Y<6t De heer Eijgelaar vraagt, wanneer „Het Vliet" (ka tholiek jeugdwerk) nu eindelijk eens het gebouw zal betrekken. Een voorstel terzake zal in december aan U worden voorgelegd. (De heer Eijgelaar: Is „Het Vliet" akkoord?) Men heeft zich in principe bereid verklaard. Het komende voorstel staat in nauwe re latie tot het besluit, dat wij in de vorige raadsverga dering hebben genomen om een wijziging in de sub sidieregeling voor jeugdwerk aan te brengen, m.n. wat de huisvestingslasten betreft, en het subsidie te bren gen van 40 op 60%. Dit besluit hebben wij inmiddels nader uitgewerkt en wij komen in de subsidienota in de eerstvolgende raadsvergadering daarop terug. Dan kom ik even op het bedrag van f 120.000,voor brandveiligheidsvoorzieningen. De Burgemeester heeft al gezegd, dat de brandveiligheidsvoorschriften worden opgesteld in overleg met de Rijksinspectie en dan krijgt de gebruiker van het gebouw het verzoek om voor zieningen te treffen. De eigenaar in dit geval de Stichting Sociaal-Cultureel Werk voor de Jeugd in Leeuwarden is vrij in zijn handelen en men neemt dan een particulier architect of aannemer in de arm; die komt dan met een offerte en dan zullen de beno digde investeringen gedaan moeten worden. (Mevr. Visser-van den Bos: Zou de gemeente-architect het goedkoper kunnen doen?) Die vraag, mevr. Visser, had U moeten stellen in de afdeling van Weth. Tiek- stra. (Mevr. Visser-van den Bos: Wat U zei, sugge reert dat.) (De Voorzitter: Ik kan nu wel zeggen, dat dit niet of wel zo is, maar alleen de heer Achter hof zou dit kunnen verdedigen en die is hier op het ogenblik niet.) De heer Snel heeft gevraagd naar de coördinatie van het jeugdwerk. Er is gelukkig al coördinatie op het terrein van het beroepsjeugdwerk. En het College is er volledig van overtuigd, dat wij ook zo snel mogelijk moeten komen tot een goede coördinatie tussen de stichtingen die aan open jeugdwerk doen. C.R.M., waarmee wij ook op dit punt goede contacten hebben, staat hier ook zeer positief tegenover. Dat die coördi natie nog niet geheel gerealiseerd is, is niet hele maal een gevolg van het feit, dat dit ontzettend veel werk met zich meebrengt; een andere oorzaak is, dat dit weer met de nodige financiële consequenties ge paard gaat. En daarvoor moeten wij weer middelen op tafel zien te leggen. We zijn er echter van overtuigd, dat deze coördinatie liever nog vandaag dan morgen gerealiseerd zal moeten worden. En of dit in de be staande Stichting Coördinatie en Dienstverlening zal kunnen, moeten wij nog eens bekijken. Ik geloof, dat wij hier niet direct over de bestuursvorm moeten gaan praten, maar inhoudelijk haast met de zaak zullen moeten maken. De ASEBO, die waarschijnlijk in de provincie van start zal gaan, heeft, zoals U weet, een nogal moeilijke geboorte gehad en de problemen rondom die organisa tie zijn ook nog niet helemaal opgelost. Ik heb in de Provinciale Raad voor Jeugdaangelegenheden, waarin ik namens de V.NÏ.G. zitting heb, er mijn teleurstelling over uitgesproken, dat er geen nauwer contact tussen de provinciale Raja en de gemeentelijke Raja bestaat. Ik heb echter begrepen, dat de contacten inmiddels wat nauwer zijn gewordenmogelijk zullen dan ook met de ASEBO contacten kunnen worden gelegd. Ik pleit voor een nauwe samenwerking met die organi satie. Volgno. 548/1. De heer Van der Wal: Toen ik het antwoord op dc vraag onder 1 (dekking financiering creativiteitscen trum) las, kreeg ik een beetje een „rot" gevoel. Des tijds hebben we deze aangelegenheid in de Gemeente raad behandeld en is de planpot in verband met de Harmonie ter sprake gebracht. Er was toen een voor stel van B. en W. om f340.000,— voor de Harmonie ter beschikking te stellen. Dat voorstel is teruggeno men en toen is er een fifty-fifty-verdeling gekomen tussen Creativiteitscentrum en Harmonie. Diverse raadsleden hebben daarbij opgemerkt: „Die Harmonie verbouwing komt wel, ook als daarvoor 7 ton moet worden geleend. Het gehele subsidie zou dan gebruikt kunnen worden voor het Creativiteitscentrum dan komt U veel gunstiger uit met dit centrum." Nu is er een tekort van f 330.000,en dan was er een tekort geweest van f 160.000,een aanmerkelijk verschil. Toen is er gevraagd, hoe de Wethouder en het Col lege erover dachten en er werd geantwoord, dat wij volledig vertrouwen in de regeling moesten hebben; het kwam wel klaar. Maar als ik het antwoord op de hier gestelde vraag lees, betwijfel ik dat toch sterk. (De Voorzitter: Wat is Uw vraag, mijnheer Van der Wal?) Hoe U zich de dekking van dat tekort denkt. (De Voorzitter: Uw vraag is dus: Hoe ziet het Col lege de verdere ontwikkeling?) Ja; ik heb niet zo'n prettig voorgevoel, als ik dit zo lees. Mevr. Visser-van den Bos: Ik zal mijn gedachten misschien wat anders formuleren dan de heer Van der Wal, maar dat neemt niet weg, dat ook ik niet begrijp hoe het in elkaar zit. Toen deze zaak in de Raad behandeld werd, kregen we de indruk, dat alles zeer spoedig geregeld moest worden en dat het geld uit de planpot al helemaal toegezegd was. En als ik nu het antwoord op vraag 1 lees, lijkt het, of het nog niet een definitieve zaak is. Gaat het alleen om de exploitatie-subsidies een probleem, dat op zichzelf groot genoeg is en is het kapitaal wèl beschikbaar? En moest dat dan niet zo spoedig gebruikt worden, als toen toch aan ons is medegedeeld? De heer Weide (weth.): Er was destijds een bedrag beschikbaar van f 330.000,Dat hadden wij aanvan kelijk uitsluitend willen bestemmen voor de Harmonie, maar ten gevolge van acties en overleg hebben we dat bedrag later gesplitst. Dat sluit echter niet uit, dat altijd de kapitaalslasten van het resterende bedrag of dat nu voor het Creativiteitscentrum of de Harmo nie is voor de Gemeente blijven. De stichtingsakte voor het Creativiteitscentrum is gepasseerd en de stichting is thans druk bezig de werkzaamheden althans op papier meer inhoud te geven; men werkt dus verder aan het hard maken van de verbouwplan nen voor de gebouwen. Ik kan mevr. Visser verzekeren, dat er indertijd in derdaad haast was bij een spoedige regeling. C.R.M. had ons n.l. gevraagd, of wij zo snel mogelijk een be stemming wilden opgeven voor het genoemde bedrag. Tussen de bestemming en de besteding ligt een wezen lijk verschil. De bestemming moest in 1972 vast staan, de besteding mocht later geschieden. En bovendien moest het Creativiteitscentrum in de begroting 1972 worden opgenomen. Dus de kapitaalslasten van het resterende bedrag voor de verbouwing plus de exploi tatie van het geheel, een totaal-bedrag (minus de subsidies aan de Stichting Vredeman de Vries en de Vereniging voor Handenarbeid) van f 88.000, - moes ten wij in de begroting 1972 meenemen. Wij zijn inmiddels andermaal in onderhandeling met G.S. voor goedkeuring van dit bedrag. Ook C.R.M. is bezig intern te bekijken, in hoeverre men het werk van het Creativiteitscentrum subsidiabel kan stellen. (De heer Van der Wal: Is de dekking van de resterende f 330.000,als alle plannen klaar zijn, geen punt meer?) De oorspronkelijke f330.000,is gesplitst voor Harmonie en Creativiteitscentrum. Het resteren de kapitaal zal moeten worden aangetrokken. De kapi taalslasten daarvan zijn zowel voor het Creativiteits centrum als voor de Harmonie in de exploitatie mee genomen. (De heer Van der Wal: In het antwoord op vraag 1 staat: „Van dit krediet is een bedrag van f 170.000,— uit de z.g. planpot aangevraagd, terwijl voor het resterende bedrag van f 330.000,financie ringsmiddelen moeten worden aangetrokken.") De Voorzitter: U behoeft hier geen vraagteken te plaatsen. U kunt er gerust op zijn alles is destijds al doorgepraat dat de beslissing die de Raad al genomen heeft, het Creativiteitscentrum per se niet in gevaar brengt. Anders waren wij toch niet met het betreffende voorstel gekomen! Dat wij in zijn al gemeenheid voor de beide objecten in de toekomst problemen hebben met de exploitatie, is nogal duide lijk. En dat we op het moment nog financieringsmi - delen moeten aantrekken, is ook duidelijk. (De heei Van der Wal: Ik ben blij met Uw antwoord; ik wilde alleen een verduidelijking.) (Mevr. Visser-van den Bos Toen ik las in het antwoord op vraag 1: ..Van dit krediet is een bedrag van f 170.000,uit de z.g. plan pot cumgevraagd."dacht ik, dat het nu weer opnieuw een vraag was, of je het krijgen zou. Ik zei daarom ook: Het geld was toch al toegezegd. Het is er dus.) De heer Weide (weth.)De procedure is heel inge wikkeld. De planpot is er, maar je moet een bestem ming aan het aangevraagde bedrag geven, want bij C.R.M. wil men natuurlijk graag exact weten, waar voor men het geld geeft. Het is nu gereserveerd voor het Creativiteitscentrum en wanneer C.R.M. het vol ledige plan, van de verbouw dat is het plan, waar voor de Gemeenteraad een krediet van f 500.000,be schikbaar heeft gesteld ter inzage heeft, dan zal men zijn definitieve goedkeuring geven aan de beste ding van dit bedrag. De bestemming is reeds bekend bij C.R.M.; de besteding komt later. Volgno. 550. De hear P van der Veen: Ik soe it efkes hawwc wolle oer fraech 5 (finansiéle swierrichheden troch kostenstigingen branprevinsje Doarpshüs Lekkum). Yn it andert jowe B. en W. in nochal gerêsststellend lüd, mar myn ynformaesjes binne, dat it gat, dêr't Lek kum nou mei sitten bliuwt, altyd noch f 28.000,is en inselde gat is neffens myn ynformaesjes ek by it Doarpshüs Wurdum oanwêzich. Myn fraech is: Is it Kolleezje dat bikend? En hoe tinkt it dit probleem op to lossen? De heer J. de Jong: In het antwoord op vraag 5 wordt gesteld, dat de Gemeente direct behulpzaam is geweest bij het vinden van een oplossing om uit de financiële impasse te geraken. Houdt dit in, dat een gedeelte van de kosten door de Gemeente wordt ge dekt? Ik ben bij volgno. 546 (De Stins) niet nader op het antwoord van de Wethouder ingegaan, toen hij zei: „De stichting is vrij een architect voor deze werk zaamheden aan te trekken." Het maakt mij niet uit wie dit doet, maar als de Gemeente hiervoor moet be talen, dan zou ik het toch wel op prijs stellen, dat er een inzicht wordt gegeven in wat er nu precies ge beurt. Je kunt wel een hele verbouwing op touw zet ten en onder brandpreventie laten vallen. De heer Van Haaren: Ik wil het graag even heb ben over de vragen 2 en 3. Daar is sprake van „stel selmatig en vroegtijdig betrekken" van dorps-, buurt en wijkraden op bestuurlijk niveau bij de uitwerking van voor de bevolkingen van belang zijnde bestuur lijke maatregelen. U zegt „Deze vraag wordt bevestigend beantwoord." Er is hier al eens eer der over deze kwestie gesproken ik neem aan naar aanleiding van een advies van de Commissie Ruimtelijke Ordening om de be volking steeds te betrekken bij allerhande voor stellen en plannen. De heer Tiekstra heeft naar aanleiding van een vraag van de heer Bouma toen ook beloofd, dat er inderdaad altijd vroegtijdig contact zou worden opgenomen met de betrokken bewoners. Maar het gebeurt toch echt niet voldoende. Laten we nu eens het voorbeeld nemen van „Leeuwarden Hoog". Een maand van te voren krijgt de bevolking van de wijk plannen voorgelegd, plannen, waarin ze helemaal niet gekend is, waar ze in het geheel niets van af weet, maar die toch eigenlijk helemaal rond zijn. Dat noem ik toch niet „het zeer consequent, vroegtijdig en stelselmatig de bevolking betrekken" bij dit soort be langrijke dingen. Onder 3 hebben we gevraagd: Welke categorieën van incidentele dan wel periodiek terug kerende overheidsbeslissingen in aanmerking komen voor een dergelijke samenwerking tussen de stedelijke overheid en de betrokken bevolkingen. U antwoordt onder ,2 en 3" „Deze vraag wordt bevestigend be antwoord", maar slaat dat ook op het onder 3 ge vraagde? Als dat waar is, zou ik het bijzonder toe juichen. Dan zouden we een planlijst van allerhande dingen krijgen, waarop dat overleg betrekking zou moeten hebben. Ik denk bijv. aan simpele zaken. Als or in het Bilgaard allerhande groenvoorzieningen en beplantingen komen, dan vind ik het toch volkomen juist, dat ook de bevolking daarin gekend wordt, dat daarover ook haar mening wordt gevraagd. Dit zijn punten ik kan me voorstellen, dat we er echt niet zo één-twee-drie uit komen die ik straks toch graag eens in de Commissie Opbouwwerk aan de orde zou willen stellen. De heer Weide (weth.): De informaties van de heer Van der Veen over de financiële moeilijkheden tenge volge van kostenstijgingen en bepaalde eisen van brand preventie van de dorpshuizen in Lekkum en Wirdum zijn inderdaad juist. Wij vinden dit natuurlijk bijzon der jammer, maar wij worden, wanneer we tot ver bouw van bepaalde panden overgaan, meestal gecon fronteerd met tegenvallers, nooit met meevallers. Wij zien het dus ook aan de verbouw van het dorpshuis Wirdum (verbouw boerderij) en die van de oude pasto rie in Lekkum. Wij komen in onze aanvullen de subsidienota in onze eerstvolgende raadsver gadering op de moeilijkheden van Lekkum en Wir dum terug. Bovendien zullen in de eerstvolgende ver gadering van de Commissie Opbouwwerk ook de leden hierover geïnformeerd worden. Hoe komt het met de financiering, wordt gevraagd. Ja, dat is natuurlijk niet een eenvoudige zaak. De bevolking moet in het kader van de subsidieregeling een bepaald percentage op tafel leggen. Dat gebeurt ook; het is bepaald geen sinecure wat men in Lekkum en Wirdum moet op brengen. Je realiseert deze dorpshuizen ook voor een grotere bevolking dan de huidige, omdat je rekening houdt met wat er in de toekomst in deze dorpen aan uitbreiding zal plaats hebben. Bovendien worden aller lei pogingen ondernomen om uit bepaalde fondsen die in de Gemeente middelen beschikbaar kunnen stellen, te putten. Hoewel het dus geen eenvoudige zaak is, lukt het toch zo af en toe wel. Ook hierop komen wij waarschijnlijk in de subsidienota nader terug. De heer Van Haaren verzoekt de bevolkingen van dorpen, wijken en buurten meer te betrekken bij voor hen van belang zijnde maatregelen. Ik kan hem zeg gen, dat, mits geen vertragingen worden veroorzaakt, wanneer ik snel met bepaalde plannen zal moeten gaan werken, ik altijd bereid ben en ik doe het ook de bevolking in te schakelen. Het is gebeurd bij de aanleg van een trap- en speelveld in 't Nijlan, waarover wij met de wijkraad hebben gesproken, bij het sport veld in Lekkum, waar we met de toekomstige gebrui ker, de korfbalvereniging, hebben overlegd, en het is gebeurd t.a.v. het sportveld in Goutum, eveneens met de toekomstige gebruiker, de korfbalvereniging „Wêz Warber". M.b.t. tot mijn portefeuille zal dat altijd, als ik kan voorzien, dat het geen grote vertraging zal veroorzaken, gebeuren. De heer J. de Jong: Ik heb nog geen antwoord gekregen op mijn vraag, hoever de financiering van gemeentewege strekt ten aanzien van de financiële moeilijkheden van Lekkum in verband met de kosten stijgingen ten gevolge van de brandpreventiemaatre gelen. De heer Weide (weth.): De financiering van het dorpshuis in Lekkum is op een totaal andere wijze geschied, omdat die onder andere regelingen viel in verband met wijzigingen in het beleid bij C.R.M. Bo vendien is het Nieuwe Stads Weeshuis zeer nauw betrokken geweest bij de financiering van dit dorps huis. HOOFDSTUK X, ECONOMISCHE AANGELEGEN HEDEN. De heer Eijgelaar: Ik ben niet van plan terzake vragen te stellen, maar ik zou wel willen opmerken, dat ik met genoegen heb vernomen, dat de N.V. Miro besloten heeft misschien ben ik even buiten de orde, maar ik wil het toch graag zeggen m.b.t. de win kelsluiting en -openstelling dezelfde gedragslijn te vol gen als andere detailhandelszaken in onze stad. Ik hoop, dat dat in de toekomst zo zal blijven en dat de zeer goede verhouding dat wil ik hier toch ook wel even beklemtonen die er in deze stad is tussen het Gemeentebestuur, de diverse middenstandsorganisaties en -verenigingen en de Raad voor het Grootwinkelbe drijf, door niemand verstoord zal worden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1972 | | pagina 9