16 Als deze motie - ik hoop niet dat dat gebeurt - niet wordt aangenomen dan heb ik nog een tweede motie. Die luidt: "De raad der gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 6 juni 1977, besluit de herinrichting van het Oldehoofsterkerkhof aan een hernieuwd onderzoek te onderwerpen." De moties zijn mede-ondertekend door mijn fractiegenote, mevr. Van Dijk-van Terwisga. De heer De Jong: Natuurlijk zal ik geen bezwaar maken tegen de 61 parkeerplaatsen die wij op dit plein willen creëren, maar wel tegen de rest van het voorstel zoals dit is ingediend. Ik ben het met de heer Bijkersma eens dat men te weinig gehoor heeft gegeven aan de bezwaren die de Werkgroep Activi teiten Prinsentuin heeft ingediend. Juist tegen de contouren van de Oldehove met zijn verlichting kan dit plein voor bijzondere evenementen dienst doen en het kan dienst blijven doen als wij het voorstel zoals dit thans is ingediend niet aannemen. Wij zullen dan het gewijzigde voorstel moeten aannemen zo als dat door de heer Bijkersma is ingediend; hij stelt voor bloembakken op het plein te plaatsen die op een vrij eenvoudige wijze verplaatst kunnen worden. Vooral als wij denken aan de toekomstige werkzaam heden die waarschijnlijk op het WiIhelminaplein gerealiseerd zullen worden zou dit plan een goed alter natief zijn voor het houden van evenementen in welke vorm dan ook. Ik vind het erg jammer dat wij rondom de mooie Oldehove, waar de Werkgroep Activiteiten Prinsentuin bezig is een leuke en grootse traditie op te bouwen, dergelijke evenementen voor de toekomst onmogelijk maken. Voor 1978 zal dan naar een andere gelegenheid moeten worden uitgezien, want op deze plaats kan de Taptoe dan niet meer gehouden worden en dat betreur ik zeer. Ik kan mij dan ook erg vinden in de moties die door de heer Bijkersma zijn ingediend. De heer Ten Hoeve: Wanneer wij ons in een open situatie zouden bevinden, dus wanneer wij zouden kunnen praten over een totale inrichting van het plein, dan zouden er nog wel wat meer woorden over te zeggen zijn, b.v. over het verhoogd parkeren van auto's enz. In die situatie bevinden wij ons echter niet, het gaat hier om een tijdelijke voorziening en wij moeten ons aanpassen bij de structuur die daar ligt. Mijn fractie is van mening dat u duidelijk gekozen hebt voor het beste alternatief. De argumenten die aangevoerd worden vanuit de Evenementencommissie van de Culturele Raad voor het houden van één Taptoe per jaar maken het niet zo dat wij zeggen dat het plein ten koste daarvan een slechtere vormge ving moet krijgen. Wij hebben in de stad andere plaatsen waar wij dit evenement zeker plaats kunnen doen vinden. Wij vinden uitdrukkelijk dat het college gekozen heeft voor de stedebouwkundig beste en fraaiste oplossing. Wij willen dit voorstel dan ook graag ondersteunen. De heer De Greet: Het is, denk ik, erg relatief om voor de beste oplossing te kiezen, want de bes te en tevens goedkoopste oplossing staat niet op papier. (De heer Ten Hoeve: Een parkeergarage, bedoel je?) Nee, helemaal niets doen. Wij zijn niet blij met autoblik, ook niet op het Oldehoofsterkerkhof. Je zou wat dat betreft kunnen denken aan een gewijzigd beleid, niet stimuleren. De binding met het structuurplan voor de binnenstad is ook relatief wat dit betreft, omdat er toch op alle mogelijke manie ren ad hoe getoetst wordt. Je zou ook nu ad hoe kunnen toetsen en kunnen kijken welk verkeersbeleid je wilt nastreven. Wat betreft de argumentatie zijn wij tot de conclusie gekomen dat het karakter van het plein, dat ook nog een archeologische waarde heeft - het komt kennelijk niet meer op de monumen tenlijst voor, dus daarmee is dat argument ook afgehandeld -, ernstig wordt aangetast. Wij kunnen daar niet mee akkoord gaan. De heer Rijpma (weth.): Ik dacht dat ik kort kon zijn. Ter wille van het realiseren van het voet gangersgebied Nieuwestad en ter wille van het autoarm, misschien wel autovrij maken van het noorde lijke woongebied waar wij druk mee bezig zijn moet er een alternatief gevonden worden. Dit alterna tief is, dacht ik, volledig in overeenstemming met datgene wat in het structuurplan staat, dit plein is aangewezen als een mogelijkheid. Dat betekent, mijnheer Bijkersma, dat er na 1974 toch wel wat ver anderd is. Het plein is voor die tijd aangelegd en met die mogelijkheid is op dat moment geen rekening gehouden, anders had het plein op dat moment al zo ingericht kunnen worden en zou men zeker ook met andere zaken rekening gehouden hebben. Over smaak valt niet te twisten. De stedebouwkundige afdeling heeft heel duidelijk het accent ge legd op de oplossing zoals die aan u gepresenteerd is. Deze oplossing is in diverse commissies doorge sproken. Ik dacht dat er uiteindelijk een heel duidelijke meerderheid was die aan b. en w. geadviseerd heeft om de oplossing van de D.S.O. als de beste oplossing te presenteren. Vandaar dat u dit voorstel in deze vorm op uw tafel vindt. De heer Bijkersma: De heer Ten Hoeve heeft gezegd dat er gekozen is voor de beste oplossing en dat het plan van de Culturele Raad een slecht plan is. Bomen geplaatst in een bak hebben ook nog het 17 voordeel dat ze direct veel hoger zijn dan bomen geplaatst in de grond want die moeten nog groeien; bomen geplaatst in bakken zijn aangezet. Ik zie niet in dat dat veel slechter is. De wethouder zegt dat er in 1974 geen rekening is gehouden met dit plan. Nou, in 1966 is er al over gesproken dat daar auto's zouden komen. Mijn vraag is dan: Waarom zijn er toen geen bomen rondom het plein geplant? Dat was misschien nog beter geweest voor het karakter van het plein. Ik handhaaf mijn moties. De Voorzitter: Ik stel voor om bij handopsteken te stemmen. Ik breng eerst de verstgaande motie van de heer Bijkersma in stemming waarin hij voorstelt het muurtje niet op te richten en de beplanting in het midden niet aan te brengen. De motie van de heer Bijkersma en mevr. Van Dijk-van Terwisga wordt bij handopsteken verworpen met 29 tegen 6 stemmen. De Voorzitter: De andere motie van de heer Bijkersma en mevr. Van Dijk blijft dan over; daarin stellen zij voor de herinrichting van het Oldehoofsterkerkhof aan een hernieuwd onderzoek te onderwer pen. De motie van de heer Bijkersma en mevr. Van Dijk-van Terwisga wordt bij handopsteken verworpen met 29 tegen 6 stemmen. De heer Bijkersma: Nog even een korte vraag van orde. Kan het college verklaren waarom het tegen mijn eerste motie is? Het college heeft dit n.l. op 26 april zo in een besluitennota vastgelegd; die is later ingetrokken. (De Voorzitter: Het zou wel kunnen, maar de twee instanties zijn afgelopen.) Ik kon dit niet eerder vragen, want ik wist niet of men voor of tegen zou stemmen. (De Voorzitter: U kunt dit straks in de koffiepauze wel even aan weth. Rijpma vragen.) (De heer Ten Brug (weth.): Beter opletten.) Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met aantekening dat de heren Bij kersma, De Greef en Van der Wal wensen te worden geacht tegen te hebben gestemd. Punt 10 (bijlage no. 225). De heer Groenewoud: Onder de motto's Carré, Allerhande, Sluitsteen en Metamorfose zijn de 4 schetsontwerpen voor het plangebied Linnaeusstraat e.o. op tafel gekomen, tekeningen waar belangstel lende burgers, leden van werkgroepen en adviesorganen hun keuze uit hebben kunnen maken. Vanavond zullen wij als raad mede aan de hand van de op- en aanmerkingen en keuzebepalingen door college, raden, commissies en inspraakresultaten mogen besluiten welk ontwerp in de verdere ontwikkeling van dit nieuwbouwgebied zal worden betrokken. Mede namens mijn fractie wil ik u het door ons gekozen schetsplan meedelen, maar voordat ik daaraan toe ben lijkt het mij niet alleen nuttig maar ook sportief, gezien het wedstrijdelement, om aan alle 4 inzendingen aandacht te schenken. Het ontwerp Carré onder letter A was qua presentatie het minst opvallend. Je zou haast geneigd zijn te zeggen: "Bescheidenheid siert de tekening." Om eerlijk te zijn was de eerste indruk positief. De speelse situering van 157 woningen in een te handhaven stratenpatroon was heel goed. Misschien dat de leeftijd van de ontwerper er de oorzaak van is geweest dat hij het aandurft om alleenstaanden boven bejaarden te laten wonen? Ik wil daarmee niets negatiefs zeggen van alleenstaanden, maar de combina tie lijkt ons niet zo gelukkig. (De heer Rijpma (weth.): Is hij zo oud? Aderverkalking?) De bouwstijl van de huizen is zeker niet onaantrekkelijk te noemen, maar 30% bovenwoningen leek ons wat te veel. Bovendien kunnen 20 van de 29 bejaardenwoningen geen logé's herbergen daar deze slechts één slaap kamer zijn toebedacht. M.b.t. de kosten van de woningen in plan A kan gesteld worden dat dit niet het goedkoopste plan is geworden. De totale kosten per woning zouden gemiddeld komen op zo'n 60.000, inclusief - ik heb dat voor mijzelf even berekend - plm. 3.000,prijsstijging tijdens de bouw. Daar staat tegenover een gemiddelde huurprijs van 358,55 per maand. Dan plan B, Allerhande. Een allerhande van grote en kleine blokjes woningen maakte bij velen een goede indruk, vooral bij degenen die nu niet direct zwaar tilden aan de richtlijnen die waren gesteld. Het resultaat van de inspraak onder de toekomstige bewoners is daar getuige van, maar daar kom ik straks graag op terug. De verdeling van de 198 woningen over het plangebied is ook hier goed getroffen. Het aantal verblijfseenheden per woning is ook goed te noemen, het is alleen jammer dat de architect te veel bouwsels op elkaar plaatst. Dat de daken van de woningen zijn afgeplat is bij anderen als niet- acceptabel aanvaard. De financiële haalbaarheid van plan Allerhande lijkt gunstiger dan van plan Car ré. Voor een eengezinswoning noemt de architect een aanneemsom van 59.190, Daarbij gevoegd de verdere kosten per woning plus ongeveer een 3.000,prijsstijging maakt een prijs van bijna

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1977 | | pagina 9