10 i 25.000,In de begroting is de opbrengst van het vastrecht geraamd op 190.000,De verhoging per eenheid bedraagt twee/derde gedeelte van het oor spronkelijke bedrag (van I'0,72 tot 1' 1,20). De meer dere opbrengst moet dus op twee/derde van f90 000. is i' 60.000, worden gesteld. Dit bedrag zal waarschijn lijk niet helemaal bereikt worden en om enige speling te krijgen, wil spr. daarom dit eijler met f 5.000,- vermimleren. Dan blijft nog een hogere opbrengst van i* 55.000.- Nu is toestemming gevraagd tot verhoging van het vastrechttariel' tot i 1,20 per eenheid op grond van en met gebruikmaking van de in de raadsbrief genoem de cjjters. Wanneer het bedrag van f25.000,— de be slissing op deze aanvrage heelt beïnvloed, dan is de toestemming verkregen door een te pessimistische voorstelling van zaken. Het ruimte-dubbeltariei' was voorheen zeer ge schikt en voordelig, speciaal ook voor kleine bedrij ven en winkeliers, maar zo langzamerhand heelt het veel van zijn aantrekkelijkheid verloren. Spr. moet dan ook concluderen, dat hij het met de voorgestelde maatregelen ten opzichte van dit tarief niet met het college eens is. Voor het overige kan hij met het voor stel meegaan, ook wat betreft de meterliuren. Tenslotte dankt hij het college voor de zeer uit voerige toelichting, die hem in staat heelt gesteld in de korte tijd, die ter beschikking stond, er toch nog uit te komen. De heer Pols merkt op, dat na punt 18, waarbij de raad het voorstel van B. en W. heelt aangenomen omdat de raadsleden hebben gevoeld, dat het niet anders kon, natuurlijk punt 19 komt. Bij punt 18 is de regeling van de struominkoop vastgelegd en bij punt 19 komt de verkoop ter sprake. Spr. is het helemaal met de heer De Jong eens. Ook hij is dankbaar voor de uitvoerige uiteenzetting., vant er staan zeer merkwaardige dingen in, waarop spr. speciaal even wil wijzen. Plotseling zijn van regeringswege nieuwe richtlijnen gegeven. Afschrij ving op basis van de vervangingswaarde wordt nood zakelijk genoemd. Het is merkwaardig, dat de rege ring hier niet een jaar geleden mee kwam. Wanneer deze afschrijving ook in het vrije bedriji meer toe gepast had mogen worden, had het bedriji sloven zich rustiger kunnen ontwikkelen. Dit geldt ook voor overheidsbedrijven, in het bijzonder de nutsbedrijven. Speciaal voor bedrijven, die zich snel ontwikkelen, is afschrijving op basis van vervangingswaarde een levensnoodzaak in verband met de financiering. Voor overheidslichamen ligt de financieringskwestie iets anders. Men wil nu door verhoging van de tarieven komen tot lager verbruik. Zo langzamerhand heelt men echter kunnen leren, dat dit niet het middel is. Spr. voorziet, dat deze verhoging tot nieuwe spanningen zal voeren en uiteindelijk geen vermindering van verbruik met zich zal brengen. Nederland vraagt immers om meer industrialisatie, om meer werk te krijgen, maar daarvoor is energie nodig en dus meer stroom. Spr. acht daarom de redenering van de re gering zeer opmerkelijk, daarbij toegevende, dat het beoordelen van de juistheid van een te voeren ta rievenpolitiek, mede in verband met de onderlinge verhoudingen, voor de raadsleden uitermate moeilijk is en met het bestuderen der stukken alleen komen zij er niet uit. Mogelijk zou in dit soort gevallen een mondelinge voorlichting kunnen worden gegeven. Spr. herinnert in verband hiermee aan de in de sectic- vergadering voor de laatste begroting hieromtrent gestelde vraag, die hij thans herhaalt: is het niet mogelijk, dat de raad speciaal over dit soort zaken een uiteenzetting krijgt van de directeur van het be treffende bedriji? Dat is heel erg nodig. Aan de wethouder wil spr. nog graag een vraag stellen. Het is hem ten zeerste tegengevallen, dat ook nu weer, zoals reeds enige keren is geschied, de in voering van een zakentarief, waar de zaken om zitten te springen, een beetje achteruit wordt geschox en. Nu wordt een voorstel hieromtrent binnen alzimi- bare tijd toegezegd. Zou de wethouder deze -term nader willen or muieren? In Leeuwarden is een goed uitgewogen zakentarief noodzakelijk. De lieer Leffertstra kan zich met liet door de beer Pols gezegde volkomen verenigen. Hij wil tocli ze gelegenheid aangrijpen iets over liet ruimte-dub bel tarief, dal door de heren Pols eu De Jong ter spike is gebracht, naar voren te brengen. Het vorige jaar is hierover ook uitvoerig gesproken. Wat de lieer De Jong zegt, n.l. dat dit tarief liet sterkst wordt aan getast, is niet helemaal juist. Bij de laaste tariefs herziening is liet rnimte-enkeltariei gebracht op IO/2 et., terwijl liet mocht worden verhoogd tot 15 et. Nu wordt de kW li-prijs bij dit tarief inderdaad ge bracht op 18 ct. Dat betekent een verhoging van 2/2 ct., terwijl het dubbeltarief de vorige keer wel verhoogd is, maar 1111 niet. B. en W. willen het 1111 vinden in het vastrecht, met het doel de leemte tussen ruimte-enkel- en rnimte-dubbeitarief weg te nemen. Bovendien moet ook niet uit het oog worden vei'luren, dat het enkeltarief verleden jaar slechts tot 2-1 et, (met 1 ct.) is verhoogd, terwijl het op 25'/2 ct. had mogen worden gebracht, hetgeen dan 1111 is geschied. Spr. acht het billijk, dat er enige verander hg is gekomen. Een leemte is enigszins opgeheven. De be treffende verbruikers vinden liet natuurlijk niet mei tig. Spr. behoort zeil' ook tot de categorie van ruimti- dubbeltarielverbruikers, maar toch verdedigt hij het voorstel. Hij zou graag van de wethouder een inlichting ont vangen. Vorig jaar is er gezegd, dat er 14.001) aan geslotenen waren op het enkeltarief, terwijl 1 nu 12.750 zijn. Verleden jaar hadden 400 verbruikers liet i' 11 imte-eukeitarief en 3.000 het ruimte-dubbeltaricl. Spr. is er 1111 nieuwsgierig naar op welk tarief de 1250 verbruikers, die enkeltarief hadden, zijn mer ge ga. an. Er is een tijd geweest, tot verleden jaar toe. dal veei mensen overgingen van enkel- op ruimte-dubbel tariei. Er waren slechts weinigen, die het ruiinte- enkcltariei' kozen. Spr. zou hier graag over worden ingelicht. De heer Tlekstra wil graag enkele opmerkingen maken, in de eerste plaats over wat de heer Kamstra heelt gezegd met betrekking tot de f275.000,winst, die jaarlijks in de gemeentekas vloeit. Er moei hier bij worden bedacht, dat over deze dotatie niel dan in verband met het gehele vraagstuk van de winsten van de gemeentebedrijven gesproken kan worden. Bovendien moet men zich afvragen, waar de gemeen te dan de middelen vandaan moet halen, als deze inkomsten geheel of gedeeltelijk zouden komen te vervallen. Steeds hi ijkt bij herziening der tarieven het ruinite- dubbeltarief een bijzondere rol te spelen. De heer h Jong meent, dat de verhoudingen tussen de tarieven uit hun verband worden gerukt. Naar spr.'s oordeel worden de verhoudingen juist uit hun verband ge trokken docr de grote vlucht naar het ruimte-dubbel tarief. Door invoering van de nu voorgestelde ta- rieven ontstaat juist een betere verhouding. Immer* Provincie FRIESLAND. moet ten gevolge van het meerdere verbruik, dat hoofdzakelijk door de grotere verbruikers wordt ver oorzaakt, meer geïnvesteerd worden, hetgeen de vaste kosten doet stijgen. Er moet daarom een niet onbe langrijk verschil zijn tussen de vaste vergoedingen, aangezien in de kWh-prijs de dekking van de hogere vaste kosten niet kan worden gevonden. De heer Pols heeft gesproken over de toepassing van de vervangingswaardeleer. De gemeente heeft daar nu niet mee te maken. Men kan het juist of onjuist achten, dat in de electrieiteitsnota dit vraag stuk aan de orde is gesteld, op dit ogenblik is slechts van belang uit te maken hoe de hogere kosten van stroominkoop en de hogere kapitaalsla,sten, bedragen de in totaal 1 330.000,—, gedekt moeten worden. De heer Wiersma (weth.) constateert, dat de heer Beuving heelt gezegd, dat hij het eerste voorstel be- treiiende de electriciteitstarieven reeds was gebleken, dat hij tegen het tweede zou zijn. Hij heeft even gesproken over de lonen en gezegd, dat het levens onderhoud bij aanneming van dit voorstel weer duur der is geworden. I11 de raadsbrief heeft hij echter kunnen lezen, dat voor gezinnen niet een gemiddeld weekinkomen van I 50,deze prijsstijging slechts zal betekenen een verhoging van het huishoudbudget van 2/10 Dit is zo miniem, dat het toch eigenlijk geen rol speelt. Hierover kan men zich verheugen, want was dit wel het geval, dan zou dit gevolgen met zich brengen, die ons land niet zou kunnen verwer ken, 11.I. de ene loonsverhoging na de andere. Spr. gelooft niet, dat op grond daarvan dit voorstel met goede argumenten bestreden kan worden. De heer Kamstra vindt liet voorstel niet sympa thiek. Spr. is het daarmee eens; hij had cok liever gezien, dat het niet was gekomen. Het betekent prijs verhoging en dat is nimmer sympathiek. Maar de lieer Kamstra beeft, meent spr., getracht dit te mo tiveren door er op te wijzen, dat er toch altijd nog een behoorlijke winst wordt gemaakt, 11.I. f275.000, Het G.E.B. is een monopolistisch bedrijf en in verband daarmede brengt de heer Kamstra deze winst ter sprake. Spr. zou er op willen, wijzen, dat men zo lang zamerhand algemeen op het standpunt staat, dat het heus toch niet erg is, dat deze bedrijven enige winst afwerpen en bij dit winstcijfer durft hij te spreken van enige winst. De reinigingsdienst lijdt per jaar een verlies van ongeveer 5 6/10 ton. Er mag dus waarlijk wel eens een bedrijf zijn, dat winstgevend is. Met die f275.000 staat de gemeente veilig; ze kan deze tegenover ieder verantwoorden. De heer Kamstra, die al jaren lang lid van de raad is, zal weten, dat men voor de oorlog ook bijna aan dit cijfer toekwam; 1111 is deze winst misschien t' 50.000, hoger. Spr. gelooft, dat men het er wel mee eens kan zijn, dat dit relatief bekeken belangrijk minder is dan vroeger. De lieer Kamstra heeft er ook over gesproken, dat de verhoging van 25 geen betrekking zou hebben op de eerste 240 kWh jaarverbruik. Dit is juist. Spr. moet veronderstellen, dat de heer Kamstra liet daar mee eens is. Het is ook vrij uitvoerig besproken in de regeringsnota. B. en W. staan op het standpunt, dat het een juiste maatregel is, omdat het over liet alge meen hier een groep verbruikers betreft, die de min ste draagkracht bezit en dus het moeilijkst de ver hoogde lasten kan dragen. Niettemin worden ver schillende van deze mensen toch al getroffen door verhoging van het enkeltarief, hoewel het nog blijft beneden het toegestane maximum. De door de lieer W. M. de Jong aangesneden kwes tie verplaatst spr. in gedachten naar de discussie in deze raadzaal tussen de door allen nog betreurde 11 wethouder wijlen de heer Geerts en de heer I)e Jong; wat bij nu ter sprake brengt, ligt zo ongeveer in het zelfde vlak. Spr. wil trachten voor zover het moge lijk is hem op de voet te volgen. Hij heeft er op gewezen, dat de genoemde cijfers schattingen zijn; deze schattingen en de werkelijke uitkomsten kunnen wel eens uit elkaar lopen. De opbrengst kan teleur stellen, maar kan ook meevallen. Spr. is het daarmee roerend eens; liet zijn inderdaad schattingen, zo goed mogelijk gedaan aan de hand van bekende gegevens, maar het blijven ramingen. De gemeente mag zich niet ongelukkig prijzen, wanneer de financiële uit komsten zo zouden zijn, als hier in de raadsbrief is omschreven. Spr. gelooft, dat dan de gang van zaken niet slecht zou zijn. Hij heeft er reeds op gewezen, dat dit alles uitvoerig is toegelicht in het voorstel. Wat betreft de mogelijkheid van verandering van tarief, meent bij, dat de vlucht van het ene naar het andere tarief moet worden beperkt in verband met de risico's, die dat met zich meebrengt. Het ruimte-dubbeltariei' is al eerder verhoogd. Spr. is het met de lieer Leffertstra eens, dat bet niet juist is een voorstelling van zaken te geven, alsof dit tarief telkens het kind van de rekening is. Deze heeft er zeer terecht op gewezen, dat de verhoging van de stroomprijs bij het ruimte-enkeltarief met een bedrag van 2/2 ct. per kWh er een is, waar men ook niet te licht over moet denken. Spr. meent, dat het niet nodig is, hier nog verder over uit te weiden. Het is het vorige jaar niet gelukt het verschil in opvatting in dezen tussen de lieer De Jong en het college op te hei ien en ook in de langdurige vergadering van de bedrijfscommissie, waar dit punt tot in de uiterste linesscs is besproken, zijn zij er niet in geslaagd het eens te worden. Ook vanavond is de heer l)e Jong er niet in kunnen slagen meer eu sterkere motieven naar voren te brengen dan in de genoemde commissie vergadering. Men rukt liet ruimte-dubbeltarief weer helemaal uit liet verband, zegt de heer De Jong. Spr. waagt dat te betwijfelen. Het college wil juist dit tarief in een verband brengen, waar liet eigenlijk al veel eer der in had moeten zijn. Het enkeltarief is het meest geschikt voor een ver bruik tot 140 kWh per jaar. Wanneer het verbruik stijgt boven 140 kWh, dan is het voordeliger over te stappen op het ruimte-eiikeltarief. De afstand tussen dit tarief en het ruimte-dubbeltarief is tot 1111 toe zo gering, dat van een doublure kan worden gesproken. Vandaag heelt spr. van het bedrijf nog gegevens ge kregen. waaruit blijkt, dat de grens tussen ruimte- enkel- en ruimte-dubbeltarief thans ligt bij 166 kWh .jaarverbruik (niet bij 160 kWh, zoals in de raadsbrief wordt gezegd). Bij een jaarverbruik van 140166 kWh is tot nu toe het ruimte-en keitarief dus het meest ge schikt en komt het verbruik boven de 166 kWh, dun is het voordeliger liet ruimte-dubbeltarief te nemen. De afstand tussen 140 en 166 kWh is te klein, om daar een apart tarief voor te hebben. Er wordt een betere opbouw van de tarieven verkregen, als het voorstel van B. en W„ dat beoogt het vastrecht bij liet ruimte- dubbeltarief op f 1,20 per eenheid te brengen, wordt aangenomen. Dan komt 11.I. de grens te liggen bij 300 kWh. De opbouw, die alleszins verant'woerd is te achten, wordt dan als volgt: tot 140 kWh enkeltarief; 140300 kWh ruimte-en keitarief; boven 300 kWh ruimte-dubbeltarief. Het is inderdaad, zoals de heer Leffertstra heeft gezegd, dat er een verschuiving plaats vindt, die tot gevolg heeft, dat de verhoudingen juister komen te liggen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1952 | | pagina 6