reden dat wij m.b.t. de derde sporthal en het tweede
overdekte zwembad hebben besloten die te realiseren
in het sportcomplex Kalverdijkje. Wat waren de uit
gangspunten van het college om een dergelijk complex
juist daar te realiseren? In de eerste plaats omdat
dit een totaal sportcomplex is. Of er al of niet een
weg door het plan Kalverdijkje komt is op dit mo
ment niet in discussie; de raad beslist nu niet over dit
totale plan. Het gaat hier om de relatie met de an
dere activiteiten m.b.t. de sport. Verder is het zo dat
wij moeten bouwen voor de toekomst. Wij moeten ter
dege rekening houden met wat er in de wijk Cam-
minghaburen zal gebeuren, waar in de toekomst ook
nog wel eens gebouwd zal worden. Bovendien vraagt
ik kom hier straks m.b.t. de plaats in de Linnaeus-
straat nog op terug een dergelijke accommodatie
de nodige parkeervoorzieningen die elders moeilijk te
realiseren zouden zijn. Nu is als plaats waar dit com
plex gerealiseerd zou kunnen worden genoemd de om
geving van de Linnaeusstraat. Ik vind het jammer
dat, terwijl je bezig bent met de constructie van het
object, deze nieuwe situering gedurende het laatste
jaar naar voren komt. De raad is toch, geadviseerd
door allerlei raden en commissies, unaniem akkoord
gegaan met het bestemmingsplan Kalverdijkje waarin
geprojecteerd een sporthal/zwembadcombinatie. Maar
goed, elke raad is vrij om een andere beslissing te
nemen. Ook in het college van b. en w. hebben wij
vrij uitvoerig over deze situatie gesproken. Ik ben blij
dat er nu niet is gesproken over het Cambuurcomplex,
want ik zou dat persoonlijk een ernstige aantasting
vinden van het groene hart in deze wijk. Wij moeten
zuinig zijn op de groene vlekken die wij binnen onze
woongebieden hebben. Bovendien zou het ten koste
gaan van 3 sportvelden en dat kunnen wij ons op dit
moment, nu wij nog een groot tekort hebben aan sport
velden, niet permitteren, afgezien nog van de proble
men ten aanzien van de opstallen in eigendom
van de Sportclub Leeuwarden. Dan komt de si
tuatie van de Linnaeusstraat om de hoek kij
ken. Als wij op zeer korte termijn een oplos
sing voor de Linnaeusstraat zouden kunnen vinden,
dan nog is het een vraagteken of dit enorme complex
daar gesitueerd zou kunnen worden. Er zou dan tevens
een beroep moeten worden gedaan op een stuk Mara
thonstraat. De raad heeft gevraagd: Noem eens een
termijn waarin het complex in de Linnaeusstraat ge
realiseerd zou kunnen worden. Wij kunnen dit niet exact
doen. Morgen is de hele situatie m.b.t. de Linnaeus
straat andermaal onderwerp van discussie in b. en w.
Ik kan u wel zeggen dat realisering in de Linnaeus
straat toch zeker gepaard zal gaan met enkele jaren
vertraging. Mijn collega's kunnen hier eventueel nader
op ingaan, gezien de problemen die hieraan verbonden
zijn in het kader van ruimtelijke ordening en volks
huisvesting. (De Voorzitter: Maar niet vanavond.) De
raad heeft toch het recht hier vragen over te stellen?
Mijn collega's zouden hier dan een antwoord op kun
nen geven. Op zich was deze situering dus wel aan
trekkelijk, maar gezien de huidige situatie is dit wel
een moeilijke zaak. De conclusie is dat het college
graag wil blijven vasthouden aan de plannen in het
Kalverdijkje. Hier komt nog bij dat het sporthal/zwem
badcomplex zich qua vormgeving ook niet direct ver
draagt met de omgeving Linnaeusstraat/Cambuur en
de andere straten die hier omheen liggen. Ik dacht dat
de opmerkingen over de plaats vrij algemeen waren.
Ik zal nu overgaan tot het individueel beantwoorden
van de vragenstellers.
De heer Meijerhof heeft gevraagd: Waarom komt u
met een eigen plan en haalt u geen plan van de
markt Wij weten dat er talloze bedrijven zijn die
een zekere deskundigheid hebben op het terrein van
het bouwen van zwembaden en sporthallen; dat is ook
bij ons bekend. In het verleden was er ook nogal een
zekere angst aanwezig m.b.t. het door onze eigen
dienst ontwerpen van deze plannen, want misschien
rolde er dan wel weer zo'n verschrikkelijk duur plan
uit. Dat is de aanleiding voor b. en w. geweest om
onze eigen dienst opdracht te geven om uit te zien
naar andere plannen en dan duidelijk een vergelijking
te maken m.b.t. de kwaliteit van de accommodatie en
ook m.b.t. de prijzen die hieraan verbonden zijn. Bo
vendien hebben wij tegen onze eigen dienst gezegd,
gezien de marktprijzen van andere zwembaden en
hallen: U krijgt een opdracht voor 5 miljoen dat
was in 1972 een marktprijs voor zwembaden en sport
hallen en binnen dat bedrag moet u blijven. Sinds
1972 zijn de kosten met ongeveer 46% gestegen, van
daar dat wij nu inclusief de grondkosten op ruim 8
miljoen zitten. Bovendien hebben wij bij de voorberei
dingen van dit plan wel de nodige informaties van
derden ingewonnen. Dit is dus niet helemaal een plan
van onze eigen dienst.
De heer Jansma heeft een vraag gesteld m.b.t. de
instructiebaden. De heer Meijerhof heeft ook een op
merking in deze richting gemaakt en ook de heer Sin-
gelsma heeft hierover gesproken. In het rapport van
de N.V. Sportfondsen dat destijds in discussie is ge
weest o.a. in de Sportraad en in de betreffende com
missie van advies en bijstand is hier vrij uitvoerig over
geschreven. Om de voorzieningen bij de bevolking- te
brengen is op zich natuurlijk een bijzonder goede ge
dachte, maar hieraan zijn wel de nodige bezwaren ver
bonden. De scholen maken in hoofdzaak gebruik van
deze instructiebaden. Er is een duidelijke beperking
aanwezig m.b.t. het recreatief zwemmen. Zolang de
natte gymnastiek niet volledig in het onderwijspakket
is meegenomen wordt de exploitatie van de instructie
baden, verspreid over de hele stad er moeten dan
ook nogal wat komen een bijzonder durabele zaak.
Ik ben blij dat een commissie uit de Sportraad deze
zaak bestudeert en ik heb goede hoop dat daar een
goed advies uit komt. Wij zullen terdege rekening-
houden met de mogelijkheden m.b.t. het gebruik door
liet onderwijs van deze instructiebaden. Het is ook
nog zo dat wij bij de huidige Overdekte 2 goede in
structiebaden hebben. Wij hebben ook rekening ge
houden met de omgeving van Leeuwarden waar nogal
wat kleinere zwembaden worden gebouwd; dit ter ont
lasting van onze zwembaden. U weet dat wij in onze
huidige Overdekte met een te geringe capaciteit zitten.
De heer Jansma heeft ik had ook niet anders
verwacht gevraagd naar de voorzieningen voor li
chamelijk gehandicapten. De toegangen zijn zowel in
de sportzaal als in het zwembad aangepast aan de
rolstoelgebruikers. In het restaurant is speciaal voor
gehandicapten een lift aangebracht. Ook zijn er spe
ciale toiletten voor gehandicapten. Bovendien is er
in het zwembad een beweegbare vloer die in horizon
tale stand tot het maximum kan worden opgevoerd,
zodat de invalide met de rolstoel op de vloer kan
rijden. Door het drukken op een knop zakt het bad
langzaam naar beneden zodat de invalide direct in
het water kan en zich kan voortbewegen.
Dan nog iets over de exploitatielasten. Het blijkt
nu wel dat de exploitatielasten die opgenomen zijn
in het beleidsplan niet helemaal toereikend zullen zijn.
Wij kunnen hier nog geen nadere concrete mededeling
over doen, omdat wij niet exact de hoogte van de
subsidies weten. Wij weten ook niet exact hoeveel
scholen in de toekomst gebruik van deze accommo
datie zullen maken. Wij moeten dus wat de exploi
tatie betreft nog enige vraagtekens plaatsen.
Er was nog een vraag met betrekking tot het A.C.W.-
subsidie. In het raadsvoorstel hebben wij geschreven
dat er een redelijke kans aanwezig is dat wij op vrij
korte termijn van de zijde van de A.C.W. subsidie kun
nen ontvangen. Ik dacht dat dat duidelijk en juist was
omschreven. Ik durf mij niet te wagen aan een be
paalde termijn, maar ik hoop en ik vertrouw er op
dat er toch wel mag ik het gokken binnen een
jaar een beslissing mag worden verwacht.
De heer Miedema heeft inmiddels de vergadering ver
laten.
De heer Meijerhof: Eerst wil ik even reageren op
hetgeen de wethouder gezegd heeft. Hij verbaast er zich
nogal over dat de plaats van het sportcomplex op dit
moment weer in discussie komt, terwijl alle commis
sies en raden destijds akkoord zijn gegaan met het
bestemmingsplan Kalverdijkje waarin dit complex ook
is opgenomen. Ik wil er toch wel op wijzen dat het
uitgangspunt toen was dat er in de Camminghabuur-
sterpolder gebouwd zou worden en wel op vrij korte
termijn en dat het hele plan Kalverdijkje een buffer
zou vormen tussen de wijk Heechterp en de wijk Cam-
minghaburen. De situatie ligt nu wel enigszins anders
en ik dacht dat het ook juist was om opnieuw te be
kijken of dit complex wel in het bestemmingsplan Kal
verdijkje moet komen; misschien kunnen er andere
plaatsen genoemd worden. Daarbij komt ook nog dat
de situatie in de Linnaeusstraat een paar jaar geleden
nog niet zo ver was als die op dit moment is. Anders
dan in de buurt van de Linnaeusstraat zijn er, dacht
ik, in het oosten van de stad, m.n. aan de rondweg,
geen plaatsen aan te wijzen waar een project als dit
te realiseren is. Wat dat betreft deel ik de verbazing
van de wethouder dus niet.
In de beantwoording van mijn vraag: Waarom weer
een eigen plan? heeft de wethouder wel gezegd dat
bij anderen geïnformeerd is, maar als ik de raadsbrief
goed heb gelezen dan is dat niet alleen omdat men
er bepaalde deskundigheid bij wilde hebben, maar m.n.
omdat men bepaalde subsidies wilde vangen. Er wor
den bedragen van f 400.000,en f 250.000,genoemd
als subsidie van C.R.M. Onderaan blz. 1 staat dat be
paalde instanties gevraagd moeten worden wil men
voor dit subsidie in aanmerking komen. Dat was
iets over hetgeen de wethouder heeft gezegd.
Dan nog iets over hetgeen de wethouder niet heeft
gezegd. Ook bij het vorige punt is „de sprong in het
duister" al even ter sprake gekomen. Wij zouden het
hier „een sprong in het zwembad" kunnen noemen,
terwijl wij niet weten hoeveel water er in staat. Dat
wordt toch wel een gevaarlijke situatie. Wij hebben
op dit moment wel een raming van de stichtingskos-
ten. Ik dacht dat, afgeleid van deze stichtingskosten,
ook de kapitaallasten berekend kunnen worden. Ik
dacht dat ook in de rapporten die de ambtelijke werk
groep heeft samengesteld, en die niet ter inzage lagen
dat is weer zo'n onderwerp waar de wethouder ver
der niet op in is gegaan; waarom lagen deze rappor
ten niet ter inzage iets over de exploitatielasten
zou staan en over het effect dat deze 2e Overdekte
zal hebben op de Overdekte die momenteel in exploi
tatie is. Dat zal dus een bepaald resultaat hebben.
Op dit moment kunt u dus nog niets zeggen van het
A.C.W.-subsidie. Ik had wel gedacht dat het voor ons
als raad een sprong in het duister was, maar ik had
ook gedacht dat u ergens toch het ochtendgloren al
zag, dat u iets meer kon vertellen. Dit blijkt niet het
geval te zijn, het zijn nog allemaal vraagtekens. Krij
gen wij, als er straks wat meer bekend is over de
subsidies, inzage in wat de kosten, de jaarlijkse^ lasten,
zullen zijn die ten laste van de gemeente Leeuwarden
blijven en op welke wijze wij dekking zoeken voordat
met de uiteindelijke bouw wordt begonnen Anders
komen wij voor een voldongen feit te staan en weten
wij helemaal niet welk effect dit zal hebben op onze
begroting, vooral in de toekomst.
De hear Jansnia: Hjir wurdt yn diskusje brocht it
bibouwen fan de Camminghabuorsterpolder. Us fraksje
giet der fan üt dat dat nei in oantal jierren dochs
düdlik wol it gefal is en dat wolle wy dus net as in
argumint oanfiere hwerom dizze sporthal net yn it
plan Kealledykje opnommen wurde kin.
De heer Ten Hoeve: Een korte opmerking. Ik wil
er bezwaar tegen aantekenen dat de wethouder zegt
dat er pas het laatste jaar over gesproken wordt dat
de sporthal mogelijk op een andere plaats zou moeten
komen. Ik wil hem verwijzen naar een discussie in de
Sportraad waarbij hij zelf aanwezig was zo ongeveer
2 2 y2 jaar geleden en waar ook duidelijk gesproken
werd over de mogelijkheid om die sporthal op een
andere plaats te bouwen. Op een vraag aan de toen
aanwezige bouwkundige, de heer Smit, is toen uit
drukkelijk gezegd dat het ontwerp van deze hal zowel
in de buurt van Cambuur als in het plan Kalverdijkje
geplaatst zou kunnen worden.
Dan nog een laatste opmerking. Wanneer wij gaan
bouwen in Camminghaburen dan is de tijd misschien
zo ver dat Camminghaburen zelf wel een sporthal zal
kunnen krijgen.
De hear Van der Veen: De hear Meijerhof hat niis
praet hy foründerstelt dat tominsten neffens de
hiele fraksje. Dêr wol ik my dochs wol in bytsje fan
distansiearje, hwant ik bin eins wol foarstanner fan
in opset yn it Kealledykje. Wy dogge nou wol wak
kere dierber oer de Linnaeusstrjitte, mar it is eins
mar in hoannestap fan de Linnaeusstrjitte nei it Keal
ledykje en dêr hawwe wy yn elts gefal de romte, ek
om it gebou hinne. Wy kinne dêr meitsje hwat wy
wolle en it is noch de fraech oft it esthetysk wol
forantwurde is om sa'n great spektakel yn de Lin
naeusstrjitte to setten. Boppedat blykt dat, as ik it
goed bilüstere haw fan de hear Smit fan de Stêdde-
boukundige Tsjinst dy't yn de kommisje in ütliz dien
hat oangeande de kosten fan de bou, de kosten fan
de bou oan in Kealledykje wierskynlik leger wê^e
sille as oan de Linnaeusstrjitte, omt it maeifjild fan
it polderke dêr't it gebou yn komt to stean gelyk stiet
oan de flier hwer't aensens it swimbad op réalisearre
wurde sil. Dat skynt boukundich nochal hwat foar-
dielen op to leverjen.
De Voorzitter: Ik geef weth. Weide het woord.
Weth. Ten Brug zal daarna nog iets zeggen over de
financiële consequenties.
De heer Weide (weth.)De heer Meijerhof blijft
pleiten voor de Linnaeusstraat. Ik heb ook al in eerste
instantie gezegd(De heer Meijerhof: Dit is zowel
door de heer Van der Veen als door de wethouder
toch_enigszins verkeerd begrepen. Ik heb alleen ge
vraagd: Hoe zit het met de realisatie, is die mogelijk
in de Linnaeusstraat en op welke termijn, en hoe zit
het met het Kalverdijkje? Mijn mening is heus niet
dat wij, als het jaren moet kosten, het Kalverdijkje
moeten laten schieten. Dan ga ik akkoord met het
Kalverdijkje. Ik heb alleen even gereageerd op de si
tuering en gezegd dat de situatie met Camminghabu
ren ook is veranderd.) (De Voorzitter: U hebt er niet
voor gepleit; dat is duidelijk.) Ik heb duidelijk gezegd
dat wij er, als het plan in de Linnaeusstraat gereali
seerd zal worden, rekening mee moeten houden dat
er ook een stuk Marathonstraat gebruikt zal moeten
worden en dat dat zeker een aantal jaren zal vragen.
Ik heb ook gezegd dat het object in het plan Kalver
dijkje binnen afzienbare tijd zal kunnen worden ge
realiseerd. Wanneer wij nu beslissen het complex in
de Linnaeusstraat te realiseren dan zal dit dus ern
stige vertragingen met zich meebrengen.
De heer Meijerhof heeft nog gevraagd naar de sub
sidies. De subsidiërende instanties, in dit geval de pro
vincie die mogelijk een subsidie zal verlenen plus het
Ministerie van C.R.M.geven zowel subsidie aan eigen
plannen als aan plannen van derden. Het is dus niet
zo dat wij vanwege de subsidies geïnformeerd hebben
bij derden. Dit is zuiver en alleen een kwestie ge
weest van overleg, van de mogelijkheden binnen de
eigen dienst, maar ook van de ervaringen van anderen.
Ik heb begrepen dat weth. Ten Brug op de exploi
tatie zal ingaan. Ik kan u wel zeggen ik heb dat
in eerste instantie ook al gezegd dat de lasten die
wij in het beleidsplan opgenomen hebben waarschijnlijk
te laag zullen zijn. Wij zullen u op de hoogte houden
wanneer de exploitatie hogere lasten met zich mee
brengt. Dat is nog van een aantal andere factoren af
hankelijk.
De heer Ten Hoeve maakt bezwaar tegen de ter
mijn van een jaar. Nou, laat het dan iy2 jaar geweest
zijn, ik weet het niet meer exact. Er is natuurlijk des
tijds wel in de Sportraad gesproken over de plaats
waar het zwembad /sporthalcomplex zou moeten ko
men. Het Kalverdijkje is echter een goedgekeurd be
stemmingsplan met daarin gesitueerd de sporthal
zwembadcombinatie.
Ik ben het eens met hetgeen de heer Van der Veen
gezegd heeft.
De Voorzitter: Even een punt van orde. Gaat u er
mee akkoord dat wij hier een kop koffie laten aan
rukken en doorvergaderen?
De Raad stemt hiermee in.
De heer Ten Brug (weth.): Misschien ten overvloe
de, maar ik dacht dat het de raad duidelijk is dat
wanneer er geen A.C.W.-subsidie komt het feest op
dit moment niet doorgaat. Dat is het eerste punt. Het
tweede punt is het staat ook in de raadsbrief