20 a-r 93 kan niet. Deze tegenslag hebben we moeten incasseren. (De heer Heidinga: Er liggen nog geen straten in dat plan. Het is nog een woeste vlakte.) Ik ben blij met Uw opmerking, mijnheer Heidinga. Die toont aan, dat er nog heel wat moet gebeuren om dit plan te kunnen verwezenlijken. Ik hoop, dat de Raad ervan overtuigd is, dat wij ons uiterste best zullen doen. Maar ik hoop niet, dat er later verwijten worden gemaakt als we niet helemaal klaar komen. Er liggen tal van moei lijkheden. Wij zullen met heel wat hulpmiddelen moe ten werken om toch in 1971 onze plannen te realise ren. We zullen alles op alles zetten. Er is gevraagd een definitie te geven van keuze woningen. Keuzewoningen zijn woningen die reeds eer der zijn uitgevoerd en die zeer rationeel en tegen een zo laag mogelijke prijs worden gebouwd. Ze dienen te worden gereserveerd voor gezinnen met lage inko mens. Keuzewoningen kunnen na 1 januari niet meer worden gebouwd. De huur van deze woningen bedraagt ongeveer f 140,per maand, inclusief de vaste kos ten van de centrale verwarming. Dat is dus een zeer redelijke huurprijs. Het is nog de vraag of wij elders nog deze keuzewoningen kunnen bouwen. Dat punt is ook aan de orde geweest bij de besprekingen over Lek- kumerend-oost. Men heeft het bouwen van deze wo ningen in overleg met de woningbouwverenigingen in deze wijk niet aangedurfd. (Mevr. Brandenburg- Sjoerdsma: Als ik het goed begrepen heb, zijn het uitgeklede woningen.) Het zijn woningen die al eer der gebouwd zijn en het type woning, dat aan de Ar- chipelweg wordt gebouwd is zeer redelijk. Er is een subsidie aan verbonden van ongeveer f 250,per jaar, omdat het woningen betreft die als keuzewoningen wor den aangemerkt. Ze voorzien, wat het huurniveau be treft, in een bepaalde behoefte. Nu iets over de woning van het schoolhoofd in Lek- kum. Die woning kan niet meer worden gerepareerd. Die kwestie is ook in de Commissie voor het Woning bedrijf besproken. Openbare Werken heeft deze zaak overgenomen. Er zal gerapporteerd worden aan het College over de mogelijkheid van nieuwbouw op de zelfde plaats. Maar daar zijn nog nadere gegevens voor nodig. Mocht nieuwbouw mogelijk zijn, dan zal de heer Van der Sluis toch eerst elders moeten gaan wonen. In afwachting van het rapport van Openbare Werken heeft hij waarschijnlijk de door U aangehaalde brief gekregen. De mogelijkheid van nieuwbouw zit er dus nog wel in. (Mevr. Brandenburg-Sjoerdsma: Ik heb zopas gezegd, dat er een woning te koop staat. Wanneer we van mening zijn, dat het belangrijk is, dat het schoolhoofd in Lekkum blijft wonen zou dat toch ook een mogelijkheid zijn. Die nieuwbouw zie ik zo direct niet. Kan er geen overleg worden gepleegd over de te koop staande woning?) Ik wil deze kwestie nog graag eens bekijken. Ik kan niet zo maar ja of neen zeggen. Ik vind de suggestie het bekijken zeker waard. Als we een goede woning kunnen kopen die acceptabel is voor het schoolhoofd en die ons minder zou kosten dan nieuwbouw dan is het altijd het over wegen waard. Het is ook al van belang dat school hoofd aan Lekkum te binden. Zowel voor hem als voor het dorp is dat van belang. We zullen de voor- en na delen van de suggestie van mevr. Brandenburg eens tegen elkaar afwegen. (Mevr. Brandenburg-Sjoerdsma: Als we hier te lang mee wachten, zal die woning mis schien verkocht zijn.) Ik wil graag nadere gegevens van U hebben. Er is gevraagd of er moeilijkheden zijn met het bou wen van de bejaardenflat van de N.C.H.B. aan de Ger- brandyweg. Het probleem was, dat het terrein waar op de N.C.H.B. kon bouwen belangrijk moest worden gewijzigd i.v.m. het verleggen van het Vrijheidsplein in noordelijke richting. Er is daardoor meer ruimte beschikbaar gekomen, ook voor de N.C.H.B. Vandaag hebben we nog contact gehad met de N.C.H.B. en we hebben de indruk, dat een en ander dit jaar niet meer klaar zal komen. Het contact is er en wij zullen dili gent blijven. (De hear Miedema: Op dat plak?) Ja, op die plaats. Voor zover wij weten heeft men geen overwegende bezwaren tegen die plaats. Hetgeen hier omtrent vanavond gezegd is was ons niet bekend. De heer Van Haaren heeft o.a. gevraagd of de ex perimentele bouw in Camminghaburen in de Raad voor de Volkshuisvesting kan worden besproken. Deze Raad zal op zeer korte termijn een advies worden gevraagd over het plan Camminghaburen. De Commissie Be stemmingsplannen heeft het bekeken. Het komt nu in B. en W. en dan gaat het zowel naar de Commissie Ruimtelijke Ordening als naar de Raad voor de Volks huisvesting. Het lijkt me, dat de leden van die Raad dan de volle ruimte hebben om over de mogelijkheden van experimenteren te praten. Dat kunnen zij in hun advies verwerken. Het is eigenlijk zo, dat wij nog wat meer tijd nodig hebben voordat we met die experimen tele woningbouw beginnen. In de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening, heeft de heer Van Haaren ook een opmerking gemaakt over de kashba-woningen in Aldlan-oost. Toen heeft de stedebouwkundige, meen ik, gezegd, dat de suggestie van de heer Van Haaren on getwijfeld zou worden bekeken. Vooral als we wat meer tijd hebben, is het bijzonder interessant juist die experimentele bouw te gaan bekijken, maar we zitten nu in een noodsituatie en daarom zullen we er in Ald lan-oost en in Lekkumerend niet aan toe komen. Maar in de toekomst zullen we er zeker aandacht aan schen ken. (De heer Van Haaren: Het is vooral interessant te komen tot een geconcentreerde laagbouw. Daar wil len we toch graag naar toe?) Die zal ongetwijfeld een mogelijkheid krijgen vooral ook als de Raad voor de Volkshuisvesting deze kwestie in zijn advies betrekt in een betrekkelijk vroeg stadium. Ik meen, dat de heer Van Haaren het punt ook nog wel aan kan snij den in de Commissie Ruimtelijke Ordening. Wij zullen stellig hiermee in de Raad komen. Er zal beslist vol doende rekening mee worden gehouden. Mevr. Brandenburg en ook nog anderen hebben ge sproken over die 1165 onvolwaardige woningen. Het roept toch wel bezwaren bij ons op alle mensen die in de woningen zitten die wij in de komende 10 jaar af zouden moeten breken, daarvan op de hoogte te stellen. Zou je daarmee niet een stuk onrust onder de mensen brengen? We hebben deze kwestie nog eens bekeken in de Commissie voor het Woningbedrijf. Wij hebben besloten, dat plan betreffende die 1165 woningen nog eens te bekijken en vast te stellen welke woningen in ieder geval in de eerste vier jaar gesaneerd moeten worden. Daarvan willen we de mensen dan op de hoogte stellen. De makelaars hebben bericht gekregen van onze plannen voor de komende tien jaar, maar wij menen dat het belangrijk is te komen met een lijst voor de komende vier jaar. We kunnen dit dan van jaar tot jaar opschuiven. We zouden daarmee berei ken, dat we niet meer onrust zaaien dan noodzakelijk is en dat we een duidelijk beleid voeren t.a.v. de in formatie, zoals de heer Van Haaren gevraagd heeft. (De heer Knol: Om hoeveel woningen gaat het dan de komende vier jaar?) Om ongeveer 40% van die 1165 dat is zo'n 500 woningen. Als we de mensen die in die huizen wonen inlichten, hebben we al een flinke hoe veelheid gehad. We zouden er eigenlijk ook wel iets voor voelen de mensen iets meer rechtszekerheid te geven en niet alleen een briefje te sturen, dat men er rekening mee moet houden, dat de woning in de nabije toekomst zal worden afgebroken. De huizen zijn meest in handen van particulieren. Als wij nu voor de eerste vier jaar de woningen nemen die eigenlijk ook in aan merking komen om onbewoonbaar te worden verklaard, dan is de procedure op gang gebracht. Dan is er ook een mogelijkheid van verweer, wanneer men het er niet mee eens zou zijn. Dat is niet het geval als we die mensen nu alleen berichten, dat hun huis in de komende tien jaar waarschijnlijk zal worden afgebro ken. Wij voelen er meer voor de rechtszekerheid wat meer te waarborgen. Die lijst van 1165 woningen heeft geen enkele rechtskracht. Wij zouden in openheid niet graag tekort willen schieten in deze zaak. Aan de an dere kant willen we deze ontwikkeling niet verder laten gaan dan redelijkerwijs verantwoord is. Wij dachten, dat we met een planning voor vier jaar, als eerste aanloop, vrij duidelijk zouden zijn. (Mevr. B.randenburg-SjoerdsmaMag ik nog even wat vragen? In overleg met de Nationale Woningraad en de woningbouwcorporaties is, meen ik, ook besloten, dat een bepaald complex van een woningbouwcorpora tie beslist in 1973 geamoveerd (dat stond in het rap port) zou worden. Het betreft dus allemaal huurwo ningen. Is het ook de bedoeling de huurders ervan op de hoogte te stellen, dat die huizen in 1973 worden afgebroken? In die huurwoningen investeren de men sen ook geld voor verbouwingen. Ze breken bedsteden uit, maken kamers groter enz. Als U nu weet, dat die huizen in 1973 tegen de vlakte gaan, is het dan niet redelijk de huurders daarover in te lichten?) Amova- tiepanden in het kader van de Nationale Woningraad zijn alleen woningen van woningbouwverenigingen of Gemeente. Het plan tot amovatie is in eerste aanleg door de Nationale Woningraad uitgebracht over een termijn van vijf jaar. Wij hebben daar ook al omdat de woningbouw wat stokt tien jaar van gemaakt, zodat we de zaak iets kunnen temporiseren want wij voelen wel, dat we op het ogenblik niet meer kunnen afbreken dan strikt noodzakelijk is. Maar we moeten wel amoveren. Men kan wel zeggen, dat we niet moe ten saneren, maar als ik dan kijk naar hetgeen de politieke partijen voor de verkiezingen gezegd hebben, dan blijkt dat er van alle kanten is aangedrongen op een versnelde uitvoering van de krotopruiming. De programma's logen er niet om op dit punt. Gezien de moeilijkheden die er zijn, gaan wij over tot temporise ring, doch hier wordt gesuggereerd met die hele zaak te stoppen. Maar dat kunnen we toch met goed fat soen niet doen. We moeten elkaar ergens zien te vin den en ik dacht, dat we daarom moesten besluiten toch met die krotopruiming door te gaan. Voorzover het niet gaat om woningen van de woningbouwvereni gingen of van de Gemeente, sturen we de mensen be richt. Het gaat daarbij om ongeveer 400 a 500 huizen. Ik dacht, dat we dan een duidelijk beleid voeren, dat genoeg openheid geeft. Voor zover het woningen van Gemeente en woningbouwverenigingen betreft, zullen wij de mensen vroeg genoeg bericht sturen. Onze zorg is veel meer voor de mensen in die te amoveren wo ningen (die er liever vandaag dan morgen uit willen) een passende huisvesting te vinden. Het is veel meer ons streven deze mensen een betere huisvesting te ge ven, dan hen er mee te verzoenen dat zij hun woning moeten verlaten. Men is als huurder van zo'n amo- vatiepand bijzonder in zijn schik met het uitzicht op een betere woning binnen niet al te lange tijd. Een woning die meer passend is en meer woongenot biedt en tegen een huur die deze mensen past; daar streven wij naar. (Mevr. Brandenburg-Sjoerdsma: U loopt wat om mijn vraag heen. Het gaat mij om een bepaald complex woningen waarvan vaststaat, dat het zal wor den afgebroken. Er is een dringende afspraak ik heb daar een rapport over gelezen met de woningbouw corporaties; die hebben gezegd: Dan moet het ook in 1973 gebeuren. Ik wil ook wel zeggen welk complex ik bedoel. Het gaat om de oude Indische buurt: de Javastraat, Borneostraat e.d. De mensen in die buurt denken dat die huizen nog jaren zullen blijven staan.) Voor de Balistraat komt een renovatieplan en geen amovatieplan. (Mevr. Brandenburg-Sjoerdsma: Ja, maar ik had het over de Javastraat, de Celebesstraat, de Bankastraat en de Borneostraat.) Wij hebben gezegd, dat, voor zover er in die buurt woningen geamoveerd moeten worden, wij daar de eerste paar jaar niet mee zullen beginnen. Wanneer wij daarmee beginnen, moe ten we eerst weten, dat er een plan van Openbare Werken klaar ligt om dadelijk na de amovering met een stuk nieuwbouw te beginnen. Dan hebben we ook een mogelijkheid de zaak zo snel mogelijk op te van gen. Wij hebben die plannen dus iets naar de toekomst verschoven. Misschien kan het in de jaren 1973 t.e.m. 1976 in uitvoering gebracht worden, maar dan zo, dat we direct daarna de vervangende woningen bouwen en dat er begeleiding is van Openbare Werken. Dat is dus de bedoeling. (De hear Miedema: Dit is dus in öfspraek tusken it Kolleezje en de wenningbouforie- nings. De wenningbouforienings binne yndied de earst- bilanghawwenden. Dêr haw ik ek gjin biswier tsjin. Ik leau dochs, dat it hwat wurdich wêze soe as oer dit soarte fan öfspraken oer amovearjen ensfh. en oer de gebieten hwer't it om giet, de Ried op syn minst ynformearre wurdt. Ik tocht, dat wy der rjocht op hiene to witten hwat der öfbrutsen wurde sil en hwan- near. Dan hawwe wy ek mear sicht op it hiele bilied). (De heer Heidinga: Er zit nog een kant aan deze zaak. De woningen waar mevr. Brandenburg het over heeft zijn van de Woningstichting Leeuwarden. Naar mijn mening zou het zo moeten, dat we één straat afbreken. We kunnen beginnen heel langzamerhand één kant van een straat te ontruimen. Daar bouwen we dan een nieuw blok. Dan verhuist de andere zijde van die straat naar dat nieuwe blok. Dan breken we dat ontruimde gedeelte weer af en daar bouwen we weer nieuwe hui zen. En zo gaan we verder. Hier moet gewoon systeem in worden gebracht. We hoeven zo'n hele buurt niet te ontruimen.) Ik heb de informatie gekregen, dat het gaat om woningen in de buurt van het Vliet, die eigen dom zijn van de Woningbouwvereniging Leeuwarden. (Mevr. Brandenburg-Sjoerdsma: Ja, ik had het over de woningen aan de Javastraat, Borneostraat, Banka straat en Celebesstraat.) Het gaat daar om 73 woningen. Deze zijn in het kader van de amovatie bekeken door de Nationale Woningraad. De Woningbouwvereniging Leeuwarden heeft te kennen gegeven deze woningen graag te willen afbreken. Ik meen, dat het plan van de Nationale Woningraad vorig jaar voor de leden van de Gemeenteraad ter inzage heeft gelegen, ze hebben ook allemaal een exposé daarvan thuis gezonden ge kregen. Daarin werd ook een uiteenzetting gegeven over de verschillende buurten. Voordat hierover werd begonnen, hebben de raadsleden zich dus voldoende kunnen oriënteren. Wil men er meer informatie over hebben dan is daartegen geen enkel bezwaar, maar dan is het misschien beter per afzonderlijke nota nog eens een stuk informatie te verschaffen. Het gaat hier om een woningbouwvereniging die zelf t.a.v. amovatie en renovatie haar eigen verantwoordelijkheid heeft. Wanneer die vereniging bij de Gemeente komt met renovatieplannen in het kader van de renovatiemoge lijkheden die het Rijk biedt, dan hebben wij eenvoudig de regelingen toe te passen. Maar op een gegeven mo ment kwam men van verschillende kanten bij ons. Al lerlei woningbouwverenigingen kwamen met amovatie- en renovatieplannen. Toen vonden we het beter, dat niet iedereen op eigen houtje begon, maar dat hierin coördinatie werd gebracht. Wij hebben toen voorge steld hiermee een instantie te belasten die hiervoor voldoende geëquipeerd is. De Nationale Woningraad heeft toen het gehele gebied onderzocht. De helft van de bewoners is geënquêteerd. Er is een rapport uitge bracht. Al met al heeft dat onderzoek f 50.000,ge kost. Dat rapport heeft een of twee jaar ter inzage gelegen. Wij hebben hierop voortgeborduurd en daar zijn wij nu nog mee bezig. Er is in die coördinatie commissie die in overleg met de woningbouwver enigingen is ingesteld duidelijk afgesproken, dat de mensen die in de betreffende buurten wonen vroeg tijdig zullen worden ingelicht, zodat ze voldoende we ten waar het om gaat, zowel wat de renovatie als wat de amovatie betreft. Men is het meeste geïnteresseerd in de renovatieplannen, omdat men bijzonder graag de woningen, die zo enorm achtergebleven zijn wat het onderhoud betreft en ook wat de verbetering betreft, opgeknapt wil hebben. De eerste ervaringen hiermee zijn bijzonder gunstig. Koploper is in dit geval Patri monium, die met 108 woningen gaat beginnen. Het overleg met de bewoners heeft tot resultaat gehad, dat zij praktisch allemaal hun instemming hebben be tuigd. Het lijkt mij een uitstekend voorbeeld van wat kan. Wij zijn van plan m.b.t. gemeentewoningen de zelfde lijn te volgen. De bewoners zijn nog niet in kennis gesteld van onze plannen, maar als we zover zijn, dat we met die renovatieplannen kunnen komen, doen we dat. Wat de amovatiepanden betreft hebben wij, voor zover het panden zijn waarvan deskundigen zeggen, dat het niet meer verantwoord is ze te laten bewonen, een plan gemaakt waarbij de slechtste wo ningen in een schema zijn ondergebracht. Voor zover dat woningen betreft van woningbouwverenigingen kunnen wij moeilijk anders doen dan die woningen af te breken als we inderdaad van mening zijn, dat het woningen zijn die afgebroken moeten worden. Voor zover het gemeentewoningen betreft hebt U dat ook kunnen zien in de stukken die ter inzage hebben ge legen. Er zal dit jaar nog niet zo veel van komen, maar er zijn toch wel enkele panden die wij graag nog dit jaar willen afbreken. (De heer Van Haaren: Misschien mag ik even opmerken, dat de Leeuwerik straat een voorbeeld is van hoe het niet moet.) Dat is inderdaad een punt, dat door de coördinatie-com missie niet goedgekeurd is. Maar daarover is, zonder dat de coördinatie-commissie een besluit heeft genomen, contact opgenomen met de bewoners en wel op een ma-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1971 | | pagina 11