3 -JEE-re-l c- 2 41. Instelling van een commissie van advies en bij stand aan Burgemeester en Wethouders t.b.v. het Prin- cessehof en vaststelling van de Verordening Commis sie voor het Princessehof (bijlage no. 281). 42. Zekerheidsstelling als bedoeld in artikel 63 van de Woningwet (bijlage no. 286). 42a. Zekerheidsstelling als bedoeld in artikel 10 van de Wet Bezitvormingsfonds (bijlage no. 292). 43. Garantie aanvullende lening Dorpshuis Wirdum (bijlage no. 285). 43a. Verlenen van financiële medewerking aan de Stichting Dienstencentrum „Het Vliet" (bijlage no. 291). 44. Beschikbaar stellen van een aanvullend krediet voor de bouw en inrichting van het ziekenhuis en ver pleeghuis (bijlage no. 276). 45. Sluiten van kasgeldleningen (bijlage no. 288). 46. Wijzigen van de gemeentebegroting en van de begrotingen van het Markt-, Haven- en Slachthuisbe- drijf, de Dienst voor Gezondheidszorg, het Grondbedrijf, het Woningbedrijf en de Dienst voor Spor t en Recreatie voor het dienstjaar 1971 (bijlage no. 289). 47. Benoemen van: a. een ambtenaar van de burgerlijke stand (bijlage no. 244) b. een bestuurslid van de „Woningvereniging Leeuwar den" (bijlage no. 243); c. een lid van de Raad voor Sportaangelegenheden (bijlage no. 248) d. een lid van de Commissie van Advies en Bijstand voor de Dienst voor Sport en Recreatie (bijlage no. 249). De Voorzitter: Dames en heren. Hartelijk welkom op deze vergadering. Ik stel voor, dat wij met onze werkzaamheden beginnen. Andere jaren placht het wel voor te komen, dat we zo direct na de vakantie een vrij korte agenda hadden, waar we in luttele minuten tijds doorheen konden ko men, maar het lijkt nu wel bijna hetzelfde als vlak voor de vakantie: ongeveer 50 punten. Ik heb echter wel de stille hoop, dat we daar in een vrij vlot tempo door kunnen komen. Punt 1. De heer De Vries: Op blz. 6 van de notulen (le ko lom, ongeveer in het midden) van de vergadering van 3 mei 1971 staat: „In de komende jaren zo hebben de deskundigen gesteld zal er verandering optreden in leeftijdsopbouw in die zin, dat de groep van de „jonge" bejaarden relatief enigermate zal dalen en de leeftijdsgroep van 75 jaar en ouder in belangrijke mate zal toenemen. De grootste stijging zal zich voltrekken in de leeftijdsgroep boven de 65 jaar." 65 jaar moet echter zijn: 85 jaar. De Voorzitter: Deze wijziging zal worden aange bracht. De notulen van de vergadering van 3 mei 1961 wor den, met inachtneming van deze correctie, overigens onveranderd vastgesteld. De notulen van de vergadering van 3 mei 1971 wor- van afdeling III van de Raad worden onveranderd vast gesteld. Punt 2. Rondgezonden mededelingen. Sub A t.e.m. E. De berichten, rapporten en mededelingen worden voor kennisgeving aangenomen. Sub F. Deze verzoeken worden in handen van B. en W. ge steld om preadvies. Sub a. Deze brief wordt bij de a.s. begrotingsbehandeling aan de orde gesteld. Sub H. Deze voorstellen worden voor kennisgeving aange nomen. Sub I. Besloten wordt overeenkomstig het door B. en W. voorgestelde. Sub J en K. De brief en de mededeling worden voor kennisgeving aangenomen. Punten 3 en 4 (bijlagen nos. 283 en 278). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van B. en W. Punt 5 (bijlage no. 252). De heer Heidinga: De aankoop van deze grond- strook begrijp ik eigenlijk niet helemaal. Ik ben n.l. tot de ontdekking gekomen, dat die strook niet doorloopt tot de hoek, maar bij het eind van de voorgevel op houdt. Ik vraag mij af: Kan dat nu de bedoeling zijn? Heeft de Gemeente enig belang bij het stukje, dat naast de gevel ligt? Stel U voor, dat wij daar op den duur eens een hoek-afronding zouden willen maken. Dan hebben we juist het stukje grond, dat we dan nodig zouden zijn, niet in eigendom. Ik schat het voorste stuk op een meter of 6, 7. Daarop is een beplanting aangebracht en dat gedeelte is netjes aangelegd; alleen het deel naast de gevel is niet aangelegd. Ik neem dus aan, dat de Gemeente die strook en zo stond het trouwens ook op het tekeningetje niet in eigendom krijgt. Zou de Gemeente er werkelijk belang bij heb ben, dan zou zij, dacht ik, de gehele strook moeten bezitten. In de tweede plaats dit: Ik lees in de raadsbrief, dat de Gemeente de overdrachtskosten van deze grond betaalt. Ik zou graag willen weten, hoeveel die beiopen. In de derde plaats zou ik graag vernemen, wat de huurder in 't Nijlan in het algemeen gemiddeld betaalt aan kosten voor plantsoenaanleg en -onder houd. In 't Nijlan wordt dat bij de huur betaald. Kan het College enige indicatie geven, hoeveel het altijd durend onderhoud van deze groenstrook gekapitali seerd - bedraagt? De heer Tiekstra (weth.)De situatie is precies zo als de heer Heidinga die geschetst heeft; de strook grond die door de Gemeente wordt overgenomen, is ge legen langs de westgevel van het betrokken pand Op de vraag van de heer Heidinga, hoeveel de over drachtskosten zullen bedragen, zou ik op het ogenblik geen zinnig antwoord kunnen geven. Ik weet dat een voudig niet. De in de raadsbrief terzake opgenomen clausule is echter niet ongebruikelijk. Op de vraag, wat de huurders van woningen in 't Nijlan ongeveer betalen voor het onderhoud van de plantsoenen het openbaar groen zou ik op het moment ook echt uit het hoofd geen antwoord weten te geven. Ik vraag me af, of die bij deze zaak wel aan de orde komt. Wat is Mer n.l. aan de orde? Er is een terrein uitgegeven; het blijkt, dat er langs de westgevel een strook grond ligt en vervolgens blijkt, dat die logischerwijze beter aansluit bij het in beheer van de Gemeente zijnde plantsoen dan bij de tuin van de betreffende eigenaar van de woning. Daarover is een gesprek ontstaan en wij worden het met de eige naar gewoon eens, dat wij dit strookje groen terugne men voor f 1,Nu kan men een eenvoudige zaak wel ingewikkeld maken, maar B. en W. hebben de zaak op deze manier benaderd en in haar eenvoud bij de Raad gebracht. Hiermee moet ik op dit moment volstaan. De heer Heidinga: Dit antwoord vind ik heel on bevredigend. Wat schieten we daar nu mee op In feite ontlasten wij dus een van onze burgers van de ver plichtingen, die hij t.a.v. die grond had, en dat doen we door een gulden voor de overgebleven strook grond te betalen en de overdrachtskosten ook nog voor onze rekening te nemen. Het lijkt wel een beetje, alsoi wij voor Sinterklaas spelen. Dit is toch zeker zeer onge bruikelijk bij de Gemeente. Nogmaals: als die grond- strook tot ae hoek toe doorliep, zou ik er nog iets in zien. Als we die hoek eens wilien afronden om wat voor reden dan ook dan hébben we die grond, maar nu hebben we een gedeelte niet, dus we nemen louter het stukje, dat naast de gevel ligt, terug om een van onze burgers te ontlasten. Nu vind ik het prachtig, dat wij wat voor onze burgers doen; dat behoren we ook te doen, daar heb ik nooit bezwaar tegen, maar in het aigemeen stellen de burgers er dan ook iets tegenover. Iedere burger, die in 't Nijlan woont, moet aan het onderhoud van de plantsoenen mee betalen. En waarom moet deze man dat niet? Dan moet hij dat afkopen, dacht ik. Zie ik dat nu zo stom? Het lijkt mij een heel normale zaak. Nee, ik stem niet voor mt voorstel. De Voorzitter: Verlangt een raadslid of de Wet houder in tweede instantie nog het woord? De heer Tiekstra (weth.): Stellig, mijnheer de Voor zitter, want ik geloof, dat de hier gemaakte opmer kingen de zaak volstrekt scheef trekken. De veronder stelling, dat de kopers van deze kavels door middel van de berekende grondprijs niet zouden hebben bijgedragen in het voortdurend onderhoud van het openbaar groen in 't Nijlan, is volkomen onjuist. (De heer Heidinga: Waarom zegt U dat dan niet in eerste instantie Daar hebt U niet naar gevraagd. U hebt gevraagd, wat de huurders betalen, m de grondprijs voor deze kavels is een gekapitaliseerd bedrag opgenomen voor het duur zaam onderhoud van het openbaar groen. Daar ging het hier om. En ik dacht, dat de heer Heidinga dit vol komen duidelijk kon zijn. Iets anders is, of men het onder bepaalde omstandig heden dit doet zich meer voor eens kan worden over het terugnemen van een strookje grond. Dat kan men op tweeërlei manier doen, n.l. op basis van de kavelprijs, dus op basis van de oorspronkelijke grootte en dan rolt er uiteraard meer dan een gulden uit maar men kan de grond ook terugnemen voor de sym bolische prijs van f 1,En daarmee is de kous af. Dan kan de Gemeente het strookje grond bij het nu plaats vindend onderhoud van het openbaar groen be trekken. En ik dacht, dat de eerste vraag van de heer Heidinga die ik dan misschien wat gemakkelijk ge passeerd ben eigenlijk ook niet zo'n scherpe beant woording behoeft. Hier ligt een profiel van een straat, die gebaseerd is op de huidige situatie in 't Nijlan. En alleen dit strookje grond langs de westgevel is in het geding, meer niet. De heer Heidinga: Ik wens aantekening, dat ik ge acht wil worden tegen het voorstel te hebben gestemd. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W., met aantekening, dat de heer Heidinga tegen is. Punten 6 t.e.m. XI (bijlagen nos. 279, 277, 253, 250, 284 en 254) Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van B. en W. Punt 12 (bijlage no. 287). Mevr. Bakker-van Diermen: Uiteraard kunnen wij alleen maar blij zijn met het feit, dat het derde kantoor van de Postchèque- en Girodienst in Leeuwarden komt. Het is inderdaad een belangrijke vestiging in de sfeer, zoals Leeuwarden die het best kan gebruiken. We zien dit heel wat liever dan bijv. een Marbon-chemie of een chemische fabriek zoals in Delfzijl. Het is duidelijk, dat de Girodienst aan een goed onderkomen zal moeten worden geholpen. We gaan er dan ook mee akkoord, dat de kantorenflat aan de Tesselschadestraat daar voor beschikbaar komt. Dit houdt intussen wel in, dat er voor de Gemeentelijke Sociale Dienst en de School adviesdienst andere huisvesting moet komen. Dit is echter een offer, dat wij moeten brengen aan de ves tiging van het Girokantoor. De oplossing voor de Schooladviesdienst lijkt ons een goed voorstel. In deze raadzaal is al vele malen gesproken over een huisves ting van de Sociale Dienst. Het alternatief, waar U mee komt, is voor ons wel aanvaardbaar. Wij maken ons echter toch wel zorgen over het tijdverlies. Mijn fractie hoopt daarom, dat het College in staat zal zijn dit tijdverlies tot een minimum te beperken. De heer Van Haaren: Wij juichen het ook van harte toe, dat de Girodienst deels naar Leeuwarden komt en wij zijn de Burgemeester erkentelijk voor zijn persoon lijke bemoeiingen i.v.m. deze vestiging. Er is al gezegd, dat deze vestiging niet zo belangrijk is en dat wij moeite zouden moeten doen om een geneel andere werk gelegenheid naar Leeuwarden te krijgen. Dat is waar; die moeite moeten we ongetwijfeld doen, doch werk verschaffing voor op den duur 1000 mensen is voor onze stad van groot belang. Het kan er ook toe bij dragen de groei van onze bevolking te verbeteren, want Leeuwarden groeit nog steeds niet genoeg. Om vesti gingen aan te kunnen trekken, moeten er huizen zijn voor de werknemers en die zijn er nog te weinig. En er moet ook ruimte zijn voor de vestiging zelf. Wij achten het juist, dat de kantorenflat aan de Tesselschadestraat ter beschikking van de P.T.T. komt, doch met mevr. Bakker onderstrepen wij de noodzaak van een spoe dige nieuwe huisvesting voor de Gemeentelijke Sociale Dienst, omdat de huisvesting van deze dienst voor de ambtenaren die er werken, en voor de mensen die er aankloppen, zo slecht is, dat de dienstverlening er wer kelijk onder lijdt. Na begonnen te zijn met een welgemeend compliment aan onze burgervader, kan ik niet nalaten te eindigen met de opmerking, dat wij volkomen afwijzend staan tegenover een door hem en enkele edelachtbare collega's genomen initiatief m.b.t. het vliegveld, maar dat is ik weet het, mijnheer Brandsma hier niet aan de orde. De heer Heidinga: Ook ik wil gaarne, nu zich deze gelegenheid hier voordoet, U en het College lof toe zwaaien voor het werk, dat U gedaan hebt om de vestiging van de Giro hier te krijgen. Dat zal echt zo gemakkelijk niet gegaan zijn. Ik vind, dat U zich daar bijzonder voor hebt ingespannen en dat U daar ook onze welgemeende dank voor toekomt. U hebt een beetje plotseling het in aanbouw zijnde kantoor, waarin de Sociale Dienst zou worden geves tigd, overgeheveld naar de Girodienst; op zichzelf zou den je als raadslid soms wel eens een beetje de nekha ren overeind kunnen gaan staan, maar dat is bij mij niet het geval. Want het lijkt mij volkomen gerechtvaar digd, dat U als College armslag moet hebben om te werken, ook dat U wat op een bepaald moment nodig is voor de Gemeente teneinde haar vooruitgang te be vorderen, moet kunnen doen en dat U dan ook in zo'n geval op de Raad moet kunnen rekenen. Wat dat be treft, hebben wij tegen deze gang van zaken helemaal geen bezwaar. Integendeel. Wij staan volledig achter U, als U ook in dezen een slagvaardig beleid voert. Dan het gebouw van de Sociale Dienst dat er nog moet komen. Dat is voor ons wel een wat moeilijker probleem. De sprekers die aan mij zijn voorafgegaan, hebben dat probleem ook al even aangestipt. Ik ben het daar wel mee eens. Dit is een zeer dringende zaak en het is haast wel zeker, dat door de gevolgde werkwijze het tot stand komen van het gebouw voor de Sociale Dienst wel ietwat zal worden vertraagd. In de eerste plaats willen wij bijzonder graag, dat die vertraging tot het uiterste wordt teruggebracht, omdat wij echt wel in zien, hoe noodzakelijk dat gebouw is. En in de tweede plaats komen we dan direct aan de gedachte vestigings plaats voor het nieuwe gebouw, want er zit een heel eigenaardige kant aan deze zaak. Het is daar n.l. een van de beste plaatsen, zo niet dè beste plaats in de gehele stad, om kantoren te bouwen. Dat heeft het College ons sinds jaar en dag trachten diets te maken en wij zijn daar zo zachtjes aan, geloof ik, ook wel van onder de indruk geraakt. Als wij nu dit gebouw voor de So ciale Dienst naast het Rengerspark zetten, dan moet daar een gebouw komen van om het maar zacht uit te drukken enige importantie. Het is een prachtig punt. Het is een voorname straat. Het is een gebied,

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1971 | | pagina 2