X
worden in plaats van 3 cm, zoals het bestek het
voorschrijft en waarop dus de prijs van de Bouwcom
binatie Nijlan was gebaseerd, door Intervam 2 cm
dik gemaakt. De tegels in de douches worden door
Intervam teruggebracht tot een hoogte van 1.65 m,
terwijl de Bouwcombinatie Nijlan ze tot 1.95 m moest
leveren. De vloertegels in de traphallen vervallen,
wanneer Intervam bouwt, want die zal daar een
cementvloer maken met een carborundumlaag.
De voordeuren van de woningen worden bij Inter
vam Vervo-deuren; dat zijn de goedkoopste deuren,
die er op de markt zijn, m.i. van board. En dat zijn
dan buitendeuren. De plastic koepel in de kleine
woningen, type B, die licht geeft in de, midden in de
woning liggende, traphal, vervalt bij Intervam. Maar
de Bouwcombinatie Nijlan moest die leveren. Voor het
hang- en sluitwerk is een betrekkelijk lage stelpost
uitgetrokken. En zo zou ik nog wel kunnen door
gaan. (De heer Van der Veen: Zonet vroeg de heer
Kingma: Heeft Bakema belang bij Intervam? Nu zou
de vraag kunnen rijzen: Hebben B. en W. belang bij
Intervam?) (Gelach). Dat neem ik niet aan. (De
heer Van der Schaaf (weth.): Fijn, dat U dat niet
aanneemt). (De Voorzitter: Van wie heeft U deze
informaties?) Uit de stukken, die in de leeskamer
ter inzage lagen. Daar heb ik het uit overgeschre
ven. Het bestek, waarop de Bouwcombinatie Nijlan
haar prijs heeft gegeven, lag daar en ook een nieu
we prijsopgave van Intervam met een lange lijst
van afwijkingen. Deze gegevens zijn ons door het
College ter beschikking gesteld.
Er is geen woord Frans bij. Dit heb ik niet van
de Bouwcombinatie Nijlan, niet van de Intervam,
maar van onze eigen inlichtingen. Waneer wij een
en ander zo zien, dan kunnen we toch niet anders
zeggen dan dat hier de zorgvuldigheid in het maat
schappelijk verkeer niet is betracht. Ik wil even her
inneren aan wat we hier met de kunstijsbaan had
den. Ik was het destijds volkomen met B. en W.
eens, dat wij, toen de prijs van de installateur
ik meen de Friwo bekend was, niet nog een prijs
konden vragen van Grasso. Nu zouden we in het
onderhavige geval wel kunnen zeggen, dat dit het
werk van het College niet is, maar dat is het wel.
Dit is gemeentebeleid, dat is door de Gemeente zo
getracteerd. (De Voorzitter: Neen, neen). Ja, ja, dit
is door de Gemeente zo getracteerd. De Gemeente
heeft een brief geschreven, waarin staat, dat de
Bouwcombinatie Nijlan uitgeschakeld was. Dat kan
ze wel namens de woningbouwverenigingen gedaan
hebben, maar ze heeft het zelfs gedaan zonder dat
Patrimonium er iets van wist. Die brief is van het
Gemeentehuis uitgegaan. Hier is dat wil ik nog
eens nadrukkelijk zeggen de zorgvuldigheid in het
maatschappelijk verkeer beslist niet in acht genomen.
Bovendien is er helemaal geen goedkopere prijs.
Dan moet de gedachte bij de burgerij wel opkomen,
die de heer Kingma hier naar voren brengt, al hoe
beroerd ik het vind: Zit hier iets met de architec
ten en met Intervam? Wordt die mensen de hand
.gestopt door Intervam? Welk groot belang hebben
Van den Broek en Bakema er bij, dat Intervam dat
werk maakt? Want het is door deze hele manipula
tie duidelijk, dat Intervam idat werk moest en zou
hebben. Wethouder Van der Schaaf erkent zelf, dat
er al voordat de Bouwcombinatie Nijlan uit het bouw
team was, door een architect onderhandelingen
gevoerd zijn met Intervam. Mijnheer de Voorzitter,
houdt U mij ten goede, zodra dat aan het College
bekend was geworden, had het College m.i. ogen
blikkelijk de banden met Van den Broek en Bakema
moeten verbreken. Dat is iets wat absoluut onoir-
baar is; dat mogen we niet tolereren. Dit brengt de
gekste dingen in de wereld. Ik heb gehoord der
gelijke dingen kun je niet bewijzen, maar ik wil het
hier toch zeggen dat reeds in mei door een func
tionaris van Van den Broek en Bakema gezegd is:
„Nou ja, ze zijn wel in onJderhandeling met die Bouw
combinatie daar, maar Intervam maakt dat werk
toch." In ieder geval is het wel heel zeker, dat er al
ver van tevoren overleg gepleegd is met Intervam
en alleen al hierdoor is het m.i. voor ons als eerlijke
mensen onmogelijk om op deze manier met die maat
schappij in zee te gaan. Wij hebben toch ook ons
eergevoel. Dat de Bouwcombinatie Nijlan uit stad
genoten bestaat, speelt voor mij beslist niet een rol.
Als Intervam met een eerlijke prijs komt, die layer
ligt, terwijl de voorwaarden gelijk zijn en de geb le
zaak eerlijk is gesteld, nu goed, dan kan Inter- m
optreden. Maar hier is kennelijk met kunst- en vlieg
werk .getracht Intervam er tussen te duwen. En wa
om? Niemand weet het, want voordeel voor de
Gemeente zit er absoluut niet in. Dus moet er vuil -
heid aan de knikker zijn, dat kan niet anders. Ik
herinner er even aan, dat Intervam met de eer le
complexen woningen die ze hier heeft gebouwd, g: of
geld heeft verdiend. Dat gun ik ze graag. Best. Ik
wilde, dat ik het zelf ook eens had. Maar waar ze u
mee bezig is, is niets. Dat is minder dan brand
hout. En omdat de complexen woningen die ze u
onderhanden heeft, zo ontzettend slecht uitvallen .e
brengt daar vermoedelijk geld heen ligt het vo r
de hand, dat ze tegen Van den Broek en Bakema
gezegd heeft: „Jongens, daar moeten wij een bee ie
compensatie voor hebben" en dat het antwoord w
„Nou, we zullen wel om jullie denken." Maar d; r
kunnen wij als Gemeenteraad niet in treden.
De hear Boomgaard!: As ik it goed sjoch, dan gv.t
it om twa dingen. Yn it earste plak leit hjir it fors; k
fan twa wenningboustiftingen. En dy freegje de m.
wurking fan de Gemeente. Nou leau ik, dat, as a
Gemeente dy meiwurkimig jowt, dit har ek bynt. Wy
moatte üs réalisearje, dat wy yn it ljocht fan hwat
hjir joun. sein is, der mar op rekkenje kinne, d:-t
wy op dizze manear mei twa fuotten yn ien ho s
komme en dat is in ünforkwiklike posysje, ek fo
de Gemeente, as dat by ld alteast op har oerbroc
wurde kin. Om dy reden, leau ik, dat der alles foar
to sizzen is, om hjir gjin bislissing to nimmen, yn
dy sin, dat it ütstel oannommen wurdt, hwant ik lea
dat wy dêrmei in greate kans hawwe, dat de wen-
ningbou yn Ljouwert foar frij lange tiid blokkear
wurde sil, tominsten op de terreinen, hwer't it hjir
om giet. Ik leau in.l. net, dat wy dit ütstel oannimme
kinine en dan tagelyk sizze, dat de bou net op diz
terreinen barre sil, hwant dy wurde mei nanun
neamd yn it riedsbrief. It soe ünforantwurde wêze
ütstel, sa't it hjir leit, oan to nimmen. Ik mien, d
it forstannich wêze sil de saek iepen to halden. Ik
bin der dus ek met foar om sunder mear it ütst
óf to stimmen. Ik soe dêr tuskenyn gean wolle.
Lit üs dit ütstel gewoan oanhalde.
Dan it twadde punt: it plan as sadanich. Ik haw oar,
striid om to sizzen: Dit is in oanfraech fan wenning
boustiftingen en foar in great diel is dit dus it bilie
fan dy wenningsboustiftingen. Ik leau lykwols ne:
dat soks hielendal opgiet, mar foar in part sille wy
dat formeel wol sa stelle moatte.
Der is yn dit ütstel noch wol in puint, dat ne,
neamd is, alhoewol hjir tal fan biswieren nei foarei
brocht binne. Ik haw heard, dat de hieren, sa't dy oi
pag. 4 fan it riedsbrief neamd binme, eigentlik ming
de hieren binne, yn diy sin, dat de hieren fan huze
dy't heech sitte, yn hier en yn bou uteraerd ne
ünderen brocht binne. Dat is nou typysk de heech
bou, wylst hjir yn 'e Rie posityf sein is, dat d;
heechbou net djürder wie as de leechbou. Dat hjj
dus de hege hieren nei ünderen brocht binne en de le,g'
nei boppen en dat men sa kommen is ta in soart
fan mingpriis, dy't it dan akseptabel makket om i
plan üt to fieren sa as it hjir nou leit, moat ik wo
skriuwe op rekken fan de beide wenningboustif tinge;
en ik nim oan, dat it in bilied is fan dit hiele bou
team. As dat sa is, dan hawwe wy dêr great
biswieren tsjin; dat fyn ik net in reéle manear far
dwaen; dan soe it in saek fan „ien pot" wêze kinne
Nou geane wol dy hege hieren nei ünderen, mar i
wengeriif fan dizze huzen is der net evenredich oan
En it omheech bringen fan idle hieren mei in lege;
hierpriis soe abslüt in foutive wize fan hanneljei
wêze.
Dat wol ik dus as ien fan de bykommende biswie
ren, dy't hjoed noch net neamd binne, dochs noch
nei foaren bringe.
De heer K. J. de Jong: De heer Wethouder heeft
mij zostraks al zo'n beetje geïntroduceerd. Ik wa
eigenlijk niet van plan nog iets te zeggen. Omda
XI
echter hier ook de naam Patrimonium genoemd is en
de discussie daar mee over loopt, geloof ik, dat
het wel van belang is, dat ik van mijn kant toch
nog een enkele aanvullende opmerking maak, die
misschien voor de Raad ook wel van belang zal zijn.
Er is duidelijk door de Wethouder aangegeven, hoe
de gang van zaken met betrekking tot Patrimonium
is weest. Deze stichting heeft dus genoegdoening
gekregen van de kant van het College, voorzover er
onelegant spel gespeeld is. Daar heb ik verder
gee opmerking over. Ik zou alleen graag willen, dat
he onelegante karakter van het spel, dat ook tegen-
over de aannemers bedreven is, op een even juiste
manier zou worden terechtgezet. Dat zou ook in het
kader van de verdere onderhandelingen des te beter
en des te juister zijn. Maar dat is misschien een
pun voor het vervolg. Patrimonium heeft op een
bepaald moment gemeend uit dit team te moeten
ti den op grond van drie overwegingen: in de eerste
plaats op grond van het feit, dat ze met de wijze
handelen geen genoegen kon nemen. De heer
H< dinga heeft genoemd het onordelijke verkeer, dat
hier eigenlijk tot uitdrukking kwam. Dat was inder
daad een punt van ernstige overweging bij Patrimo-
nium. Het tweede punt was dat heeft de heer Van
der Veen al duidelijk gesteld dat Patrimonium
o\ i-wegende bezwaren had met Intervam verder in
zee te gaan. Het derde punt, dat Patrimonium had,
v dat men uiteindelijk voelde, dat deze huren te
la g zijn en, gezien het woongerief, dat hier gebo
den wordt, niet passen in de Leeuwarder situatie.
Pi rimonium werd bovendien in deze mening ge-
sl< kt door het nader onderhoud, dat zij over deze
z; k had met de Bouwcombinatie Nijlan. Patrimo-
ih m stelde n.l. als eis: Wij willen eerst hoor en
wf derhoor toepassen, voordat wij een beslissing
nemen. Wij willen weten, wat er ook van de kant
vei de bouwcombinatie gesteld is. En daar kwam
i hetzelfde uit de bus dat in de brief die de
In r Van der Veen geciteerd heeft, naar voren is
gekomen. Toen heeft de Bouwcombinatie Nijlan
ge teld: Eigenlijk is dit een zaak die ons ook niet
heel gemakkelijk ligt. Wij voelen wel, dat er
woningen moeten komen, maar het lijkt ons eigenlijk
i t, nu het type woning te bouwen, dat ook qua
woongerief niet minder is dan wat op het ogenblik
v< rgesteld is. Voor het geval U straks in moeilijk
heden komt want het is ten zeerste de vraag, of
d' voorgestelde bouw de curveprijs kan halen
v i len wij U alvast mededelen, Patrimonium, dat wij
Bouwcombinatie Nijlan bereid zijm om een repe-
t ie te geven van de 280 woningen, die op het
nblik in het Nijlan in Huizum gebouwd worden
door Patrimonium en dan willen wij als aannemers
bedrijf garanderen, dat wij daarbij de curveprijs
holen. Daarvan heeft Patrimonium mededeling
gedaan aan het College, zonder dat zij verder een
nbieding gedaan heeft. Zij heeft alleen gezegd: Op
die drie gronden menen wij uit het bouwteam te
ïv eten stappen ein we delen U hierbij hetzelfde mee
wat de aannemerscombinatie ons medegedeeld heeft.
sschien komt het U te pas en kunt U er gebruik
van maken. Zo niet, dan doet U het niet. Maar
bedenkt U wel, dat dit niet een zaak is, die wij lang
kunnen handhaven. Want uiteindelijk moeten wij, als
0 een bepaald moment onze produktiestroom wordt
a cdamd, deze ergens anders weer gaan heropenen.
E dat kan dan wel eens niet in Leeuwarden zijn. U moet
cd bedenken, dat we echt niet om werk verlegen
zitten. Als U het wilt, dan moet U het met beide
mden aangrijpen en anders gaan we ergens anders
heen. In die situatie verkeren wij. Wanneer wij ons
iet heel goed bewust zijn van het feit, dat hier een
k us tot redding is, waardoor wij hier voor een
realiseerbare huurprijs en bouwprijs toch een aantal
van 320 woningen kunnen bouwen, dan zijn we er
ook in dit geval weer naast. We moeten ons heel
g. cd realiseren, dat, wanneer wij nu dit voorstel aan-
1 men en dus een krediet uittrekken voor 800 zoveel
woningen ten oosten van de Dokkumer Ee, dan
meteen de weg afgesloten is om ten oosten van de
Dokkumer Ee nog eens met een ander plan te gaan
bouwen. Dan past het voorstel hier vanavond niet. Is
het niet veel juister dit voorstel voorlopig helemaal
niet aan te nemen? Laten we zonder meer zeggen:
College, gaat U daar maar verder mee, ziet U maar,
wat U doet in overleg met de beide woningbouw
verenigingen, maar maak de zaak ruim ten oosten
van de Dokkumer Ee, zodat dan in ieder geval de
Bouwcombinatie Nijlan, voorzover het College en ook
de Raad daar gebruik van wil maken, toch kan
bouwen. Dan komen er tenminste woningen en dan
kan tegelijkertijd het bouwteam, dat nu nog intact
is, ten westen van de Dokkumer Ee bouwen. Dit punt
is j.l. vrijdag ook tussen de drie woningbouwvereni
gingen nog weer besproken en ik heb de indruk
gekregen, dat over de samenwerking met Patrimo
nium met betrekking tot deze zaak echt geen verschil
van mening bestaat. Er is bepaald geen controverse
tussen die woningbouwverenigingen. Men voelt ook
in dat kamp wel, dat het ontzettend jammer zou
zijn, wanneer wij die woningen zouden moeten ver
spelen en straks weer een maand of zes of negen
en dan kom ik in het straatje van de heer
Pols voor de bouw moeten missen. Wat het
College hier voorstelt, is eigenlijk absurd. Wanneer
wij maar gauw een plan aannemen, dat niet reali
seerbaar is, waarvan duidelijk is, dat er toch zo'n
1500.verschil met de curveprijs is, alleen maar,
„omdat we verder moeten", dan is dat toch geen
stijl meer. Laten we het College liever vragen: Werkt
U door ten westen van de Dokkumer Ee en ziet U
wat U met die andere beide woningbouwcorporaties
kunt bereiken. Niets op tegen. Maar laten we in
ieder geval dit besluit niet nemen. Dan zetten we
juist op slot wat we open moeten houden. Ik vind
het eigenilijk laten we maar eerlijk zijn een
stuntelig geval. Het past niet in deze situatie. Dan
voeren we toch geen beleid meer. Ik vind het ont
zettend jammer, dat ik het hier zo zeggen moet,
maar het moet me maar eens van het hart. Ik heb
bepaald in dit opzicht de laatste maanden heel wat
meegemaakt en ik ben blij, dat in ieder geval de
minderheid van het College toch uiteindelijk aan
voelt, dat we deze richting uit moeten; dan hebben
we tenminste twee ijzers in het vuur. Dan verspe
len we geen bouwvolume. Wat moeten we hier
tegen de buitenwacht van maken, wanneer straks
blijkt, dat dit plan zo niet realiseerbaar is? Dit
komt er zo niet door. Het bestaat eenvoudig niet,
dat het Ministerie hier in deze vorm zijn mede
werking aan zou kunnen verlenen. Daar is het
verschil veel te groot voor; dat is zo maar niet te
overbruggen. Is het niet mogelijk om te switchen
naar een realiseerbare mogelijkheid? Die zit hier niet
in. En daar moet veel meer voor gedaan worden
dan een gesprekje op het departement voeren. Neem
me niet kwalijk, ik vind het erg jammer, dat U als
College dit zelf niet ingezien heeft, maar als U dan
toch koste wat het koste wilt doorzetten, dan heb ik
ook heel concreet en duidelijk mijn mening gezegd.
Ik hoop alsnog, dat we ervan afstappen om van
avond dit besluit te nemen, want het zou jammer en
een heel stuk verdriet voor Leeuwarden zijn, dat we
daarmee de produktiestroom afdammen, die nu aan
een vervolg toe is, dat er daarenboven des te latei-
weer woningen klaar komen en dat we dus een gat
krijgen in de woning voorziening. Dat hoeft niet.
Bovendien, de Bouwcombinatie Nijlan heeft Leeu
warden uiteindelijk tot twee keer toe in de afgelopen
twee, drie jaren .geholpen op het moment, dat wij
met het woningvolume „omhoog zaten". Ook in 1960,
bij het bekende plan van Prof. Van Embden, was
het verschil met de curveprijs groot, maar het plan
is uiteindelijk in vier dagen „omgeschud" en de
Bouwcombinatie Nijlan heeft alsnog de woningen
binnengesleept, in plaats van 132 176. De tweede keer
hebben we hetzelfde gehad met het plan van de heer
Zuiderhoek, dat ook niet realiseerbaar was. In 14
dagen tijds is het plan klaargemaakt en er zijn weer
168 woningen gekomen met 112 premiewoningen. En
dat hebben we mee aan die Bouwcombinatie te
danken. Zouden we nu dit plan aannemen, dan zou
den we daarmee ook de architect die straks moet
helpen bij de Bouwcombinatie, klem zetten, omdat
hij ook moet meewerken aan dit plan. Dat kan toch
niet. Laten we reële dingen doen en hier vaststellen,
dat ten oosten van de Dokkumer Ee niet wordt