22 hawwe, mei 50 dB. (De hear Heidinga: Fyftich?) Fyftich. Nou komme Dwars, Heederik en Verhey mei de konkluzje dat de bibouwing oan de Grinzerstrjitwei op in hegere noarm komt to lizzen, ntl. op 60 dB. De bibouwing lans de easttangint komt mei de ludshinder op in noarm fan 62 dB. Dat is resp. 5 en 7 dB to heech. Yn diskusje is iderkear oft by dy 55 dB dêr't wy fan utgeane dy korreksje fan 5 dB noch opteld wurde moat. Dat blykt ntl. net ut de rapporten fan Dwars, Heederik en Verhey. Ik haw sa'n idé dat dy korreksjefaktor fan 5 dB it punt is dêr't it om draeit. Men giet der fanut dat it lud yn de ta- komst sti I Ier wurde si Idat de motoaren sti I Ier wurde si I Ie en dat dus ei gen tl ik de ludshinder mi nder wurde sil. Binne by dy 55 dB 5 dB opteld of net? De Miljeuried hat der ek allerhanne birekkens by dien en ik haw by Rykswettersteat ynformearre. It is yndied sa dat Rykswettersteat de grins fan 200 meter oan- haldt as jo it ludsnivo fan 55 dB hantearje wol Ie. Op in stik gerslan leit dy grins op 200 meter, mar as jo in bibosking oanlizze leit de grins op ungefear 120 meter. Mei rigelbiplanting mei zones fan 10 meter dan komt de grins wer hwat tichterby, mar de romte tusken de as fan de dyk en de earste huzen, 85 meter, is yn elts gefal oan de krappe kant hwant men giet iderkear fan de forunderstelling ut dat dy auto's dêr in gong hawwe fan 80 km per ure. Sadré dy auto's 10 km hurder ride, komme der foar elke 10 km 2 dB by. Men komt dan samar op in maksimale bilêsting fan 75 dB. (De hear Jansma: Dat is by 20 km der by.) Mei 20 km der by komme der 4 dB by. Men komt yn elts gefal fier oer de 70 dB hinne en men komt dan op hiel oare getallen as hwer't it rapport fan utgiet. Men is hjir dus iderkear op de grins fan it talitbere en men balansearret op de grins fan de hinder. Mei allerhanne mooglikheden bi- siket men dy 75 dB nei Onderen to bringen. Der wurde dan bizige dingen utfoun fan bibosking en al sokke dingen mear, mar yn wezen haldt men him op de flakte. As dizze saek foar in rjochter komt dy't hwat heger is as wy, sil dy rjochter folie mear de technyske rapporten opfreegje kinne. Wy kinne al- linne mar werom falie op de ynformaesje, op de formules dy't wy krije en ik moat dan sizze dat wy dy ienfaldich net bioardielje kinne as us allerhanne formules foarlein wurde oer de dimping fan it lud troch beamwallen of ierden wallen. Wy kinne allinne utgean fan de getallen dy't men us hjir foarleit. Ik bin fan bitinken dat it punt dêr't it hjir om giet de fraech is oft by dy 55 dB dy't hjir oanhalden wurde al as net de korreksjefaktor fan 5 dB ynbigrepen is. Dêr soe ik graech de wethalder nei freegje wol Ie. De heer Van der Wal: Naar mijn oordeel is dit bestemmingsplan een goede juridische vertaling van de structuurschets zoals de raad die een jaar geleden in meerderheid heeft vastgesteld. Mijn fractie heeft toen enkele belangrijke veranderingen in de planopzet en de planprocedure voorgesteld die echter niet door de raad zijn overgenomen. Dat houdt dus ook in dat ik niet voor de volle honderd procent enthousiast ben over dit bestemmingsplan. Ik zal de discussie die wij toen hebben gevoerd echter niet herhalen. Er blijven nog wel enkele vragen over m.b.t. de geluidshinder. Ik zal proberen wat kort om de hoek te gaan. Was het maar zo simpel dat het alleen om de correctiefactor ging, dan was het snel opgelost. Dwars, Heederik en Verhey hebben een nota geschreven die mij allesbehalve heeft overtuigd. Ik denk dat zij zelf ook allerminst overtuigd zijn gezien hun slotconclusie die onge veer als volgt luidt: Uit de schaarse publikaties mag worden verondersteld dat de strook voldoende is. Daarmee geven zij eigenlijk zelf al hun twijfel aan over de strook van 85 meter vanuit de as van de weg en van 75 meter vanuit de as van de oosttangent. Na het lezen van het rapport zijn mijn twijfels alleen nog maar groter geworden. Uit dat rapport blijkt dat er inderdaad gerekend is vanuit het aller gunstigste geval waarbij dan die 85 meters voldoende zijn. Dat geldt dan waarschijnlijk niet voor de winter maar wel voor een groot gedeelte van de zomer. Daarbij worden ook afstanden gehanteerd van 85 meter vanaf de as van de weg, terwijl er geen geluidsbron is die op de as van de weg rijdt. Min stens de helft van de geluidsbronnen, waaronder ook bromfietsen, rijdt 10 meter dichter op de woon bebouwing van Camminghaburen, domweg omdat de as van de weg in de middenberm ligt. Dat scheelt dus al weer 10 meter op die 85 meter. Bovendien wordt er met gemiddelde waarden gewerkt, n.l. ge middelde waarden van 60 dB. Het zal heus wel voorkomen dat er motorvoertuigen zijn die een veel hogere geluidswaarde hebben. Weliswaar zal dat minder voorkomen maar daarom wordt het juist des te storender. Ik weet zo langzamerhand wel iets van geluidsproblematieken en daaruit blijkt dat juist incidenteel, niet regelmatig voorkomend geluid storender werkt dan een constant voorkomend geluid. Het scheelt misschien maar een paar decibel maar het incidenteel voorkomend geluid werkt storender, dat geldt ook hier. Er kunnen ook nog piekwaarden bijgerekend worden, er treedt een verschil op van 10 meter met de wegas en er wordt bovendien ook nog een snelheidsbeperking tot 80 km op de Gro ningerstraatweg voorgesteld, wat mij een onhaalbare kaart lijkt. Daar ligt een autosnelweg met vlucht stroken, waar wij natuurlijk wel borden waarop een maximumsnelheid van 80 km wordt aangegeven kunnen neerzetten, maar ik heb er geen enkele fiducie in dat het verkeer zich aan die maximumsnelheid houdt, gezien het soort weg. Er wordt dan gezegd dat het verkeer zich maar aan die 80 km moet houden omdat men anders op de bon komt. Dat levert de politie misschien een hoop werk op, maar ik geloof gewoon 23 niet dat dat voor de geluidshinder iets uitmaakt. Men blijft daar simpelweg harder rijden, of je moet bobbels in de weg aanbrengen waardoor het verkeer inderdaad wordt afgeremd. Hetzelfde geldt voor de oosttangent, kortom, ik heb - en had ook al - zeer grote scepsis over de geluidswerende werking van die geluidsstrook. In een veel eerdere instantie al hebben wij voorgesteld om daar een aarden wal aan te leggen. Geluid wordt n.l. geïsoleerd door verstrooiing - plantenbegroeiing heeft dat effect - maar ook door massa aan te brengen. Massa is gewichten dat isoleert. Ook landschappelijk gezien is een aarden wal verreweg de beste oplossing. Het college schrijft ook in de raadsbrief: "Indien alsnog zal blijken dat aanvullende voorzieningen noodzakelijk zijn, kunnen deze in overleg met de bewoners gerealiseerd worden (geluidschermen en -wallen)." Wat de geluidschermen betreft wil ik aansluiten bij wat de heer Groenewoud heeft gezegd, n.l. dat geluidschermen foeilelijke, niet passende appa raten zijn in deze groenstrook. Zulke schermen hebben ook landschappelijke nadelen en maken boven dien het gebied ondoordringbaar. De schermen zijn daarbij ook veel gevoeliger voor vernielingen door "de jeugd" of, om het algemener te zeggen, door vandalen. Als mocht blijken dat de geluidswering te wensen overlaat - ik taxeer die kans vrij hoog -, zijn er dan reserveringen in de grondexploitatie gedaan om alsnog uit de post onvoorzien of uit een apart daarvoor op te nemen post reservering die wallen aan te brengen? Ik geef er nog steeds de voorkeur aan om die onmiddelliik aan te brengen want dan hoeft er geen vaste beplanting overhoop gehaald te worden. Ik heb weinig fiducie in het voorstel zoals dat door het college mede op grond van het D.H.V.-rapport is gedaan en bepleit alsnog om daar aarden wallen aan te leggen. Dan nu een ander punt. De onzekerheid over de hoogte en de voorwaarden van het noodzakelijk lokatiesubsidie bestaat nog steeds. Het is bijna een verplicht nummer. Elke keer wordt er weer naar gevraagd en nu dus ook weer. Misschien is het een klein lichtpuntje voor Leeuwarden bij het optreden van het nieuwe kabinet dat er een bewindsman op Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening is geko men die uit dezelfde club afkomstig is als onze wethouder, n.l. de C.H.U. Wellicht levert dat wat contacten op die Leeuwarden wat sneller en op wat gunstiger voorwaarden aan lokatiesubsidie helpen. (De heer Ten Brug(weth.): Dat is niet een consequentie van de politieke kleur.) Deze regering zal toch wel vreemde consequenties hebben, maar laten wij dan in ieder geval m.b.t. dit puntje er van proberen te profiteren. Ik herinner mij ook dat wij er ergens in augustus naar gevraagd hebben wanneer het uit blijven van het lokatiesubsidie stagnatie veroorzaakt. Ik meen dat er toen geantwoord is dat dat begin 1978 het geval zou zijn. Dat schiet al aardig op en er moet dus haast achter worden gezet om dit op tijd rond te krijgen zonder dat er consequenties komen die wel eens groot zouden kunnen zijn. In de raadsbrief antwoordt u evenwel op een bezwaar van de heer Van der Zijl dat het college er voorshands van uitgaat dat op basis van de huidige exploitatieberekening lokatiesubsidie kan worden verkregen. Dat kan welmaar mijn indruk is altijd geweest dat die garanties niet zo erg groot zijn. Verder stelt het college: "Indien de hoogte van dit subsidie niet beantwoordt aan onze verwachtingen, zal de fi nanciële opzet opnieuw moeten worden bekeken." Nu, ik denk dat dan niet alleen de financiële op zet opnieuw moet worden bekeken, maar ook de inhoudelijke opzet van het plan tenzij de gemeente Leeuwarden inderdaad, zoals ook het bezwaarschrift zegt, uit eigen middelen veel geld daarin wil stoppen, wat dus weer ten koste gaat van b.v. stadsvernieuwing of andere prioriteiten. Ik begrijp wel dat het college op dit moment niet zo erg veel kan zeggen, maar ik wil er nogmaals op aandringen dat er snel zekerheid over dit vitale subsidie moet komen. Verder wil ik nog de verkeersontsluiting noemen. Ook daartegen is bezwaar gemaakt, voorname lijk op grond van de vrees dat de Emmakade alsnog tot ontsluitingsweg t.o.v. de binnenstad voor Cam minghaburen zal worden omgevormd. Ik moet zeggen dat ik deze vrees bepaald niet ongegrond acht. Bij de eerste tekeningen van het structuurplan voor de Schil staat hardnekkig een ontsluiting via de Emmakade en de Kanaalweg en Schilkampen getekend. Iedere keer als daarover vragen aan het college worden gesteld wordt gezegd dat die beslissing nog volledig open staat. In dit juridische bestemmings plan staat deze ontsluiting inderdaad nog open, hoewel die dun getekend buiten het plangebied toch weer aangesloten staat op de Kanaalweg. Toch komen er steeds weer aanwijzingen vanuit de Wisses- dwinger via informele inlichtingen waarbij gezegd wordt dat de raad dat wel open kan willen houden maar dat de Kanaalweg de enige mogelijkheid is. Hoe langer de beslissing wordt uitgesteld hoe meer factoren er in het spel kunnen komen die de oplossing via de Kanaalweg en dus min of meer de opof fering van de Emmakade en niet te vergeten van Schilkampen onafwendbaar maken. Ik wil er nogmaals op aandringen: Wanneer kunnen wij die beslissing nemen? Het college zegt dat het in het kader van het ontwerp-verkeersstructuurplan behandeld moet worden. Ik betwijfel dat echter, omdat ik denk dat het ontwerp-verkeersstructuurplan vooral over verkeersstromen gaat en niet in de eerste plaats over tracé's. Of je nu de ontsluiting van Camminghaburen via de De Merodestraat of via de Kanaalweg be werkstelligt, maakt voor de verkeersstromen niet zo veel uit. De beslissing over het punt waar wij een ontsluitingsroute zullen aanleggen zouden wij bij wijze van spreken ook los van het structuurplan kun-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1977 | | pagina 12