Sub O. De brief wordt voor kennisgeving aangenomen. Punt 3 (bijlage no- 476). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het advies van de Raadsadviescommissie voor de Bezwaar schriften. De Voorzitter: De heer Keuning wordt hartelijk bedankt voor zijn aanwezigheid. Dit punt is nu afgehandeld. Voorzitters van commissies hebben het hier kennelijk gemakkelijker dan wethouders, mijnheer Keuning, dat hebt u wel gemerkt. De heer Keuning verlaat hierna de vergadering. Punten 4 t.e.m. 7 (bijlagen nos. 459, 458, 441 en 444). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w. Punt 8 (bijlage no - 446). De Voorzitter: Op de agenda staat: Verkoop van een in het bestemmingsplangebied Aldlan-west gelegen grondstrookje van T. van Wieren. Dat „van T. van Wieren" moet „aan T. van Wieren" zijn. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punten 9 en 10 (bijlagen nos. 445 en 454). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w. Punt 11 (bijlage no. 462). De Voorzitter: Deze mijnheer Brandsma is geen famiIie van mij. (De heer De Pree: Daar hadden wij het net over.) Nou, dan weet u dat in ieder geval alvast. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punten 12 en 13 (bijlagen nos. 463 en 464). De Voorzitter: Ik stel deze punten tegelijkertijd aan de orde omdat ze over hetzelfde onderwerp handelen; het gaat dan misschien ook een beetje sneller. De heer Geerts: In het verleden is door de mensen die moesten verkopen een aantal opmerkingen gemaakt over de taxaties. Die taxaties zijn verricht door onafhankelijke makelaars. Dit punt is enke le keren in de Commissie Grondbedrijf besproken. Zij vindt dat er geen reden is om af te wijken van het oordeel van onafhankelijke makelaars. Ook heeft de Commissie Grondbedrijf gezegd dat bekeken moet worden of de vergoedingen redelijk zijn. Na veel praten zijn wij tot een naar ik meen redelij ke oplossing gekomen. Dat blijkt ook wel uit het feit dat 22 van de 27 verkopers hierop zijn ingegaan. Het is natuurlijk mogelijk dat zo'n taxatie niet juist is. Daarom heeft de gemeente het aanbod gedaan aan de verkopers om een hernieuwde taxatie te laten uitvoeren echter met de voorwaarde dat die taxa tie dan wel bindend moet zijn. Dat lijkt mij logisch. Een hernieuwde taxatie immers kan aanleiding geven tot wijziging van de oorspronkelijke taxatie. Het lijkt mij een redelijke eis dat de hernieuwde taxatie bindend moet zijn want anders blijf je aan de gang. Een ander systeem van taxeren is naar mijn mening niet te verdedigen. Dat zou ook niet redelijk zijn tegenover de mensen die al verkocht heb ben. Zoals ik zei, ik vind dat wij tot een redelijk systeem zijn gekomen. Het systeem is toegepast voor 22 van de 27 verkopers. Aan de mensen die nog niet verkocht hebben wordt de kans geboden een her taxatie te vragen waarbij u terecht de voorwaarde hebt gesteld dat die dan wel bindend moet zijn. Ik dacht dat dit alles een zaak van rechtvaardigheid was. Je zou kunnen zeggen dat, mocht zich in een speciaal geval een bijzondere situatie voordoen - dat komt een enkele keer voor -, je dan iets aan 9 de regeling zou kunnen doen. Verder vind ik echter dat je je strikt aan een eens afgesproken regeling moet houden, als die tenminste door allen redelijk wordt gevonden. Een opmerking onzerzijds is wel dat er, ondanks alle goede wil, toch sprake is van menselijk leed dat ontstaat doordat bepaalde men sen er wel mogen blijven wonen en daardoor in een veel betere situatie komen te verkeren dan voor dien. Dat is een tegenstelling die soms schrijnend kan zijn. Dat geeft je wel reden om het woord „af breken" met erg veel voorzichtigheid in de mond te nemen. Anderzijds hebben wij hier als raad en als gemeente de verantwoordelijkheid voor een goed huisvestingsbeleid. Wij moeten er voor zorgen dat de investeringen die wij in een rehabilitatie stoppen ook rendabel zijn. Met rendabel bedoel ik dan niet zo zeer rendabel in geld maar sociaal rendabel; het moet in ieder geval zo zijn dat je een goe de woonomgeving creëert, ook voor een langere termijn. Wanneer je die twee dingen tegenover el kaar stelt dan zeg ik dat je wel voorzichtig moet zijn in deze maar dat je op een gegeven moment toch zal moeten beslissen om het te doen. De conclusie van onze fractie is dat wij het eens zijn met de raadsbrief. De heer De Beer: Formeel heeft u gelijk maar ik geloof niet dat wij er daarmee helemaal zijn. Er is in dit geval duidelijk meer aan de hand. Tussen hetgeen de betrokkenen is aangeboden en hetgeen zij nodig hebben om een nieuwe woning te kopen bestaat een groot verschil, vanuit het standpunt van de betrokkenen bekeken een voor hun waarschijnlijk onredelijk verschil. De redenering, gevolgd in het schrijven van 27 november, toont dit duidelijk aan. Maar ook met deze constatering komen wij niet zoveel verder. Om de realisering van Blok Zwart niet onnodig lang op te houden zou u misschien uit het woningbezit van de gemeente een huis kunnen aanbieden dat aanvaardbaar is voor betrokke nen zodat dat de financiële moeilijkheden oplost. Het is slechts een suggestie, ik zeg niet dat u die over moet nemen maar ik geloof dat u, als u dit niet doet, dit hele plan onnodig lang ophoudt. De heer Heidinga: Dit preadvies met betrekking tot de brief van de heren Boterhoek en Wielinga is voor ons aanleiding om hier nader op in te gaan. Inderdaad wordt in de punten 12 en 13 dezelfde materie behandeld, dus wat ik nu zeg geldt ook voor de beide agendapunten. Het is de gemeenteraad zeer wel bekend dat het in rehabilitatiegebieden bijzonder moeilijk is - sommigen zeggen zelfs dat het onmogelijk is - om een sluitende exploitatie te krijgen. Dat de gemeente - in feite de ambtena ren die hieraan werken - zijn uiterste best doet tenminste een haalbare exploitatie te bereiken is zeer wel te aanvaarden en tot op zekere hoogte verdient dit ook waardering. Dat onze mensen zich dan wel eens een uitdrukking of een halve toezegging laten ontvallen die ze beter achter de kiezen hadden kunnen houden kan ik mij, daar ze geuit zijn in de hitte van het gevecht, ook nog wel begrijpen. Aan de andere kant wil ik ook graag dat er begrip bestaat voor de positie waarin de bewoners van de pan den die verwijderd moeten worden juist daardoor zijn geraakt. En dat er daarbij mensen zijn die taai en vasthoudend op de bres staan voor de rechten van de getroffenen acht ik ook een goede zaak. Ik heb er geen enkele moeite mee. Ik betreur het alleen dat er van de zijde van de gemeente sommigen toch door geïrriteerd worden, zo lijkt het tenminste. De briefschrijvers maken bezwaar tegen de wij ze van taxatie- Het is voor ons moeilijk te beoordelen of ze daarin gelijk hebben, wij zijn nu een maal maar gewone raadsleden. Wij kunnen echter zeer goed de uitkomsten zien en ook hoe die zich verhouden tot hetgeen er dagelijks gebeurt in de sector kopen en verkopen van woonhuizen. Dan zie je al heel gauw dat er iets niet klopt. Een huis als dat van de heer Boterhoek is te vergelijken met het pand Bisschopstraat 15 dat wij zojuist, punt 10 van de agenda, besloten hebben te verkopen voor 23.400,--Aan dit pand is door de eigenaar, de gemeente, nooit iets gedaan wat betreft renovatie of rehabilitatie. Ook de huurder heeft daaraan niets gedaan. De beide panden Violenstraat 6, waar de heer Boterhoek woont, en Bisschopstraat 15 blijken in verkoopwaarde, het ene volgens taxatie het andere op de vrije markt, weinig te verschillen. Maar het feit doet zich voor dat er in de kwaliteit van de woningen een enorm verschil is. Het pand van de heer Boterhoek is voorzien van closet en dou che en is tot in de puntjes onderhouden en aangepast aan de eisen des tijds. Dan kom ik natuurlijk tot de vraag of de heer Boterhoek nu recht heeft op een hogere vergoeding voor het afstaan van zijn keu rige woning ten behoeve van het algemeen belang van de wijk Oldegalileën. Die vraag is alleen maar te beantwoorden als je weet wat zo'n renovatie kost. En het aardige van het geval is dat wij dat ook vrij nauwkeurig weten. Donderdagavond j.l. is er n.l. een vergadering geweest met de bewoners van de Simon de Vliegerstraat over de renovatie van de woningen in die straat. De plannen voor die reno vatie waren door het Adviesbureau Het Noorden gemaakt. De tekeningen werden getoond en de kos tenramingen werden op tafel gelegd. Deze kostenramingen bedroegen voor het ene type woning 59.500,en voor het andere type 62.500,--. Wanneer de heer Boterhoek het pand in de Bisschop straat had gekocht en direct had laten renoveren zodat hij dat over 3 6 4 maanden had kunnen betrek ken dan had hij een kostenpakket gehad van naar schatting 26.000,-- aankoopkosten plus 50.000,

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1977 | | pagina 5