2
3
wijze deze zo belangrijke dag hebben herdacht en ik
zou vanaf deze plaats ik ben ervan overtuigd ook
de tolk van de Rand te zijn het Bevrijdingscomité,
een ploeg mensen uit onze stad, die bijzonder veel werk
heeft verzet, dank willen zeggen voor de grote inspan
ning, die zij zich hebben getroost, opdat wij dit met
elkander zouden kunnen beleven.
Ik meende, dat ik enkele woorden aan deze zo be
langrijke gebeurtenis in onze raadsvergadering moest
wijden.
Verder zou ik ook nog van deze gelegenheid gebruik
willen maken en daarbij ga ik even over yn üs
lanstael om de hear Boomgaardt hertlik lok to
winskjen en ik bin derfan oertsjüge, dat ik dan ek
de tolk bin fan de hiele Ried mei syn 25-jierrich ju-
biléum, dat hy as direkteur fan it „Friesch Dagblad"
de öfroune wike fierd hat. Nochris: hertlik lokwinske,
mynhear Boomgaardt, en noch folie jierren yn'e béste
sounens.
Punt 1.
De notulen van de vergadering van 13 januari 1970
worden onveranderd vastgesteld.
M.b.t. de notulen van de vergadering van 14 januari
1970 zou ik een tweetal correcties willen voorstellen.
Op de eerste pagina moet onder de namen van de
aanwezigen worden geschrapt de naam van Mr. T. J.
Kingma; in plaats van diens naam moet gelezen wor
den: „de heer P. P. de Jong, Gemeentesecretaris".
Op pagina 6 staat in de 21e regel van onderen in de
eerste kolom: „sportveld in het westen". Dat moet zijn:
„sportveld in Lekkum".
De notulen van de vergadering van 14 januari wor
den, met inachtneming van de door de Voorzitter ge
noemde correcties, onveranderd vastgesteld.
Punt 2.
De heer P. P. de Jong (secr.)Bericht van verhin
dering is binnengekomen van de raadsleden de heren
P. J. Engels, M. Tjerkstra en G. de Vries, terwijl de
heer H. L. M. Stek heeft laten weten iets later ter
vergadering te zullen verschijnen.
Rondgezonden mededelingen.
Sub A.
De berichten worden voor kennisgeving aangenomen.
Sub B.
De rapporten worden voor kennisgeving aangenomen.
Sub C.
De verzoeken worden in handen gesteld van B. en W.
om preadvies.
Sub D.
De mededelingen worden voor kennisgeving aange
nomen.
Sub E.
De brief wordt voor kennisgeving aangenomen.
Sub F.
Het verzoek wordt in handen van B. en W. gesteld
om preadvies.
Sub G.
De hear Boomgaardt: By oare gelegenheden seine
B. en W. by dit soarte fan stikken: Wy hawwe sa en
sa tocht en skreaun, mar dat stiet hjir net by. Hjir
stiet allinnich: Dit heart nei üs miening fia de „Ver
eniging van Nederlandse Gemeenten" by hegere yn-
stansjes oanhingich makke to wurden. En der wurdt
ütsteld dit stik foar kundskip oan to nimmen. Soe it
net sin hawwe, dat it Kolleezje tasei en in moun-
linge tasizzing is my genóch dit punt to praet
bringe to sillen by de „Vereniging van Nederlandse Ge
meenten" It is miskien in formaliteit en it is bést
mooglik, dat oaren it dogge, maar üt dizze stikken
krijt men dochs wol de yndruk, dat it bilangryk ge
nóch is om der ris oer to praten.
De Voorzitter: Ik zou me wel kunnen voorstellen
dat wij en het is de laatste tijd ook wel gewoonte
behalve deze brief voor kennisgeving aan te nemen,
het daaraan voorafgaande ook ter kennis brengen van
de briefschrijver, in dit geval het gemeentebestuur van
Purmerend. En dan ligt het op de weg van dat ge
meentebestuur het bij de Vereniging van Nederlandse
Gemeenten ter sprake te brengen. Kunt U met deze
gang van zaken instemmen?
De heer Boomgaardt knikt instemmend.
De Voorzitter: Akkoord; dan zullen we aan Uw
wens voldoen.
Sub H.
Het adres wordt voor kennisgeving aangenomen.
Sub 1.
Het verzoek wordt voor kennisgeving aangenomen.
Punten 3 t.e.m. 6 (bijlagen nos. 115, 119, 120 en 127),
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen
van B. en W.
Punt 7 (bijlage no. 116).
De heer SchönfeldIn de raadsbrief wordt voor het
perceel tuingrond over het tijdvak van 30 januari 1969
tot 30 januari 1970 een huurprijs van f 1000,voorge
steld, welke echter vanaf 30 januari 1970 f 2000,per
jaar zal gaan bedragen.
Hoewel de tuingrond het afgelopen jaar nog bij de
heer Haven in gebruik is geweest, terwijl het al ge
meentelijk eigendom was, zal ik toch graag vernemen
waarom de huurprijs met 100 pet. moet worden ver
hoogd. Ik heb de indruk, dat hier te sterk is gelet op
het feit, dat de heer Haven hier nog een gevestigd
bedrijf heeft, moeilijk elders iets kan vinden en graag
zo lang mogelijk wil doorgaan met zijn broodwinning
De toe te passen huurverhoging is m.i. dan ook on
redelijk.
De heer Tiekstra (weth.)De huurprijs van f2.000,—
zijn we overeengekomen met de heer Haven. Alleen
de redenering van de heer Schönfeld zet de zaak
op de kop hebben wij voor de eerste periode f 1.000,
aangehouden, omdat de heer Haven toen nog in de
situatie verkeerde, dat hij niet wist, of hij het bedrijf
ter plaatse kon continueren of zou gaan verplaatsen.
De overeengekomen huurprijs van f 2.000,voor 50%
wordt in rekening gebracht voor het eerste jaar. Dat is
de inhoud van de complete overeenkomst met de heer
Haven.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel
van B. en W.
Punt 8 (bijlage no. 117)
De heer Hogendijk: B. en W. hebben geen bezwaar
dit stuk grond te verhuren aan de Coöp. Inkoopvereni-
ging. Ik kan mij echter voorstellen, dat de bewoners
van de Van Loonstraat er wel wat bezwaar tegen zullen
kunnen inbrengen. Het is geen fraai gezicht die em
ballage daar buiten te zien staan. Nu stelt het College
voor nog een extra stuk grond te verhuren aan deze
Inkoopvereniging, waardoor de aanblik nog minder
fraai wordt. Ik zou mij kunnen indenken, dat B. en W.
aan deze Inkoopvereniging vroegen op dit stuk grond
een behoorlijke loods te zetten, al behoeft het niet zo'n
pracht-exemplaar te zijn. Als het daar maar een een
voudig, doch goed geheel wordt. Kan deze voorwaarde
niet opgenomen worden in de overeenkomst?
De heer Tiekstra (weth.): Deze bepaling nu nog op
te nemen in de overeenkomst lijkt mij, gezien de over
eenstemming die bereikt is, wat moeilijk. Ik wil de
heer Hogendijk wel nadrukkelijk toezeggen we ken
nen de situatie daar wel ongeveer dat aan de wijze
waarop de zaak door de Coöp. Inkoopvereniging zal
worden verzorgd, door ons zeer bijzondere aandacht
zal worden geschonken. Meer kan ik op het ogenblik
echt niet zeggen.
De Voorzitter: Kan de heer Hogendijk daar genoe
gen mee nemen
De heer Hogendijk: Nee, mijnheer de Voorzitter.
Dat lijkt me toch niet goed. Ik zou dan liever op dit
moment tegen stemmen en een nieuwe overeenkomst
zien.
De heer Hogendijk en verschillende andere raads
leden verlangen stemming.
Het voorstel van B. en W. wordt verworpen met 16
tegen 15 stemmen. Tegen stemden mevr. Visser-van
den Bos en de heren Bouma, Hogendijk, Janssen, King
ma, Klomp, Van der Laan, De Leeuw, Mr. Lijzen, Ree
hoorn, Rijpstra, Spoelstra, P. van der Veen, Vellenga,
Venema en Van der Wal. (De heren Faber en Stek
waren tijdens de stemming niet aanwezig.)
Punt 9 (bijlage no. 132).
De heer Visser: Dit voorstel komt ons redelijk voor,
zodat wij er ons wel mee kunnen verenigen. Als wij
echter de financiële gevolgen ervan overwegen, dan
schrikt het wel enigszins af en ik weet niet, of het
College op dit moment een optelsom zou kunnen maken
van de exploitatielasten van een nieuw te stichten eigen
gebouw Daarmee komen we zeer zeker ook duur uit.
Waar wij prijs op stellen, is wat ongeveer aan het
eind van de raadsbrief het College zegt: „Wij stellen
ons voor nog nader overleg te plegen over het recht
van koop door de Gemeente." Dit punt is voor ons
aanleiding B. en W. in overweging te geven dit in het
kader van de onderhandelingen i.z. de huurovereen
komst met de bouwer te bespreken. Wij als fracties
zijn van mening, dat hier nog perspectieven zijn, om
dat o.i. bij de groei van de stad ook de behoefte aan
dienstruimten verder zal toenemen en wij zien hier een
gunstige gelegenheid daar gebruik van te maken.
Graag zouden wij het standpunt van het College hier
over vernemen.
De heer Schönfeld: In de raadsbrief staat vermeld,
dat de bouw van een eigen kantoorgebouw voor de
Schooladviesdienst waarschijnlijk op grote financiële
moeilijkheden zal stuiten, welke zich niet voordoen bij
de huui van een aantal etages van het kantoorflat
gebouw aan de Tesselschadestraat, omdat zowel de
bouw als de financiering door een derde geschiedt. De
G.S.D. zal in het te creëren kantoorflat eveneens kun
nen worden gehuisvest, hetgeen ik een nuttige zaak
I vind. In de raadsbrief lees ik verder, dat de Gemeente
alleen heeft zorg te dragen voor de betaling van de
jaarlijkse exploitatielasten van het door haar te huren
gedeelte van het gebouw. Hoe hoog deze lasten wor
den geschat, kan ik in de raadsbrief niet terugvinden.
De huur is gebaseerd op een bruto rendement van 10/2
pet. voor de eigenaar en zal over de eerste vijf bouw
lagen f 677.988,per jaar bedragen.
Ik zal graag van het College vernemen, hoe hoog
de jaarlijkse exploitatielasten zullen zijn, alsmede of er
een mogelijkheid is, dat de Gemeente zowel voor deze
jaarlijkse exploitatielasten als voor de huur ook nog
een tegemoetkoming van het Rijk kan ontvangen.
Ik ben het helemaal met het College eens, dat een
nieuwe huisvesting voor de G.S.D. een dwingende eis
is, waarbij ik ook nog denk aan een aanzienlijke effi-
ciency-verbetering, hetgeen in geld uitgedrukt welis
waar toch op een fictief bedrag zal uitkomen, doch in
ieder geval resulteert in een lager onkostenbedrag dan
is genoemd.
Het zou interessant zijn, om het efficiency-onder-
zoek, dat bij deze tak van dienst gehouden zal worden,
in twee fasen te doen plaats vinden, n.l. het eerste in
de oude en het tweede in de nieuwe situatie, teneinde
ook eens een beeld te krijgen van het kostenbesparende
dement van de verbeterde huisvesting van deze dienst.
Het kan voor de andere diensten n.l. een leidraad vor
men.
Mevr. Veder-Smit: Ik behoef nauwelijks te her
dalen, dat ik blij ben, dat het College definitief is af
gestapt van het vorige voorstel, dat minder gelukkige
dementen bevatte en ik geloof, dat dit voorstel om
kantoorruimte te huren aan de Tesselschadestraat twee
voordelen heeft:
1. dat het op vrij korte termijn ter beschikking
komt, wat, gezien de dringende behoefte die aan dit
gebouw bestaat, een vervulling is, en
2. dat men aan de financieringsmoeilijkheden ont
komt.
Ik geloof, dat de plaats ook zeer wel aanvaardbaar
is. Ik vraag me alleen af, of de parkeerruimte er om
heen voldoende zal zijn. Ik geloof, dat de inrichting
zeker op de begane grond goed aangepast kan
worden aan doel en manier van werken van de Gem.
Soc. Dienst.
Ik heb een paar vragen:
1. over het feit, dat het College voorstelt, ook de
Schoolartsendienst in dit gebouw te vestigen, ervan
uitgaande, dat deze dienst niet moet blijven in het ge
bouw van de F.B.T.O. Waarom heeft men niet gekozen
de combinatie met de Gem. Gezondheidsdienst, die ook
denkbaar is?
2. Van welke prognose, van welke omvang van deze
dienst is men uitgegaan? Twee verdiepingen lijken mij
n.l. een heel grote ruimte.
3. Op welke behoefte-raming, wat de aantallen per
sonen betreft van de G.S.D., is men afgegaan In het
vorige plan was men, meen ik, uitgegaan van 85 amb
tenaren. Ik meen te weten, dat de optimale grootte,
zoals die nu geschat wordt, 122 zou zijn en dat men
dan nog rekent op een reserve, zodat men op 150 zou
komen. Is in deze getallen al een eventueel resultaat
van het efficiency-onderzoek begrepen? Is dat onder
zoek al geëindigd en kan daar iets over gezegd wor
den Ik kan me voorstellen, dat dat van invloed is op
de omvang van de dienst. Dan neem ik aan, dat, wat
de kantoor-oppervlakte betreft, gewerkt is volgens de
rijksnormen, die er zijn voor de oppervlakte per wer
ker in die ruimte.
Dan heb ik nog een enkele vraag over de uitwerking
van het contract:
Staat al vast, wie zich gaat belasten met de
exploitatie van het gebouw? Zal de bouwer dat zelf
doen of wordt dat misschien een stichting? En zal
het ook mogelijk zijn bij het contract te zorgen voor
een bepaling, dat de Gemeente kan onderverhuren? Ik
kan me n.l. voorstellen, dat men rekent op een bepaal
de bezetting, deze ruimte alvast wil hebben, maar die
nog tijdelijk ten dele aan anderen wil verhuren.
Je schrikt natuurlijk erg van de huurprijs. Ik ben
echter niet voldoende bij machte om te zeggen, dat
die zo- en zoveel minder zou moeten zijn en daarom
moet ik erop afgaan, dat het College zo hard als nodig
was heeft onderhandeld.
De heer Van der Laan: Het voorstel van het College
tot het verwerven van een goede huisvesting door de
G.S.D. heeft ook uiteraard de instemming van mijn
fractie. We vragen ons even af, of nu inderdaad afge
stapt wordt van de plannen tot het zelf bouwen van
een kantoorpand. Overigens is het wellicht mogelijk
t.z.t. in dit pand meerdere diensten te huisvesten en
daardoor te komen tot een stadskantoor, zoals bijv. in
de gemeente Beverwijk. Ook wij zijn van mening, dat
het recht van koop een bijzonder belangrijke factor
zal zijn in de onderhandeling over dit geheel. De huur
prijs al meer aangeroerd is, naar het ook ons
voorkomt, aan de hoge kant. In de raadsbrief staan
de bronnen van informatie in het algemeen buiten
Leeuwarden niet vermeld. Het Financieel Dagblad van
6 maart publiceert een aantal huurcijfers en daarbij
zien we voor Rotterdam f 100,tot f 165,voor Apel
doorn f 60,tot f 120,en voor Leeuwarden f 80,
tot f 110,per m2. De in de raadsbrief vermelde huur
prijs komt ons daarom wat hoog voor. Nu staat ook
in de raadsbrief, dat in het plan rekening is gehouden
met specifieke eisen, die door de te huisvesten diensten
gevraagd worden. Wellicht vindt dit dan zijn weerslag
in de huurprijs. Is in de specifieke eisen misschien ook
begrepen de parkeerruimte voor auto's? Dat staat op
de tekening n.l. niet zo duidelijk aangegeven. Verder
rijst de vraag, of er rekening is gehouden met een
voorziening voor de lichamelijk gehandicapte bezoe
kers, een voorziening die een duidelijk aspect vormt
van onze huidige samenleving. Mogelijk behoort ook
deze tot de specifieke eisen.