1
14
De heer Eygelaar (weth.): Ja, daartoe zou het col
lege inderdaad kunnen besluiten.
De Voorzitter: Maar dan moeten wij het bij de
stichting laten. Als wij het niet bij de stichting laten,
kunnen wij het voor andere doeleinden gebruiken. Dat
zal van geval tot geval onder ogen worden gezien.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel
van b. en w.
Punten 10, 11 en 12 (bijlagen nos. 6, 5 en 9).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen
van b. en w.
Punt 13 (bijlage no. 4).
Aanbeveling:
I. vakature-Pietersen-Ehlhardt
1. de heer mr. M.K. Krijger te Oudkerk;
2. mevrouw H. de Jong-Hoekstra te Leeuwarden;
II. vakature-Feddema:
1. de heer H. Feddema te Leeuwarden;
2. de heer J.H. Zuidema te Leeuwarden.
De heer Ten Hoeve: Hoe langer hoe meer zien wij
dat voor gemeentelijke raden en commissies mensen
worden voorgedragen die buiten de gemeente Leeu
warden woonachtig zijn. Mijn fractie heeft daar grote
moeite mee. Een deel van mijn fractie vindt het dan
ook een groot bezwaar, wat de eerste vakature be
treft, op de eerst voorgestelde persoon te stemmen.
Een ander deel van mijn fractie deelt dit bezwaar,
maar zal in dit geval toch op de eerst voorgestelde
stemmen. Wij willen bij de begrotingsbehandeling dit
probleem uitdrukkelijk aan de orde stellen.
De heer C. de Jong: In de raadsbrief staat een uit
treksel van artikel 3 van de statuten van de Stichting
Het Nieuwe Stadsweeshuis. Nu valt mij op dat bij
sub 4 achter Leeuwarden een punt staat, terwijl de
zin in de originele statuten nog door gaat; daar staat
n.l. nog: „drie van hen benoemt hij uit zijn midden".
Nu is mijn vraag: Is dit per abuis een verzuim ge
weest of heeft dit een bepaalde bedoeling? Als dit
alleen een vergissing is, hadden die drie dan nu niet
tegelijkertijd bij dit agendapunt benoemd moeten wor
den? (De Voorzitter: Kunt u het nog iets verduide
lijken?) In de raadsbrief staat als tekst van artikel 3,
sub 4: „De overige leden worden benoemd door de
gemeenteraad van Leeuwarden." Maar in de officiële
statuten gaat die zin nog door. Er staat nog: „drie
van hen benoemt hij uit zijn midden". Dat stukje mis
ik in het uittreksel van artikel 3 in de raadsbrief. Ik
vraag dus of dit een abuis is of dat dit een bedoeling
heeft.
De Voorzitter: Ik moet aannemen dat dat op dit
moment niet van toepassing is. Het is in ieder geval
niet bewust met een bepaalde bedoeling weggelaten.
(De heer C. de Jong: Het is wel zo dat sub 1, 2, 4
en 5 gelijk zijn en sub 3 ook, op dat ene stukje na.)
Ik moet het antwoord schuldig blijven.
De heer De Vries (weth.): Op de opmerkingen van
de heer Ten Hoeve behoef ik, dacht ik, niet in te gaan.
Hij heeft duidelijk uiteen gezet hoe de gevoelens van
zijn fractie op dit moment zijn. Wij wachten de uit
slag van de stemming af.
De heer De Jong is foutief. Ik heb hier de officiële
statuten en artikel 3 is in de raadsbrief precies zo
weergegeven als in de officiële statuten staat. Ik heb
de statuten hier zoals ze goedgekeurd zijn door ged.
staten van Friesland. Als de heer De Jong een an
dere tekst heeft dan heeft hij een verkeerde versie.
(De heer Ten Brug (weth.)In de stukken die ter
inzage hebben gelegen staat het zoals de heer De Jong
heeft gezegd.) Dat begrijp ik niet.
De Voorzitter: Er zitten op het ogenblik niet 3 le
den van de gemeenteraad in het bestuur van de stich
ting? (De heer De Vries (weth.): Nee.) Ik kan op
dit moment maar één conclusie trekken en die is dat
het stuk dat ter inzage heeft gelegen fout is; dat moet
een oud stuk zijn. Ik heb hier, net als de heer De
Vries, het officiële stuk en daar staat niet meer in
dat de raad 3 leden uit zijn midden benoemt. Vandaag
geldt dus gegarandeerd niet dat er 3 leden van de
gemeenteraad benoemd moeten worden. Ik vind het
knap dat de heer De Jong het gevonden heeft; wij
hadden het moeten zien. Het probleem is hiermee,
dacht ik, wel opgelost.
Ik zou nog een opmerking willen maken n.a.v. het
geen de heer Ten Hoeve heeft gezegd. Het punt dat
hij aansneed is al eerder in de raad aan de orde ge
steld. Ik kan mij herinneren dat de heer Heidinga
ook al eens gewezen heeft op het probleem dat toch
wel een vrij groot aantal mensen van buiten de ge
meente langzamerhand in onze raden en commissies
komen. Wij hebben toen gesteld dat wij dit geval voor
geval onder ogen zouden zien en als lijn zouden aan
houden dat er duidelijk een directe band moest zijn om
iemand van buiten toch voor te dragen of aan te
bevelen. Het is ons ook opgevallen dat het toch nogal
eens voorkomt. Wij zijn op het ogenblik bezig een
inventarisatie te maken van dfe mensen btuiten de
gemeente die in de raden en commissies zitten en welke
raden en commissies dit betreft. Ik kan u zeggen
dat wij daar een keer mee in de raad zullen komen,
hetzij door middel van een voorstel tot wijziging van
het benoemingsbeleid, hetzij door middel van een voor
stel tot wijziging van de verordeningen. Wij zijn hier
mee bezig, wij hebben het probleem gesignaleerd en
wij komen er op terug.
De heer Ten Hoeve: Ik heb ook geen behoefte aan
een discussie op dit moment. Wij komen er bij de be
grotingsbehandeling wel op terug.
De Voorzitter: U zult dan hetzelfde antwoord krij
gen als nu, tenzij wij voor die tijd al een standpunt
kunnen geven.
De heer Heidinga: Ik zou nog graag een opmer
king willen maken. In de statuten van deze stichting
staat dat de stichting dienstbaar is aan goede, alge
mene doeleinden, speciaal ook m.b.t. werkzaamheden
voor de jeugd; de stichting kan daarvoor subsidie ver
lenen. Nu heeft deze stichting heel wat eigendommen
en daaruit komen revenuen. Nu kan ik op dit mo
ment eigenlijk niet overzien hoe het bestuur van de
stichting samengesteld is. Mijn fractie zou het wel
bijzonder op prijs stellen dat niet alleen voldoende aan
dacht wordt besteed aan de verdeling van de reve
nuen, maar ook aan het beheer zodat er voldoende
revenuen zijn. Er moet niet alleen gedacht worden
aan het opmaken van de pot.
De Voorzitter: Ik ben het volkomen met de heer
Heidinga eens. Ik kan u zeggen dat om die reden b.v.
de heer Kingma, de directeur van Kingma's Bank, als
financieel expert in het bestuur zit en ook de heer
Feddema die bijzonder goed op de hoogte is van het
taxeren van goederen e.d. Om deze expliciete reden
zitten deze mensen in het bestuur van de stichting.
(De heer De Vries (weth.): De heer Goïnga ook.) Ja,
inderdaad, notaris Goïnga zit er ook in. Ik neem aan
dat de heer Heidinga hiermee voldoende geïnfor
meerd is.
Benoemd worden de heer Krijger met 21 stemmen
(mevr. De Jong-Hoekstra 14 stemmen) en de heer
Feddema met algemene stemmen.
De heren G- Buising en L. Visser vormden met de
voorzitter het stembureau.
De Voorzitter sluit, om 23.00 uur, de vergadering.
Verslag van de handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden van maandag 27 januari 1975
RAADSVERGADERING
van maandag 27 januari 1975
Aanwezig 35 leden de dames E. Brandenburg-
Sjoerdsma, mr. E.N.J. Smit, G. Visscher-Bouwer, M.M.
Th. Visser-van den Bos, A.J. de Vos en A. Willemsma
de Jong en de heren S. Bouma, J. ten Brug (weth.), G.
Buising, G.F. Eijgelaar (weth.), ir. C.G.H. Geerts, drs.
M.H.G. de Greef, O. Heidinga, J. Hoekstra, H. ten Hoe
ve, H. Jansma, J.F. Janssen, C. de Jong, J. de Jong, A.
Klomp, J. Knol, W.S.P.P. de Leeuw, H. Meijerhof (van
af 20.00 uur), W. Miedema, dr. W.A. de Pree, A. Pronk,
ir. CL. Rijpma (weth.), J. Schaafsma, J.B. Singelsma,
K. Spoelstra, N. Sterk, P. van der Veen, L. Visser, G.
de Vries (weth.) en K. Weide (weth.).
Afwezig: de heren J. de Beer en PD. van der Wal.
Voorzitter: de heer J.S. Brandsma, burgemeester.
Secretaris: de heer P.P. de Jong.
Voorts zijn aanwezig: de heren M.F. Koopmans,
hoofd van de afdeling Sociale Zaken en Welzijnsaange-
legenheden, mr. W.J.G. Reumer, loco-secretaris, en mr.
H.J. Winkelman, hoofd van de afdeling Kabinet en Al
gemene Zaken.
Te behandelen punten:
1. Vaststellen van de notulen van de vergadering
van de raad van 7 oktober 1974.
2. Mededelingen.
3. Aankoop pand Roekstraat 24 (bijlage no. 26).
4. Verkoop van een in het bestemmingsplan Goutum
gelegen perceel bouwterrein aan S.S. Hofstra (bijlage
no. 14).
5. Verkoop erfpachtsgrond (bijlage no. 15).
6. Verkoop van het terrein met opstallen aan de Am
pèrestraat, waarin ondergebracht het Centrum voor
Vakopleiding van Volwassenen, aan de Staat der Ne
derlanden (bijlage no. 16).
7. Verkoop van het terrein met daarop staand school
gebouw Heliconweg 55 aan de Staat der Nederlanden
(bjjlage no. 22).
8. Verkoop van een in het bestemmingsplan Aldlan-
west gelegen perceel bouwterrein aan de Gereformeer
de Kerk Leeuwarden-Huizum (bijlage no. 23).
9. Overnemen in eigendom, onderhoud en beheer van
het westelijke gedeelte- van de Hounsdyk te Goutum
van het waterschap De Goutumer Oudlandsweg (bij
lage no. 17).
10. Aanleggen loswal langs gedeelte oostzijde Wijde
Greuns in industriegebied Hemrik (bijlage no. 21).
11. Verlenen van medewerking aan enkele besturen
van bijzondere scholen voor gewoon lager onderwijs
voor het doen van diverse aanschaffingen (bijlage
no. 18).
12. Tarieven voor het gebruik van gemeentelijke sport
en recreatie-accommodaties (bijlage no. 20).
13. Wijzigen individuele woningverbeteringsregeling
Beschikking geldelijke steun verbetering woningen en
woonbuurten (bijlage no. 25).
14. Wijzigen van de gemeentebegroting en van de be
grotingen van het Markt-, Haven- en Slachthuisbedrijf,
het Woningbedrijf, de Dienst Stadsontwikkeling en de
Dienst voor Sport en Recreatie voor het dienstjaar 1975
(bijlage no. 24).
15. Wijzigen van de Verordening op de Bestuurscom
missie voor de Schooladviesdienst te Leeuwarden en be
noeming van de leden van deze commissie (bijlage
no. 19).
De Voorzitter: Dames en heren, hartelijk welkom op
deze vergadering van de gemeenteraad. Ik stel voor
dat wij meteen met onze werkzaamheden beginnen.
Punt 1.
De notulen worden ongewijzigd vastgesteld.
De Voorzitter: Alvorens ik overga tot het in be
handeling geven van de mededelingen zoals die zijn
rondgezonden, zou ik u er van in kennis willen stellen
dat wij van één van de leden van de raad, de heer
Ten Hoeve, een verzoek hebben gekregen vanavond
een interpellatie te mogen houden. De heer Ten Hoeve
beroept zich daarbij op het tweede lid van artikel 48
van het Reglement van orde waarin staat dat in spoed
gevallen afgeweken kan worden van de termijn waar
binnen een dergelijke interpellatie moet worden aange
vraagd; die termijn is 10 of 12 dagen. Het verzoek
van de heer Ten Hoeve is slechts enkele dagen voor
deze raadsvergadering binnen gekomen. Ik zou de
raad allereerst willen vragen of hij er mee instemt
dat dit als een spoedgeval wordt aangemerkt. Ik zou
als persoonlijke mening willen geven dat ik vind dat
dit wel als zodanig kan worden aangemerkt. Dit is
een probleem dat plotseling is opgekomen; er zijn
allerlei berichten in de pers verschenen op een mo
ment dat de heer Ten Hoeve zich niet meer aan de
voorgeschreven termijn kon houden. Mijn tweede vraag
is of de raad er mee kan instemmen dat de interpel
latie vanavond wordt gehouden. (De heer Heidinga:
Waar gaat die interpellatie over?) Het is een beetje
dom van mij het onderwerp niet te noemen, maar ik
meende dat de raad het wel wist; ik meen ook wel
goede gronden te hebben dat te veronderstellen. Ik
zal het verzoek even voorlezen. Het luidt:
„De onrustbarende berichten in de pers over nieuwe
beleidsvoornemens van de regering betreffende sprei
ding der rijksdiensten naar het noorden van het land
en m.n. de consequenties hiervan voor Leeuwarden
hebben de P.v.d.A.-fractie in de Leeuwarder gemeen
teraad in hoge mate verontrust. Het is daarom dat ik
op grond van artikel 48 van het Reglement van orde
gaarne nadere mondelinge inlichtingen wil hebben van
het college van burgemeester en wethouders over deze
aangelegenheid en over het door het college terzake
gevoerde beleid. Ik zou het zeer op prijs stellen dat,
met toepassing van het tweede lid van artikel 48 van
het Reglement van orde, deze interpellatie gehouden
zou kunnen worden in de eerstvolgende vergadering
van de gemeenteraad, t.w. op 27 januari a.s."
Dit verzoek is ondertekend door de heer Ten Hoeve.
Kan de raad er mee instemmen dat deze interpellatie
vanavond wordt gehouden?
De Raad stemt hiermee in.
De Voorzitter: Ik stel voor de interpellatie te hou
den nadat de agenda van deze vergadering is afge
werkt. Akkoord? Ja? Dan komen wij hier dus straks
op terug.
Punt 2.
De Voorzitter: Zijn er berichten van verhindering
binnen gekomen, secretaris?
De heer P.P. de Jong (secr.): De heer Van der
Wal is verhinderd deze vergadering bij te wonen, de
heer De Beer is ziek en kan dus niet komen en de
heer Meijerhof zal wat later ter vergadering komen.
Rondgezonden mededelingen.
Sub A H.
De berichten, de mededelingen, de rapporten en de
beschikking worden voor kennisgeving aangenomen.
Sub I.
De verzoeken worden in handen van b. en w. ge
steld om preadvies.