Verslag van de vergadering op donderdag 13 november 1975 van de afdeling II (Onderwijs) van de
Gemeenteraad ter voorbereiding van de Ontwerp—begrotingen voor 1976.
Aanwezig van de afdeling: mevrouw mr. E.N.J. Smit en de heren J. ten Brug (weth.), G. Buising,
N. Sterk en L. Visser.
Afwezig: de heren drs. M.H.G. de Greef en H. Meijerhof.
Aanwezige overige raadsleden: mevrouw G. Visscher-Bouwer en de heren ir. C.G.H. Geerts, J. de
Jong, A. Klomp, W.S.P. P. de Leeuw, W. Miedema, dr. W.A. de Pree, A. Pronk, J. Schaafsma (vanaf
19.55 uur), J.B. Singelsma en P. van der Veen.
Voorzitter: de heer J. ten Brug.
Voorts zijn aanwezig: de heren P.P. de Jong, secretaris, P. Kingma, ambtenaar van de afdeling On
derwijs, J.J. Oljans, hoofd van de afdeling Onderwijs, H. Planfinga, ambtenaar van de afdeling
Economische Zaken, Beleidsplanning en Organisatie, C. IJsbrandij, hoofd van de afdeling Financiën
en Belastingen, en drs. A.W. Zabel, ambtenaar van de afdeling Onderwijs.
Te behandelen:
Par. 4. Beleidssector Onderwijs.
De Voorzitter: Dames en heren, ik stel voor dat wij met deze vergadering beginnen. De burgemees
ter is verhinderd op tijd aanwezig te zijn; hij zat om 7 uur nog halverwege het land. Ik heb hem mee
gedeeld - ik dacht daarbij mede namens u te spreken - dat wij niet van plan waren het erg laat te
maken, waaruit dan de conclusie moet worden getrokken dat het de bedoeling is dat ik - ik hoop
met uw instemming - vanavond deze vergadering voorzit.
Er is bericht van verhindering ontvangen van de heer De Greef wegens ziekte.
PAR. 4. BELEIDSSECTOR ONDERWIJS.
A. Algemeen.
De Voorzitter: Dit onderdeel bestaat uit een bijzonder groot aantal vragen. Ik stel daarom voor
pagina voor pagina te behandelen.
Punten 138, 139 en 140.
De heer Visser: Even iets n.a.v. punt 139. Het gaat nu niet zo zeer om de inhoud van de Contou
rennota, maar het zou misschien wel wenselijk zijn dat de leden van de raad in het bezit werden ge
steld van een samenvatting van deze nota. Ik vermoed n.l. dat lang niet alle leden van de raad be
kend zijn met de materie van deze nota.
De Voorzitter: U bedoelt de populaire uitgave. Ik hoop dat niemand zich verkeerd aangesproken
voelt als ik dit zeg, maar ik dacht dat dat het gemakkelijkste was. Het verdient m.i. wel aanbeve
ling de Contourennota eens in de Commissie Onderwijs te bespreken.
Punten 143, 144 en 145.
De heer Visser: In het antwoord op vraag 143 wordt een opsomming gegeven van de instelling van
diverse projectgroepen. Nu heb ik daar op zichzelf geen enkel bezwaar tegen, dat kan zelfs een