18 bij de dienst Openbare Werken te bekijken in hoe verre hieraan een verdergaande aandacht geschon ken kan worden. De heer Weide: Ik ben blij te constateren, dat wij al iets gevorderd zijn t.a.v. de bereden politie want het is voor het eerst dat in de m.v.a. een erkenning wordt geuit van het effect van de bereden politie. Maar betwijfeld wordt of het inderdaad juist is dat dit niet zo veel kost. Ik heb vorig jaar de cijfers genoemd die werden gehanteerd in Groningen, waar reeds jaren bereden politie is. Die is echt niet zo duur. Ik had graag, dat u in het komende jaar deze zaak nog eens ging onderzoeken. De noodzaak van de bereden politie hoef ik niet meer te schetsen; ik heb in het verleden al voldoende getracht om het effect van de bereden politie onder de aandacht te brengen en tot uitvoering hiervan over te gaan. (De heer Van der Veen: Maar dan beginnen wij met ponies). Dat kan ook. De belangstelling voor het paard neemt gelukkig aanzienlijk toe. Dat is dan misschien mijn troost. I.v.m. volgno. 92, de verkeersvoorzieningen, merk ik op, dat velen de indruk hebben, dat de verkeers problemen hier in Leeuwarden minder gunstig wor den opgelost. Ik denk hier vooral aan de kruisingen en het plaatsen van verkeerslichten. Het komt meer dere malen voor dat men op een gegeven moment grote files krijgt. Ik krijg de indruk, dat dit niet zo effectief is opgelost. Bij het verkeersprobleem bij de Pieter Stuyvesantweg waar de heer De Vries en ik in het verleden al op wezen, hebben we te maken met een 7-tal straten die hier op een zeer geringe onderlinge afstand uitmonden op de Rondweg. Aan deze straat liggen veel bedrijven met ongeveer 3.000 werknemers. Op de spitsuren is het daar een hopelo ze toestand en het eerste ongeluk na het asfalteren is hier reeds gebeurd. Ik moet u ernstig in overwe ging geven hier op zeer korte termijn een oplossing voor te vinden. Zonodig kan de heer De Vries dit aanvullen. Een systeem als van Koog aan de Zaan is op deze plaats bijzonder nuttig. Een vraag, die ik hieraan vastknoop, is, wie hier in Leeuwarden deze problemen oplost. Wanneer dat is de mijnheer die wij laatst in de Raad hebben gehad, moet ik eerlijk bekennen, dat ik er niet zoveel vertrouwen in heb. Mèt de heer Vellenga zou ik het hele verkeers probleem in een nota graag ter discussie zien gesteld. De heer Schönfeld: Tijdens de algemene beschou wingen is door mij reeds naar voren gebracht, dat op wegkruisingen het uitzicht dikwijls wordt belem merd door geparkeerde auto's langs de vent wegen. In de m.v.a. wordt gesteld, dat het treffen van voor zieningen hier vooralsnog niet nodig wordt geacht. Persoonlijk acht ik de situatie op dergelijke kruis punten dermate gevaarlijk, dat ik het toch zeer op prijs zal stellen indien het College hieraan nog eens aandacht besteedt. Het instellen van een parkeer verbod op de ventwegen over een afstand van bijv. 30-40 meter gemeten vanaf deze kruising lijkt mij een juiste oplossing. Mevrouw JoustraBijker: Op blz. 109 van de m.v.a. staat, dat het aanleggen van zebrapaden op de ge noemde plaatsen niet in overeenstemming zou zijn met de algemene richtlijnen. Nu is mijn vraag: welke zijn die richtlijnen? De heer Rijpstra: Ik wil hetzelfde opmerken wat de heer Weide heeft gezegd over de kruising bij de Pie ter Stuyvesantweg. Verder wil ik n.a.v. een antwoord aan de heer Vellenga inzake het fotograferen tijdens Vietnam-demonstraties, dat ons in de eerste instan tie wel bevredigde, vragen of een fototoestel tot de normale uitrustingstukken van de politie of de re cherche behoort. T.a.v. volgno. 106 zal het wel geen opschudding verwekken dat wij verklaren tegen de uitgaven voor de B.B. principieel bezwaar te hebben. Wij zijn van mening dat instellingen als Brandweer, Rode Kruis en Politie zodanig georganiseerd en gecoördineerd moeten worden, dat bij rampen doeltreffend hulp kan worden geboden. Het aanwijzen van de dienst B.B. voor dit doel is niet meer dan een dekmantel voor het militaire aspect van deze instelling die daar om o.i. moet worden afgewezen. Wij vragen dan ook aantekening, dat wij geacht willen worden tegen deze post te hebben gestemd. De heer C. de Vries: Het is juist, dat de heer Wei de en ik de aandacht hebben gevraagd over de syn chronisatie-mogelijkheid van de overweglichten en de stoplichten bij de Pieter Stuyvesantweg zodat men ook de bestaande overweglichten kan inschakelen in het totale systeem van de wegbeveiliging. Ik heb destijds, toen wij daarover hebben gesproken, van uw ambtsvoorganger en van de Wethouder van Open bare Werken de toezegging gekregen, dat een onder zoek daarnaar zou worden ingesteld. Wij vragen nu hoe dat onderzoek is afgelopen. Ik heb inmiddels ge merkt dat men in Koog aan de Zaan daarvoor een voortreffelijke oplossing heeft gevonden, maar die techniek beheers ik niet. Een nader onderzoek op dit punt zou gewenst zijn. De heer Visser: In de sectievergadering heb ik de aandacht gevestigd op de situatie op het kruis punt Van Blomstraat, Simon de Vliegerstraat en d'Hondecoeterstraat. Dit punt moet de aandacht blij ven houden, gelet ook op het feit, dat er meer scho len gaan verrijzen. Ik denk aan de bakkersvakschool en de bijzondere hogere landbouwschool. Gevoegd bij al de scholen ter plaatse is het daar op de spits uren een benauwde situatie. Ik hoop dat het Col lege hier aandacht aan blijft besteden. De heer Heidinga: Ik heb de sectie gevraagd, of wij als raadsleden wat intensiever kennis zouden kunnen maken met het werk en de werkwijze van de politie. Ik heb heel goede ervaringen met de politie. In mijn bedrijf kom ik vaak met de politie in aanra king. De communicatie tussen Raad en Politie zou wel eens goed kunnen zijn. De heer G. de Vries: Ik zou mijn collega Weide een stok tussen de paarderiemen willen steken en bij het uitrustingsplan van de politie willen pleiten voor afschaffing van de fietsbrigade en toevoeging van auto's of brommers. Ik geloof, dat die fietsbri gade eigenlijk niet meer past in het beeld.Wij hebben behoefte aan snellere mogelijkheden van surveillan ce. De Voorzitter: Ik zeg de heer Weide graag toe, dat ik bij eerstvolgende contacten met mijn colle ga in Groningen hem zal vragen naar zijn ervarin gen met de bereden politie. Misschien zijn die zo gunstig dat het standpunt in Leeuwarden zou wor den gewijzigd, maar vooralsnog acht ik die kans zeer gering. Op de vraag, eveneens van de heer Weide, wie in Leeuwarden de verkeersvoorzieningen oplost meen ik te moeten zeggen, dat het College hiertoe geroepen is. De dienst van Openbare Werken advi seert over de technische zaken het College en vanzelf sprekend adviseert de verkeerspolitie. Er is ook nog een andere adviseur geweest, die ik niet ontmoet heb en door wiens adviezen wij ons niet hebben laten leiden. De heer Rijpstra heeft gevraagd of fototoe stellen tot de normale uitrusting van de politie be horen. Deze behoren niet tot de normale maar wel tot de uitrusting. N.a.v. de opmerking van de heer Heidinga, die ik bijzonder interessant vind, zal ik, wanneer er bij de raadsleden belangstelling bestaat nader te worden ingelicht over de werkwijze van de politie, over allerlei diensten bij de politie en hoe dat apparaat fungeert, graag een bijeen komst bevorderen, waar de Commissaris van Politie of een van de hoofdinspecteurs, al naar gelang van het onderwerp, aan de raadsleden een uiteenzetting kan geven. Ik ben bereid de kwestie van de fiets brigade van de politie nog eens te bespreken, maar ik heb wel de indruk, dat we nog niet zo ver zijn, dat de fiets een minder geschikt vervoermiddel is bij 19 de politie. Onder bepaalde omstandigheden is de fiets een niet te duur vervoermiddel en heel goed bruik baar. Misschien wordt Leeuwarden eens zo groot en de sterkte van de politie zo klein dat men zich alleen nog gemotoriseerd zal moeten voortbewegen. De Voorzitter schorst de vergadering voor de koffie pauze. De Voorzitter heropent de vergadering. De heer Tiekstra (weth.): Ik mag aan het adres van de heer Weide beginnen met te zeggen, dat in Leeuwarden, precies zoals in andere steden in Ne derland van dit formaat, het vraagstuk van de ver keersvoorzieningen een nog steeds klemmender zaak wordt. De ontwikkeling van de laatste jaren vormt het sein voor de aan deze verkeersvoorzieningen te schenken aandacht. De verzorging daarvan was ver deeld over de dienst Openbare Werken en de Politie. Op het ogenblik wordt ook de dienst Energiebedrij ven bij deze problematiek betrokken naarmate wij meer verkeerslicht-installaties moeten aanbrengen. Ook daarmee zullen we volledige ervaringen moeten opdoen om te kunnen nagaan in hoeverre de fasen, die bij de verschillende verkeersinstallaties bestaan, nog aan de feitelijke situaties kunnen voldoen. Zo b.v. de kruising Valeriusstraat-Dammelaan-Troelstraweg die nog maar kort functioneert en waarmee prak tijk moet worden opgedaan. Bij de bespreking over deze installatie heeft in het College een grote rol ge speeld de vraag op welke wijze de filevorming daar bij kon worden opgevangen. Wij zullen deze situaties telkenmale weer moeten observeren in hoeverre ze nog voldoen aan de taak die wij hen toekennen en in welke mate wijzigingen moeten worden aangebracht. Een tweede punt is, geloof ik, dat wij ons niet al te zeer moeten verkijken op de situaties die zich tijdelijk voordoen. Het zijn meestal situaties van vrij korte duur, b.v. een kwartier of een half uur per dag. Dat moet provisorisch worden opgevangen en dan refe reert het College zich aan de opvatting van de Com missaris van Politie voor wat betreft b.v. de Pieter Stuyvesantweg en de Julianastraat alwaar op dit mo ment het verkeer op de zijwegen nog niet zodanig is dat daar een verkeerslichtinstallatie noodzakelijk moet worden geacht. Ik kan me wel voorstellen dat gegeven de aanwezigheid van de vele bedrijven aan de oostzijde van de Pieter Stuyvesantweg er voor korte tijd een situatie ontstaat die enige moeilijk heden veroorzaakt. Verder moet ik er op wijzen, dat de hele situatie bij de overweg van de Pieter Stuy vesantweg een tijdelijke is omdat de N.S. ons heeft toegestaan voor een periode van tien jaar nog deze gelijkvloerse overgang te handhaven, maar dat het binnen dat tijdsbestek moet komen tot een ongelijk vloerse kruising ter plaatse. Ik wil een poging wa gen om bij de heer Weide een mogelijk onjuist in zicht omtrent de opdracht die de verkeersdeskundi- ge heeft, weg te nemen. De heer Van Dijk heeft de opdracht voor het maken van een verkeers-structuur- plan voor de gemeente Leeuwarden; dat is iets an ders dan adviseren m.b.t. eventuele situaties die zich in de stad kunnen voordoen. Ik hoop dat het uitge werkte rapport, geprojecteerd op de situatie zoals die in Leeuwarden is en zal worden, binnen niet al- te lange tijd aan de Raad kan worden voorgelegd. Ik meen, dat bij de ingewikkeldheid van de verkeerspro blematiek een behoorlijke theoretische fundering van deze hele problematiek onontbeerlijk is. Nu geloof ik, en dan kom ik bij de heer Schönfeld, dat het vraag stuk van het parkeren van de auto's op de ventwe gen minder bezwaren oproept dan hij stelt. Ik moet dit alleen maar zeggen vanuit persoonlijke ervarin gen omdat ik regelmatig vanaf de ventwegen of kruisingen met ventwegen op de ringweg kom. Een ander punt is dat wij op voet van het nieuwe verkeers reglement bij deze situatie kunnen gaan werken met de bekende beschildering van de trottoirbanden. Ik geloof, dat dit niet zo dringend is als de heer Schön feld meent te moeten stellen, tenzij het op een bepaal de tijd het geval zou zijn en dan zou ik het gaarne van hem vernemen. Mevrouw Joustra heeft gevraagd naar de zebrapa den. Nu heeft men bij het aanwijzen van plaatsen waar zebrapaden kunnen worden aangebracht, een zekere beperking in acht te nemen. Tussen de verschil lende zebrapaden moet ingevolge een ministerieel schrijven een afstand bestaan die tenminste in over eenstemming is met de normale afwikkeling van het rij verkeer. Anders zou het rij verkeer te vaak moe ten stoppen. Dat slaat dan m.n. op een plaats die mevrouw Joustra heeft genoemd, en waaraan reeds vaker aandacht is geschonken, de plaats aan de Ju- lianalaan. Dit punt is een en andermaal bekeken maar het aanbrengen van een zebra op die plaats verdraagt zich bepaald niet met deze nieuwe richt lijnen. De heer C. de Vries heeft op een oplossing gewe zen als in Koog aan de Zaan. Het interesseert mij wel hoe deze combinatie daar werkt en ik zal daar aandacht aan besteden. De heer Visser heeft nog op een bepaald punt ge wezen met de bedoeling daar een voorrangskruising te maken. Nu kunnen wij ons niet te veel voorrangs kruisingen veroorloven. Als elke kruising als voor rangskruising gaat werken krijgen we een verwarren de situatie in het verkeer. (De heer Rijpma: waarom kan het wel in Amerika en kan het hier niet?) Ik ge loof dat we hier niet hoeven te praten over Amerikaan se situaties; we hebben hier te maken met Leeuwarder situaties. En ons stadsgebied is nog een oude stadskern met een eigen oude bebouwing en andere problemen dan in Amerika. Ik ben een groot bewonderaar bij tijd en wijle van het land van de onbegrensde mogelijkhe den maar ik heb er ernstig bezwaar tegen te praten als of daar de oplossingen liggen voor de problemen waar wij hier mee worstelen. De heer Weide: Ik hoop dat de praktijk in de toe komst zal uitwijzen, dat mijn vertrouwen in onze verkeersdeskundige zich zal herstellen. T.a.v. Dam- melaan-Valeriusplein hoop ik, dat dit onderzoek in dit proefstadium nog een tijdlang zal doorgaan. Ik kan u verzekeren dat daar, ik heb het zelf opgeno men, 12 auto's per minuut passeren, en in de spits uren het dubbele daarvan, zo niet meer. Dan kom ik even op dat parkeren op de ventwe gen; zowel op de Dammelaan als in de Valeriusstraat ontstaan enorme files auto's. Dit heeft de conse quentie dat iedereen die hier geregeld langs gaat, op de spitsuren via de ventwegen gaat rijden omdat daar geen auto's gaan staan. Ik zou u heel graag wil len verzoeken de situatie daar nauwlettend te vol gen. De heer Vellenga heeft mij zoëven in het kader van dit punt bij de Pieter Stuyvesantweg laten we ten, dat het misschien wel leuk zou zijn te weten hoe het staat met de ophoging van de spoorweg. De heer Schönfeld: Op mijn vraag betreffende het geraamde bedrag van 70,— voor de aanschaf van handboeien en gummistokken is zonder meer geant woord, dat deze raming juist is. Is het ook mogelijk een specificatie van dit bedrag te geven of mede te delen hoe het komt, dat dit bedrag zo laag is? Mevrouw JoustraBijker: In eerste instantie heb ik niet gedoeld op de Julianalaan maar op de Uiter dijkster weg. Daar is een garage en een tankstation en daar staan ontzettend veel auto's aan beide kan ten van de weg geparkeerd, zodat het hier onover zichtelijk is voor overstekende kinderen. Daarom heb ik in de sectievergadering gevraagd of het niet mo gelijk is hier een zebrapad aan te leggen. De Voorzitter: Ik kan de heer Schönfeld de verze kering geven, dat ik me er zelf van overtuigd heb of die post al of niet juist was; die is juist. Een speci ficatie heb ik niet bij de hand, maar u begrijpt, dat dit maar een heel klein lijstje is. De heer Tiekstra (weth.): Uit het antwoord in eer ste instantie is het wel duidelijk geworden, dat we de ontwikkeling in de verkeerssituatie inderdaad nauw-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1967 | | pagina 10