sjoen, leit dizze Menamerstrjitte wol sintrael. As men
fierder de oare kant üt giet en ek fierder as it Beet
hovenplantsoen, bygelyks nei de Merelstrjitte, dan sit
men dochs altiten wer mear üt it sintrum as hjir yn
de Menamerstrjitte. Hoewol dizze strjitte dus wol aer-
dich sintrael leit, wol ik der by sizze, dat as der oan de
oare kant in hiel moai plein west hie, dat wy der foar
brüke koenen, dat ek wer makliker west hie. Mar wy
wolle op dit momint it Beethovenplantsoen net foar dit
doel brüke. De polysje makket forkearstechnyske bi-
swieren, dy't foar de Menamerstrjitte net jilde en ik
soe eins wol sizze wolle hwat de hear Spiekhout ek
seit: As it aensens op de ien as oare manear ris net
slagje sil op dit plak, och, dan kin men it altiten noch-
ris oars probearje. Mar ik haw seis wol moed; ik leau,
dat dit wol it moaiste plak is.
De hear Van Balen Walter hat efkes wiisd op de fé-
merk. Miskien soe it mooglik wêze om de wykmerk yn
in fémerkhal to halden, mar dan sitte wy ek wer hielen
dal oan'e selskant. Ik leau, dat de Menamerstrjitte dan
altiten noch better is.
De heer K. J .de Jong is niet zo enthousiast. Hij zegt,
dat het bedrijfsleven er eigenlijk weinig voor voelt om
hier tot deze markt te komen en hij leidt dat af uit de
reactie van de Kamer van Koophandel. Inderdaad heeft
de Kamer van Koophandel geadviseerd om het niet te
doen. Hier staat ook weer tegenover, dat de Rijksmid-
denstandsconsulent wel weer enthousiast is voor het
plan. De heer Spiekhout heeft er op gewezen en ik
wil dat ook nog wel even onderstrepen dat het
comité Tot Opbouw instelling van deze markten heeft
gevraagd. Ik geloof, dat we dit comité toch wel mogen
beschouwen als de vertegenwoordiger van een heel gro
te groep, die deze markten graag wil hebben.
Wij hebben deze middag nog een brief gekregen van
een organisatie van winkeliers in de omgeving van de
Menaldumerstraat, n.l. van de vereniging „de Vosse-
parkwijk". Deze brief kon niet meer bij de stukken
worden gelegd, maar ik wil toch de Raad de inhoud
niet onthouden. Deze organisatie schrijft: „Namens de
20 aangesloten winkeliers „Vosseparkwijk" hebben wij
met belangstelling kennis genomen van de persberich
ten inzake het instellen van een wijkmarkt omgeving
Menaldumerstraat. Het is ons een behoefte Uw Raad
kennis te geven, dat wij met dit voorstel van harte in
stemmen." Dat is dus de stem van het bedrijfsleven in
de buurt en dit is een ander geluid dan dat van de
Kamer van Koophandel, die toch eigenlijk op dit mo
ment dit bedrijfsleven wil vertegenwoordigen. De Hoofd
groep Detailhandel heeft ook gunstig geadviseerd en er
is nog een kleinere groep uit de detailhandel, die hier
niet erg voor was. Ook weer mensen, die in dezelfde
branche werken en het staat ook in het stuk, dat hier
een groot aantal personen bij is, dat ook wel weer in
andere hoeken van de stad aan deze markten deel
neemt.
De heer De Jong stelt, dat wij ook om de markt op
vrijdag moeten denken. Ik geloof, dat dat wel wat mee
zal vallen, want deze wijkmarkt aan de Menaldumer
straat is op dinsdagmorgen. Op het Cambuurplein wordt
dinsdagmiddags markt gehouden, dus wat dat be
treft, geloof ik, dat we ver genoeg van de vrijdag af
liggen.
De heer Spiekhout voelt hier wel voor. Hij vindt de
plaats ook moeilijk, maar wil het wel proberen.
Ik geloof, dat ik het hier in eerste instantie wel bij
kan laten. Ik hoop van harte, dat de Raad meegaat
met het voorstel om in deze wijk en op deze plaats een
wijkmarkt te houden.
Dé hear Santema: Ik hear mei foldwaning, dat ek yn
it kolleezje oer it plak dochs wol in lyts bytsje twifel bi-
stien hat. Ik wol der tige graech mei akkoart gean,
dat de proef ris dien wurdt om de m erk yn'e buert
fan'e Menamerstrjitte to halden. Men kin dan letter
altiten wer oars. Wy soene it lykwols wol op priis
stelle, dat wy oer it forrin fan dizze wykmerk op'e
hichte brocht wurde, sadat wy dan ek yntiids üs stan-
punt fêststelle kinne.
De heer K. J. de Jong: Ik ben wel blij met het ant
woord van de wethouder. Hij heeft mij over heel wat
aarzeling heen geholpen, vooral door die laatste brief
van de Vosseparkwijkbewoners. Ik zou hem toch willen
vragen en dan sluit ik dus aan bij de brief van de
Rijksmiddenstandsconsulent wanneer dit nu eens voor
een jaar als proef wordt geprobeerd en het zou bepaald
blijken, dat het toch niet meevalt en dat de andere
markten er meer schade van ondervinden dan U
denkt, is het dan zo, dat we zonder meer kunnen zeg
gen: dan stappen we er volgend jaar af? Of is het nu
zo, dat men zegt: we houden toch wel de gedachte in
het achterhoofd, dat dit in lengte van jaren moet door
gaan. Ik wou hier wel graag een antwoord van U op
hebben.
De hear Pols (weth.): De hear Santema seit: Nim
mar ris in proef. Yndied, it is ek sa. Men moat hjir ek
sprekke fan in proef, want ik geloof, dat ik daar de
heer De Jong ook in het kort wel mee zou kunnen ant
woorden. Die zegt: als de proef niet zal gelukken, dan
moet U er mee ophouden. Ik geloof, dat het bedrijfs
leven er dan zelf wel mee ophoudt, want het is uitein
delijk zo, dat wij als gemeente de gelegenheid geven,
maar dat het verder is aan de mensen, die daar hun
koopwaren aanbieden. Die moeten er ook een bestaan
hebben, anders houden ze er wel mee op.
Wat de heer Santema betreft, kan ik zeggen, dat wij
dit nauwlettend zullen volgen. En as der ris in moog-
likheit is, dan wolle wy de Rie der ek wol birjocht fan
jaen. Wy kinne dit natuerlik net yn in pear wiken bi-
sjen; wy moatte hjir efkes tiid foar hawwe, oars slag-
get it nét.
Z.h.st. wordt daarna besloten overeenkomstig het
voorstel van B. en W.
Hierna sluit de Voorzitter de vergadering.
Verslag van de handelingen van de Gemeenteraad van Leeuwarden van woensdag 1 maart 1961
RAADSVERGADERING
van woensdag 1 maart 1961
Aanwezig: 34 leden.
Afwezig: de heren Ten Brug, Hartstra en Mr. B. P.
van der Veen.
Voorzitter: de heer Mr. A. A. M. van der Meulen,
burgemeester.
Te behandelen punten:
1. Mededelingen.
2. Voorstel tot het verlenen van ontslag aan J. de
Beer, onderwijzer aan de Wissesdwingerschool (u.l.o.)
(bijlage no. 33).
3. Voorstel tot het benoemen van een hoofdleidster
aan de gemeentelijke kleuterschool „De Zwaluw"
(bijlage no. 44).
4. Voorstel tot het vaststellen van de bedragen, be
doeld in art. 33, le lid, van het Besluit buitengewoon
lager onderwijs 1949, over het jaar 1959
(bijlage no. 37).
5. Voorstel tot het vaststellen van de bedragen, be
doeld in art. 55 ter, le lid, der Lager-onderwijswet
1920, over het jaar 1959
(bijlage no. 38).
6. Voorstel tot het stichten van een openbare kleu
terschool aan de Prins Bernhardstraat in het uitbrei
dingsplan 't N ijl an
(bijlage no. 40).
7. Voorstel tot het verpachten van weilanden aan
A. Span te Lekkum en aan J. W. Koopmans, alhier
(bijlage no. 35).
8. Voorstel tot het wijzigen van het raadsbesluit van
9 december 1959, no. 15551, inzake het verkopen van
een perceel industrieterrein aan de Stichting Leeuwar
der Industriegebouwen
(bijlage no. 34).
9. Voorstel tot het verkopen van een perceel in
dustrieterrein, gelegen ten noorden van de Marshall-
weg, aan de fa. P. Huisman, alhier
(bijlage no. 43).
10. Voorstel tot het waarborgen van de betaling
van rente en aflossing van aan een tweetal bouwspaar-
ders te verstrekken hypothecaire geldleningen
(bijlage no. 36).
11. Voorstel tot het waarborgen van de betaling
van rente en aflossing van een door de vereniging „Het
Diakonessenhuis" alhier te sluiten geldlening
(bijlage no. 41).
12. Voorstel tot het aangaan van een onderhandse
geldlening, groot f 249.000,
(bijlage no. 48).
13. Voorstel tot het aangaan van een onderhandse
geldlening, groot f2.525.000,
(bijlage no. 47).
14. Voorstel tot het verplaatsen van de watermolen,
staande aan de oostzijde van de voormalige Zwette,
naar het recreatie-oord nabij de Froskepölle
(bijlage no. 42).
15. Voorstel tot het aanleggen van de middenbaan
van de Pieter Stuyvesantweg en tot het aanlmengen
van een openbare verlichting op dit weggedeelte, als
mede op het gedeelte van de ringweg tussen het Oos-
tergoplein en de Potmarge
(bijlage no. 46).
16. Voorstel tot het aanleggen van straten tussen
de Dokkumer Ee en de Lekkumerweg
(bijlage no. 50).
17. Voorstel tot het bouwen van een basculebrug
over de Dokkumer Ee
(bijlage no. 39).
18. Voorstel tot het verbeteren van het Openbaar
Slachthuis en tot het wijzigen van de Verordening tot
heffing van rechten in het Openbaar Slachthuis en ter
zake van het keuren van vee en vlees in de dorpen
Wirdum en Wytgaard
(bijlage no. 45).
19. Voorstel tot het wijzigen van de gemeentebegro
ting en van de begrotingen van het Grondbedrijf en de
Energiebedrijven voor het dienstjaar 1960
(bijlage no. 49).
Punt 1.
De Voorzitter deelt mede:
A. dat Gedeputeerde Staten van Friesland hebben
goedgekeurd:
1. het raadsbesluit van 7 december 1960 tot het in
eigendom overdragen van een perceel grond, gele
gen aan de Robert Kochstraat, hoek Archipelweg,
aan de Vereniging voor Christelijk Schoolonderwijs,
alhier;
2. de raadsbesluiten van 28 december 1960:
a. tot het aankopen van een aantal percelen, ge
legen in te saneren stadswijken;
b. tot het in erfpacht afstaan van een aantal per
celen bouwterrein, gelegen in het uitbreidings
plan 't Nijlan, aan de C.V. Fries Bouwbedrijf en
de N.V. Bouwbedrijf H. C. Geveke en Zn., alhier;
c. tot het aankopen van een perceel grond met op
stal te Wirdum van J. Idzenga, aldaar;
d. tot het aankopen van drie percelen grond te
Wirdum van de Nederlands-Hervormde Gemeen
te aldaar;
3. de raadsbesluiten van 18 januari 1961:
a. tot het wijzigen van de huurovereenkomsten met
betrekking tot een tweetal bedrijfspanden;
b. tot het in eigendom overnemen van een perceel
grond, gelegen op de hoek van de Harlinger- en
de voormalige Sneekertrekvaart, van de N.V.
„Leeuwarder Houthandel", voorheen T. W. O ver
meer en Zoon, alhier;
c. tot het verhuren van een perceel tuingrond, ge
legen aan de noordzijde van de Van Loonstraat,
aan de Vereniging tot uitgifte van percelen tuin
grond te Huizum;
d. tot het verkopen van een perceel industrieter
rein, gelegen ten noorden van het Van Harinxma-
kanaal, aan R. S. Stokvis en Zonen N.V. te Rot
terdam
e. tot het verkopen van een perceel grond, gelegen
aan de zuidzijde van de Voltastraat, aan de firma
„Legro-Expres", alhier;
4. het raadsbesluit van 8 februari 1961 tot het in erf
pacht afstaan van een strook grond, gelegen langs
de oostzijde van de Aert van der Neerstraat, hoek
Dirk Boutsstraat, aan G. van Bolhuis, alhier;
B. 1. dat bij Koninklijk Besluit van 10 februari 1961,
no. 10, is goedgekeurd:
a. het raadsbesluit van 26 oktober 1960 tot het
vaststellen van de Verordening op de heffing van
reinigingsrechten
b. het raadsbesluit van 16 november 1960 tot het
vaststellen van de Verordening op de heffing van
een straatbelasting;
C. dat zijn ingekomen:
1. een rapport omtrent kasopneming en controle van
de administratie van het Openbaar Slachthuis;
2. een verslag van de Commissie tot wering van school
verzuim voor Leeuwarden-zuid over het jaar 1960;