W Iq de vraag wordt gesteld of bepaalde voorzieningen daar niet van betaald hadden kunnen worden. Voor deze woningen is weliswaar meer geld beschikbaar dan normaal voor renovatie beschikbaar wordt ge steld maar dat is gebeurd omdat men nooit aan de prijs kon komen. Om het totaal toch een verant woord geheel te laten zijn en om in overleg met de bewoners tot een aanvaardbare oplossing voor dit complex woningen te komen, heeft het ministerie 3.000,beschikbaar gesteld. Dit is echter niet gebeurd speciaal voor deuren of voor het laten bestaan van schoorstenen of voor het plaatsen van een vogelschroot of iets van dien aard. Als dit complex op de financieel meest gunstige en meest efficiënte manier gerenoveerd zou zijn, dan hadden wij iets aan de gebroken kap gedaan en dan had den wij iets aan de dakkapel moeten doen. Dit zijn allemaal dingen die wat het onderhoud er van betreft regelmatig de nodige eisen aan het budget van het onderhoudsfonds van deze woningen stel len. Kortom, het Woningbedrijf heeft getracht met de beschikbare middelen in overleg met de betrok kenen, d.w.z. met de huurders en met het ministerie, tot een aanvaardbaar plan te komen. Wij vin den dat dit in de gegeven situatie door het Woningbedrijf op een inderdaad aanvaardbare wijze is gebeurd De heer Ten Hoeve zegt dat de Welstandsadviescommissie zich hiervoor erg heeft ingespannen, dat is ook zo. Ik heb begrepen dat deze commissie dat bij alle werken op een voortreffelijke wijze doet. Hiermee heb ik naar mijn mening de vragen van de heer Ten Hoeve en daarmee ook die van de heer Van der Wal voldoende beantwoord. (De Voorzitter: Is er inderdaad van de bouwvergunning afgeweken?) Bij mijn weten is er niet van de bouwvergunning afgeweken. De heer Ten Hoeve: Uiteindelijk komt die opmerking dan nog. Ik blijf trouwens zeggen dat ik teleurgesteld ben, want de wethouder is om het belangrijkste punt heen gelopen. Het college heeft namelijk besloten om dit soort zaken met zorgvuldigheid te behandelen. Nu het eerste object dat aan de orde komt en dat wij als gemeente in handen hebben zich voordoet, gaan wij het slechte voorbeeld geven. Er is niet nauwkeurig gedetailleerd, de architectuur van deze woningen wordt geweld aangedaan. Ik vind dit een belangrijk punt, want de mensen kunnen zo niet meer vertrouwen op de uitspraken van een college. Nogmaals, wij geven hiermee het slechre voorbeeld. Verder is mijn informatie zo dat wel degelijk is afgeweken van de bouwvergunning. In eerste instantie waren er bepaalde deuren getekend, terwijl nu andere deuren voor een deel zijn toegepast. Deze stukken lagen echter niet ter inzage en dus kon ik deze zaak niet nagaan. Vandaar dat ik er een vraag over moest stellen, ik heb daar een antwoord op gekregen en dat moet ik geloven. Ik ben blij dat ook de wethouder vol lof is over de Welstandsadviescommissie. Het is wel opmer kelijk dat het college bijna altijd het advies van deze commissie overneemt maar dat juist in dit ge val, terwijl allerlei andere instanties op de hoogte zijn van wat hier speelt en zich er voor hebben ingespannen, deze adviezen niet serieus zijn genomen. Wij kunnen lang en breed over deze punten praten, men kan praten over een vogelschroot of over een aantal zaken die op het technische vlak liggen en die toch niet anders kunnen worden gerealiseerd, maar mijn voornaamste punt wordt ge vormd door de deuren die op geen enkele manier bij deze woningen passen. Je vraagt je af wie die deuren in godsnaam uitgezocht kan hebben. Ik vind dit een zaak die niet acceptabel is en daarom kom ik ook met de volgende motie: "De raad der gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 28 augustus 1978, draagt het college van b. en w. op het Gemeentelijk Woningbedrijf opdracht te geven bij de renovatie van de zogenoemde Meintema-woningen deuren toe te passen die naar maat, detaillering en kleur de architectuur van bedoelde woningen recht doen." De heer Eijgelaar (weth.): Ik kan kort zijn. Het is bepaald niet zo dat de heer Ten Hoeve moet denken dat het college nu het advies van de Welstandsadviescommissie niet au serieux heeft geno men. Als deze bemerking slaat op de deuren in dit complex waarover de heer Ten Hoeve tenslotte een motie heeft ingediend, dan moet ik zeggen dat de financiële consequenties in zo'n situatie niet moeten worden onderschat. Het betekent dat er ongeveer 70 aparte deuren moeten worden ge maakt die zeker zo'n 400, duurder zullen zijn dan de deuren die op dit moment toegepast wor den. De kosten bedragen dan ruwweg 30.000,--. Verder betekent het ook dat de deuren die nu zijn gebruikt slechts dan opnieuw gebruikt kunnen worden wanneer ze andere maten zullen krijgen. (De heer Ten Hoeve: Deze deuren zijn dus speciaal gemaakt.) Het zijn standaarddeuren. (De heer Ten Hoeve: Dan kunnen die ook overal worden gebruikt.) (De Voorzitter: Alleen in een standaard huis.) (Ge lach) Nee, het gaat hier om standaardmodellen die aan maten kunnen worden aangepast maar niet aan modellen. Het zijn dus standaardmodellen die in verschillende breedten en hoogten geleverd kunnen worden. Wat deze deuren betreft is dat bepaald iets anders dan de maten die te^- genwoordig voor deuren en zeker voor naoorlogse deuren gelden. Als de motie van de heer Ten J15" Hoeve zal worden aangenomen, zal er een behoorlijk bedrag uit de algemene middelen moeten wor den bijgepast. Anders komen deze kosten geheel ten laste van de renovatie. Bij een renovatie moet een en ander kostendekkend zijn en dit betekent dat een vrij forse huurverhoging het gevolg zal moe ten zijn. Bovendien blijf ik van mening dat de deuren die op dit moment worden toegepast niet on aanvaardbaar zijn, anders waren ze ook niet toegepast omdat de technische mensen en de Commissie voor het Woningbedrijf daar zeker bezwaar tegen zouden hebben gemaakt. De motie van de heer Ten Hoeve en mevrouw Visscher-Bouwer wordt bij handopsteken verworpen met 23 tegen 11 stemmen. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 19 (bijlage no. 311). De Voorzitter: Dit punt kan van de agenda worden afgevoerd, omdat de huurder ondertussen deze woning reeds zelf heeft verbeterd. Dit punt hoeft derhalve niet meer te worden behandeld. Punt 20 (bijlage no. 298). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 21 (bijlage no. 300). De heer Sterk: Ik voeg de punten 20 t.e.m. 24 even samen in mijn verhaal, met uw goedvinden. Voor de verbetering en de renovatie van een aantal complexen van het Gemeentelijk Woningbedrijf wordt ons vanavond goedkeuring gevraagd voor een krediet van een slordige elf miljoen gulden. Op vallend hierbij is dat in een aantal gevallen sprake is van achterstallig onderhoud. Mede dankzij de regeling van het rijk, dat immers in bepaalde gevallen vijftig procent van de exploitatietekorten voor zijn rekening neemt, kunnen wij dit thans realiseren. Volgens mij is weieens eerder ter sprake geweest dat wij aanstonds opnieuw beginnen met woningen die in goede staat verkeren. Hoe kan men er dan voor zorgen dat de woningen in een goede staat van onderhoud blijven? In de raadsbrieven is er spra ke van dat de post onderhoudsfonds niet toereikend is. Wat kan men daar aan doen? Een volgende vraag zou kunnen zijn: Zijn de waarborgsommen om de hoge kosten voor herstel bij het verlaten van de woning wel hoog genoeg om daaruit deze kosten te kunnen bestrijden? Dit zijn vragen waar ik gaarne een antwoord op zou willen hebben. Wij zijn akkoord met de onderhandse aanbesteding om de eenvoudige reden dat dit veel sneller werkt; de bewoners hebben in deze geen enkel belang bij vertraging. Voorts hebben wij de indruk - naar mijn mening terecht - dat een goed overleg is gevoerd tussen met name de Wielenpolle en het Gemeentelijk Woningbedrijf. De inspraak is hier ook tot zijn recht gekomen en dat is een goede zaak. Het lijkt mij wenselijk om ook in de toe komst contacten te blijven onderhouden tussen buurt en Woningbedrijf. Wij gaan gaarne met deze voorstellen akkoord. De Voorzitter: Ik stel voor om de antwoorden op de vragen van de heer Sterk na punt 24 te geven. Het ging immers om algemene punten. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 22 (bijlage no. 306). De heer Knol: Ook mijn fractie heeft met voldoening kennis genomen van dit raadsvoorstel, waar bij een krediet van ruim vijf miljoen gulden wordt gevraagd voor verbetering van de 132 woningen in de Wielenpolle. Het overleg tussen de wijk en het Gemeentelijk Woningbedrijf c.q. de wethouder heeft er toe geleid dat een verbetering tot stand kon worden gebracht die realiseerbaar was en die eveneens aansloeg bij de bewoners. Bij ons zijn nog een paar vragen blijven hangen, met name over de woonomgeving. In de raadsbrief wordt daarover niet gesproken, maar misschien kan de wethouder aangeven of in de toekomst ook iets aan de woonomgeving kan worden gedaan. Ik doel dan op het grootwinkelbedrijf dat daar is gevestigd en dat soms als een grote vervuiler kan worden aangemerkt. Wat uit dat bedrijf vandaan komt is niet zo leuk. Het winkelbedrijf kan daar natuurlijk niet alles aan doen, maar het zou wel nuttig zijn om over een oplossing daarvoor te gaan praten. Verder valt het

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1978 | | pagina 6