1 Verslag van de handelingen van de Gemeenteraad van Leeuwarden van maandag 3 april 1967 RAADSVERGADERING van maandag 3 april 1967. Voorzitter: de heer J. S. Brandsma, burgemeester. Aanwezig: 31 leden. Afwezig: de heren De Leeuw, Faber, Miedema en Mr. Van der Veen (allen met kennisgeving); 2 vaca tures. Te behandelen punten: 1. Mededelingen. 2. Opmaken van een voordracht voor de vacature van voorzitter van de raad van commissarissen van de N.V. Intercommunale Waterleiding Gebied Leeu warden (bijlage no. 103). 3. Aankoop van een aantal percelen, gelegen in het bestemmingsplan ,,'t Aldlan", en van een aantal per celen, gelegen in saneringsgebieden (bijlage no. 96). 4. Aankoop van het perceel Nicolaas Beetsstraat 14 van de N.V. Rabex te Zwolle en verhuur van kantoor ruimten in de Frieslandhal aan de Friese Coöperatieve Vee-afzetvereniging (F.C.E.), alhier (bijlage no. 105). 5. Verkoop van een aantal percelen erfpachtsgrond (bijlage no. 93). 6. Verkoop van een perceel industrieterrein aan de Coöperatieve Condensfabriek „Friesland", alhier, en grondruil met B. Cohen te Amsterdam (bijlage no. 101). 7. Verkoop van twee percelen industrieterrein, ge legen aan de Edisonstraat, aan J. Boomsma's Distil leerderij N.V., alhier (bijlage no. 95). 8. Verpachting van een aantal percelen weiland (bijlage no. 108). 9. Grondruil met L. de Jong en echtgenote, beiden te Lekkum (bijlage no. 98). 10. Ontbinding van een koopovereenkomst met mevr. H. Ferwerda-van der Wal, alhier (bijlage no. 94). 11. Verbetering van het Oostergoplein (bijlage no. 106). 12. Verlenen van medewerking ingevolge artikel 72 der Lager-onderwijswet 1920 aan het bestuur van de Vereeniging voor Christelijk Schoolonderwijs te Leeu warden voor de bouw van een gymnastieklokaal t.b.v. de Willem de Zwijgerschool (bijlage no. 110). 13. Weigeren van medewerking ingevolge artikel 72 der Lager-onderwijswet 1920 aan het bestuur van de Vereeniging voor Christelijk Schoolonderwijs te Leeu warden voor de bouw van een gymnastieklokaal t.b.v. de Marnixschool en de Juliana van Stolbergschool (bijlage no. 111). 14. Wijziging van de Wachtgeldverordening (bij lage no. 92). 15. Wijziging van de gemeenschappelijke regeling inzake de Vleeskeuringsdienst (bijlage no. 104). 16. Goedkeuring van de jaarstukken van de Stich ting „Théskinkerij Prinsetün" over het jaar 1966 (bij lage no. 91). 17. Verlenen van een naam aan een nieuwe straat en wijziging van een straatnaam (bijlage no. 102). 18. Aanvullende voorzieningen in verband met de sportvloeren in de Frieslandhal (bijlage no. 100). 19. Beschikbaarstelling van een krediet voor het treffen van voorzieningen in verband met de aanleg van de riolering-oost (bijlage no. 99). 20. Verlenen van een bijdrage ineens aan de N.V. Intercommunale Waterleiding Gebied Leeuwarden en wijziging van de Verordening op de heffing en invor dering van een waterleidingbaatbelasting (bijlage no. 107). 21. Wijziging van de gemeentebegroting en van de begrotingen van het Slachthuis en de Veemarkt, de Dienst voor Sport en Recreatie en de Energiebedrijven voor het dienstjaar 1966 (bijlage no. 109). 22. Onderzoek van de geloofsbrieven van de nieuw benoemde leden van de Gemeenteraad, de heren J. N. van der Zwaard en J. Wiersma. De Voorzitter: Het is de tweede keer, dat ik een vergadering van Uw Raad mag voorzitten, maar het is de eerste keer, dat dit het geval is met een normale agenda en dat wij in de gebruikelijke opstelling bijeen zijn. In verband daarmede zou ik gaarne een enkel woord tot U willen richten ter inleiding van deze ver gadering. Gedurende de weken, voorafgaande aan mijn ambtsaanvaarding, en in de korte spanne tijds daarna heb ik reeds kunnen constateren, dat wij met elkaar zeer veel bijzonder gevarieerd werk moeten verzetten. Enerzijds wordt veel gevraagd van de hoofden van de secretarie-afdelingen en de directeuren van de ver schillende diensten, alsmede van hun medewerkers, ter voorbereiding en ter uitvoering van de beslissingen van Uw Raad, anderzijds wordt van U op het bestuur lijke vlak gevergd tot een snelle en tevens verantwoor de besluitvorming te komen. Wij zullen nog even aan elkaar moeten wennen, maar ik spreek hierbij de hoop en tegelijkertijd het vertrouwen uit, dat wij, ieder met onze eigen verantwoordelijkheid, maar toch in goede harmonie en met terzijdestelling van persoonlijke wen sen als het geheel dat vereist, veel nuttige arbeid zul len kunnen verrichten in het belang van de gemeente Leeuwarden. Hiermede verklaar ik deze zitting voor geopend. Punt 1. Sub A en B. Deze berichten worden voor kennisgeving aangeno men. Sub G. Deze rapporten worden voor kennisgeving aangeno men. Sub D en E. Deze verzoeken worden in handen van B. en W. ge steld om preadvies. Sub F. De Foarsitter: Ik soe oer dit ynkommen stik graech in inkeld wurd sizze wolle. De hear Santema spriek yn dizze Rie altyd yn it Frysk en dêrom wol ik it op dit eagenblik ek dwaen. Under de lunch op de 16e maert 1967, de dei, hwerop ik offisieel yn Ljouwert kaem, krigen wy de offisieuze meidieling fan de hear Santema, dat hy bitankje soe as lid fan dizze Rie. Foar mannichien wie dat gjin nijtsje, mar, nei't my tocht, kaem it dochs noch ünfor- wachts. De nestor fan de Rie, de hear Van Balen Wal ter, hat him doe daelk tasprutsen en ik haw der doe inkele wurden oan taheakke. Yn de tuskentiid waerd it offisiéle birjocht fan syn bitankjen üntfongen, dat de Rie yn de portefeuille fan de Meidielings foun hat. It soe my net in goede wize fan dwaen lykje, yn dizze riegearkomste oan dit öfskie sunder mear foarby to gean. De hear Santema bistege yn de diskusje yn de Rie, dêr't hy 18 jier diel fan ütmakke hat, folle oandacht oan de histoaryske aspekten fan de Onderwerpen. En ik haw üt datjinge hwat my forteld is, net de yndruk krigen, dat dit allinnieh mar gearhong mei it feit, dat it wurd „histoaryske" ek foarkomt yn de namme fan de politike groepearring, hwerfan hy yn dizze Rie diel ütmakke, mar dat it by him echt wol in djippere bi- tsjutting hie. Miskien gong hy by it rekken halden mei de histoaryske fasetten somtiden fierder as yn de hjoeddeiske, faek frij hurde maetskippij to réalisear- jen is. Net allinnich de Fryske haedstêd, mar binam- men ek de doarpen hiene syn greate bilangstelling.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1967 | | pagina 1