yi SZ
dat er zo spoedig mogelijk een lijndienst komt naar het industrieterrein waar tevens de streekschool is
gevestigd. Daar werken ongeveer 2.000 mensen; er zijn plm. 45 bedrijven en de streekschool. Die
mensen zitten wat het vervoer betreft enorm moeilijk. Aan een verbinding met het station N.S. en het
busstation zou een enorme behoefte zijn, vooral 's morgens tussen 7 en 9 uur en 's middags tussen 4 en
6 uur. Ik hoop dat u dit nog eens in overweging zult willen nemen. Dan zou ik ook graag van u wil
len horen of het juist is dat de streekschool zelf voor vervoer moet zorgen en op welke wijze dit ge
schiedt.
De heer Rijpma (weth.): Wat wij op het ogenblik uitvoeren is door de nood gedwongen en dat con
formeert zich aan het door de raad aanvaarde buslijnenplan. Op dat door de raad aanvaarde buslij
nenplan komt een lijn over het industriegebied niet voor. Op ons verzoek is eind vorig jaar/begin dit
jaar door de Fram een nader onderzoek ingesteld naar de mogelijkheid om een niet al te onrendabele
lijn over het industriegebied aan te leggen. Het "onrendabele" blijkt enorm te zijn. Nu is het dus zo
dat wij vanaf 1976 mogen rekenen op algehele subsidiè'ring van ons buslijnennet en wij zullen, als
wij dat willen, bij de minister hard moeten maken dat wij dit gebied er per se in op moeten nemen en
dat de verliezen die er op geleden worden acceptabel zijn. U moet zich wel realiseren dat dit èn
personeel lasten èn uitbreiding van het materieel ten gevolge zal hebben. Voor het realiseren van het
door de raad aanvaarde plan zijn nog twee bussen nodig om dat plan reëel uit te kunnen voeren en
wij kunnen met de realisering van de rest van het plan niet vooruit als wij van de minister niet voor
twee bussen afzonderlijk toestemming krijgen die aan te schaffen, want de minister staat ons op dit
punt geen eigen beleid meer toe. Enige toezegging kan ik u dus niet doen. Hoe het vervoer naar de
school wordt verzorgd weet ik op dit moment niet. Er is ook niemand bij mij geweest. Degenen die
bij mij geweest zijn waren anderen dan vertegenwoordigers van de streekschool. Deze kwestie is dus
wel onderzocht.
De Voorzitter: Wij zullen ons met elkaar eens moeten beraden zodra de richtlijnen van de minister
hier zijn. De wethouder en ik hebben er vorige week nog op het ministerie over gepraat. Wij krijgen
op zeer korte termijn die richtlijnen en dan zullen wij ons moeten beraden welke speelruimte wij nog
zullen hebben voor een eigen beleid wat de busdiensten betreft. Wij weten op dit moment ook niet
hoe het zal komen. Wij vrezen wel, gelet op het grote gevecht dat er op het moment is tussen de
drie grote steden met het ministerie over deze kwestie, dat er weinig speelruimte zal zijn. Wij zul
len echter even af moeten wachten.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Punten 20, 21 en 22 (bijlagen nos. 327, 328 en 329).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w.
Punt 22a (bijlage no. 343).
De heer Heidinga: Wij zouden het op prijs stellen dat u de dank van de raad zult willen overbren
gen aan de schenkers. Wij zijn er altijd bijzonder content mee dat mensen uit de burgerij, bedrijven
of zaken zich aan de aankleding van de stad in zijn geheel iets gelegen laten liggen. Ook hier zijn
wij verheugd dat wij dit geschenk van deze hypotheekbank in ontvangst mogen nemen. Dat geldt na
tuurlijk in zekere zin ook voor het vorige punt hoewel dat wat moeilijker ligt. Wij zijn er toch wel
erg dankbaar voor dat ons museum dat eigenlijk al een wereldfaam heeft nu weer een prachtige toe
voeging krijgt. De raad is daar bijzonder dankbaar voor.
De Voorzitter: Wij zullen de dank van de raad aan betrokkenen meedelen.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Punt 23 (bijlage no. 330).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
33
Punt 24 (bijlage no. 318)
De heer Janssen1: In de raadsbrief komt een zin voor waarin u schrijft: "Voor het andere personeels
lid van de drukkerij zullen wij plaatsing bij een ander dienstonderdeel van de gemeente bevorderen."
Nu ga ik er in de eerste plaats van uit dat die man niet in salaris terug zal gaan, maar ik had in de
tweede plaats graag dat u er op lette dat hij ook niet in positie terug zal gaan.
De heer Eijgelaar (weth.): Ik kan de heer Janssen in deze gerust stellen. Het is zo dat er een nieuwe
positie voor de heer Boer wordt gezocht in overeenstemming en in overleg met hem. (De Voorzitter:
Wij hopen daar in te slagen; wij kunnen dat niet toezeggen.) Uiteraard niet, maar er wordt naar een
oplossing gezocht, niet tegen zijn eigen zin.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Punt 25 (bijlage no. 337).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Punt 26 (bijlage no. 341).
Gemeentebegroting.
De heer Rijpma (weth.): Punt 2 betreft het parkeerterrein bij de Klanderijstraat. Daar moet nog een
wijziging in worden aangebracht in verband met het feit dat er een andere dekking is gevonden.
De Voorzitter: Dit punt zal dus aangepast moeten worden aan de beslissing die de raad zopas heeft
genomen m.b.t. bijlage no. 340.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met inachtneming van de wijzi
ging in punt 2, Gemeentebegroting.
Punt 27a (bijlage no. 317).
Voordracht:
mevrouw G.E.M. Bleeker-Stuur;
de heer HJansma
Benoemd worden de voorgedragenen met algemene stemmen.
Punt 27b (bijlage no. 336).
Aanbeveling:
1de heer G .F. Eijgelaar;
2. de heer J. ten Brug.
Met algemene stemmen wordt besloten tot de door b. en w. aanbevolen voordracht.
De heren H. Jansma en J. F. Janssen vormden met de voorzitter het stembureau.
De Voorzitter: Ik zou nog even een puntje met u willen bespreken. Wij zitten met de vraag of het
nodig is dat wij een afzonderlijke afdelingsvergadering houden wat de financiën betreft. De wethou
der van Financiën heeft mij meegedeeld dat hij de indruk heeft dat dat geen lange discussie zal wor
den en dat die wellicht gekoppeld zou kunnen worden aan de laatste afdeling die wordt gehouden op
woensdag, 26 november a.s.; wij zouden op 27 november bij elkaar moeten komen voor afdeling II,
financiën. Als de leden van afdeling II er mee instemmen dat de discussie over de financiën wordt
gehouden na afloop van de behandeling van afdeling VI dan zou dat een avond vergaderen schelen.
(Mevr. Smit: Ik ben verhinderd.) Hebt u zoveel vertrouwen in uw mede-leden dat u er mee instemt