Lo
Ve slag van de handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 20 December 1950. 17
Te 14 uur wordt de vergadering heropend.
De begrotingen van het Gemeentelijk Electriciteit-
,bed if, de Gemeente Gasfabriek, het Gemeentelijk
Grc dbedrijf en het Gemeentelijk Woningbedrijf wor-
den z.h.st. aangenomen.
Aan de orde is de begroting van de Gemeente'
I reiniging.
Dt deer Slaterus herinnert aan de klacht over ratten
In an de Lekkumerweg, die in het sectierapport tot uit-
■iruk >ig komt en waarbij de vraag wordt gesteld, ol
I v laag veroorzaakt wordt door de verzakte rio-
I ing. B. en W. geven zeer diplomatiek ten antwoord,
van een verzakte gemeentelijke riolering niets
t is. Spr. vraagt nu, of het ook mogelijk is, dat
e i arzakte particuliere riolering de oorzaak is en zo
j. of hier dan ook een taak ligt voor Bouw- en Wo
ningtoezicht.
I De heer Witteveen (weth.) zegt, dat dit euvel eigen-
li c aan beide rioleringen te wijten is, mede aan de
m nder juiste riolering van particuliere woningen, ook
doordat deze voor een groot deel nog uitlozing hebben
in sloten. Deze sloten zijn vaak particulier bezit, in ieder
geval voor de helft. Ze zijn ten zeerste verontreinigd
en een voedingsbodem voor ratten. Vanwege de Ge
meentereiniging is men met de bestrijding bezig, maar
dit is niet een radicale oplossing. Men moet komen tot
een grondige schoonmaak van de verzakte riolering.
Aan een verder doorgevoerde riolering zitten haken en
ogen. Dit geval heeft de volle aandacht en voor zover
mogelijk zullen maatregelen worden getroffen.
■De begroting wordt z.h.st. aangenomen.
■De begrotingen van Gemeentewerken en het Open
baar Slachthuis worden z.h.st. aangenomen,
!»Aan de orde is de Gemeentebegroting.
Uitgaven.
Volgno. 44. Reclamef 2.500,
De heer Pols heeft over dit onderwerp bij de vorige
begrotingsbehandeling al iets gezegd en ook vanmorgen
is er hier al over gesproken.
Ook in de loop van het jaar heeft spr. er al eens iets
over gezegd, eigenlijk met weinig succes. Hij acht dit
punt echter van een dermate groot belang, dat hij er
voor zal blijven pleiten; hij vindt het niet alleen zo ont
zettend belangrijk voor onze stad, maar ook voor de
gehele provincie. Het behoeft toch geen nader betoog,
dat industrialisatie noodzakelijk is. Spr. is blij, dat hij
van verschillende fractievoorzitters heeft mogen horen,
dat men ook in hun kring dit belang wel aanvoelt. Hij
is van mening, dat men, om dit te bevorderen, eigenlijk
niets mag of niets moet nalaten, daar men nooit te veel
kan doen, vooral voor onze provincie Friesland en voor
het noorden in het bijzonder.
°Spr. vindt het een tragisch verschijnsel het zal alle
raadsleden wel bekend zijn dat onze provincie in
1949 relatief de meeste emigranten heeft opgeleverd.
Hij zal slechts enkele cijfers noemen. Op de 100 emi
granten waren er 33 uit Friesland, 17 uit Noord-Hol
land, 15 uit Zuid-Holland en 20 uit Groningen. Fries
land ligt dus, wat dat betreft, aan de kop. Dit vindt
misschien ook zijn oorzaak in de verder doorgevoerde
mechanisatie van onze landbouw, waardoor daar ook
steeds minder arbeiders ondergebracht kunnen worden,
maar het is ook een bewijs, dat gebieden, waar men
over meer industrie beschikt en waar men misschien
gelukkiger is in het aantrekken van nieuwe industrieën,
altijd nog de mogelijkheid hebben om arbeiders aan te
trekken.
Nu heeft ons land industrie en gelukkig ook breidt
deze zich in verschillende plaatsen uit. Er worden
nieuwe industrieën gevestigd. Met steun van de re
gering. die dit probleem ook wel aanvoelt, wordt alles
gedaan om tot uitbreiding der industrie te komen. Als
spr. in dezen speciaal voor Leeuwarden een lans breekt,
dan doet hij dat, omdat men, zoals een der heren deze
morgen heeft gezegd, moet vechten om ook een stuk
van deze koek te krijgen en dit is niet alleen in het be
lang van Leeuwarden, maar ook van de provincie. Nu
mag men wel zegqen. dat de provincie in dit opzicht
niet stilzit; men kan daarvan zo langzamerhand de
resultaten gelukkig ook wel bemerken. Immers er is -
dat heeft spr. verleden jaar ook betoogd in Friesland
een industrieschap. Hij is het volkomen eens met wat de
wethouder daarvan verleden jaar bij de begroting heeft
gezegd: daar horen wij feitelijk niet bij. Spr. is ook van
mening, dat wij als stad niet passen in dit industrieschap.
Maar dit houdt onmiddellijk in, dat Leeuwarden, dat
heel veel mogelijkheden biedt, naast de taak, die het
industrieschap heeft en de actie, die dit ontplooit, een
zekere activiteit zal moeten ontwikkelen, om indus
trieën naar zich toe te trekken.
Spr. wil Drachten en ook de provincie van harte
geluk wensen met de vestiging van een afdeling der
Philips-fabrieken. Als men eenmaal begint, trekt men
ook meer industrieën aan. Het lijkt wel. of van Drach
ten de victorie zal beginnen. Spr. hoopt, dat men succes
mag hebben. Hij denkt aan een uitspraak van de wet
houder verleden jaar: een goed achterland is voor een
hoofdstad ook van belang. Wat Drachten betreft, zou
hij de wethouder niet kunnen volgen. De afzuiging van
onze provincie door Groningen begint zich steeds meer
te doen gelden. Nu wil hij hier niet beweren, dat hij
critiek heeft op het beleid van B. en W. Maar toen
vanmorgen een der heren mededeelde, dat men in zijn
fractie geen critiek had, omdat men wist, dat B. en W.
zeer veel deden in dezen, heeft hij zich toch afgevraagd,
of men daar gerust op mag zijn; hij ziet het althans niet.
Waar men ook komt in het land en spr. is zo ge
lukkig, dat hij nog al eens reist steeds blijkt, dat
Leeuwarden niet voldoende reclame in het land heeft
gemaakt, niet die aandacht op zich heeft gevestigd, die
nodig is. Daarom moet Leeuwarden proberen zich t.a.v.
de industrie bekend te maken. Als spr. aan directies van
bedrijven, die zich in andere plaatsen vestigen, de vraag
stelt: waarom niet in het noorden, dan wordt met de
schouders getrokken en dan blijkt, dat men daar niet
aan heeft gedacht. Spr. vindt dat jammer. Het ligt vol
gens hem wat de reclame betreft, aan de gemeente.
Men moet in dezen iets meer op de trom slaan, om
resultaat te bereiken. Toen spr. laatst van Den Haag
naar Leeuwarden reisde, vond hij in de coupé een
Rotterdamse krant en daarin stond met vette letters:
..Zwolle begint een nieuwe actie". Hierop volgde een
heel artikel, maar het viel allemaal nogal mee. Alleen
het feit. dat men in de grote pers kan lezen, dat men
iets gaat doen, wekt de belangstelling van de indus
triëlen, zodat dezen, als zij plannen hebben tot uit
breiding, ook denken aan de plaats, waarover zij iets
hebben gelezen. Spr. gelooft niet, dat alleen reclame,
zoals tot nog toe gevoerd men heeft van de Voor
zitter gehoord, dat uit deze post het vorige jaar ook een
bijdrage is verstrekt aan V.V.V. voor de uitgave van
een folder succes zal hebben wat het aantrekken van
industrie betreft.
Hij wil hetzelfde zeggen als verleden jaar: er zullen
hier direct geen grote industrieën komen. Men moet
hier geen lopende-band-industrieën hebben, maar wei
zodanige, die aansluiten op deze plaats, op de plaatse
lijke werkloosheid, op de gehele bevolking.
Hij meent, dat men hier een fris geluid moet laten
horen, om te kunnen meespelen in den lande naast an
dere plaatsen, waar men wel industrieën kan aantrek
ken. Hij is niet helemaal tevreden; er moet meer actie