14
bestaat dat de woningen blijvend in het Woningbedrijf zullen worden opgenomen.
Samengevat hebben wij twee wensen en één voorwaarde. Als wensen wil ik noemen: le Meer zeker
heid en uiterste voorrang en steun voor de huidige bewoners bij het verkrijgen van herhuisvesting in dit
gebied; 2e Een opname van een ontbindende koopvoorwaarde in het koopcontract. Onze voorwaarde
tot steun aan dit raadsbesluit is dat er een zekere garantie moet bestaan dat na aankoop zal worden over
gegaan tot aanmelding in het kader van de 80%-bijdrageSlechts als aan deze laatste voorwaarde zal
worden voldaan kunt u zich verzekerd zien van onze steun aan dit raadsbesluit.
De heer DeGreef: Wij zijn voor aankoop van de woningen in de Simon de Vliegerstraat. Waarom?
Omdat wij als gemeente in dat plangebied in de toekomst wat willen gaan doen. Als wij investeerders of
huisjesmelkers de kans geven deze huizen te kopen dan zou dat ons slecht uitkomen. Waar wij wel be
zwaar tegen hebben - wij niet alleen, gezien de correspondentie die er over gevoerd is - is dat de ge
meente de huizen nu al aanmeldt om gesloopt te worden.
De heer Bijkersma vraagt om maximale zekerheid voor de bewoners. Nou, dat is nou juist waar de
bewoners tegen protesteren en wij met hen. De maximale zekerheid die het college geeft is: Afbreken
die handel. En dat in schrille tegenstelling tot alle goede, lovende en vertrouwen wekkende woorden
die het college in het verleden heeft gericht tot die groep. Als mijnheer Bijkersma bovendien zegt dat
deze financiële lasten - dat is mede het argument van het college - niet op het budget van het Wo
ningbedrijf of op de algemene middelen moeten drukken, dan zijn wij geneigd om te zeggen dat wij de
financiële lasten afwentelen over de rug van de minder draagkrachtigen in onze samenleving. Als je
gaat kijken naar de samenstelling van de bewoners in dat gebied dan kom je niet anders uit. Het zijn
goedkope woningen, het zijn woningen waarin mensen met een smalle beurs Kunnen wonen. Dat is een
sociaal argument dat niet betekent dat je automatisch die huizen maar moet handhaven. Maar dat vra
gen de bewoners ook helemaal niet. Wij denken ook helemaal niet dat de aankoop van deze woningen
bij de bewoners valse verwachtingen zou wekken. De bewoners hebben al vijfmaal bij de raad aange
klopt en gevraagd: Help ons, wij willen graag dat onze huizen bouw- en woningtechnisch worden onder
zocht. Vijfmaal heeft de raad gezegd: Dat kan niet, daar zijn wij niet in geïnteresseerd. Het is, denk
ik, ook een stukje incompetentie van de raad dat de bewoners nu opnieuw op de stoep liggen en dat het
college zo ver is gekomen dat het zich vrij arrogant heeft opgesteld en los van alle geijkte kanalen,
bestuurlijke fatsoensnormen e.d. zijn eigen zin maar heeft gedaan tegen de geldende spelregels in. Want
er zijn spelregels voor. (De heer Ten Brug (weth.): De raad doet toch zijn zin.) De raad doet helemaal
niet zijn zin, want het college heeft tot nu toe altijd beargumenteerd: Het zijn niet wij die hier de
beslissingen nemen, wij bekijken het voorstel van de projectgroep. Het voorstel van de projectgroep
heeft de raad echter nog niet bereikt, maar nu blijkt al wie feitelijk aan de touwtjes trekken - dat was
ons al bekend -, dat zijn b. en w. die nu bovendien ook nog eens een keertje over allerlei ambtelijk
vooroverleg denderen. Wij vinden het jammer dat dat zo moet. ik vind dat deze handelwijze met name
bij de bewoners niet het vertrouwen wekt dat nodig is om daar tot een goede voorbereiding van plannen
te komen. Ik vind dat het college schadelijk handelt.
Wat in feite ontbreekt is de onderbouw van alle schitterende aanbevelingen die het college aan
draagt om maar te gaan slopen. Er is helemaal geen onderzoek gedaan naar de kwaliteit van de wonin
gen. Er is al verschillende malen om gevraagd en wij zouden graag zien dat dat alsnog gebeurt. Wij
hebben hier een voorstel voor gemaakt, het is, geloof ik, al het derde voorstel. U ziet in de correspon
dentie, in de protestbrieven van de bewoners dat die daar dringend om vragen. Wat ons ook opvalt is
dat er bij de financiële motivering gezegd wordt: Dat drukt te zwaar op de algemene middelen, op de
begroting van het Woningbedrijf. Nou, de Commissie voor het Woningbedrijf had er geen enkele moeite
mee. (De heer Knol: Dan moet u dat verhaal eens goed lezen.) Dat heb ik niet met zoveel woorden kun
nen vinden. (De heer Ten Brug (weth.): Dat is een aanname.) Dat kan wel een aanname zijn, maar als
raadslid zie ik ook geen enkele financiële calculatie, de hoogte van het bedrag staat er niet bij, er
staat helemaal niets bij. Dat mis je dus. (De heer Ten Brug (weth.): Dat kunt u zo uitrekenen.) Ik denk
dat dat ook naar de bewoners toe een merkwaardige indruk maakt, zeker ook als je ziet dat de besluit
vorming over deze aankoop en de verdere toekomst van de woningen moet plaats vinden in het totale
plan waarin het thuis hoort. Dat is het structuurplan Huizum-west.
Ook wil ik nog opmerken - dat ligt nog wat dichterbij - dat de bewoners enige tijd geleden ge
protesteerd hebben tegen een sociaal onderzoek, waarvan zij verwachtten dat het alleen maar zou gaan
in de richting van een herhuisvestingsregeling omdat de projectgroep al min of meer had besloten. De
bewoners krijgen als antwoord op hun brief aan de raad een keurig antwoord van de raad en van b. en w.,
n.l. dat het sociaal onderzoek moest worden gehouden om een zo goed mogelijke beslissing te kunnen
nemen gezien de maatschappelijke consequenties. Nou, dit sloopvoorstel is natuurlijk een lachertje in
vergelijking tot de brief die werd geschreven, dat is totaal met elkaar in strijd.
Tot slot willen wij er nog op wijzen dat wij graag pas een besluit willen nemen over de Simon de
Vliegerstraat als wij het structuurplan voor Huizum-west behandelen - want daarin behoort het - en
dat wij in de tijd dat het Woningbedrijf die woningen beheert graag zouden willen zien dat de mensen
die er in wonen behoorlijk worden behandeld. Dus geen wijziging van huurcontracten, geen andere
geintjes, een behoorlijk onderhoud van de woningen, zodat dan nog over de woningen kan worden be
sloten. Ook de onzekerheid waarin de mensen door deze manipulaties terecht zijn gekomen moet tot een
minimum beperkt worden, want ik geloof niet dat de mensen daar behoefte aan hebben. Wij hebben onze
wensen in een aantal moties verwoord. De eerste motie luidt als volgt:
"De gemeenteraad van Leeuwarden, in vergadering bijeen op 25 april 1977, besluit:
a. het complex van 88 woningen in de Simon de Vliegerstraat en de Leeuwarderstraat, in tegenstelling
tot het gestelde in bijlage no. 183, niet aan te melden voor de 80%-bi jdrage als bedoeld in het be
sluit bijdragen reconstructie- en saneringsplannen;
b. de beslissing over de toekomst van de woningen in de Simon de Vliegerstraat te nemen in het kader
van de behandeling van het structuurplan Huizum-west."
Om bij dat structuurplan goed te kunnen besluiten hebben wij nog een andere motie gemaakt. Die
luidt:
"De gemeenteraad van Leeuwarden, in vergadering bijeen op 25 april 1977, besluit: gehoord de
bezwaren van betrokken bewoners ingebracht tegen de voorbereiding van het structuurplan Huizum-west
ten behoeve van de besluitvorming door de gemeenteraad een bouw- en woningtechnisch onderzoek in
te laten stellen naar de woningen in de Simon de Vliegerstraat."
Wij achten de mogelijkheid daartoe nog aanwezig, omdat je op verschillende manieren kunt han
delen. Er is nog geen termijn voor wanneer de behandeling van het structuurplan Huizum-west aan de
orde komt, dat is alsmaar opgeschoven. Ik zou van de wethouder graag willen weten of hij een indicatie
kan geven wanneer dit wordt behandeld. Als dat niet kan dan kun je het onderzoek uitvoeren, denk ik.
Als er wel een datum bekend is dan zou het onderzoek ook kunnen worden uitgevoerd en dan zou je dit
gebied - ik denk dat het gebied breder is dan alleen maar de Simon de Vliegerstraat, ik denk dat ook
de Hollanderdijk er bij hoort en de straten er omheen omdat dit een logisch samenhangend geheel is -
uit kunnen zonderen en er in een latere fase een beslissing over kunnen nemen.
De hear Singelsma: De Simon de Vliegerstrjitte wurdt sa stadichoan in bigryp yn Ljouwert. Oan de
iene kant is der it kolleezje fan b. en w. dat by einbislut mient dat de hiele saek tsjin de groun moat
om it plak to romjen foar nije kantoorgebouwen basearre op in arbitraire KantoarenotaOan de oare
kant binne der de biwenners dy't harren mei alle krêft forsette omt hja harren bidrige fiele yn'e mande
mei de minsken fan de Hollanderdyk dy't fansels yn'e gaten hawwe dat as hjir ienkear de slopershammer
fait ek de Hollanderdyk en de Hollanderhof faei steane. Men krijt de yndruk dat de minsken fan de romt-
I ike oardering yn'e mande mei b. en w. der op ut binne harren sin yn dizzen troch to setten. It moat in
frustrearjend gefoel jaen - ik kin dat as man dy't faek allinnich stiet meifiele - dat men mei alle ar-
guminten dy't men op'e tafel leit allinnich mar op in né rekkenje kin. Dit "verneinen", soe ik hast siz-
ze, hat by in protte minsken it resultaet dat hja harren der op it lest mar by dellizze en de bui mar oer
harren komme litte. De biwenners fan de Simon de Vliegerstrjitte pleitsje foar it opknappen fan harren
wenten. Der is in birekkening byfoege - ik kin dy net bioardielje - fan 40.000,a 45.000,
de wente. Men krijt lykwols net de yndruk dat men fan de kant fan de tsjinst oer in earnstich undersyk
ynstelle wol nei de boutechnyske kwaliteiten fan de wenningen. Krekt oarsom, it sosiael undersyk wie
der mear op ut om de buertbiwenners mentael ta to rieden om mar to forfarren. Yn it riedsbrief wurdt
praet oer de kwaliteit fan de wenten en skreaun dat renovaesje, it opknappen, net mooglik is tsjin rid-
like prizen, wylst men as men in oar riedsbrief lest - byg. dat oer it Cambuursterpaed - wol in sosiael
en boutechnysk undersyk ynstelle wol. Ek de buert, seit men, is net oantreklik. Men soe sizze, oan dat
leste is wol hwat to dwaen. In undersyk nei in mooglike renovaesje moat mooglik wêze. Mooglik hie dit
hiele saekje noch wol inkele jierren fuort slepe kinnen wylst de biwenners yn hope en forwachting Iib—
ben, hwant salang der ynspraek is en der praet wurdt mei men hoopje dat der nei jin harke wurdt. Men
kin jin lykwols yndied óffreegje oft it kolleezje yn wierheit harkje woe en rekken halde woe mei de
minsken en de buertbiwenners. Ik krij it gefoel dat it sechje fan de koster ek hjir jildt: It is net om de
houn mar it bist moat nedich dea. Nou't de erven Dalmolen jild sjen wolle en de gemeente de kans
krijt om de hiele saek to keapjen en fuortdaliks óf to brekken komt de aep ut de mouwe en wurdt der
sein: "Wij achten het van belang deze beslissing nu te nemen omdat daarmede ook wordt voorkomen dat
de bewoners van de Simon de Vliegerstraat ten onrechte zouden verwachten dat met deze aankoop door
de gemeente ook de instandhouding verzekerd is." Gjin riedsbrief kin sa sekuer formulearre wurde of de