4
Punt 1.
De notulen worden onveranderd vastgesteld.
Punt 2.
De heer P. P. de Jong (secr.)Er is bericht van
verhindering ontvangen van de heer P. van der Veen.
Rondgezonden mededelingen.
Sub A en B.
Deze rapporten worden voor kennisgeving aan-
nomen.
Sub C.
Deze berichten worden voor kennisgeving aange-
genomen.
Sub D.
De heer Kijpma: Voor zover ik kan nagaan, woont
adressant in een huis van een rijtje, dat niet door de Ge
meente behoeit te worden aangekocht i.v.m. het vast te
stellen bestemmingspian-Huizum. Het zijn nog knappe
huizen, echter gebouwd zonder paalfundei'ing in een
tqd met nog weinig, licht, lokaal verkeer. De Huizumor-
iaan heeft een klinkerbestrating en een waarschijnlijk
licht zandbed, is derhalve nog steeds alleen toegerust
voor lokaal, licht verkeer. Op dit moment wordt de
straat gebruikt voor veel zwaarder verkeer: trailers,
zand- en grindauto's, dreunende stadsbussen iedere 20
minuten. De bestrating wordt keer op keer vernield.
Als de werkzaamheden aan de kruising Aldlansdyk-
Drachten beginnen, zal de Aldlansdyk waarschijnlijk
tijdelijk afgesloten worden en zal het verkeer door het
dorp Huizum en de Huizumerlaan nog wel toenemen.
Door een parkeerverbod aan één zjjde moet alle ver
keer over één weghelft. Van het dorp komend verkeer
moet tegenliggers laten voorgaan. En dat betekent op
trekken, afremmen, uitwijken, optrekken, afremmen
enz. Aan dit verkeer gaat iedere weg te gronde, tenzij
die op een zeer moderne wijze wordt gefundeerd. En
de aanleg van de nieuwe Huizumerlaan zal wel moeten
wachten op de constructie van de nieuwe Oostergoweg
en van de nieuwe weg die haaks op de Borniastraat
komt te staan. Wanneer kan de aansluiting Bornia-
straat-Huizumerlaan aanbesteed worden? Wanneer kan
de Borniastraat doorgetrokken worden naar de Tijnje-
dijk? Pas als deze wegen klaar zijn, kan de Huizumer
laan ontlast worden.
Uit eigen aanschouwing kan ik bevestigen, dat het
huis van reclamant en ook dat van de buren schade
lijdt. Er zijn scheuren in de plafonds, er zijn scheuren
in de muren. Ik kan uiteraard niet vaststellen of die
er een halfjaar geleden ook waren, alleen ik vertrouw,
dat de mededelingen van betrokkenen eerlijk zijn. Als
ik er woonde, zou ik ook bezorgd zijn over de toekomst
van mijn huis, als dat er van binnen zo uit zou zien.
Nu is mijn vraag: Wil de Dienst Openbare Werken
er eens een bezoek brengen en kijken hoe de zaak er
op het ogenblik bij staat, opdat, wanneer deze situatie
mogelijk nog wat langer duurt, wij weten hoe het ver
loop van het proces is geweest.
Het spijt mij, dat de indertijd in de Commissie Open
bare Werken toegezegde informatie-avond nog niet ge
weest is. Ik weet wel, dat het bestemmingsplan nog
niet klaar is, maar er zijn toch voldoende gegevens en
tekeningen voor dit stadsdeel om de burgers daar voor
te lichten en de dialoog tussen burger en Gemeente op
gang te krijgen. Een dialoog, die tot wederzijds begrip,
maar ook tot extra hulp moet leiden door de Gemeen
te, wanneer het een wijk betreft, die in een moeilijke
overgangsfase is.
En dan nog één vraag: Hoe is de aansprakelijkheid
van de Gemeente eigenlijk, wanneer zij toelaat, dat on
geschikte wegen veel te zwaar verkeer te verwerken
krijgen, waardoor eigendommen van burgers schade
lijden
De heer Tiekstra (weth.): Ik hoef, dacht ik, niet in te
gaan op de uiteenzetting die de heer Rijpma heeft gege
ven met betrekking tot de technische uitvoering, de tech
nische constructie van de Huizumerlaan. Dit is een toe
stand die uiteraard ook bestaat bjj diverse andere stra
ten in Leeuwarden. Straten, die destijds aangelegd zijn
op basis van het verkeer dat er toen was, en die niet
zijn berekend op het verkeer dat er nu langs gaat.
Straten hebben een openbaar karakter en dat betekent,
dat ze voor het verkeer beschikbaar zijn en ervoor ge
bruikt worden. Verkeersbeperkende maatregelen kun
nen alleen maar worden getroffen op basis van het
Wegenverkeersreglement en het zou hoogstens kunnen
betekenen, dat lengte, breedte, resp. asbelasting aan
beperkingen worden onderworpen, maar elke verkeers-
beperking maakt natuurlijk tegelijkertijd de afwikke
ling van het verkeer telkens weer moeilijker. Wij moe
ten ons, dacht ik, gewoon voegen naar de situatie, dat
we de ontwikkeling van het verkeer, m.n. wat de be
lasting en de frequentie betreft, met onze voorzienin
gen met bij kunnen houden. Dat is niet een specifiek
Leeuwarder verschijnsel; het is, dacht ik, een verschijn
sel, dat zich in het hele land voordoet. Daarmee be
antwoord ik ook de laatste vraag van de heer Rijpma.
Het lijkt mij nl. hoogst onwaarschijnlijk, dat, zelfs als
het aantoonbaar het geval zou zijn, de Gemeente, de
overheid in het algemeen, aansprakelijk zou zijn voor
schade met het zoéven genoemde voorbehoud van
mijn kant die daardoor zou ontstaan.
Inderdaad is destijds toegezegd, dat er overleg zou
worden gepleegd met de bewoners, d.w.z., dat er in
formatie zou worden verschaft, dat men gelegenheid
zou krijgen zijn oordeel te geven en dat daaruit de dia
loog zou ontstaan die de heer Rijpma zo gewenst acht.
Dat betekent nu eenmaal, dat je toch enigermate moet
weten op basis van welke gegevens je gaat praten. En
het betekent tegelijkertijd, dat er ook in het overleg,
dat er over deze zaken dient te worden gevoerd, een
duidelijke mate van overeenstemming bestaat. Daar
die situatie deze week nog moet blijken, is het duide
lijk, dat we pas nadien stof hebben om de benodigde
informatie te geven. Als dat inderdaad het geval is,
ben ik stellig bereid te zoeken naar middelen en wegen
om met de bestaande organisatie „It aide doarp", tot
inspraak te komen. Maar dat betekent niet ik dacht,
dat we dat heel helder moeten zeggen dat op korte
termijn tegemoet kan worden gekomen aan de onder
vonden bezwaren. Daarvoor zijn andere maatregelen
nodig. De heer Rijpma signaleert zelf al een punt waar
ik op dit moment geen antwoord op weet, nl. de uit
voering van de werken met betrekking tot het Dracht
ster kruispunt. Ik weet niet in hoeverre die tot ver-
keersomleidingen aanleiding zal geven. Zou dat wel het
geval zijn, dan is het nog de vraag of we de door hem
genoemde route zouden moeten volgen. Zal die route
worden gevolgd, dan moeten we nog bekijken in hoe
verre we met beperkende maatregelen een zo goed mo
gelijke oplossing kunnen vinden. Dat zijn allemaal vra
gen waar ik op dit moment bepaald geen antwoord op
kan geven, maar die straks stellig onze aandacht zul
len opeisen.
Al met al betekent het, dat ik in deze situatie niets
anders kan doen dan het preadvies, dat B. en W. heb
ben gegeven op dit adres, op dit moment te handhaven
naar de inhoud, zoals die nu is, met de herhaalde toe
zegging, dat ik stellig bereid ben zo snel mogelijk het
overleg tot stand te brengen.
De heer Rijpma: Er is geen antwoord gekomen op
de vraag of de Dienst Openbare Werken deze zaak zal
gaan volgen. Het lijkt mij toch wel gewenst, dat we
weten wat er gaat gebeuren.
De heer Tiekstra (weth.)Ik heb er geen bezwaar
tegen de zaak te laten volgen. Het staat mij bij, dat
destijds, toen deze zaken aan de orde waren, juist met
de kwestie van het rijden met zware bussen, een aantal
woningen inderdaad vanwege de Dienst Openbare Wer
ken zijn bezocht. Of de woning van adressant daar bij
was, weet ik niet. Ik heb er op zich dus geen bezwaar
tegen, alleen ik wil er wel op attenderen, dat ook aan
een zodanige opname van de situatie op dit ogenblik
geen enkele consequentie kan worden verbonden. Wij
moeten ons ervoor hoeden, dat betrokkenen die conse
quenties trekken.
De heer Rijpma: Ik wil hier nog graag even op
terug komen. Ik dacht, dat het van belang was, dat
wij deze opname wel gingen doen. Ik heb de schade
bekeken en je staat er versteld van wat door zwaar
verkeer in een korte tijd veroorzaakt kan worden. Ten
minste als er van uitgegaan wordt, dat alles wat ik
gezien heb, is veroorzaakt in het laatste halfjaar, zo
als mij is meegedeeld. En ik dacht, dat het ook in het
belang van de Gemeente was, dat wij weten wat er
gaat gebeuren. Daar hoeven de burgers geen conse
quenties uit te trekken, het kan alleen betekenen, dat
Openbare Werken op een gegeven moment tot de con
clusie komt, dat de kwestie van het zware verkeer,
zoals dat op het ogenblik door de Huizumerlaan gaat,
met de Verkeerscommissie besproken moet worden om
te kijken of daar iets gedaan moet worden. Ik ben van
mening, dat er wat gebeuren moet, maar goed, de
Gemeente moet haar eigen beslissing ten aanzien hier
van nemen.
De heer Tiekstra (weth.)lk dacht, dat het niet
nodig was, hier nog verder op in te gaan. De heer
Rijpma heeft duidelijk zijn mening gegeven. We kun
nen hiermee op dit moment volstaan.
De Voorzitter: De betrokkene zal dus worden ge
ïnformeerd, zoals door B. en W. is voorgesteld, en
wij zullen handelen, zoals door de heer Tiekstra is
uiteengezet.
Sub E.
Dit adres wordt voor kennisgeving aangenomen.
Sub F.
Mevr. Woudstra-Peene: Ik wilde vragen, hoeveel
tijd er gemoeid zal zijn met het inwinnen van deze pre
adviezen. Wij zouden graag willen aandringen op een
spoedige behandeling, omdat aanvragen voor abortus
nu eenmaal meestal uit erge noodsituaties voortkomen
en elke dag winst is er dan één. Ik ben bang, dat het
cijfer, in de onder F genoemde brief vermeld (1J/2 per
dag voor Leeuwarden, hetgeen omgerekend is naar het
landelijk gemiddelde; wij hadden gedacht dat het voor
Leeuwarden lager zou zijn), toch wel zal kloppen. Ik
heb vanmorgen het consultatiebureau van de Rutgers-
Stichting gebeld en daar krijgen ze per week, terwijl
ze drie spreekuren houden, gemiddeld minstens vijf
aanvragen binnen. En dan zullen we toch wel moeten
vermoeden, dat via alle artsen, gynaecologen en de
bureaus voor levens- en gezinsmoeilijkheden dat aantal
nog wel eens verdubbeld zou kunnen worden. In al
deze gevallen laten het er dan eens tien per week
zijn - is duidelijkheid over de eventuele mogelijkheden
in onze eigen Gemeente wel zeer gewenst.
Dan heb ik nóg een vraag. Als er straks sollicitan
ten komen naar de functie van gynaecoloog in Triotel
laten we hopen, dat het een heel stroompje zal zijn
zoudt U hun dan ook duidelijk willen vragen hoe
hun standpunt is ten aanzien van hulpverlening bij
abortus-aanvragen
De heer Ten Brug (weth.): Het verkrijgen van het
advies zal op zichzelf niet zo lang hoeven te duren.
Ik kan mededelen, dat ter voorbereiding van deze ad
vies-aanvraag bij de Commissie voor de Gezondheids
zorg al een contact is geweest tussen de directie van
Triotel en de medische staf. Dat wil natuurlijk niet
zeggen, dat, wanneer dit advies niet lang op zich laat
wachten, daarmee het probleem zou zijn opgelost. Ik
begrijp, dat dit haast heeft, maar aan de andere kant
gaat het hier om een ziekenhuis dat nog moet starten.
Er zijn hier ziekenhuizen die al lang draaien, en je
zou kunnen zeggen, dat het daar dan gemakkelijker
opgelost zou kunnen worden.
En dan nog de vraag of het Gemeentebestuur bij het
aanstellen van een gynaecoloog de vraag wil stellen
hoe de sollicitant denkt over abortus. Die vraag stellen
zal op zichzelf niet het grote probleem zijn. Maar het
aantrekken van deze man af te laten hangen van het
eventuele antwoord op die vraag, daar kan ik ja noch
nee op zeggen. We zouden al dolgelukkig zijn als er
morgen een gynaecoloog in Leeuwarden zou komen.
Wij verkeren hoe wij er ook onder staan echt
niet in de situatie, dat wij kunnen zeggen: En nu moet
je ook nog aan die en die voorwaarden voldoen. Dat
wil niet zeggen, dat de situatie zo somber hoeft te zijn
als tot nu toe, maar op dit punt kan ik geen enkele
toezegging doen.
Besloten wordt dit adres in handen an B. en W. te
stellen om preadvies.
Aanvullende mededeling.
De heer Schaafsma: Naar aanleiding van deze aan
vulling op de mededelingen heb ik één vraag.
Nu drie weken geleden de Westersmgei-afiaire hier
niet erg positief is ontvangen en die zaak voorlopig is
terug genomen, had ik gedacht - en misscnien ben ik
als jong raadslid nog niet helemaal op de hoogte
dat automatisch de oude situatie, de route langs het
Gerechtsgebouw, zou worden hersteld. Immers óf de
bushalte Westersingei blijft niet en dan lijkt mij, eer
lijk gezegd, de route langs het Gerechtshof de de
finitieve, óf U gaat wel over tot verbouw van de halte
aan de Westersmgel en dan zult U toch tijdelijk een
vervangende route moeten hebben. En nu dacht ik, dat
U op het ogenblik het publiek aardig kon gerieven door
nu al vast de route langs het Gerechtshof te gaan
rijden.
De Voorzitter: Ik heb er geen bezwaar tegen, dat
de Wethouder hier even op in gaat, maar dat punt is
natuurlijk op het ogenblik niet aan de orde.
De heer Heidinga: Als dat punt wel aan de orde
was, zou ik me er graag bij aansluiten, maar nu doe
ik het dus niet. (Gelach)
Ik wilde alleen het volgende vragen. Als we deze
brieven verwijzen naar de genoemde commissie, zou
ik het wel bijzonder op prijs stellen, dat deze brieven,
als straks het stuk in behandeling komt, omdat ze aan
de Raad gericht zijn, dan weer bij de stukken aan
de Raad terug komen. Dat is toch mogelijk?
De Voorzitter: Wij zeggen U graag toe, dat de
brieven in het dossier opgenomen worden, zodat er
dan opnieuw kennis van kan worden genomen. Betrok
kenen zullen dan weer een antwoord krijgen.
De heer Heidinga: Akkoord.
De heer Tiekstra (weth.)Ik dacht, dat de heer
Schaafsma van deze kwestie een onjuiste indruk heeft
overgehouden. Ik heb bij de behandeling van deze aan
gelegenheid in de Raad enige weken geleden nogal
duidelijk gezegd, dat terugname van het voorstel op
zichzelf niet zo'n moeilijke procedure was en dat in
tussen de bestaande situatie, de tijdelijke voorziening,
bleef gehandhaafd. Daarop is immers de hele route op
het ogenblik geaccommodeerd en de andere accommo
datie, m.n. wat de verder liggende bushaltes betreft,
is niet op terugschakeling naar de oude situatie in
gericht. Vandaar dat ik daar toen geen probleem van
heb gemaakt en dat nu ook niet doe.
Besloten wordt overeenkomstig het door B. en W.
voorgestelde.
Punt 3 (bijlage no. 16).
De heer Van Haaren: Ik wilde hier wel graag
even het woord over voeren. (De Voorzitter: Dan al
leen over het punt, of we het voorstel al dan niet in
behandeling nemen, niet over het voorstel zelf.) Uiter
aard. Ik wil het slechts hebben over de vraag: het
voorstel thans bespreken en, zo mogelijk, in een raads
besluit omzetten of het aanhouden. En dan pleit ik
voor behandeling in deze vergadering, omdat de ver
schillende politieke groeperingen in deze Raad de kie
zers meer openheid en inspraak hebben beloofd. De
verkiezingen liggen nu al een half jaar achter ons en
de Raad-nieuwe-samenstelling is al drie maanden aan
de slag, zonder dat op het punt van openheid en in
spraak veel is veranderd. Deze situatie is volgens mij
t.o.v. de kiezers niet verantwoord, zodat wij verder uit
stel van deze belangrijke zaak ten zeerste ontraden.
Andere gemeenten in ons land hebben meer voortva
rendheid en durf tot nieuwe experimenten getoond.
M.i. behoeft Leeuwarden, dat wel enige verbetering
van zijn image kan gebruiken, daar niet bij achter te
blijven. Om er zeker van te zijn, dat ons voorstel weer-