1 ergadering van Woensdag 30 Aug. 1950 Verslag van de handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 30 Augustus 1950. 1 Aanwezig: 28 leden. Afwezig: de heren Heijstra. Slaterus en V. d. Veen, mevr. VondelingVan 't Hof en de heren V. d. Wal, A. Witteveen en D. Witteveen. Voorzitter: de heer Mr. A. A. M. van der Meulen, b ïrgemeester. Te behandelen punten: 1. Vaststelling van de notulen van de raadsverga deringen van 17 Mei, 7 en 28 Juni en 19 Juli 1950. 2. Mededelingen. 3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het verlenen van eervol ontslag aan Th. van Huystee, als leraar aan het gymnasium (bijlage no. 140). 4. Alsvoren tot verkoop aan de provincie van bouw terrein, gelegen aan de Franklinstraat (bijlage no. 139). 5. Alsvoren tot verkoop aan de N.V. Motorwalsen- bedrijf van industrieterrein aan de Snekertrekweg (bij lage no. 144). 6. Alsvoren om over te gaan tot een minnelijke schikking tussen de familie L. Cohen en de gemeente in het geschil aangaande het perceel Raadhuisplein no. 32 (bijlage no. 151). 7. Prae-advies van Burgemeester en WTthouders op de verzoeken van mevr. K. BruinsmaVisser, alhier, Ier van A. van Hoek te Whrdum, om een tegemoetko- ming in de vervoerskosten, bedoeld in artikel 13 der L 9.-wet 1920 (bijlage no. 142). 8. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot beschikbaarstelling van gelden aan het bestuur der R K. Schoolvereniging, alhier, voor de aanschaffing van leerboeken ten behoeve van de school voor gewoon lager onderwijs Speelmansstraat no. 1 (bijlage no. 143). 9. Alsvoren tot het garanderen van door de N.V. Bouwkas Noord-Nederlandse Gemeenten aan F. Wit voet, G. Tippersma, G. Visser, S. J Nottelman en Th. ILooijenga ten behoeve van woningbouw te verstrekken g ldleningen (bijlagen nos. 146, 147, 148, 149 en 150). 10. Alsvoren tot wijziging van de gemeentebegro- ting, dienst 1950, in verband met de doortrekking van de Robert Kochstraat (bijlage no. 152). 1. Alsvoren om voor het tweede halfjaar 1950 door te aan met de kwartaalsgewijze uitkering aan een deel vai het personeel in gemeentedienst (bijlage no. 141). 12. Alsvoren tot het treffen van maatregelen betref- ende diverse belastingverordeningen in verband met het vervallen van de bezettingsregelen (bijlage no. 145). De Voorzitter opent de vergadering met de volgende rede: Runes en Heren, meen bij de opening van deze vergadering even stil te moeten staan bij de restauratie van deze raadzaal, die bijna haar beslag heeft gekregen. Aldus handel ik min of meer in de trant van de geschiedenis van deze zaal. De eerste steenlegging vond n.l. met grote plech tigheid plaats op 12 Augustus 1760 in naam van Prins Willem V n in tegenwoordigheid van Prinses Maria Louisa van Hessen-Kassei. 1 hebt allen de raadzaal, zoals zij voor de restauratie was, gekend en weet dus, dat de vloer bedekt was met een tapijt, dat tot op de draad was versleten, ja, erger nog, waarvan bij ontvangsten de gaten met andere ta pijten moesten worden bedekt. J ziet, dames en heren, dat het oude tapijt vervangen is ioor een nieuw muisgrijs vast kleed. De betimmering van de wanden was bedekt met ten dikke laag donker vernis. Dat vernis is met bijzon der grote moeite geheel verwijderd. Het hout is in de blanke was gezet. De scheuren en andere beschadigin gen aan deze betimmering zijn zoveel mogelijk hersteld. Het fraai gestucadoorde plafond vertoonde bescha digingen door lekkage. Ook daarvan heeft herstelling plaats gehad. De ramen aan de Zuidzijde zijn niet oorspronkelijk. Het heeft dan ook een punt van overweging uitgemaakt, of ze ook verwijderd moesten worden en of de wand in oude trant diende te worden hersteld. Daarbij be stond echter een te groot risico, dat de zaal te donker zou worden. De ramen zijn echter vernieuwd en in de bovenlichten zijn snijramen aangebracht overeenkomstig de snijramen aan de bovenkant van de Noordelijke ramen. De schoorsteenornamenten zijn hersteld. In de schouw zijn antieke witte tegels aangebracht; ook is er een vuurhaard, volgens ontwerp van de dienst van Ge meentewerken, geplaatst. De kroon, die U altijd op de Nieuwe Zaal hebt ge kend, is hier opgehangen. En terecht, want dit is de oorspronkelijke kroon, die altijd in de raadzaal heeft gehangen, totdat ze werd vervangen door de vroegere koperen kroon, die niet in de stijl van de raadzaal paste. De oude tafels en stoelen pasten ook niet in de stijl van de zaal. U weet, dat ze ook versleten en verkleurd waren. Het was hoog tijd, dat ze door betere werden vervangen. U ziet, ze zijn door andere vervangen. Wij hopen en vertrouwen, dat ook deze maatregelen Uw aller goedkeuring wegdragen. De lompe balustrade, die vroeger de afscheiding vormde tussen het gedeelte voor de raad en het gedeelte voor het publiek, is vervangen door een balustrade van elegantere vorm, die ook beter past in de stijl van deze zaal. Helaas zijn nog een paar dingen afwezig, n.l. het ta pijt, dat gemaakt wordt voor het middengedeelte van de zaal en dat nu voorlopig vervangen is door een ander. Er zal een tapijt komen, waarin het Leeuwarder wapen ook in de kleuren van dit wapen is ge weven. Ook de stoelen voor de pers en het publiek zijn helaas nog niet gereed gekomen. De genoemde herstellingen en veranderingen zijn de belangrijkste, die hebben plaats gehad. Zij zijn uitge voerd onder de leiding van het bedrijf der Gemeente werken. Niet alleen de directeur van Gemeentewerken, maar ook de architect, de heer Zuidema, de technische hoofdambtenaar, de heer Oosterhoff, en verder ook het lagere personeel hebben in de afgelopen maanden met bijzonder veel zorg en bijzonder veel toewijding hun medewerking verleend en ik geloof, dat het thans hier de tijd en de plaats is om voor die bijzondere zorg en voor die bijzondere toewijding woorden van lof en grote dank aan hun adres uit te spreken. Daarnaast wil ik dank brengen aan de particuliere firma s, die ook deel hebben gehad in het bereiken van het resultaat, dat U thans voor U ziet. Dames en Heren, ik heb in het begin even aange roerd de eerste steenlegging voor deze zaal in het jaar 1760. De toenmalige presiderende burgemeester, Mr. Willem Coulon, heeft daarbij aan het adres van Prinses Maria Louisa een toespraak gehouden, waaruit ik U graag enkele passages zou willen voorlezen. Hij heeft toen o.m. gezegd: „Alleen staat my nog aan te merken, dat de Ma gistraat en Vroedschap zig van tyd tot tyd ook zon derling bevlytigd hebben, om de inwooninge alhier voor een ieder, zo veel mogelyk, aangenaamer en behaaglyker te doen voorkomen. Dit is de reden der verbetering hunner publique Gebouwen en openbare wandel plaatzen. Hoe zeer nu ook Leeuwarden in korte Jaaren, ten dezen opzigte, in uiterlyke fraayheid hebbe toege nomen, is van zeiven zigtbaar: En als men daar uit een gunstig besluit van der Ingezetenen bloeystand

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1950 | | pagina 1