8 9 hjir meielkoar fan leare en dat, as soks him ris wer foardocht, wy yntiids bigjinne to prakkisearjen hwat wy dermei dogge. Hwant as wy dat noch bitinke moat te, as it leech komt dat hawwe wy nou wol sjoen dan hoecht it net mear. De hear Singelsma: Ik kin it wol mei de hear Mie- dema iens wêze; der is faek in fakuüm, in luchtliddich, tusken it leechkommen fan in gebou en de nije bistim- ming. Ik hie der eins net op werom komme wollen, mar hjir stiet sa'n moai sintsje yn it riedsbrief, nml., dat der noch in ütkearing pleats hawwe kin fan de forsekeringsmaetskippij. Mar der stiet yn de polissen fan dy maetskippijen in klausule oer hwat, leau ik, hjit: „de inwendige waarde", dit is wat it opbringe sil, as dat nou verkocht wurde soe. Kin de Wethalder ek meidiele, hokker persintaezje ütkeard wurdt? De heer Heidinga: Als ik de Wethouder goed 'be grepen heb, dan is er voor de bestemming van dit gebouw alleen maar gezocht in de overheidssfeer. Is er ook gedacht bijv. aan een meubelshowroom of aan een dansschool (Gelach) De heer Ten Brug (weth.): Aan dat laatste is niet gedacht, maar het is ook niet mogelijk. U weet ook wel, hoe de situatie hier ligt. Dat kan gewoon niet. Wat de heer Miedema veronderstelt, is hier helemaal niet het geval. Toen het gebouw zou leeg komen, wa ren wij nog druk bezig te bekijken, hoe wij de zaak zouden realiseren op basis van de gedachte, die ik U zojuist genoemd heb. Wanneer dat gebeurd was, had dit gebouw niet een halfjaar leeg gestaan. En toen de bestemming, die wij op het oog hadden, niet mogelijk bleek, hebben we nog weer eens nagegaan, of er niet een andere bestemming voor was. En nu is intussen het gebouw uiteraard door de brandstichtingen min der aantrekkelijk geworden. Daar komt bij dat geldt ook voor particulieren, van wie we trouwens ook geen aanvragen hebben gehad dat volgens glo bale raming de kosten, die het opknappen van dit ge bouw zou vergen, 2 a 2\-2 ton zijn. Nu, dat is een klein beetje „kosten op het sterfhuis", dacht ik. De heer Singelsma heeft naar de inwendige waarde geïnformeerd. Ik kan hem daar geen duidelijk antwoord op geven. Ik weet, dat wij toch nog een gering bedrag van de verzekeringsmaatschappij krijgen. En dat is, zoals de kaarten nu liggen, altijd meegenomen. Meestal speelt de instandhouding of de herbouw van een ge bouw een rol, maar bij afbraak krijgen we toch een gering bedrag aan schadevergoeding. (De hear Singel sma: In foai.) Ja, maar wel aardig nog. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punt 14 (bijlage no. 423). De hear Buising: De binnenstêd stjert. Op mear as ien plak rinne wy tsjin dizze alarmearjende needgjalp oan, tominsten as wy üs geandefoet troch it klopjende hert fan üs stêd forpleatse. Mar sa't it nou stiet, komt der in bytsje mear libben yn de stjerrende binnenstêd. Pessimisten soene faeks sizze, dat de klanken fan it transplantearre klepeljende hert net mear is as it hwat bitiid lieden foar in binnenstêd, dy't al stoarn is, mar optimisten en dêr rekkenje ik mysels op dit stuit ta sille fan miening wêze, dat dy klanken in sym- boal wêze kinne foar in nije fase yn it libben fan üs aide stêdskearn. Dat sadwaende soe ik it Kolleezje sizze wolle: Lok mei de sinten fan it „Torenfonds", sükses mei it wurk dat dien wurde moat om Ljouwert wer in düdlik to hearren hert to jaen. Lit it net to lang duorje en meitsje de koepel hjir boppe üs holtsjes sterk genöch, hwant in hert heart net ünforwachts op hollen tolanne to kommen, ek al hat it noch sa'n praeh- tich lüd. (De Foarsitter: Mei it léste bin ik it wol iens.) De heer Heidinga: Ik vind dit zo'n belangrijke schenking, dat ik als nestor van de Raad wel mag uitspreken, dat de Raad met grote dankbaarheid ver vuld is t.o.v. de beheerders van het Torenfonds, die het fonds beschikbaar willen stellen zowel voor de restauratie van een gedeelte van het Stadhuis als voor het klokkenspel. Ik vind, dat deze burgers hiervoor bijzondere lof verdiend hebben en die wil ik hun hierbij dan ook namens U allen van harte toezwaaien. Nu wil ik graag gewoon als raadslid nog één vraag stellen. (De heer Vellenga: Als raadslid komt U met een tegenvoorstel, denk ik.) Nee, dat zou in dit geval onmogelijk zijn. Dan zouden we het niet goed met de stad menen. Mijn opmerking is deze: Vorig jaar is er een voorstel in de Raad geweest om de Oldehove te restaureren. En toen is er namens het College gezegd: Er is een aanbieding van het Torenfonds van, als ik mij goed herinner, f275.000,-— maar ik neem aan, dat het deze zelfde f230.000,is; dat hoor ik wel welk geld geleend kan worden tegen een bepaalde rente, om een aanvang te maken met het herstel van de Oldehove. Als we nu met hetzelfde bedrag te maken hebben wat ik wel veronderstel dan vraag ik mij af, hoe het nu met de Oldehove zit. Is die aanbieding van het Torenfonds om het geld daarvoor te lenen te gen een bepaalde rente, ingetrokken? Want nu wordt het definitief besteed aan de koepel van het Stadhuis en het carillon. (De heer De Vries: Dan nemen we daarvoor een hypotheek op de koepel.) Welke gevolgen heeft deze schenking ten opzichte van het besluit, dat we vorig jaar genomen hebben? De heer Tiekstra (weth.)Ik neem aan, dat U, mijn heer de Voorzitter, de waardering, die de heer Heidinga als nestor heeft uitgesproken aan het adres van het bestuur van het Torenfonds, wel voor het College zal beantwoorden. Ik leau net, dat de hear Buising in ütdragen ant- wurd fan my hoecht. (De hear Buising: Né, tankje wol, Wethalder.) Ik kin him wol forsekerje, dat, hwat de programmearring fan de lietsjes oangiet, de Wethal der der seis by is en fierder hawwe wy praet oer de mooglikheit om 30 april en 1 maeije twa dagen efter elkoar mei oare lieten natuerlik it kariljon spylje to litten. Mar ik wol net leauwe, dat wy dêryn slagje. Dochs hear ik by de optimisten: fleurige ferskes strak fan it Stêdhüs. Dan kom ik even bij de vraag van de heer Heidinga, die op zichzelf volkomen terecht is: Het zijn dezelfde „centen". Omdat je dezelfde centen niet kunt gebruiken voor de restauratie van dit koepeltje en de herplaatsing van het Fremy-carillon plus het plaatsen van de stei gers om de Oldehove, is het wel duidelijk, dat, waar de zaak van het carillon doorgaat en het andere niet behoeft over te gaan, dit laatste dan met andere cen ten, door middel van een andere financiële oplossing zal plaats hebben. Ik kan de heer Heidinga geruststel len: In overleg met de Rijksdienst voor de Monumen tenzorg zijn we hard bezig aan een oplossing ook voor het in de steigers zetten van de Oldehove, al is het dan niet met dezelfde centen. Het klinkt wat geheim zinnig. (De heer Heidinga: Nee, dan trekken we dat besluit dus in.) Ja, dat zal ingetrokken moeten wor den, maar dat wordt dan te zijner tijd bij de intrek king vervangen door een ander besluit. We voeren het onderhavige besluit eerst uit. (De Voorzitter: Maar dan is het andere er niet meer.) (Gelach) Nee, eigen lijk niet. (De hear Miedema: Dêr heart ommers nea wer immen fan.) Né, mar dit hiene wy nea forwachte. De Voorzitter: Namens het College sluit ik mij graag aan bij de woorden, die de heer Heidinga na mens de Raad gesproken heeft aan het adres van het bestuur van het Torenfonds. Wij hebben ook al mon deling duidelijk van onze dankbaarheid doen blijken in een gesprek met dat bestuur. Ik dacht, dat het een goede zaak is, dat wij het ook schriftelijk nog in ken nis stellen met datgene wat de heer Heidinga hier zo juist als nestor van de Raad namens alle raadsleden heeft gezegd. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punt 15 (bijlage no. 431). Mevr. Visscher-BouwerMijn fractie staat zeer po sitief ten opzichte van het voorstel subsidie te ver lenen voor het restaureren en verbeteren van het pand Bonkewei 1/Snakkerburen 2. De restauratie van dit pand is zeer belangrijk, omdat het deel uitmaakt van een oude buurt, die waard is te blijven bestaan o.a. door haar karakteristieke ligging aan de Dokkumer Ee. Hiervoor zal echter een spoedige renovatie en re habilitatie nodig zijn en wij zien dan ook dit subsidie als een begin hiervan. De laatste jaren was er een dui delijke achteruitgang doordat vele woningen niet wa ren aangepast aan de nu geldende woon-eisen en zo doende werden verlaten en gebruikt als garage of werkplaats. Door het oprichten van de „Stichting Snakkerburen" hoopt men een halt toe te roepen aan deze gang van zaken. Men heeft nu gelukkig de mede werking van de Gemeente en de Rijksdienst voor de Monumentenzorg en er wordt gewerkt aan een be stemmingsplan voor Snakkerburen. De heer Tiekstra (weth.): Ik kan eigenlijk alleen maar bevestigen wat mevr. Visscher al heeft medege deeld, nl., dat er een intensief overleg (ook nog in de laatste weken) is geweest, zowel met het bestuur van de „Stichting Snakkerburen" als met het bestuur van „Doarpsbilang Snakkerbuorren-Lekkum-Miedum". Met beide besturen is volledig overeenstemming bereikt op basis ook van de rehabilitatie- en restauratieplannen in het kader van het bestemmingsplan „Snakkerbu ren", zoals het ook in de Commissie voor de Monu mentenzorg is besproken. De bedoeling is, dat dit nu verder gereed gemaakt wordt, uiteraard ook nog naar de Commissie Ruimtelijke Ordening toe gaat dit deel ik mede, voordat iemand mij weer op de vingers tikt en dat we met dit plan daarna ook naar Snak kerburen toestappen om daar met de bewoners nog eens vóór de verdere procedure over te praten. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punten 16 t.e.m. 24 (bijlagen nos. 418, 401, 416, 427, 414, 411, 412, 408 en 413). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van B. en W. Punt 25 (bijlage no. 426). De hear P. van der Veen: De tariven fan de sport- en rekréaesje-akkommodaesjes sille as dit ütstel sa't it foar üs leit oannommen wurdt lyk as alles tsjint- wurdich, forhege wurde. As men alle sifers njonken inoar set en men slacht oan it rekkenjen, dan is it systeem yn de mjitte fan de forhegings net altiten to finen. It liket der somtiden op, dat men der mar in slach nei slein hat. Us fraksje kin him yntinke en is der ek wol wis fan dat men de prizen net opdriuwt om mear winst to meitsjen, mar dat men bisykje wol it eksploitaesje- forlies sa biheid mooglik to halden en dochs aenst mei in akseptabele bigreating op tafel to kommen. Dochs binne der inkele saken dêr't wy it Kolleezje ekstra omtinken foar freegje wolle by de gearstalling fan de tariven, omt wy der yn it foarste plak fan üt- gean moatte, dat by to hege tariven üs doel in sa great mooglik tal minsken fan de akkommodaesjes pro- fitearje to litten foarby stribbe wurdt. As earste neam ik de swimbadtariven en as twadde de tariven foar kampearjen. Wy moatte net forjitte, dat binammen it lesswimmen en dêr ünforbreklik oan forboun it rekréaesjeswimmen in saek is, dy't foar alle lagen fan de bifolking bitelber bliuwe moat lit soasiael eachpunt en yn forban mei de folkssou- nens In massael gebrük fan de swimgelegenheden moat stimulearre wurde en as men noch machtiger op de swimbaden taset, sil de omset ek stige en kin faeks de mear-opbringst gelyk stean mei de nou ütstelde ta- ryfsforheging. Us fraksje is fan bitinken, dat it foar in part fan de boargerij finansieel wolris biswierlik wurde kin, binammen as der in stikmannich bern üt ien hüshalding swimme wolle. Bisjogge wy de tariven, dan falie twa dingen op. De forgeliking dy't ik nou meitsje, is faeks hwat frjemd, mar ik forgelykje dizze taryfsforheging mei dy fan de kafé's yn de Friesland hal. De forgeliking is eins net iens sa gek, as men sjocht hwat men yn de beide ynrjochtingen dwaen kin. Yn de iene kin men jin bisüpe en yn it oare kin men forsüpe. It foarkommen fan beide is better fansels. (Laitsjen) Sjogge wy nei de forhegingen fan de pacht- prizen dy't de eksploitanten fan de kafé's yn de kom- mende fiif jier bitelje moatte, dan is dat yn persinten oantsjut sa'n 12 a 17 pst. Wy hawwe dat joun noch heard fan kollega Knol. Sjogge wy nei de tariven fan de swimynrjochtingen, dan is der yn fiif jier in for- heging oan de oarder fan mar leafst 300 pst. Yn 1967 bitelle men troch de wike 50 sinten, yn 1972 soe dat f 1,50 wurde moatte. Wy freegje üs yn alle earnst óf Is dat noch wol forantwurde tsjinoer üs boargerij Us fraksje stiet op it stanpunt, dat yn earsten foar 1972 de tariven fan 1971 hanthavene wurde moatte. Wy sjogge in mooglikheit om yn de ekploitaesjelêsten in forskouwing oan to bringen troch de boatenforhier óf to stjitten en it jild dat dêrtroch frij komt to brüken om it gat to stopjen, dat troch it hanthavenjen fan de tariven fan 1971 üntstean sil. Us fraksje is fan bi- tinken, dat yn de finansiéle opset fan de Gemeente foar 1972 de boatenforhierderij, hoe sympatyk ek, net past. De lésten binne to heech, mar in folslein ynsjoch yn de sifers üntbrekt üs. Wy freegje üs fierder óf hwerom't de tsien-baden-kaerten by de iepenloftbaden in foardiel jowe fan f 2,50 en by de Oerdekte mar f 1,50. Hwat de douche- en küpbaden oanbilanget, wy wolle it Kolleezje noch tank sizze foar de flotte wize hwerop de tsien- baden-kaert ynfierd is. Lokkich bliuwt dat taryf wol gelyk foar 1972. Mar nou fan wiet nei droech; de kampeartariven. Wy hawwe biswieren binammen tsjin de forheging fan de deitariven, ek al om deselde reden dy't ik yn de oanhef fan myn forhael neamd haw. Yn it foarste plak wie ik yn de foründerstelling, dat it kampearterrein De Lytse Wielen yn de heechste kategory yndield wie nef- fens de noarmen fan de ANWB. Foar de earlikheit wol ik der by sizze, dat it mear kwantitative as kwalitative noarmen binne. Mar kwantitatyf foldocht üs terrein net oan de stelde noarmen en stiet dan ek net as sa- danich yn de ANWB-gids; it is in saneamde c-camping en gjin d-camping. Ik haw lykwols yn dyselde gids sa mar ris in oantal d-terreinen opsocht en mei de bihearders skille om to freegjen, hoe't de tariven der foar 1972 ütsjen soene. Ik haw nei twa dingen frege, nml. 1. Hwat kostet ien dei en nacht op Jou terrein as ik as „trekker" op myn fytsje kom? (De fyts wol ik dan fansels by de tinte halde) en 2. Hwat is de priis as ik mei myn caravan in seizoen by Jo op 'e camping stean wol? Dan docht bliken, dat ik op de hjirfolgjende sawn terreinen kwyt bin: Camping Deitaryf Seizoentaryf tinte en fyts caravan De Westenbergen yn Echten f 4,50 f 500, Ruigenrode yn Lochem f 4,20 f 475, De Boskamp yn Ennerveld f 4,f 250, (plus per persoan plm. f75, De Jutberg yn Arnhim f 3,10 f.ó. f 425, De Witte Zomer yn Assen f 3,f 500, International yn Delden f 2,f 400, Gemeente-camping Arnhim f 1,80 f 150, (hwer't wy üs mei (plus per persoan f 100, forgelykje moatte soene). Yn Ennerveld krije Jo as Jo goed kampearje en alles kreas efter litte, 15 pst. koarting. Hoe't de bihearder dat dwaen sil freegje ik my óf, mar it is sa. By de troch my neamde tariven stekt De Lytse Wielen mei f 5,deis wol hwat óf, ek noch yn oanmerking nommen, dat it in c-camping is. Jo sille sizze: Ja, mar de fyts hoecht der net by. Akkoart, mar ik haw al ris earder sein: De fyts heart der by. Op de troch my neamde campings mei de fyts forgees by de tinte stean. It is in ütsündering dat foar de fyts bitelle wurde moat. Om in goed ynsjoch to krijen yn de persin- taezjes fan byg. it oantal fytsen hwerfoar bitelle is, moat men biskikke oer de sifers. En dy hawwe wy net. Faeks soene wy, as wy dy sifers wol hiene, bi- slute kinne it taryf foar fytsen óf to skaffen. De seizoentariven binne net ünevenredich heech nef- fens de tariven yn it lan. Sjoen it frije oantal gasten, dat foar dit taryf yn de caravan hüsmanje mei, kin üs fraksje yn earste ynstansje wol meigean mei dit part fan it ütstel van B. en W. Wy soene der priis op stelle as der in taryfforienfal- diging komme soe yn byg. 1973. Wy soene üs dêr yn de kommende simmer ris op biriede kinne. My tinkt, dat de gastenadministraesje gans ienf&ldiger kin. Nou noch eat oer de midget-golfbaen. It is üs fraksje

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1971 | | pagina 5