12
het gymnastieklokaal is vrij klein. Het heeft de Arendstuinschool overigens geen enkele moeite gekost
elders een voorziening te vinden; men kan terecht in het gymnastieklokaal van de Willem Lodewijk-
school
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Punt 11 (bijlage no. 5).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Punt 12 (bijlage no. 9).
De Voorzitter: Ik moet u mededelen dat in de stembrief en in de raadsbrief bij de voordracht ter
vervulling van de vacature van de heer mr. B. Olthof een foutje staat, het oude adres van de heer
drs. D.P. Keizer, voorgedragene no. 2, staat daar n.l. nog vermeld. Hij woonde inderdaad Bildtsche-
straat 33 te Leeuwarden, maar hij behoort nu tot het aantal mensen dat, zoals ik in mijn nieuwjaars
rede heb gezegd, uit de stad verdwijnt en zich in de omringende gemeenten vestigt; hij woont nu in
Veenwouden.
Voordracht:
I. vacature Olthof:
1 de heer mr. B. Olthof te Leeuwarden;
2. de heer drs. D.P. Keizer te Veenwouden.
11vacature SchiIt:
1 de heer G.C. Schilt te Hardegarijp;
2. de heer D. Beeksma te Leeuwarden.
De heer Ten Hoeve: Ik zou nog graag even het woord willen hebben. Ik meende dat wij hadden
afgesproken dat wij, wanneer er mensen moeten worden gezocht voor het vervullen van vacatures, in
eerste instantie naar de inwoners van onze gemeente zouden kijken. Wanneer het college toch meende
met een voordracht te moeten komen van iemand die buiten de gemeente woont, zou daar een duidelijke
motivering voor gegeven worden. In het geval van de vacature van de heer G.C. Schilt heb ik die mo
tivering noch in de stukken noch in de raadsbrief gevonden. Overigens zou dit na uw aanvulling ook
gelden voor nummer 2 onder de voordracht voor de vacature van mr. B. Olthof. Weliswaar kan ik mij
voorstellen dat dit een latere ontwikkeling is, maar m.n. voor de vacature van de heer G.C. Schilt
zou ik graag willen weten waarom daar iemand als eerste wordt voorgedragen die niet in onze gemeen
te woont.
De Voorzitter: Het is u duidelijk dat wij op het moment dat wij het adres van de heer Keizer in
de stukken opnamen niet in de gaten hadden dat hij was verhuisd. Dat is geen excuus, wij wisten het
gewoon niet, maar aangezien hij als nummer 2 is voorgedragen zal dat ook wel niet zo'n grote rol
spelen. T.a.v. de heer Schilt is de motivering - ik geef toe dat dat in de raadsbrief had kunnen staan,
wij zijn er echter van uitgegaan dat dat bij u bekend was - dat hij geen nieuweling op dit terrein is.
De heer Schilt zit al een aantal jaren in het bestuur van de Stichting Culturele Centra en het wordt
zowel door het bestuur van die stichting als door het college bijzonder op prijs gesteld dat hij - overi
gens werkt hij wel in Leeuwarden - zijn taak in ieder geval nog een periode kan continueren. Dat is
de motivering, maar ik geef toe dat die gelet op de afspraken die wij hebben gemaakt even in de
raadsbrief had moeten staan.
De heer Ten Hoeve: Los van die afspraken, uw argumenten overtuigen mij niet. Ik vind dat wij een
gemeente hebben waarin voldoende mensen woonachtig zijn die een functie in de Culturele Raad kun
nen vervullen. Wij moeten zulke mensen dus onder de eigen gemeenteleden zoeken.
De Voorzitter: Gelukkig wonen zij niet allebei buiten Leeuwarden, dus u hebt de keuze.
13
Benoemd worden de heer Olthof met 33 stemmen (1 stem ongeldig) en de heer Beeksma met 21 stem
men (de heer Schilt 12 stemmen; 1 stem ongeldig).
De Voorzitter: Zoals in de laatste alinea van de raadsbrief wordt aangekondigd is van de Culturele
Raad inderdaad de voordracht ontvangen ter voorziening in de vacature van mevrouw Schönfeld-Schoon-
beeg.
Voordracht van de Raad voor Culturele Aangelegenheden:
1mevrouw T. Schönfeld-Schoonbeeg;
2. mevrouw W. Prummel-Dost.
Benoemd wordt mevrouw Schönfeld-Schoonbeeg met 32 stemmen (mevrouw Prummel-Dost 1 stem;
1 stem ongeldig).
Mevrouw M.A. van Dijk-van Terwisga en de heer J. Knol vormden met de voorzitter het stembureau.
De Voorzitter sluit, om 20.55 uur, de vergadering.
