i?2 Punt 2. De Voorzitter: Omdat dit punt verband houdt met de mededelingen die net zijn afgehandeld stel ik u voor meteen dit punt af te werken. De heer Heidinga. Het rapport, uitgebracht door de commissie belast met het onderzoek van de ge loofsbrieven, luidt: "Krachtens aanwijzing van de voorzitter van uw vergadering hebben ondergetekenden Heidinga, Ten Hoeve en Bijkersma de geloofsbrief onderzocht van het nieuw benoemde raadslid mevrouw M.A. van Dijk-van Terwisga. Mevrouw Van Dijk-van Terwisga is bij besluit van 30 november 1976 van de voorzitter van het Centraal Stembureau ter verkiezing van de leden van de gemeenteraad benoemd verklaard tot lid van de raad. De geloofsbrief met bijbehorende stukken is door de benoemd verklaarde binnen de door de wet gestelde termijn ingezonden. Uit de ingezonden verklaring of op andere wijze is ons niet gebleken dat de benoemd verklaarde op het tijdstip waarop over de toelating moet worden beslist een met het raadslidmaatschap onverenigbare betrekking bekleedt. Voorts heeft de burgemeester aan uw raad een uittreksel uit het Bevolkingsregister overgelegd waaruit blijkt dat de benoemd ver klaarde haar werkelijke woonplaats in de gemeente heeft. Wij kunnen uw vergadering derhalve rappor teren dat wij de geloofsbrief met bijbehorende stukken in orde hebben bevonden. Daar overigens geen omstandigheden bekend zijn op grond waarvan de benoemde niet zou kunnen worden toegelaten mogen wij u adviseren mevrouw M.A. van Dijk-van Terwisga toe te laten als lid van de raad der gemeente Leeuwarden." De brief aan de gemeenteraad is ondertekend door de in de aanhef genoemde raadsleden. De raad besluit overeenkomstig het advies van de commissie. Punt b. De Voorzitter: U hebt het verslag van de informatieve vergadering van 1 december toegestuurd ge kregen. Ik zou van mijn kant graag de dames willen bedanken dat zij op zo korte termijn inderdaad kans hebben gezien dit uitvoerige verslag klaar te krijgen, waardoor ondergetekende een toezegging aan de raad in heeft kunnen lossen. Geeft dit verslag u aanleiding tot het maken van opmerkingen? De hear Miedema: Ik haw gjin opmerkingen oer de notulearring as sadanich. Ik soe my graech oan- slute wol Ie by jou wurden fan tank oan de dames. Jo koenen it op 1 desimber net tasizze, hwant dat mochten jo net dwaen. Ik wol graech myn tank utsprekke dat it dochs klear kommen is. Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. Punt 1 (bijlagen nos. 431 en 459). De Voorzitter: Even een punt van orde. Wij kunnen twee dingen doen, le de hele raadsbrief aan de orde stellen en 2e de aanvullende raadsbrief (bijlage no. 459) punt voor punt afwerken. De 2e me thode lijkt mij verstandiger. In de aanvullende agenda zijn de kernpunten die zijn voortgevloeid uit de informatieve vergadering puntsgewijze weergegeven. Als wij punt voor punt afwerken wordt de discussie, dacht ik, duidelijker. Is iedereen het eens met een puntsgewijze behandeling? Ja? Dan doen wij het zo. Sub 1. Situering van de onderwijsvoorzieningen. Mevr. Visscher—Bouwer: U schrijft in de raadsbrief: "M.b.t. de situering van de scholen voor lager onderwijs moet een keuze worden gedaan uit het in de nota neergelegde model of een alternatief, waarbij deze scholen zodanig zijn gesitueerd dat zij een rol kunnen spelen in het kader van de voor zieningen van het wijkcentrum. In het eerste geval zouden wij dan kunnen spreken van scholen die met de er aan gekoppelde kleinschalige sociaal-culturele voorzieningen de buurt ondersteunen, terwijl er in het tweede geval sprake is van scholen op wijkniveau, waarbij vanwege de ligging nabij het cen trum gedacht zou kunnen worden aan het opnemen van een aantal schoolruimten in het wijkcentrum voor sociaal-culturele doeleinden en sportaccommodaties." Wij worden hier dus voor een keus gesteld, een keus die u zelf al maakt in de slotalinea waar staat: "O.i. zal daarom moeten worden vastgehouden aan de in de nota voorgestelde situering." Dat houdt dus in de situering op de kleine kaart 3 in de nota en op de grote kaart 4; het slaat ook op het kaartje dat wij bijgevoegd bij de raadsbrief hebben gekre gen en dan is het alternatief A. Wij kunnen het met u eens zijn dat dit de beste keus zal zijn omdat hierbij nog een mogelijkheid bestaat dat in ieder geval de scholen voor openbaar onderwijs enigszins een buurtfunctie zullen krijgen. Wij hopen dat, nu bekend is dat het aantal leerlingen waarschijnlijk lager zal liggen dan werd verwacht en wij dus niet kunnen rekenen op driemaal twee scholen - waar die ook gesitueerd zouden zijn -, er toch nog enige multifunctionaliteit kan worden verwezenlijkt ook bij een complex van anderhalve school - wat in de toekomst.een school van 9 lokalen wordt -, mis schien door middel van een gymnastieklokaal, zodat de wijk, hoewel het niet zo zal zijn als wij in het begin hadden gehoopt, toch nog iets zal kunnen hebben aan die school als buurtfunctie. Wij be treuren met u en met de functionele raden - die hebben zich expliciet uitgesproken voor situering in de wijk - dat de stedebouwkundige opzet waarvoor in eerste instantie was gekozen - het in de vorige raadszitting vastgestelde voorkeursmodel berustend op driemaal twee scholen gesitueerd in de buurt met duidelijk een buurtfunctie - niet mogelijk blijkt. De thans door u gekozen oplossing - wij staan die ook voor - lijkt het minst ongunstig. Wij zien er niets in om nu nog, zoals Axies gisteren voorstelde, weer opnieuw gesprekken aan te gaan met het bijzonder onderwijs daar de meningen - dat is enige malen gebleken - hierover vast staan. Wij hadden wel iets meer openheid en soepelheid verwacht bij deze onderhandelingen waardoor misschien toch, ondanks de te verwachten leerlingenaantallen die tegenvallen, een voor de leefbaarheid van de hele wijk Camminghaburen gunstiger oplossing mogelijk zou zijn geweest. Wij lezen in de bijlage dat het uitstellen van de keus de verdere planontwikkeling in de weg staat omdat nader overleg moet worden gevoerd met belanghebbenden over de juiste plaats. U vraagt echter in het besluit dat wij vandaag moeten nemen alleen een principe-uitspraak over de si tuering. Het lijkt ons daarom toch gewenst dat wij ons wel expliciet uitspreken over deze zaak. Wij delen u dan ook mede dat wij akkoord gaan met de situering van het openbaar onderwijs in het noorde lijk plandeel - het zuidelijk plandeel is nu niet aan de orde, dacht ik -, maar wij willen ons ook uit spreken over de situering van het bijzonder onderwijs in het wijkpark ten aanzien waarvan wij willen opmerken dat wij daar niet mee akkoord gaan, want wij vinden het jammer een groot deel van het wijkpark dat centraal is gelegen - wij dachten dat dat ook een heel goede functie zou kunnen hebben naast dat centrum, vooral ook met de gedachte dat er veel woningen voor bejaarden zullen worden ge situeerd - op te moeten offeren voor een schoolcomplex. Wij dachten dat de raad hier wel een mening over uit zou moeten spreken omdat die uitspraak dan ook mee genomen kan worden bij de komende on derhandelingen. Ik weet niet of hiervoor een motie nodig is, maar dat zien wij nog wel bij het ant woord van de wethouder. De heer De Beer: Wij vinden het ook jammer dat er tussen de besturen van de scholen geen over eenstemming is over de situering van de scholen, maar wij vinden dat u op de door u voorgestelde wij ze tegemoet komt aan de verlangens van zowel het bijzonder onderwijs als het openbaar onderwijs en dat heeft onze instemming. Wij zijn het echter niet eens met de bouw zoals die gesitueerd is ten oos ten van het wijkcentrum, wij zouden daarvoor graag de suggestie willen volgen van mevr. Visscher- Bouwer daar een andere plaats voor te vinden. Ik wacht graag het antwoord van de wethouder af. De hear Miedema: Hwat de skoal len oangiet is myn fraksje fan miening dat wy by de kar tusken alternatyf A en alternatyf B it kolleezje wol hwat romte jaen wolle. As it iepenbier underwiis bygelyks in bipaelde foarkar hat dan wolle wy net op dit momint stelle dat it perfoarst A of perfoarst B wêze moat; beide oplossingen binne foar us wol akseptabel. Mefr. Visscher hat krekt sein dat dit in skoalle- plan foar it noardlik diel is, mar ik tocht dat dat in misfetting wie. As ik de kaert goed bisjoch dan is dit in skoalleplan foar de hiele wyk Camminghabuorren; de skoallen binne ek spraet oer de hiele wyk, sawol it noardlik as it sudlik diel. As wy dit plan oannimme dan lizze wy yn wezen tagelyk ek de skoal letastan foar it sudlik diel fêst. (Mefr. Visscher—Bouwer: Ik bidoelde net dat wy dit net min ofte mear fêstlizze, mar der kinne üntwikkelingen komme hwertroch it miskien wer oars moat.) Om it koart to meitsjen, sawol alternatyf A as alternatyf B is foar us fraksje akseptabel. Ik leau net dat it goed wê ze soe dat wy hjir hjoed sizze: Dêr moat it komme. Wy jowe it kolleezje de romte foar underhannelin- gen mei it iepenbier underwiis om, as dêr bihoefte oan bistiet,ek dêr noch de kar to jaen tusken beide alternativen. De heer De Pree is inmiddels ter vergadering gekomen. De heer De Greet: In de eerste plaats hebben wij er behoefte aan om hier te verklaren dat wij de Grondwet respecteren en op geen enkele wijze de vrijheid van onderwijs willen aantasten; dat is een opmerking aan het adres van de heer Miedema n.a.v. een opmerking van hem aan het slot van de twee de ronde van de vergadering van gisteravond.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1976 | | pagina 33