hem voor een moeilijke vraag stelt. Dat de vaststelling van de rekeningen ongeveer 2 jaar te laat plaats heeft, houdt blijkbaar verband met technische bezwaren, als het te laat binnenkomen van betalingen, waardoor de reke ningen niet afgesloten konden worden. Men doet dat altijd voor alle bedrijven tegelijk. Gewoonlijk worden de rekeningen op de helft van het jaar, volgende op dat, waarover ze loopen, afgesloten. In dit geval zou dit dus op de helft van 1944 moeten hebben plaats ge had. Allerlei omstandigheden tijdens de bezetting heb ben in dezen echter haar invloed doen gevoelen. Het is spr. bekend, dat de termijn voor afsluiting telkens onder goedkeuring van ged. staten is verlengd, In Mei 1945 zijn de rekeningen opgemaakt; na het opmaken der rekeningen moeten deze evenwel nog van verschillende kanten bekeken worden. Waar echter precies de oorzaak van de vertraging ligt, kan spr. niet uitmaken. De raad begrijpt voorts wel, dat het college, dat in April 1945 tot stand kwam, ook niet precies heeft nagegaan, hoe het met al die oude diensten stond. De rekeningen moeten den raad nu echter wel aangeboden worden. Op de vraag, waarom hier slechts sprake is van een voorloopige vaststelling, antwoordt spr., dat de defini tieve vaststelling niet door den raad, doch door ged. staten geschiedt. Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. De wethouders onthouden zich van stemmen. Punt 8. Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punt 9. De heer F. van der Meer rapporteert, dat de Com missie, belast met het onderzoek der gemeenterekt ning, op 30 Juli j.l. deze rekening, dienst 1943, alsmede de daarbij overgelegde bescheiden, heeft onderzocht en dat deze haar geen aanleiding heeft gegeven tot het maken van op- of aanmerkingen, weshalve zij den raad voor stelt te besluiten: de ontvangsten en uitgaven van de vorenvermelde rekening voorloopig vast te stellen: de uitgaven van den gewonen dienst op 6.979.585,91 de ontvangsten van den gewonen dienst op6.856.426.47 en alzoo het nadeelig slot van den ge wonen dienst op 123.162,47 de ontvangsten van den kapitaaldienst op7.149.280,72 de uitgaven van den kapitaaldienst op 6.987.294,72 en alzoo het batig slot van den kapitaal dienst op161.986,- De Voorzitter dankt den heer V. d. Meer voor het uitgebrachte rapport. Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. De wethouders onthouden zich van stemmen. Te 9.10 uur sluit de Voorzitter de vergadering- Aanwezig 29 leden. Afwezig de heeren Beekhuis, K, Dijkstra en De Vries. Voorzitter: de heer Mr. A. A. M. van der Meulen, lurgemeester. Te behandelen punten: 1. Mededeelingen en rapporten. 3. Alsvoren tot het verleenen van eervol ontslag Lu K. Elzinga te Wirdum, als lid van de Commissie [tot Wering van Schoolverzuim (bijlage no. 58). 4. Alsvoren tot het verleenen van eervol ontslag ban J. J. Krips, als onderwijzer aan gemeenteschool no. H (bijlage no. 60). 5. Benoeming van tijdelijke leeraressen in de Fran- ische taal- en letterkunde en in de Engelsche taal- en letterkunde aan de Middelbare School en H.B.S. voor ■Meisjes (bijlage no. 61). I 6. Alsvoren van tijdelijk onderwijzend personeel voor het schooljaar 1946/'47 aan de Lagere Avondhan- Melsschool (bijlage no. 62). 7. Onderzoek van de geloofsbrieven van de be noemde leden van den nieuwen gemeenteraad. bunt 1. Wordt medegedeeld: a. dat ged. staten de ontvangst hebben bericht van een afschrift van het besluit tot vaststelling eener ver ordening houdende wijziging van de Verordening hou dende bepalingen in het belang van een juiste verdee- Bing van de beschikbare woonruimte in de gemeente (Leeuwarden; b. besluit van den Minister van Binnenlandsche Zaken tot toekenning van een tijdelijke overbruggings toelage aan de burgemeesters; c. schrijven van de Kamer van Koophandel en Fa- brieker houdende mededeeling, dat hun inziens geen termen aanwezig zijn om de sluiting van bepaalde cate- goriën van winkels naar den Zaterdagmiddag over te (brengen; d. schrijven van mevr. G. den HoutingVan Ha- selen, houdende bericht dat zij de benoeming tot lid van pet Bestuur van de Gem. Instelling voor Maatschap pelijk Hulpbetoon aanneemt; e. besluiten van den Voorzitter van het Centraal (Stembureau, waarbij wegens niet aanneming der be noeming door de heeren Mr. J. Algera en P. Feddema, itot leden van den raad dezer gemeente zijn benoemd verklaard resp. de heeren J. van der Schaaf en H. Rijp- ma Voor kennisgeving aangenomen. 'unten 2, 3 en 4. Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig 'de voorstellen van B. en W. Punt 5. De aanbevelingen van B. en W. luiden als volgt: tijdelijk leerares Fransch: mej. S. Roelofs te Groningen; tijdelijk leerares Engelsch: mej. A. de Froe te Amstelveen. De heeren Van Dijk en Veenstra vormen het stem bureau. Benoemd worden: sub a. mej. S. Roelofs met alg. stemmen; sub b. mej. A. de Froe met 28 stemmen (1 bilj. blanco). Punt 6. De aanbevelingen van B. en W. luiden als volgt: a. directeur; M. Steunebrink; b. leeraren in Nederlandsch: J. G. Groothoff en R. van der Noord; c. leeraren in Duitsch: C. Vermeer en H. Smedes; d. leeraren in Engelsch: M. Steunebrink en P. Brommer; e. leeraren in boekhouden, handelsrekenen en han delsrecht: H. Valkema en J. H. de Jager. Benoemd worden: sub a. M. Steunebrink; sub b. J. G. Groothoff en R. van der Noord; sub c. C. Vermeer en H. Smedes; sub d. M. Steunebrink en P. Brommer; sub e. H. Valkema en J. H. de Jager, allen met alg. stemmen. Punt 7. Mevr. Van Dijk—Smit is genoodzaakt in haar laatste vergadering nog het woord te voeren. Zij heeft ont dekt. dat het bij de geloofsbrieven van 35 personen met 5 niet zoo is als het moet zijn. Zoo had de heer Stobbe de verklaring van aanneming van de benoeming nog niet geteekend. Is dat intusschen misschien geschied? De Voorzitter wijst op het artikel uit het reglement van orde voor den gemeenteraad betreffende het on derzoek der geloofsbrieven, luidende „Na ontvangst van de stukken stelt de Voorzitter ze met alle verdere betrekkelijk de verkiezing ingekomen stukken ten spoe digste in handen van een door hem te benoemen com missie, die daarover in de eerstvolgende vergadering van den raad verslag doet. Spr. stelt daarom mevr. Van Dijk voor het verslag van de commissie af te wachten. Mochten er daarna nog vragen overblijven, dan is hij gaarne bereid haar gelegenheid te geven ze naar voren te brengen. De heer Wiersma rapporteert namens de commissie, belast geweest met het onderzoek van de geloofsbrieven en bestaande uit de heeren Bos, Kamstra en Wiersma, dat de geloofsbrieven met bijbehoorende stukken in orde zijn bevonden. Wel zijn in enkele namen vrij ge ringe afwijkingen geconstateerd, doch de commissie acht deze na onderzoek niet van overwegend bezwaar, waarom zij den raad adviseert de nieuwe benoemde leden als lid van den raad toe te laten. De Voorzitter dankt voor het uitgebrachte rapport. Mevr. Van Dijk—Smit herhaalt haar vraag of de heer Stobbe de verklaring al geteekend heeft. De Voorzitter zegt, dat dat niet noodig is. Het in zenden van den geloofsbrief binnen den gestelden ter mijn is krachtens de wet voldoende. Art. 15 der ge meentewet bevat de bepaling, dat inzending van den geloofsbrief, met inachtneming van het bepaalde bij art. 18 der wet, aangemerkt wordt als mededeeling van aanneming der benoeming. Mevr. Van DijkSmit vindt het toch niet correct voor een overheidslichaam. Wat betreft de namenkwestie: zij wil de personen niet in het geding brengen, maar van de 33 namen zijn er wel 4 verkeerd, hetgeen door de commissie is ontdekt. Spr. vraagt zich af, of er niet eerder een fout begaan is, haar dunkt al bij de inzending der candida- tenlijsten. Toen had het aan het licht moeten komen en had men moeten zeggen, dat die personen niet be staan. De betreffende candidatenlijsten hadden niet mogen worden goedgekeurd. De Voorzitter merkt op, dat hier een punt ter sprake wordt gebracht, dat niet meer ter discussie van den raad staat. Het hoofdstembureau heeft in dezen uit spraak gedaan. Het heeft de candidatenlijsten en het resultaat der stemming vastgesteld.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1946 | | pagina 1