28 doedestiids ófpraet dat it projektsgewize soe. Mar sjoen de situaesje fan nou hawwe wy gjin bihoefte oan dizze moty. Hwat de moty oer de grienfoarsjenning oangiet seit de hear Geerts dat de tasizzing fan de wethal- der him dudlik genóch is en dat dy moty neffens him dus net safolle sin hat. Ik tocht dat it kolleezje utsprutsen hie dat it ütspraken fan de ried hawwe woe yn hokker rjochting it gean moat. Dat hat dan ek de reden west dat ik dy moty yntsjinne haw; ek om dy reden wol ik him graech by de ried oanbifelje. (De Foarsitter: Hjir moat gjin misforstan oer komme. De wethalder hat sein dat wy graech in utspraek fan de ried hawwe wol Ie hwannear't de miening fan de ried ofwykt fan hwat wy tasizze. Ik wol mei oare wurden mar sizze dat ik dy moty eins oerstallich fyn nei hwat weth. Rijpma tasein hat. Mar it is fansels jo goed rjocht de moty to hanthavenjen. As de ried hwat oars wol dan moat de ried dat hjoed dudlik ütsprekke, hat de wethalder sein.) Hwat de skoallen oangiet steane wy folslein efter it stanpunt dat ek de P.v.d.A. ynnommen hat. Wy leauwe dat der earst oerliz wêze moat mei de minsken dy't der by bitrutsen binne; dat wachtsje wy wol óf hwant dat komt wol wer. M.b.t. it grien hat de wethalder in forhanneling halden oer de grienpartijen lans it Alddiel. It pro bleem is dit. As hy üs foarskilderet hoe moai as it der wurde kin dan hat hy fansels folslein gelyk, mar hy krijt dat gelyk net fan my hwant hy docht krekt as is it "skep op en hel je mear". Wy moatte us goed réalisearje dat wy alles hwat wy dêr meitsje minder krije yn de wyk, hwant der is in totale post foar grien foar sa'n utwreidingsplan biskikber. Jo kinne dy post net unlimitearre opfiere. By de bigrea- ting fan fori ine jier haw ik ek sprutsen oer de post grienfoarsjenningen en doe haw ik om in undersyk frege hwat de forskil lende underdielen kostje en hwat de totale utwreidingen komme to kostjen. Dêr wurdt op't heden oer studearre en dêr sille wy by de kommende bigreating oer ynformearre wurde. Oft dat grien nou gersfjild of beammen is docht der net ta. Yn earste ynstansje is gers goedkeaper, mar hwat it underhald oangiet is dat net sa. Dan siz ik: Dat gersfjildtsje yn de wyk is my mear wurdich as dat lans it AlddielIk sil net mei in moty komme, hwant wy jowe nou allinne de winsklikheden oan. Mar ik bliuw der by dat dat grien lans it Alddiel sa biheind mooglik wêze moat hwant as de lju oer dy 15 meter wetter sjogge dan hawwe hja in wrald fan grien foar harren hwer't hja nei sjen kinne. Ik fiel der neat foar dat de gemeente dêr ek noch greate grienfjilden ünderhaldt. Dan noch hwat oer de koördinaesjepost. De wethalder seit dat it jild kostet dêr in man op to setten en dat earst bisjoen wurde moat oft dat der is. Dêr hat hy fansels folslein gelyk oan. Ik soe allinnich noch sizze wol Ie dat net forkeapjen mear kostet. De heer Schaafsma: Een paar kleinigheden. Wij zijn toch in eerste instantie nog bezig met een vrij blijvende zaak. Er zijn een aantal dingen die toch wel meer concreet op mij overgekomen zijn dan vrijblijvend, maar misschien dat ik het verkeerd begrepen heb. Ik begin maar even met het winkel centrum. Wat is eigenlijk de reden dat dat niet naar het geografische midden kan. Misschien zie ik het te pessimistisch, maar ik dacht dat het zo was dat dat niet naar het midden kan omdat dat stuk niet opgespoten is. Dat soort dingen hangt natuurlijk met elkaar samen. Het is een kwestie van oorzaak en gevolg. Hetzelfde geldt voor het maken van de noordelijke ontsluitingsweg naar de eerste vlek. Het winkelcentrum is al niet zo vrijblijvend meer. De waterpartijen die al aangelegd zijn in het opgespo ten gedeelte zijn ook al niet zo vrijblijvend meer. Wat de woningbouw betreft zal de 40-40-20-ver- deling over de eerste 1.000 woningen ook niet zo vrijblijvend zijn, want u hebt zelf gezegd dat wij vaart moeten zetten achter de uitwerking omdat wij moeten voldoen - ik herhaal uw woorden letter lijk - aan een bepaalde vorm van vraag. Ik zou toch wel graag een toelichting willen hebben want ik vermoed dat het zo is dat de eerste overloop die hier gaat plaats vinden juist die vraag is die ons in het verleden ook regelmatig de kop gekost heeft; laat ik het zo maar uitdrukken. Want wat is Leeu warden uit gelopen? Dat is het kader. Mijn fractiegenoot die vanavond niet aanwezig is heeft daar in de Commissie R.O. ook al op gewezen. Het kader heeft in het verleden de stad verlaten en wij zullen er voor moeten zorgen dat het kader in onze stad zijn plaats blijft behouden, want als dat niet het ge val is dan kost ons dat niet ai leen mensen maar ook dat deel van de mensen waar de stad belang bij heeft; ook de heer Geerts heeft dat gezegd. Het is dus allemaal niet zo vrijblijvend meer, want als de vraag anders uitpakt dan de strikt gehandhaafde verhouding 40-40-20 wat dan? Ik vraag dat, via u, in feite aan de heer Geerts. Stel je nu eens voor dat op die 1 .000 woningen die verhouding anders komt te liggen. Aan uw woorden heb ik begrepen dat u dan wel wilt switchen in die getallenverhou- ding. U hebt gezegd: 40-40-20 is een verhouding waarin het gemakkelijk is de verhoudingsgetallen aan te passen. Als ik de fractie van de P.v.d.A. beluister dan zegt men van die kant: De verhouding 40-40-20 is voor ons iets waar wij strikt aan vast willen houden. (De Voorzitter: Al leen voor de eerste tranche. Daarna gaan wij met elkaar balans opmaken. Zo heb ik het begrepen. Ik zie dat men ja knikt, dus heb ik het goed begrepen. Na de eerste tranche moeten wij balans opmaken en dan kan het best zijn dat de verhouding heel anders moet worden.) 29 Dan heb ik nog een vraag m.b.t. de werkgebieden. U hebt zelf aangegeven dat het guor om gara gebedrijven die vaak meer ruimte nodig hebben dan je vaak voorziet. Als alleen dat de bedoeling is dan lijken die gebieden mij rijkelijk groot. Op de grote kleurenkaart zie ik het immens grote gebied Hemrik dat nog gevuld moet worden met bedrijven; dat gebied ligt vrij dicht bij Camminghaburen. Dan is naast incidentele dingen als een werkgebied voor garagebedrijven en aanverwante artikelen ook vrij weinig meer nodig; anders zijn wij dure grond in Camminghaburen aan het opofferen terwijl wij straks daardoor een leegstand krijgen in de Hemrik en dat kan toch de bedoeling niet zijn. De heer Van der Wal: Ik loop even de ingediende moties af. De motie over het herstellen van de projectorganisatie heeft onze instemming. Ik heb in eerste instantie al gezegd dat wij er voor zijn zo snel mogelijk weer naar de projectgerichte organisatie terug te keren. Wij steunen die motie dus met de motivering die al door de heer Geerts gegeven is. Dan de motie van de heer Miedema om met een eerste tranche van 1.000 woningen te beginnen. Wij voelen daar eigenlijk niet zoveel voor. Volgens ons werkt dat toch weer een meer massale woning- produktie in de hand. Wij hebben er geen behoefte aan de eerste aanzet te verhogen van 500 naar 1.000 woningen. Wat betreft de motie over het groen m.b.t. het in 1977 aanplanten langs de Groningerstraatweg wil ik het volgende opmerken. Als ik zo de doorsnede bekijk dan komt er natuurlijk wel even meer bij kijken dan alleen maar het aanplanten van groen. Dat stuk moet ook behoorlijk opgehoogd worden, er moet een wal gemaakt worden voordat er groen aangelegd kan worden. Overigens zijn wij wel voor het aanleggen hiervan, maar het geeft wel iets grotere consequenties dan het alleen maar aanleggen van groen. Wij zullen echter wel voor die motie stemmen. Nog even iets over de beplanting die al in het plan aanwezig is, m.n. langs het fietspad. In model- lennota 2 staat die beplanting weggetekend. Ik heb in eerste instantie gevraagd of het mogelijk is te bekijken of die beplanting - die is tenslotte al behoorlijk hoog opgeschoten - alsnog in het plan ver werkt kan worden. De heer Ten Hoeve: Ik heb een paar kleine puntjes. Ik geloof dat ons standpunt wat betreft de ver houding 40-40-20 wel duidelijk is. Het betreft de eerste fase van 1 .000 woningen. Ik zou nog wel willen weten of de wethouder de toezeggingen die hij gedaan heeft over het groen nog onderstreept wil zien door een motie. Ik wil graag van de wethouder weten wat hij daarvan vindt. (De Voorzitter: De wethouder deed die toezeggingen namens het college.) T.a.v. de verhouding tussen groen aan de rand en groen in de wijk is het duidelijk dat er een verhouding is. Van de kant van onze fractie wil ik nadrukkelijk stellen dat wij vinden dat er aan de rand, m.n. bij het Ouddeel, mogelijk heden voor die groenvoorziening moeten zijn waarbij niet alleen gedacht hoeft te worden aan wandel paden maar ook aan andere mogelijkheden waar de wethouder op doelde. Wij stellen er beslist prijs op dat daarmee bij de verdere uitwerking rekening wordt gehouden. De heer De Leeuw: Een korte opmerking n.a.v. een opmerking van de heer Ten Hoeve. Wij hebben voor onszelf de gedachte dat wij de motie over het groen zouden moeten handhaven omdat het moge lijkerwijze voor de wethouder een ondersteuning zou kunnen betekenen voor het verkrijgen van de nodige kredieten. (De Voorzitter: Een ondersteuning voor het college.) Wij hebben tot dusver niet de indruk gekregen dat de wethouder de motie zonder meer overneemt; ik meen ook dat dat moeilijk zou zijn voor hem. Dit is dus voor ons de enige reden om de motie wel te handhaven. De heer Heidinga: Er schijnt zo zachtjes aan bij de raad een misverstand te zijn over de motie die de heer Miedema heeft ingediend. Die wordt nu de motie van de 1 .000 woningen genoemd, maar dat is natuurlijk helemaal niet het gevalHet is een motie van 500 woningen. Het gaat om 1 .000 wonin gen in 2 jaar. Er is eigenlijk niet veel veranderd. Wij dachten met deze motie te bereiken dat het ge makkelijker zal zijn bij de uitvoering op een verantwoord aantal woningen te komen; anders komen wij er vermoedelijk het eerste jaar beslist niet. Wij hebben de mogelijkheden alleen maar een tikje willen verruimen. Het is dus beslist niet een motie van 1 .000 woningen. De Voorzitter: Daar kan, dacht ik, ook geen misverstand over zijn. Wij hebben het zo opgevat dat voorgesteld wordt in één keer een vlek voor 1 .000 woningen uit te werken; die vlek moet dan niet in één jaar maar in twee jaar worden bebouwd. Op die manier zou switchen gemakkelijker zijn. De gro tere vlek wordt dan dus in een langere tijdsperiode gerealiseerd. Uit de tweede instantie is gebleken dat alleen de 3 moties nog een probleem vormen. De heer De Leeuw heeft gezegd dat zijn fractie de motie over het groen graag wil handhaven. Dat is het goed

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1976 | | pagina 15