17
16
omdat er nu een nieuwe regeling is via het algemeen
maatschappelijk werk. u blijft maar hardnekkig vast
houden aan reis- en apparaatskosten. Wij hebben toen
toch ook nadrukkelijk de verbinding gelegd met het
preventieve werk. Ik dacht dat wij daar toen heel
sterk voor gepleit hebben en gezegd hebben dat er
een modus moest zijn dat er aan die gezinnen waarvan
kinderen onder toezicht stonden aandacht moest wor
den besteed ook in de preventieve sfeer en dat dat
kosten met zich bracht. Daar heb ik toen zeer na
drukkelijk voor gepleit.
De Voorzitter: Ik heb het hier ook wat moeilijk
mee; het hele college, denk ik. De wethouder geeft,
dacht ik, een goede argumentatie waarom hij meent
dat dit subsidie niet gecontinueerd behoeft te worden
zonder dat er wezenlijk iets in gevaar wordt gebracht
op grond waarvan de raad destijds een beslissing heeft
genomen. Wij hebben natuurlijk goed gehoord wat de
heer De Pree en mevr. Smit hebben gezegd. Ik moet
u eerlijk zeggen dat ik het gevoel heb dat dat natuur
lijk wel erg vriendelijk klinkt, maar dat er niet een
al te sterke argumentatie gegeven wordt. Het is enkel:
Geef hen nog een jaar soelaas; dan zijn wij er even
uit. De wethouder heeft duidelijk gesteld waarom hij
meent dat het niet meer hoeft.
De heer De Pree: Het is duidelijk dat velen twij
felen of het klopt dat alles wat voor dat tientje nu
gebeurt blijft gebeuren dank zij het adviesbureau. De
wethouder zegt dat het wel zo is, dat hij daarvan over
tuigd is; wij zijn wat minder overtuigd. Ik zou zeg
gen: Laat die post staan op de begroting want als de
wethouder gelijk heeft dan zal die post niet aange
sproken worden; wordt die post wel aangesproken dan
blijkt dat onze twijfel op dit punt gerechtvaardigd was.
Ik vraag mij af waarom wij voor één jaar die post
niet zouden kunnen laten staan.
De Voorzitter: Kunt u er mee instemmen dat wij
dit punt aanhouden? Ik hoor net van wethouder Ten
Brug dat het punt ook op de agenda staat van de
vergadering van het overleg m.b.t. subsidiëring tus
sen de provincie en de gemeenten dat volgende week
wordt gehouden. Als wij het punt aanhouden dan we
ten wij in ieder geval wat de houding is in dat over
leg, wat de andere gemeenten doen. Wij hebben nu
de argumenten uit de raad gehoord. Het lijkt mij niet
zo'n groot probleem dat wij u over drie weken nog
een korte notitie voorleggen gezien deze discussie,
gezien het overleg dat volgende week zal plaats vin
den waarin staat dat wij de suggestie kunnen vol
gen dit subsidie nog een jaar te handhaven dan wel
dat wij deze suggestie niet kunnen volgen omdat wij
goede argumenten hebben om de bestaande twijfel weg
te nemen. Ik vind het beter dit punt uit te stellen
tot de volgende vergadering dan nu een beslissing te
nemen terwijl er wat twijfel bestaat of die wel hele
maal juist is. (Mevr. Smit: Ik ben het volledig met
uw voorstel eens maar kan daarbij dan ook bekeken
worden wat het verschil is tussen de kosten van het
preventieve werk dat gedaan wordt door het advies
bureau en de reële apparaatskosten m.b.t. de gevallen
die al onder toezicht staan en ten aanzien waarvan
geen preventie meer mogelijk is?) Wij hebben de dis
cussies gehoord en ik stel voor dat wij over drie we
ken in ieder geval met een aanvullende notitie over
dit punt in de raad komen waarbij wij de opmerkingen
die zijn gemaakt incalculeren. Wij komen dus öf met
een duidelijke argumentatie die hoeft u niet te aan
vaarden om dit voorstel te handhaven öf met een
bij nader inzien, ook gelet op het overleg van de vol
gende week, gewijzigd voorstel dat wij de suggestie
van de raad volgen het subsidie nog een jaar te hand
haven. Eén van beide voorstellen komt dus over drie
weken hier terug. Stemt u daar mee in?
De Raad stemt hiermee in.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel
van b. en w. met uitzondering van het voorstel t.a.v.
volgno. 570.
Punt 15 (bijlage no. 85).
De Voorzitter: Ik wil graag een correctie aanbren
gen in het besluit dat als bijlage is bijgevoegd. Deze
correctie komt de duidelijkheid ten goede; materieel
verandert er niets. Onder seizoenabonnementen staat:
„basistarief f70,(dat blijft gelijk) „vermeerderd
met f 15,per kind met een maximum van 3 kin
deren". Dit laatste zou ik willen wijzigen in: „ver
meerderd met f 15,per gezinslid van 4 t.e.m. 15 jaar
met een maximum van 3 kinderen". Dan is duidelijker
aangegeven wat hier wordt bedoeld.
De heer Knol: Wij kunnen ons wel vinden in dit
voorstel. Bij de vaststelling van de tarieven in januari
heeft de wethouder al gezegd dat dit zou komen. Wij
zouden echter nog wel graag een aanvulling op dit
voorstel willen hebben. De raadsbrief gaat n.l. voorbij
aan het feit dat er ook onvolledige gezinnen bestaan.
Ik kan mij voorstellen dat er in dat geval een iets
andere tariefopbouw kan plaats vinden en wel in die
zin dat er eenmalig f37,50 kan worden berekend en
dat er verder het gewone kindertarief zoals u dat zo
net hebt aangeduid kan worden berekend. Ik dacht dat
dat geen probleem was voor de dienst en wij nemen
aan dat, als zich, een dergelijk geval zou voordoen, dit
wel gewijzigd zou kunnen worden. Wij hebben bij de
tariefbesprekingen in januari ook gevraagd of er mo
gelijkheden aanwezig zijn om tijdens de schoolvakan
ties een gereduceerd tarief in te voeren teneinde de
kinderen die recreatie willen vinden in de zwembaden
gelegenheid te geven om daar voor een billijk tarief
terecht te kunnen. De instelling van de abonnementen
is wel mooi maar er is natuurlijk een groot aantal ge
zinnen voor wie het bedrag van f27,50 per kind voor
een abonnement, hetzij een gezinsabonnement hetzij
een enkelvoudig abonnement, een heel grote uitgave
betekent. Dat zijn ook vaak de gezinnen waarvan de
kinderen niet op vakantie gaan. Ik zou dan ook het
volgende voorstel willen doen:
„De raad der gemeente Leeuwarden, in vergadering
bijeen op 1 april 1975, besluit om tijdens de zomerva
kantie van het basisonderwijs een zwemstimulerings-
tarief voor kinderen in te voeren bij de openluchtzwem
baden. Voor 1975 wordt dit tarief gesteld op f 0,75."
De hear Klomp: Us fraksje hat ek efkes praet oer
de ünfolsleine gesinnen. It soe miskien better wêze as
krekt fêststeld wurdt hoe oft it taryf dan wêze moat.
Yn earste ynstansje is der al ris oer tocht ek yn
de kommisje om, as it giet om in widdou mei bern
of om in widner mei bern, as twadde gesinslid it
earste bern to nimmen, plus 3 bern. Dan komme jo
fansels wol efkes djürder üt dan hwannear't jo it oars
dwaen soene. It is dêrom wol oan to bifeljen om krekt
oan to jaen hwat de priis wêze moat.
Dan wol ik noch efkes réagearje op it twadde foar-
stel fan de hear Knol. Sa op it earste gesicht Iiket
dat wol in tige sympathyk foarstel. Yn de Kommisje
foar Sport en Rekréaesje hawwe wy dit ek bipraet.
De konklüzje wie doe lykwols dat dit de swimsport
en de rekréaesje net bifoarderje sil omt manniehien
wachtsje sil oant de fakansje om dan gebrük to mel-
tsjen fan dat tige lege taryf. Ik haw seis ek al ris
even oan it rekkenjen west.
De fakansje is fansels it wichtichste tiidrek foar de
swimsport, it swimseizoen. It duorret 6 wike, 40 da
gen, en as de bern dan om de oare dei nei it swimbad
geane dan soe dat 20 x f 0,75 wêze, dus mar f 15,—.
Hwa sil dan noch in abonnemint nimme fan f27,50?
Yn gesinsforbün soe dit f 15,wêze. Boppedat kostet
in 10-badekaert mar f 12,50, dat is f 1,25 per kear.
Alle minsken kinne fan dizze gelegenheit gebrük
meitsje. As wy dit nije foarstel oannimme dan kinne
alle minsken ek dêr gebrük fan meitsje, ek de minsken
dy't it bést bitelje kinne. Hoe great soe eins de groep
wêze dy't it bislist net bitelje kin? Persoanlik bin ik
fan bitinken dat, as ien it bislist net bitelje kin, ik de
minsken wol forgees in kaert biskikber stelle wol.
Dat is lykwols net yn diskusje. En hwat bitsjut dit
m.b.t. de formindering fan de ynkomsten fan de
tsjinst? Wy moatte yn dizze tiid fan artikel 12 ek seis
bisykje om sa heech mooglike ynkomsten to krijen.
Persoanlik bin ik tsjin dit foarstel alhoewol't der wol
hwat sympathyks yn sit.
De heer Schaafsma: Ik vraag mij af of de groep
kinderen de heer Knol heeft hier zopas over ge
A*'PCfci*
sproken die niet met vakantie gaat een gereduceerd
tarief moet hebben. Ik bedoel het zo. Als je een kind
dat niet met vakantie gaat een abonnement geeft van
f27,50 dan kan het al vanaf begin mei in de zwem
baden terecht en dan is het tarief per keer uiteindelijk
veel voordeliger dan de heer Knol nu voorstelt. Voor
een bedrag van f 27,50 kan je altijd nog 37 keer zwem
men of meer en ik neem aan dat dat er in ieder geval
uit komt. De regeling zoals die hier voor ons ligt be
tekent toch een behoorlijke reductie op wat men nor
maal zou moeten betalen. Ik vind dat, als je met een
tarief begint van f 0,75 als een soort zwemstimulering,
je de stimulering om gedurende het hele seizoen te
zwemmen volledig teniet gaat doen. Aan de andere
kant is het wel zo dat die f 0,75 voor iedereen is en ik
vraag mij af wat dan de consequenties zijn voor de
exploitatie van het zwembad. Ik dacht dat dat een erg
belangrijke zaak was. Je gaat dan met de ene zaak de
andere zaak behoorlijk doorkruisen en dan wil ik toch
wel weten welke financiële consequenties er verbonden
zijn aan de regeling die de heer Knol voorstelt.
De heer De Greef: Ik zou mij willen aansluiten bij
het voorstel dat de heer Knol heeft gedaan. Ik zou
ook willen pleiten voor een zwemstimuleringstarief. De
heer Knol heeft als argumentatie gebruikt dat er een
aantal kinderen niet op vakantie gaan. Ik dacht dat
er een fonds was voor vakantie-ontspanning en dat u
dat fonds wilt laten vervallen en wilt toeschuiven naar
het beroepsmatig jeugdwerk. Misschien zou dat fonds
<jit in antwoord op de vragen van de heer Schaaf-
sma voor dit doel kunnen worden gereactiveerd.
Misschien zouden wij de kinderen in de vakantiepe
riode dan nog wel voor minder dan f 0,75 kunnen laten
zwemmen. (De heer Jansma: Met handhaving van
dit tarief?) Voor kinderen zeker voor kinderen die
niet met vakantie gaan zou je dit tarief kunnen
verlagen.
De heer C. de Jong: Als reactie op het voorstel
van de heer Knol zou ik willen voorstellen in de va
kantieperiode ook het tarief voor de Kinderboerderij
te verlagen. (Mevr. Rrandenburg-Sjoerdsma: Dat is
niet zo gek, het is een uitstekend idee.) Als wij in de
vakantieperiode een verlaagd tarief willen instellen
dan vind ik het discriminerend als wij dat alleen doen
voor het zwembad. (De heer Ten Brug (weth).: Op
ruiming doen jullie ook tegen lagere tarieven.) (De
Voorzitter: Wij gaan nu weer terug naar de zwem-
tarieven.)
De heer Heidinga: Wij zijn nu toch aan het sug
gesties doen. Deze kwestie overvalt ons zo maar. Er
gens spreekt het voorstel van de heer Knol mij wel
wat aan. Toch is het zo dat je deze reductie misschien
wij weten dat niet aan een groot aantal kinderen
geeft die het beslist niet nodig hebben. Dat zit er nu
een keer ingebakken. Zou het ook zo kunnen dat wij
het verlaagde tarief alleen instellen voor het zwembad
de Kleine Wielen? Je brengt dan de kinderen in het
recreatiegebied, ze hebben een mooi fietstochtje. De
kinderen die dan niet naar het Nijlan willen(De
heer Ten Hoeve: Die krijgen dan voor straf een fiets
tocht naar de Kleine Wielen.) Dat is geen straf, dat
is helemaal geen straf. (De heer Ten Hoeve: Jullie
gaan wel duidelijk 2 groepen scheiden; de ene groep
mag wel fietsen en de andere groep mag niet fietsen.)
Nee, wij brengen de kinderen in het recreatiegebied
de Kleine Wielen, in de Groene Ster en dat vind ik
een pré. (De heer Ten Hoeve: Dat doen wij dan maar
met één groep; dat is dan het punt.) Met welke groep
dan? Daar mag iedereen heen gaan baas, jouw kinde
ren ook wel. (Gelach) (De Voorzitter: Die suggestie
is genoteerd. Zijn er nog meer goede suggesties?)
De heer Weide (weth.)Zolang wij onze beide niet
overdekte zwembaden hebben zolang hebben wij ook elk
jaar gesproken over de tarieven. Er is geen gemeente
die gelijke tarieven hanteert en er is geen gemeente
die een gelijk systeem van tarieven hanteert. De opzet
is natuurlijk wel om een tarievenstelsel te hebben dat
een beetje doorzichtig is. Ik dacht dat wij dat tot nu
toe duidelijk hadden gehad in goed overleg met de raad.
Eerst iets over de onvolledige gezinnen. De kwestie
van het gezinsabonnement is vrij uitvoerig in de com
missie behandeld en hieruit resulteert het voorstel. Dit
abonnement is voor 2 volwassenen en 3 kinderen. Het
kan gebeuren dat het gezin niet meer volledig is als
gevolg van overlijden van een van de ouders of als ge
volg van het feit dat men duurzaam gescheiden is of
wat dan ook. In dit soort gevallen zal de dienst tole
rant zijn. Dit tarief is echter wel duidelijk gebaseerd op
2 volwassenen en 3 kinderen.
Dan het tarief in het zomerseizoen. Conform het ad
vies van de raad hebben wij deze kwestie vrij uitvoerig
besproken in de commissie. De commissie de heer
Klomp heeft dit ook al gesteld heeft moeten advise
ren om hierop niet nader in te gaan gezien de bezwaren
die hier en daar al genoemd zijn en die ik nu ook zal
noemen. Wij zijn het er volledig over eens dat wij het
zwemmen zoveel mogelijk moeten stimuleren en dat er
geen belemmeringen aanwezig mogen zijn om gebruik
te maken van een goed bad met alle recreatieve moge
lijkheden. Onze tarieven gelden van 's morgens tot
's avonds; tussen de middag hoeft men het bad niet te
verlaten zodat men dan weer opnieuw zou moeten be
talen wanneer men meer dan één keer wil zwemmen.
Elders in den lande is dit wel het geval. Wat zijn de
bezwaren die aan het voorstel van de heer Knol ver
bonden zijn? Het grootste bezwaar is dat, wanneer wjj
zouden overgaan tot een tariefverlaging gedurende
6 a 7 weken in het zomerseizoen, dit de waarde van
het abonnement wij verkopen jaarlijks in de voor
verkoop een groot aantal abonnementen in ernstige
mate zou aantasten. De verkoop van de abonnementen
zou ook in belangrijke mate teruglopen. Het effect
hiervan is heel moeilijk na te gaan, maar het zal on
getwijfeld een zeer nadelige invloed op de verkoop tot
gevolg hebben, niet alleen van de abonnementen maar
ook van de 10-badenkaarten. Deze 10-badenkaarten
worden ook in een vrij groot aantal verkocht en ze
geven ook al de nodige reductie. Bovendien is het zo
dit is ook al in de commissie aan de orde geweest
dat de kinderen dit geldt in veel andere baden
niet tot 4 jaar in onze baden vrije toegang hebben;
die hoeven dus niets te betalen. Dit zijn een paar ar
gumenten die tegen het vakantietarief pleiten. Dan de
inkomstenvermindering. Het is zo dat het bezoek aan
de zwembaden, of die nu wel of niet verwarmd zijn,
staat of valt met de weersomstandigheden. Dat is dui
delijk uit de cijfers aantoonbaar. Als het warm weer is
komen er duizenden mensen en als het weer iets minder
is dan beperkt het aantal zich tot enkele honderden,
ondanks gunstige tarieven of ongunstige tarieven. El
ders in den lande is ook wel bewezen dat de tarieven
hierop geen invloed hebben. Ik dacht dat het wel ver
standig was om nog even wat gemiddelden te noe
men. 1974 is natuurlijk een slecht voorbeeld omdat dat
een verschrikkelijk slecht seizoen was wat het weer
betreft. Als ik een periode neem van half juni tot
half augustus dat zijn de vakantiemaanden dan
is het aantal kinderen dat een bezoek aan het bad
gebracht heeft gemiddeld over 19731974 totaal
40.000. Stel wij geven de kinderen die binnen die
40.000 vallen nu een reductie van f 0,65. Dat zou, glo
baal uitgerekend, een inkomstenvermindering beteke
nen van f25.000,—. Daar staat misschien tegenover
dat dan meer kinderen gebruik van het zwembad zul
len maken, maar dat weten wij niet. Dat is een heel
groot vraagteken en dat zal zeer zeker geen extra
inkomsten van f 25.000,met zich mee brengen. Als
wij er toe over zouden gaan wij staan er uiteraard
bijzonder sympathiek tegenover dat iedereen in het
zwembad moet kunnen komen dit tarief in te voe
ren dan betekent dit wel een belangrijke inkomsten
vermindering voor de zwembaden. Hier komt nog bij
ik wil de raad hier wel op wijzen; men is er vorige
week bij de afdelingsvergadering ook aan voorbij ge
gaan dat nog steeds recht overeind staat het voor
stel zoals wij dat begin januari in de gemeenteraad
hebben gebracht m.b.t. de tariefverhogingen. Op ad
vies van de raad hebben wij dit voorstel moeten wijzi
gen om niet vooruit te lopen op het beleidsplan. Het
voorstel, zoals wij dat 6 januari in de raad hebben
behandeld, is dus nog steeds van kracht en er zal als
nog een tariefverhoging moeten komen, zoals ,in het
beleidsplan is aangekondigd, van f 74.000,a f 75.000,
Dat voorstel staat voor het college nog recht over
eind.