8 De Voorzitter: Nee, de heer Buising gaat er wel mee akkoord, dat wij dit nog even nagaan. (De hear Buising: Ja, dat is bést.) Dat hie ik wol tocht. De Wethouder zal dus het punt dat de heer Buising aansneed nog even nagaan. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punt 18 (bijlage no. 169). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. De Voorzitter: Ik kan U meedelen, dat, nu dit be sluit is genomen, dit stuk werk is afgesloten. In alle commissies is de problematiek ondertussen nagegaan m.b.t. de vraag of en in hoeverre beheersbevoegdhe den aan de commissies konden worden overgedragen. Die kwestie is dus nu afgewerkt. Punt 19 (bijlage no. 153). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punt 20 (bijlage no. 164). Mevr. Brandenburg-SjoerdsmaHet probleem dat de heer Munsterman in zijn adres aan de Raad aan de orde stelt, is hier al eens eerder besproken, zij het dan zonder het noemen van namen. Dat sommige burgers, die veronderstelden in aanmerking te komen voor de doorstromingspremie, die premie hun neus voorbij zagen gaan, komt door wat U in de raads- brief „het wettelijk recht van de huiseigenaar" noemt. De huurverhoging bedroeg in het onderhavige geval, na het vertrek van de heer Munsterman, f 75,per maand en dat was in dit geval 60 pet. Dat is dan „het wettelijk recht van de huiseigenaren" om mede burgers als citroenen uit te persen. (De heer Heidinga: Hui, hui.) Gelukkig hebben wij in Leeuwarden veel goede particuliere huiseigenarenalleen enkelen pas sen deze praktijken toe en zijn huurprijsopdrijvers. Jammer genoeg bezitten deze enkelen nogal wat wo ningen die bij iedere verandering van huurders flink in huur worden verhoogd. De situatie op de Leeuwarder woningmarkt is echter niet zodanig, dat men maar ieder huurconaract moet tekenen om onder dak te komen. Bij het Woningbe drijf dat hebt U misschien in de krant gelezen wordt zelfs geadverteerd om woningen in het renova tieplan Balistraat kwijt te raken, f 140,per maand. Bij informatie is mij gebleken, dat bij de Leeuwarder woningbouwverenigingen de wachttijd voor woningen in de prijsklasse tot f160,per maand bijna nooit langer is dan acht weken. Bent U niet met mij van mening, dat het op de weg van de Gemeente ligt de burgers hierover eens goed te informeren; dat zou dan kunnen in de gemeentelijke pagina. Misschien zou U wat ruimte aan kunnen bieden aan de corporaties zo dat zij hun beleid eens uiteen kunnen zetten. Nu iets over de verandering die U voorstelt in de regeling. U wilt bij de Minister bepleiten, dat de grens opgevoerd wordt tot f 200,Dat houdt dan dus in, dat iemand die een woning verlaat met een huur be neden de f 200,in aanmerking komt voor de door stromingspremie. Ik ben van mening, dat dit niet veel oplost. Straks is er een ander geval van huuropdrij- ving tot f205,en dan valt er weer iemand tussen wal en schip. Misschien is voor de gemeenten in de randstad f200,huur per maand nog een bedrag waarbij je kunt spreken van het vrijkomen van een goedkope woning. In Leeuwarden zou dit er toe kun nen leiden als U succes zou hebben bij de Minister dat bij de volgende verhuisgolf, n.l. vanuit Bilgaard naar Westeinde en Aldlan, een grote groep mensen weer voor die premie in aanmerking zou komen. Ik ben van mening, dat het gros van die mensen best op eigen kracht die sprong kan maken. Ik schat, dat on geveer 70 van de woningen in Bilgaard een kale huur hebben beneden de f 200,Hebt U de conse quenties van Uw verzoek aan de Minister om de grens op te trekken tot f200,wel helemaal overzien Komt het subsidie dan wel terecht bij de categorie die het nodig heeft of is het aardig meegenomen als men toch gaat verhuizen? Ik zou liever willen, dat U het volgende zou proberen te bewerkstelligen bij de Mi nister: De grens van f 160,gaat ieder jaar omhoog met de jaarlijkse huurverhoging. Dat lijkt mij billijker. We hebben in dit voorjaar gevallen gehad in het Lek- kumerend-west, dat mensen die voor 1 april verhuis den in aanmerking kwamen voor de premie omdat de kale huur nog net onder de f 160,lag; een maand later kregen de buren de premie niet omdat de kale huur net boven de f 160,lag. Wanneer de grens op getrokken wordt met de 6% jaarlijkse huurverhoging, dan is het billijker, want dan blijft de situatie in be paalde complexen tenminste hetzelfde. Het volgende dat ik zou willen vragen is: Ik zou graag zien, dat U de Minister vraagt, dat bij toepas sing van de regeling rekening wordt gehouden met de huur die de doorstromende bewoner betaalde en niet met de huur die de eigenaar van de nieuwe huurder vraagt. De heer Eijgeiaar: Over de huidige regeling betref fende de doorstromingspremie wordt nogal eens gespro ken. Dat is ook niet zo verwonderlijk want het is in gevallen als het onderhavige en ook in gevallen waar bij de woning die verlaten wordt, verkocht wordt voor de doorstromer eigenlijk onverteerbaar dat dan de subsidieregeling niet mag en kan worden toege past. Ondanks de liberalisatie, ondanks de steeds stij gende huren is het in het recente verleden zelfs niet mogelijk gebleken de grens van f 160,te verhogen. Ik ben het met mevr. Brandenburg eens, dat die grens gelijke tred had moeten houden met de huurverhogin gen. Ik geloof, dat het wel een goede zaak is, dat nu daar eens een keer een begin mee wordt gemaakt, dat een behoorlijke stap in de goede richting gedaan wordt en dat die grens dan ook steeds aangepast wordt. Het is m.i. dan ook een goede zaak, dat U dit ondes' de aandacht brengt van de nieuwe Minister van Volks huisvesting en zijn beide Staatssecretarissen. Wellicht kunnen zij met zijn drieën op korte termijn een andere en wellicht veel betere regeling treffen zodat we dan laten we zeggen binnen drie maanden ook op het punt van de doorstromingspremie een beleidsom buiging kunnen verwachten. Als dat niet het geval is, dan zou U zich misschien rechtstreeks kunnen wenden tot een ombudsman of een ex-ombudsman. Mijn fractie is in ieder geval van mening, dat Uw voorstel om te trachten de grens van f 160,te ver hogen tot f 200,het proberen waard is. Wij zullen Uw voorstel dan ook graag steunen. De heer De Jong (weth.)Mevr. Brandenburg heeft zelf al gezegd, dat het wettelijk recht van de huis eigenaren er inderdaad is en dat er waarschijnlijk maar enkele huiseigenaren zijn die van dit recht tot verhogen van de huur in zo grove mate gebruik ma ken als in dit voorbeeld het geval is. Gelukkig betreft het niet alle huiseigenaren. Mevr. Brandenburg heeft opgemerkt, dat de Leeu warder woningmarkt van dien aard is, dat een wacht tijd van ongeveer acht weken voor woningen met een huur tot f 160,gebruikelijk is en zij meent, dat het van belang is, dat de Gemeente daar op wijst. Ik wil haar wel toezeggen, dat wij haar suggestie om hieraan aandacht te schenken in onze rubriek in Huis aan Huis graag overnemen; die informatie kan altijd wor den gegeven. De verruiming die mevr. Brandenburg constateerde, is iets van het laatste jaar. Er is een tijd geweest, dat wij een wachtlijst hadden waar we maanden, soms jaren over moesten doen; intussen is de wachttijd aardig teruggedrongen. Het zou inder daad goed kunnen zijn om mensen die een huis moe ten hebben en die menen aangewezen te zijn op een huis dat sterk in huur verhoogd is, erop te wijzen, dat er een alternatief is. Wij kunnen die informatie dus wel verstrekken. Ik moet er wel bij zeggen, dat het lang niet gezegd is, dat mensen die een particuliere woning huren ook weten wat die woning vroeger aan huur deed; als een woning voor f200,wordt aangeboden, weet men vaak niet, dat die kortgeleden bijv. f 130,heeft gekost aan huur. Dat punt ont trekt zich aan onze waarneming. Maar een informatie bij wijze van waarschuwing aan het publiek zal m.i. vvdr^ 9 alleszins op zijn plaats zijn. Daar zullen wij voor zorgen. Mevr. Brandenburg vraagt zich af of ons voor stel het probleem wel oplost. Het is inderdaad waar, dat, als de grens verhoogd wordt tot f 200,er ook weer gevallen tussen wal en schip vallen. Zij zegt, dat er i.v.m. het gereed komen van Aldlan een nieuwe ver huisgolf verwacht kan worden van Bilgaard naar Ald lan; zij vraagt of wij daar wel rekening mee hebben gehouden ook i.v.m. de doorstromingspremie. Ik zou de kwestie van de andere kant willen benaderen. Waar om komen wij met de gedachte de Minister eens te vragen of het mogelijk is die grens te verhogen? Ik dacht, dat wij dat allereerst doen op grond van het feit, dat er een advies van de Raad voor de Volks huisvesting is om de grens van f 160,op f 200, te brengen. En een advies van een dergelijke instantie leggen we niet graag direct naast ons neer. Een tweede punt is de brief die we hebben ont vangen van de heer Munsterman. Het is begrijpelijk, dat hij deze brief heeft geschreven; hij had gehoopt, dat hij van de doorstromingsregeling zou kunnen pro fiteren, maar hij valt tussen wal en schip. Het is voor hem een trieste zaak, maar wij kunnen er op dit moment niets aan doen omdat de regeling dat niet toestaat. Een derde punt is, dat er nu een nieuw kabinet is. Misschien dat nu iets meer mogelijk is dan bij het vorige kabinet. (De heer Ten Brug (weth.): Het is plezierig, dat LT dat veronderstelt.) Wij mogen dat, dacht ik, wel mee laten spelen. Wij hebben op 24 de cember 1972 van de toenmalige Minister van Volks huisvesting nog bericht gekregen, dat hij niet van plan was van de grens van f 160,af te wijken; dat was zeer concreet. In mei 1972 is een verzoek van Heerenveen om de grens op te trekken ook afgewezen. Als hetzelfde kabinet en dezelfde Minister van toen er nog zouden zijn, dan zou een hernieuwd verzoek niet veel zin hebben; maar er is een nieuw kabinet en een nieuwe Minister. De Raad voor Volkshuisvesting heeft onlangs geadviseerd de grens op te trekken en bovendien ligt er de brief van de heer Munsterman. Waarom zouden we het niet nog eens proberen Het is het proberen waard. Daarmee is niet gezegd, dat wij zeker zijn, dat de grens inderdaad verhoogd zal worden. Maar ik dacht, dat het voor ons en voor het publiek dat hiermee te maken heeft, goed is hierover zekerheid te krijgen. Ik dacht, dat dat alleszins rede lijk is. Mevr. Brandenburg heeft ook nog gevraagd, of we niet tegelijkertijd moeten proberen de regeling zo te veranderen, dat rekening wordt gehouden met de oude huur; in dit geval dus met f130,en niet met f200, -. Maar dat is nu net niet het criterium van de regeling. Het criterium van de regeling is, dat er een door stromingspremie beschikbaar komt als ei' een woning vrij komt van een bepaalde huurklasse. Wanneer de woning na ontruiming niet meer tot die huurklasse zou behoren dan heeft die geen waarde voor de door stroming; dan mag geen doorstromingspremie worden gegeven. De regeling is bedoeld om mensen met een krappe beurs te helpen aan een goedkope woning. Het gaat niet zo zeer om de mensen die de woning ont ruimen, maar om de mensen die de woning gaan be trekken; de mensen die de woning ontruimen krijgen een premie omdat ze een goedkope woning vrij maken. Daarom dacht ik, dat we de regeling niet in de zin die mevr. Brandenburg bedoelt, kunnen ombuigen. De heer Eijgelaar heeft ook gesproken over de nieu we Minister en zijn twee Staatssecretarissen. Daar heb ik al het een en ander over gezegd. Misschien zit er een beleidsombuiging in. Ik verwacht er zelf eigenlijk niet zoveel van, gelet op het feit, dat er nog een paar recente uitspraken liggen, maar ik vind, dat we de poging maar eens moeten wagen. Dan weten we, dat we ons best gedaan hebben voor de burgerij en dat we het advies van de Raad voor de Volkshuis vesting hebben gevolgd. Mevr. Brandenburg-Sjoerdsma: Ik zou toch wel graag willen, dat de Wethouder bij de Minister pro beerde het is immers een andere Minister of hij het criterium niet veranderd kan krijgen; misschien kan er een heel andere regeling komen. Want het is gewoon onbillijk tegenover de burgers. De ene wordt anders behandeld dan de andere zonder dat hij daar enige invloed op uit kan oefenen. Ik begrijp de hele redenering wel over het vrijkomen van goedkope wo ningen, maar dat neemt de onvrede bij de mensen niet weg. Wat betreft dc sprong naar f 200,ik hik er per soonlijk nog wel wat tegenaan. Mijn fractie tilt er niet zo zwaar aan. Ik zou graag willen, dat U ook eens vroeg of het geen goed idee is, welk bedrag er dan ook uit de bus komt, het nieuwe bedrag mee te laten groeien met de jaarlijkse huurverhoging. De heer De Jong (weth.)Ik voel er ik zeg dat nadrukkelijk niets voor het criterium te verande ren. Dan zetten we de hele regeling op zijn kop; het betreft niet een kleine correctie. De regeling is be doeld om goedkope woningen vrij te krijgen voor men sen die geen hoge huur kunnen betalen; voor het vrijmaken van goedkope woningen wordt een premie gegeven. Het gaat er niet om die mensen een dou ceurtje te geven, maar om te bevorderen dat er goed kope woningen beschikbaar komen. Als de vrijkomen de woning in huur verhoogd wordt, dan wordt het doel niet bereikt; er moet ergens een grens liggen. Mevr. Brandenburg wil het criterium helemaal veranderen, maar ik voel er niets voor de Minister te vragen het criterium, dat duidelijk in de regeling vast ligt, te veranderen. (De heer Vellenga: Het gaat, dacht ik, niet zo zeer om het veranderen van het criterium, maar om het inbouwen van een hardheidsclausule. Het gaat er om voor die gevallen, waarin buiten de schuld van de man of de vrouw die doorstroomt in eens het huis wordt verkocht dat komt ook voor; U hebt in het verleden wel eens gezegd dat U dat soepel wilt bekijken of in huur wordt verhoogd, gewoon een hardheidsclausule te bepleiten. Het cri terium moet worden gehandhaafd, want de filosofie die daar achter zit, deel ik en delen wij allen in de Raad. Alleen dit soort wat wrede, harde gevallen zou je mogelijk op die manier kunnen voorkomen. En waarom zou je die vraagstelling niet kunnen ver melden in een brief die je toch schrijft Ik zeg op nieuw, dat, als we dit zouden doen, wc goed moeten begrijpen, dat we een heleboel soortgelijke gevallen naar ons toe halen. Dan krijg je ook de gevallen waar in de mensen zelf eigenaar worden van een woning en daar zelf in gaan wonen; die vallen ook buiten de regeling. (De heer Vellenga: Maar die weten dat. Maar degenen waar wij nu aan denken zijn afhankelijk van de beslissing van een derde. Zij gaan er een hele tijd op te zeil: dit huis wordt weer verhuurd voor een bepaalde huur. Op het moment, dat ze denken: nu str ijken we geld op - wel of niet terecht ont dekken ze, dat de eigenaar van het huis óf het heeft verkocht öf de huurprijs heeft verhoogd. Dat bedoel ik met hardheidsclausule. Het criterium is juist, maar je zou iets moeten kunnen doen aan die wrede geval len. En waarom zou U het niet vragen? Het ver plicht U tot niets.) Ik zit hier toch mee. De regeling is gemaakt dat heeft ook zeer uitdrukkelijk in de cir culaire van december 1972 gestaan toen gevraagd is om de grens op te trekken om goedkope woningen vrij te maken. De Minister voelde niets voor het op trekken van de grens en hij heeft als motivering ge bruikt, dat 80 pet. van het bestaande potentieel van alle verhuurde woningen in Nederland een huur heeft die ligt beneden f 160,per maand. Dat was voor hem de grens waarmee te werken is en hij voelde er niets voor die grens te verhogen. Het gaat nu om de grens van f 160,Wij willen proberen die grens op te trekken, maar dat betekent niet, dat we ook het criterium van de regeling willen veranderen. Als we dat zouden doen, zouden we m.i. op de verkeerde weg zjjn. (De heer Vellenga: Ik vraag om een derde ronde om zo duidelijk mogelijk uit te kunnen leggen wat ik bedoel.) De Voorzitter: Ik geloof, dat er een misverstand in het spel is. De heer Vellenga heeft duidelijk gezegd, dat hij niet vraagt het criterium te veranderen. Hij heeft gevraagd dat is wel duidelijk op de band vastgelegd een bepaalde hardheidsclausule in te bouwen. Ik vraag mij af of wij vandaag niet kunnen

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1973 | | pagina 5