Vrouwenadviescommissie geraadpleegd, die heeft de Commissie Ruimtelijke Ordening geraadpleegd en die heeft de technische dienst van het Woningbedrijf ingeschakeld. Maar dit is een overeenkomst! Dan kan je dit soort dingen zo maar niet doen. Wij kunnen ons van zo'n hele overeenkomst wel niks aantrek ken en onze gang maar gaan, maar zo zit het niet in het maatschappelijk leven. De gemeente is duidelijk afgeweken van de door de gemeente zelf opgestelde overeenkomst. Wat dat betreft heeft de heer Van der Wal volkomen gelijk met zijn stelling dat in het algemeen de jurering hier kant noch wal raakt. Al het voorgaande in aanmerking genomen lijkt mij de conclusie gewettigd dat de gemeente in ieder geval deze zaak niet met de nodige zorgvuldigheid heeft behandeld, maar - zoals men dat tegenwoordig zegt Men rotzooit maar wat aan. Ik wil nu nog een paar woorden zeggen over de beoordeling van de plannen zelf. Ik zal u bij voor baat zeggen dat ik het in grote lijnen met de heer Van der Wal eens ben. De hele raad lacht er om, maar hij heeft de zaak vrij knap op een rijtje gezet zoals het in werkelijkheid is. Zoals ik reeds in het begin stelde vind ik dat wij een bijzonder moeilijke beslissing moeten nemen. Wij moeten toch naar eer en ge weten beslissen en iedereen recht doen en de aandacht geven die hem of haar toekomt. Ik heb sterk de indruk dat dat hier niet gebeurd is. Alle 4 plannen hebben n.l. wel bepaalde kwaliteiten en ook bepaalde negatieve punten. Ik geloof dat ik die na alles wat Van der Wal gezegd heeft maar niet meer stuk voor stuk zal opnoemen. In de veelheid van adviezen, meningen en rapporten zijn die ook al gepubliceerd en van commentaar voorzien. Naar mijn mening is bij de beoordeling van plan C b.v. door een of andere oorzaak erg de nadruk gelegd op het omleggen van een gedeelte diepriool. Dat heeft met dit plan niks te maken. De ontwerper had de volle vrijheid om dit zo voor te stellen in zijn schets. Dat diepriool kan in dit plan ook nog wel rustig op de plaats blijven liggen waar het ligt. Je kunt er 6 woningen minder in doen, dan ligt het ding helemaal vrij. Zulke dingen moesten niet in de overwegingen worden betrokken, die passen daar niet in. Waar het bij plan C om gaat is: Willen wij de Marathonstraat hebben op de plaats waar de ontwerper van dit plan die projecteert en met bebouwing aan beide kanten? Dan zeg ik: Dat vind ik niet wenselijk. Dat is een beoordeling van dat plan. Ik wil die bebouwing aan beide kanten van die straat niet hebben, dat acht ik niet gewenst in verband met de bewoning, met de kinderen en met van alles en nog wat. Alle 4 plannen hebben plus- en minpunten. Persoonlijk ben ik van mening dat geen van deze 4 plannen, welk van de plannen wij ook kiezen, ooit zo zal worden gebouwd als de schetsplannen hier voor ons liggen. Maar wij moeten hier een keuze maken. Dan wijs ik er op dat in de overeenkomst onder punt 6 de mogelijkheid open gelaten wordt dat de opdracht zou kunnen geschieden aan meer dan één architectenbureau. Ik ben het wat dit betreft ook weer met Van der Wal eens. De bes te oplossing zou naar mijn mening zijn: alle 4 bureaus, ieder ongeveer 40 a 50 woningen. Ik denk echter dat, als ik de plannen zie en al het werk dat daarvoor gedaan is, de kosten die door de architectenbu reaus gemaakt zijn zeker wel tussen de 50.000,en 100.000,zullen liggen. Dat schept op zich zelf voor de gemeente natuurlijk helemaal geen verplichtingen, maar het is ook niet verkeerd om het in de overwegingen mee te nemen, om het even in je achterhoofd te hebben. Als men de plannen beziet dan is het voor mij duidelijk dat uit deze 4 plannen niet één goed geheel valt te mixen. Dat schrijf ik dus af, die 4 dat kan niet. Het valt mij echter ook op dat er een duidelijke tweedeling is in de plannen. De plan nen A en D vertonen genoeg overeenkomst en hetzelfde geldt voor B en C, die kun je ook wel mixen. Het is dus mogelijk aan de architecten van A en D een gezamenlijke opdracht te geven en aan de archi tecten van B en C. Zoals ik al zei wordt naar mijn mening geen van de plannen zoals die hier voor ons liggen ooit gerealiseerd. Plan A en in veel grotere mate plan C zijn absoluut niet haalbaar voor de toet- singsprijs van woningwetwoningen. Dat kunnen wij gerust uit onze gedachten zetten. Het gevolg daarvan is dat deze plannen dan worden uitgekleed, dat heeft Van der Wal ook al gezegd en ik ben dat helemaal met hem eens. Ik kan dat de raad natuurlijk niet aanpraten, ik geef alleen mijn persoonlijke mening hoe ik deze plannen taxeer, maar als ik dat dan weet dan zeg ik: Ik wil niet kiezen voor plan D als ik weet dat het als het ware opgejut is om de prijs te halen en wij straks de zaak weer gaan uitkleden. Daar doe ik niet aan mee. De haalbaarheid van de plannen B en C is veel groter dan die van A en D. Persoonlijk neem ik aan dat B en C het wat de toetsingsprijs betreft wel redden, zonder dat je aanstonds zegt: Nu zijn die woningen veel minder dan op het schetsplan voorkwam. Dat is voor mij ook weer een reden om tot een gezamenlijke opdracht aan deze 2 architecten over te gaan. De tweede reden voor mij is dat met name plan B in de smaak blijkt te vallen bij de toekomstige bewoners en dat die mening ondanks sommige be moeiingen zo is gehandhaafd. De derde reden voor mij is dat deze 2 plannen het beste passen tussen de reeds aanwezige bebouwing. Ik geloof dat het niet goed zou zijn in deze stadswijk een nieuw stukje te bouwen dat gewoon niet past in het geheel. Het aardige vind ik dat de toekomstige bewoners van dit gebied dit - men zegt: het is maar zo'n klein beetje, maar laat het dan maar een klein beetje zijn - blijkens de enquête heel goed hebben getaxeerd. Je moet er natuurlijk donders voorzichtig mee wezen om te zeggen: 27 van deze mensen is maar een klein beetje. Als je nu de Welstandsadviescommissie hebt, daar zitten 2 architecten in, 2, wat voor waarde kennen wij daar dan aan toe, tegen die 27? Tenslotte 27 nog dit. Ik vind het - Van der Wal heeft het ook al gezegd en ik geloof Groenewoud ook - bijzonder jammer dat niet alle 4 bureaus een maquette ter beschikking hebben gesteld. Voor ons gewone mensen die deze moeilijke beslissing moeten nemen geeft één maquette veel meer inzicht dan 20 tekeningen dat kun nen doen. U hebt het al begrepen, ik ben van mening dat de gemeenteraad er het verstandigst aan zou doen de opdracht voor de woningbouw in het gebied Linnaeusstraat e.o. te verstrekken aan de ontwerpers van de schetsplannen B en C,' motto Allerhande en Sluitsteen. Daar dien ik een voorstel voor in. Het is praktisch hetzelfde voorstel als u bij de stukken gedaan hebt, alleen heb ik de artikelen hier en daar zo gewijzigd dat het op plan B en C slaat. De motie luidt: "De raad der gemeente Leeuwarden, overwegende dat met 4 architectenbureaus als onderdeel van een meervoudige opdracht een overeenkomst is gesloten voor het maken van een ontwerpplan voor de bouw van circa 160 woningen in de woningwetsector in het plangebied Linnaeusstraat e.o.; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 mei 1977 bijlage nr. 225, besluit: aan de ontwerpers van de schetsplannen die zijn ingediend onder het motto "Allerhande" en "Sluitsteen", opdracht te verlenen voor het maken van een definitief ontwerp voor het bouwen van woningwetwoningen in het gebied Lin naeusstraat e.o., zulks als verdere uitwerking van de genoemde schetsplannen en met dien verstande dat: a. het programma van eisen, behorende bij de met de ontwerpers aangegane overeenkomst voor het maken van de schetsontwerpen, onverkort dient te blijven gehandhaafd; b. aan de eisen met betrekking tot de woningen voor gehandicapten, zoals deze zijn genoemd in de brief van 14 april 1 977 van de Werkgroep Huisvesting Gehandicapten de nodige aandacht dient te worden besteed; c. in overleg met de Commissie voor het Woningbedrijf oplossingen dienen te worden gevonden voor het in elkaar passen van de beide schetsplannen, voor ieders deel daarin, en voorts met de steekhoudende aanmerkingen die op de beide plannen zijn gemaakt, zoals: geen bebouwing langs Zuidzijde Marathonstraat en dus de situering van een aantal woningen, de buitentrappen e.d. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 6 juni 1977." De motie is mede-ondertekend door de heer Jansma. De Voorzitter: Ik zit even met een punt van orde. Wij zouden nu kunnen stoppen voor de tweede pauze, maar ik ben bang dat wij er dan vanavond niet uit komen. Het lijkt mij maar beter nu door te gaan. De heer Eijgelaar (weth.): Er is in de afgelopen maanden veel gediscussieerd en geschreven over de herbouwplannen voor het Zamenhofgebiedsommigen noemen het nog altijd Linnaeusstraat en omgeving maar ik geloof dat het gebied Zamenhof moet gaan heten. Velen hebben zich over de ingediende schets plannen gebogen, hun mening kenbaar gemaakt en advies gegeven en vanavond kan de raad beslissen welk schetsplan verder uitgewerkt zal worden zodat binnen afzienbare tijd tot herbouw van dit gebied kan wor den overgegaan. De heer Groenewoud heeft eerst een overzicht gegeven en daarna heeft hij een aantal opmerkingen gemaakt en een paar vragen gesteld. Hij heeft gevraagd of het niet mogelijk is dat het groen zoals dat in plan D vanuit het Zamenhofplantsoen naar de wijk gebracht zal worden ook op andere plaatsen binnen komt en of het ook mogelijk is dat het parkeren in deze wijk elders gaat gebeuren en niet op de pleintjes en de erven die daar gesitueerd zijn. Ik geloof dat het het verstandigste is om, als wij vanavond tot een bepaalde beslissing komen, aan de betreffende architect het verzoek zoals dat door de heer Groenewoud is gedaan mee te geven. Dan heeft hij gezegd dat, als het even kan, een tunneltje onder de rondweg door moet komen. Ik ben het daar helemaal mee eens. Als dat even kan dan moet dat beslist gebeuren. Ik neem aan dat dat ook verder bij de planontwikkeling bekeken kan worden. Nogmaals, als het kan dan willen wij dat erg graag. De heer Groenewoud heeft het voorts gehad over de inspraak van de huurders. Hij hoopt dat dat in het vervolg beter dan tot nu toe gebeurd is zal plaats vinden. Als het beter kan dan moet het natuurlijk beter gebeuren, daar heb ik helemaal geen moeite mee. Wij hebben het nu zo gedaan en er zullen vast wel dingen zijn waarvan je kunt zeggen dat het anders had gemoeten, maar ik geloof dat wij daar op dit moment bepaald niet meer iets aan kunnen doen. Wat de inspraak verder betreft, daar kom ik straks nog wel op terug n.a.v. een aantal vragen van de heer Van der Wal. De heer Sterk heeft namens de meerderheid van zijn en mijn fractie gezegd dat de fractie akkoord gaat met het voorstel van het college om plan D als uitgangspunt voor de herbouw van het gebied te kie zen. Hij heeft gevraagd wat de werkelijke kavelprijs is omdat er uitgegaan mag worden van ruim 12.000, De werkelijke kavelprijs zal ongeveer tweemaal zo hoog liggen en daar gaat dan nog de krotopruimingspremie af zodat de heer Sterk wel kan uitrekenen wat ongeveer ten laste van de gemeente blijft. Er is inmiddels gezorgd dat dat financieel geen problemen geeft en bij de realisering van het ge bied zal het verschil waarschijnlijk wel opgevangen kunnen worden binnen de begroting die doorrekening mee houdt. De heer Sterk heeft dan nog een vraag gesteld over de warmwateraanvoer. Bij de ter inzage

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1977 | | pagina 14