1
Verslag van de handelingen van de Gemeenteraad van Leeuwarden van woensdag 2 jannari 1963
RAADSVERGADERING
van woensdag 2 januari 1963.
Aanwezig: 36 leden.
Afwezig: de heer Hartstra.
Voorzitter: de heer Mr. A. A. M. van der Meulen,
Burgemeester.
Te behandelen punten:
1. Mededelingen.
2. Verlenen van ontslag aan S. Schaafsma als hoofd
van de Menno van Coehoornschool I (bijlage no. 6).
3. a. Benoeming van een onderwijzeres aan de Dr.
Van Voorthuijsenschool (b.l.o.) (bijlage no. 3).
b. Benoeming van een voogdes en een voogd van
het Nieuwe Stadsweeshuis (bijlage no. 10).
c. Benoeming van leden van de commissie van
advies van de Gemeentelijke Sociale Dienst (bijlage
no. 11).
4. Aankoop van de percelen Oostersingel nos. 102
en 104 en Houtdwarsstraat no. 13, respectievelijk van
Mevr. W. van der Ploeg, B. van der Kolk en echtge
note en Mevr. C. E. van der Veen-Gemser, allen alhier
(bijlage no. 13).
5. Verkoop van een strook grond, gelegen ten noor
den van de Tesselschadestraat, aan de Vereniging
voor Middelbaar Technisch- en Ambachtsonderwijs,
alhier (bijlage no. 1).
6. Verkoop van een perceel industrieterrein, gele
gen ten noorden van de James Wattstraat, aan Vroom
en Dreesmann Leeuwarden N.V. (bijlage no. 2).
6a. Verkoop van een perceel industrieterrein, gele
gen ten oosten van de Zwettestraat, aan de N.V. Ver-
eenigd Noord-Nederlandsch Graanbedrijf en Meelhandel,
alhier (bijlage no. 21).
7. Huur van de woningen Vuurdoornstraat 18 en
Marningeweg 31, respectievelijk van de „Vereniging
voor Volkshuisvesting" en de „Bouwcombinatie 't Nij-
lan" en verhuur van bovenstaande panden aan Saun
ders Valve (Nederland) N.V. (bijlage no. 19).
8. Verpachting van enkele percelen weiland met
opstallen, gelegen aan en ten zuiden van de zuidooste
lijke ringweg, aan J. Hoekstra Bonnema (bijlage no. 16).
9. Ontbinding van de pacht van een perceel garde-
niersland, gelegen aan de Wirdumervaart, met Sj.
Kaastra te Widdelswehr (Duitsland)
(bijlage no. 12).
10. Vaststelling van een uitbreidingsplan in onder
delen „Industriegebied De Zwette" (bijlage no. 14).
11. Verlening van medewerking ingevolge artikel
72 der Lager-onderwijswet 1920 aan het bestuur der
Vereniging tot bevordering van Christelijk Nationaal
Schoolonderwijs te Wirdum (bijlage no. 20).
12. Weigeren van medewerking ingevolge artikel
72 dei- Lager-onderwijswet 1920 aan het R.K. Kerk
bestuur te Wytgaard (bijlage no. 5).
13. Vaststelling van bedragen ter zake van de ex
ploitatiekosten voor het openbaar kleuteronderwijs
over 1957 en 1958 (bijlage no. 4).
14. Toekennen van een schadeloosstelling aan de
R.K. Schoolvereniging voor het verlies van twee z.g.
patronaatslokalen in het schoolgebouw Speelmansstraat
no. 1 (bijlage no. 7).
15. Verlenen van straatnamen (bijlage no. 18).
16. Vaststelling van een Verplaatsingskostenveror-
dening en van toepassing verklaren daarvan op het
ondeiwijzend personeel verbonden aan de openbare en
bijzondere scholen voor lager- en kleuteronderwijs, als
mede vaststelling van een Verordening tot wijziging
van het Algemeen Ambtenarenreglement
(bijlage no. 15).
17. Vaststelling van een Verordening tot het toe
kennen van een uitkering-ineens over het tijdvak van
1 januari 1962 tot 1 januari 1963 (bijlage no. 8).
18. Vaststelling van een Verordening tot wijziging
van de Bezoldigingsverordening 1960
(bijlage no. 9).
19. Wijziging van de gemeentebegroting voor het
dienstjaar 1962 (bijlage no. 17).
De Voorzitter: Ik mocht zo net van een aantal van
U al de wensen voor het nieuwe jaar in ontvangst
nemen. Ik zou van mijn kant U allen de beste wensen
willen aanbieden, voor Uzelf en voor Uw gezin en ook
voor U in Uw kwaliteit als lid van de Raad van Leeu
warden. En ik wil daarbij de hoop uitspreken, dat het
ons gegeven mag zijn in eendrachtige samenwerking
voor de gemeente Leeuwarden het beste te bereiken,
wat de omstandigheden mogelijk zullen maken. Het is
niet mijn bedoeling om op het ogenblik een nieuwjaars
rede in de eigenlijke zin voor U te houden, en wel hier
om niet, omdat het College de bedoeling heeft U over
ongeveer vier weken de begroting over het jaar 1963
met de daarbij behorende toelichting aan te bieden.
Daarin zullen dan wel de verschillende zaken voorko
men, die het College U in het jaar 1963 hoopt voor te
leggen en het College hoopt daarbij tevens een over
zicht te geven van de stand van de zaken die op het
ogenblik nog onder handen zijn. Wanneer ik nu van
mijn kant daar beschouwingen over zou houden, dan
zouden wij een doublure hebben, die wel niet nodig
schijnt. Het was dat zou ik U toch nog wel graag
willen zeggen de bedoeling van het College geweest
U al vóór Kerstmis die begroting aan te bieden. Het
spijt ons, dat het ons door verschillende omstandig
heden niet mogelijk is gebleken. Zo zijn er nog enkele
zaken die wij hadden gehoopt U voor het eind van het
vorige jaar voor te leggen en waarvan het ons even
eens bijzonder spijt, dat ons dat niet is mogen geluk
ken. Dat zijn dan de plannen voor het verpleeghuis en
het schetsplan voor het nieuwe Stadsziekenhuis. On
danks alle moeite die de betrokkenen zich hebben ge
geven om de plannen op tijd klaar te krijgen, zóver te
krijgen, dat ze zelfs nog in het vorige jaar door de
Raad behandeld zouden kunnen zijn, is dat niet mogen
gelukken, maar wij hebben toch hoop, dat wij U met
een paar maanden deze plannen zullen kunnen voor
leggen. En hetzelfde geldt van het saneringsplan voor
de binnenstad. Als ik me niet vergis, heeft het College
U zelfs een keer en dat is dan misschien in een iet
wat onbewaakt ogenblik geweest beloofd, U voor
het eind van het jaar het plan voor het saneren van
de binnenstad aan te bieden. Het was helaas ook niet
mogelijk die tijdslimiet aan te houden wegens de tech
nische reden, dat de kaarten die daarbij behoren, niet
tijdig gemaakt en vermenigvuldigd konden worden, en
bovendien liet de toelichting daarbij ook nog enige tijd
op zich wachten, zodat wij nu genoodzaakt zijn U in
dit jaar, 1963, het plan aan te bieden, maar wij hopen
dat dan ook zeer binnenkort te kunnen doen. Als het
zal gelukken, zelfs binnen enkele dagen, zodat U daar
van uitgebreid zult kunnen kennisnemen en zich daar
over zult kunnen beraden, waarna het College zich
voorstelt om, nadat in de eerste plaats de Raad heeft
kunnen kennisnemen van deze plannen, en nadat ze ter
publieke discussie zijn gesteld, daarna een raadszitting
te houden, waarin deze belangrijke zaak zal kunnen
worden behandeld.
Ik zou het bij deze enkele mededelingen ter opening
van deze vergadering willen laten. Het zal misschien
goed zijn nog te zeggen, dat wij hopen en dan ben
ik een beetje in tegenspraak met mijzelf dat de