2 3 Punt 6 (bijlage no. 335). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punt 7 (bijlage no. 342). De heer Van der Veen: Niet dat wij het niet eens zouden zijn met dit voorstel, maar wij willen toch even de aandacht vestigen op de omstandigheid, dat de on derhandelingen begonnen zijn in begin mei en dat de reactie van het College in begin september komt. Daar zijn vier maanden tussen en B. en W. zeggen, dat thans pas tot afdoening is gekomen, doordat men heeft moe ten wachten op ambtsberichten. Ik heb de indruk, dat het hier in Leeuwarden nog wel erg ambtelijk gaat en dat mag misschien geen kwaad, als het gaat om een bedrijf, dat toch al in Leeuwarden gevestigd is en niet zo gauw bereid zal zijn over te stappen. Als wij echter met van buiten komende lieden te maken hebben, die even goed de kans hebben ergens anders te gaan zit ten, dan kan ik mij voorstellen, dat ze de voorkeur geven aan een gemeente, waar de zaken in een minder ambtelijk tempo kunnen worden afgewerkt. Ik zou hier nog niet over gevallen zijn, als ik niet sterk de indruk had, dat in het algemeen de mening bestaat, dat het tempo in Leeuwarden te laag ligt. De hear Santema: By it lézen fan dit stik konsta- tearre ik mei foldwaning, dat ek hjir wer de biliedslyn fan B. en W. to üntdekken is om de bisteande saken safolle mooglik üt'e binnenstêd wei to heljen en nei de yndustryterreinen gean te litten. It sil aensen by it fêststellen fan it sanearringsplan sunder mis in rol spylje, dat wy sokke ynstellingen ek sa folie mooglik üt'e binnenstêd warre sille. En dêrom woe ik dan by dizze gelegenheit myn foldwaning deroer ütsprekke, dat B. en W. dizze wei keazen hawwe. De heer Van der Schaaf (weth.): In antwoord op de vraag van de heer Van der Veen kan ik zeggen, dat deze kwestie niet helemaal ambtelijk is behandeld. Ik heb n.l. op verzoek van een der firmanten persoon lijk een vrij langdurig bezoek gebracht aan de zaak en we hebben daar op een tweetal tijdstippen uitvoerig over de belangen van de zaak gesproken, ter deugde lijke voorbereiding, zou ik denken. Ik geloof niet, dat men wat ik daaraan gedaan heb, als ambtelijk kan be schouwen, weliswaar uitoefenende mijn ambt van Wet houder, echter niet zoals de heer Van der Veen het waarschijnlijk bedoelt. Dat er dus nogal wat tijd ver lopen is van mei tot oktober is, omdat wij toch eerst ook echt serieus hebben willen kijken, of wij aan het verlangen dat deze firma heeft uitgesproken om achter het bestaande gebouw nog iets anders te bou wen, konden tegemoetkomen; het was dus niet simpel een geval van het aanvragen van een stuk grond en het daarop antwoorden, want daar heeft tussendoor gespeeld het verzoek van de firma om het aanzienlijke terrein achter haar zaak haar perceel grenst aan de Eewal en de Speelmansstraat te bebouwen. Dit verzoek kon niet worden ingewilligd. En dat is mede een factor geweest, die enige tijd heeft gevraagd. De heer Van der Veen heeft gezegd, dat hij de indruk had, dat het tempo hier in Leeuwarden niet hoog ligt; hij zal echter wel niet bedoelen, dat dit over de gehele linie het geval is. Hij bedoelt waarschijnlijk, dat het nu en dan wel eens voorkomt, dat sommige dingen niet erg vlug worden afgedaan. Ik kan hier uiteraard wel iets over stamelen: Wij doen ons best om de zaken wel zo spoedig mogelijk af te doen, maar voor verantwoorde beslissingen en goed voorbereide voorstellen moet een aantal dingen nu een maal door de molen en deugdelijk worden voorbereid, omdat anders de Raad terecht zou kunnen zeggen, dat van een deugdelijke voorbereiding geen sprake is. Dat dat soms iets meer tijd vraagt dan men wel eens denkt nodig te hebben, kan ik me voorstellen, maar in ob jectieve zin moeten we hier toch niet de indruk laten bestaan, dat over het algemeen het tempo van afdoe ning in de gemeente Leeuwarden laag ligt. Er zijn natuurlijk ook bepaald geen exacte maatstaven voor. De heer Van der Veen zal dit punt verder wel in de gaten houden. Als hem weer iets dergelijks bekend is, misschien wil hij dan eens bij het lid van het College dat er mee te maken heeft, aanbellen en zeggen: Kan die zaak niet een beetje vlugger? Dan zullen wij van onze kant alles doen wat daar aan te doen is. De hear Santema hat syn foldwaning oer dit ütstel ütsprutsen en dat docht my goed, omdat hjirüt blykt, dat hy it alteast mei it Kolleezje iens is, dat soksoar- tige bidriuwen net mear yn de kearn fan de binnen stêd hearre to wezen, mar oan in bütenkant. Dat is hielendal ek yn oerienstimming mei üs fisy, omdat de problemen fan oanfier en parkearjen ensfh. op strjitten as de Iewal hast net mear goed op to lossen binne. De Voorzitter: Ik zou hier nog iets aan willen toe voegen, n.l., dat ik t.a.v. de medewerking aan de in dustrievestiging bepaald kan stellen, dat dit alles met de grootst mogelijke snelheid gebeurt en ik zou het nog sterker willen zeggen dat er stellig geen ge meente en ook geen ambtelijke instantie is, die deze dingen vlugger behandelt dan wij dit plegen te doen. Dat gaat in de regel allemaal per telefoon of per ke rende post. Zou men willen suggereren, dat Leeuwar den in dit opzicht door een trage ambtelijke behande ling achteraan zou komen, dan moet ik toch wel met nadruk deze suggestie ontkennen. De heer Van der Veen: Ik suggereer niets, ik stel alleen vast, dat wij in het algemeen als Gemeenteraad niet op de hoogte zijn met het tempo, dat door het College wordt toegepast en dat wij ook geen moge lijkheden hebben om dat te zien. (De heer Vellenga (weth.): Dat hebt U nu dan toch wel!) Dat kunnen wij dus slechts zien, wanneer hier iets op tafel komt, zoals nu in dit geval. En ik dacht, dat het verstandig was onder de aandacht van het College te brengen, dat snelheid een groot goed is. Nu begrijp ik van de Voor zitter van deze Raad, dat de zaken betreffende de in dustrievestiging in het algemeen per kerende post be handeld worden. Ik mag dan vaststellen, dat de tijds ruimte in dit geval voldoende was niet alleen om de Wethouder ambtelijk de gelegenheid te geven twee keer met de wederpartij contact te zoeken, maar zelfs twee keer daar ,,üt fan hüs" te gaan gedurende langere tijd. En ik geioof, dat het goed is, dat wij zo snel mogelijk deze en ook andere zaken afhandelen. Ik wil hier ver der het zwijgen toe doen. Ik neem graag acte van de verklaring van de Wethouder, dat hij open staat voor suggesties, wanneer ons mocht blijken, dat op bepaalde punten de snelheid beneden het wenselijke blijft. De heer Van der Schaaf (weth.): Om het bedrijf ter wille te zijn hebben we hiermee ook nog overleg ge pleegd over de keuze van het terrein. Een stukje ter rein, dat ze konden krijgen, moest echter eerst vrij komen. Hier is dus echt de tijd niet verprutst, ge loof ik. Ik kan niet ontkennen dat heb ik ook niet gedaan dat hier nog al veel tijdsruimte in zit (het is begonnen in mei en afgedaan in oktober), maar er zijn enkele complicaties in geweest en die zijn opgelost. Daarom geloof ik ook niet, dat de N.V. Gebr. Ferwerda zich tegenover ons beklaagt. Niettegenstaande dat, bil lijk ik volkomen, dat vanuit de Raad wordt aangedron gen op een zo spoedig mogelijke afdoening van derge lijke zaken. De opmerking die de Voorzitter van de Raad heeft gemaakt, sloeg meer op de vestiging van nieuwe be drijven, waarvoor U in Uw betoog in eerste instantie een nuance had, die mij niet ontgaan is. In dit geval zijn er dus een aantal complicaties ge weest, die in nauw, goed, plezierig overleg met het be drijf zijn opgelost. Men mag natuurlijk altijd meer ko ningsgezind zijn dan de koning dat staat ieder vrij maar in dit geval hebben ons van betrokkene geen klachten bereikt. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punten 8 t.e.m. 11 (bijlagen nos. 350, 328, 333 en 331). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van B. en W. Punt 12 (bijlage no. 329). De heer Kamstra: Onze fractie meent te mogen aannemen, dat dit voorstel door velen met sympathie zal zijn begroet. Dat de A.N.W.B. heeft besloten hier een technostation te vestigen, dus ook in een andere plaats in het noorden dan alleen in Groningen, kan ons alleen maar tot vreugde strekken. Ik heb geen auto, maar ik begrijp, dat het voor bezitters van een auto van groot belang is, dat ze weten, dat het in twijfelgevallen mogelijk is een wagen te laten onder zoeken. Het is van zeer grote betekenis, dat dit station hier wordt gevestigd en het zal door hen wel op zeer grote waarde worden geschat. We hebben gisteren via de radio mogen horen, dat in 1963 200.000 voertuigen zijn onderzocht. Nu is zo'n onderzoekstation echter niet alleen voor de autobezitters van belang, maar voor iedereen die van de weg gebruik maakt, op welke manier dan ook. Ik meen daarom te kunnen aannemen, dat de Raad wel geen moeite zal hebben hier „ja" op te zeggen. En de heren van de P.S.P. hebben mij al gezegd, dat ze het volkomen met mij eens zijn (Gelach). De heer Van der Schaaf (weth.): Ik ben mede na mens de leden van het College erkentelijk voor deze opmerking (Gelach). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punt 13 (bijlage no. 325). De Voorzitter: Abusievelijk is in het ontwerp.be. sluit niet het pand Oude Oosterstraat no. 4 genoemd. Ik verzoek U dit te willen lezen als: „de restauratie van de panden Ossekop 1 en Oude Oosterstraat 4". De heer Ytsma In het concept-raadsbesluit staat ,.de restauratie" enz. „ondershands op te dragen aan de Fa. Gebr. K. en W. de Vries te Eestrum voor de somma van ten hoogste f 125.000,In het voorstel evenwel staat: „aangezien dergelijke werken in regie plegen te worden uitgevoerd, stellen wij U voor" enz. Zit hier niet een bepaalde controverse in? Mijn vraag nu komt hierop neer: Betekent dat, dat de Fa. Gebr. K. en W. de Vries dit werk in ieder geval voor geen hoger bedrag dan f 125.000,zal uitvoeren, dus dat ze daer later geen suppleties meer op krijgt? De heer Van der Schaaf (weth.): De heer Ytsma heeft terecht opgemerkt, dat het begrip „uitvoering in regie" zich niet verdraagt met het fixeren van een bepaalde aanneemsom. De zaak is deze: Als we de restauratie van deze twee panden willen uitvoeren, moeten we daarvoor een krediet hebben, dit moet worden goedgekeurd en op basis van het krediet wordt dan het werk begonnen. Het is niet uitgesloten, dat het te eniger tijd iets meer gaat kosten, maar ook niet, dat het bedrag iets zal meevallen, want in de raming is b.v. ook nog opgenomen een bedrag voor het architectenhonorarium en dat krijgt de Fa. Gebr. de Vries niet. Het blijft echter een regie-overeenkomst, waarvoor het krediet zo goed mogelijk is geraamd. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punten 14 en 15 (bijlagen nos. 340 en 339). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van B. en W. Punt 16 (bijlage no. 345). De hear Hartstra Wy forbliidzje üs fanselssprek- kend oer dit ütstel, dêr't al safolle jierren oer praet is, mar ik soe dochs wol oan B. en W. freegje wolle, oft der ek noch swierrichheden binne mei de oankeap fan forskate stikjes groun en kin dat ek fan ynfloed wêze op de ütfiering fan dit wurk? De hear Van der Schaaf (weth.): De oankeap fan de stikjes groun is noch net hielendal klear; it is net sa flot gien, as wy earst forwachte hiene, mar der is oan'e oare kant ek wer gjin reden om der tige pessi- mistysk oer to wêzen. Wy hoopje dus, dat wy dit, foar- dat wy mei it wurk bigjinne, wol yn oarder krije sille. Ik kin my net foarstelle, dat de réwilligens dy't der yn it doarp Wurdum en dy't der by üs is om hjiroan mei to wurkjen, elkoar op in bipaeld punt net fine kinne. Ik bin der fêst fan oertsjüge, dat dit klear komt. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punten 17 t.e.m. 27 (bijlagen nos. 346, 343, 336, 334, 326, 348, 330, 338, 337, 347 en 344). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van B. en W. De Voorzitter sluit, om 8.00 uur, de vergadering.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1964 | | pagina 2