18
jaar tijd in staat zullen zijn om duidelijkheid te verkrijgen over tracé, viaduct en halte van de spoor
wegen, zodat wij u tijdig voorstellen kunnen doen over de aanleg van een fietsverbinding in de omge
ving van de plaats waar in het bestemmingsplan het station is geprojecteerd.
Dan de reserveringen voor de oosttangent en het indicatief aangeven van een weg naar het
oosten. Het is een structuurplan dat gebouwd is op het rechtsgeldig globaal bestemmingsplan voor het
gebied Hemrik. Dit rechtsgeldige bestemmingsplan is echter niet meer in overeenstemming met de be
stemmingen zoals wij die er op dit moment aan willen geven. Dit betekent dus dat er wijzigingen in
moeten worden aangebracht. Voor elk deelgebied zullen wij een bestemmingsplan ontwerpen. In dat
bestemmingsplan zullen wij nauwkeurig motiveren waarom het een wel moet worden opgenomen en
het ander niet. De reservering voor de oosttangent en voor de oostelijke verbinding wil op dit moment
niets anders zeggen dan dat, als er nog eens een ontsluiting naar het zuiden moet komen en als er nog
eens een ontsluiting naar het oosten moet komen, dit mogelijk op die plaats zou kunnen zijn en dat
er op dit ogenblik daarvoor geen belemmeringen in de weg moeten worden gelegd. Het bestemmings
plan voor elk deelgebied bereikt u successievelijk en dan kunt u met een keur van argumenten iets
wel of niet doen
U gaat verder akkoord met het voorstel omtrent de olieopslagplaats. De uitbreiding van het in
eerste instantie beschikbare gebied ten oosten van de mogelijke ontsluitingsweg naar Camminghabu-
ren heeft ook uw instemming.
De motie van de heer Van der Wal, mevrouw Van der Werf en mevrouw De Jong wordt bij hand
opsteken verworpen met 34 tegen 3 stemmen.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Punten 20 t.e.m. 23 (bijlagen nos. 481, 490, 484 en 483).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w.
Punt 24 (bijlage no. 469).
Mevrouw Visscher—Bouwer: Voordat ik op de raadsbrief inga, wil ik enkele opmerkingen maken
over de presentatie van het voorstel. Als je als raadslid denkt: Ik zal mij op de Leeskamer even goed
oriënteren over het Groene Sterplan en wat er nu precies wordt voorgesteld en waar dat gebeurt, dan
kom je bedrogen uit. Er lag slechts een ambtelijke notitie. Op mijn verzoek kwam er later een klein
kaartje waarop iets stond waaruit ik kon concluderen dat het de ijsvlakte was. Er was echter geen
legenda bij het kaartje, erg duidelijk was het dus niet. Als je dan bedenkt dat reeds in 1969 het Groe
ne Sterplan in de raad is vastgesteld en dat daarna nog diverse wijzigingen hebben plaatsgevonden,
wie van deze raad zou dan nog goed op de hoogte kunnen zijn? Zeker voor de nieuwe raadsleden had
er goede informatie moeten liggen omtrent opzet, subsidie, kostenaspecten en dergelijke.
Dan een opmerking over de Commissie Groene Ster. De Commissie Groene Ster is een ambtelijke
commissie, waardoor deze materie buiten het gezichtsveld raakt van de raad. Het lijkt mijn fractie
gewenst dat dit wordt veranderd en dat aan deze commissie enkele raadsleden worden toegevoegd.
Middels deze raadsleden kan dan de raad op de hoogte worden gehouden en meedenken. Ik hoor graag
van het college of dit kan worden toegezegd.
Verder enkele opmerkingen over de voorstellen. Eerst iets over het voorstel dat behoort bij be
sluit a.: Het verlenen van een voorbereidingskrediet voor het plan voor een ijsvlakte ten noorden van
de Wielhals. Mijn fractie vindt een vervanging van de ijsvlakte in de Bullepolder noodzakelijk en
zal daarom voor dit krediet stemmen. Hier wordt duidelijk gesproken over een ijsvlakte en niet over
een ijsbaan. Wij attenderen hier even op, omdat een ijsbaan waarschijnlijk meer voorzieningen krijgt.
Als wij spreken over de vervanging van de Bullepolder als ijsvlakte door een andere ijsvlakte, dan
moet het inderdaad ook een ijsvlakte zijn. Bij de aanbieding van dit plan zullen wij het op zijn me
rites bekijken. Wij hebben thans geen enkel inzicht in het kostenaspect, in de subsidiemogelijkheden
en in de grootte en dergelijke. Wij wachten dus het ontwerp van het college af. Verder gaan wij ak
koord met het voorbereidingskrediet.
Wat betreft het besluit b., het voorbereidingskrediet voor een ontwerp voor het deelgebied J-2,
het volgende. Het college noemt dit in de raadsbrief het afwerken van deelplan J-lde ijsvlakte.
Wij hebben echter geen enkel inzicht in het kostenaspect en in de mate van ontsluiting Aan de raad
is ook niet de noodzaak duidelijk gemaakt van dit plan, namelijk dat er nog meer dagrecreatie nodig
zou zijn. Wat de raad wel weet, is dat de aantallen bezoekers aan Groene Ster en Kleine Wielen
19
achterblijven bij de prognoses. Dat is logisch, want er is toen uitgegaan van een groei van het inwo
nertal van Leeuwarden tot 110.000 inwoners. Wij hebben thans een prachtig recreatiegebied, maar
de noodzaak tot uitbreiding daarvan zien wij voorshands niet. Verder weet de raad ook dat de toegezeg
de exploitatiesubsidies, indertijd door het rijk toegezegd, niet komen. De lasten zullen dus alleen maar
toenemen bij een verdere uitbreiding. Daarom vinden wij dat wij, voordat het voorbereidingskrediet wordt
verleend, meer inzicht moeten hebben in de grootte van het plan en in de intensiviteit van ontsluiting.
Wat gaat er gebeuren? Wij willen toch wel enigszins weten hoe groot de bedragen zijn die ermee ge
moeid zijn. Daarom kom ik met de volgende motie:
"De raad van de gemeente Leeuwarden, bijeen op 18 december 1978, verzoekt het college de
behandeling van het besluit behorend bij raadsbrief 469, sub b, tot het verstrekken van een voorbe
reidingskrediet ad 38.000,uit te stellen en hiermee terug te komen wanneer aan de raad ter zake
van deelplan J-2 meer financiële en andere informatie is verstrekt."
Deze motie is ondertekend door de heer Meijerhof en door mijzelf.
De hear Miedema: Ik haw mei nocht nei mefrou Visscher-Bouwer harke. Ik haw yn in earder stadium
fan de ótwreiding fan de Griene Stjer ek al ris sa'n forhael halden. Ik haw doe ek sein: It is great ge-
noch, it kin sa wol, hwant de underhaldspost groeit alle jierren. Ik bin it fan herte mei har iens. Der
is gjin sicht op hokker bidoeling wy nou hawwe mei dizze ütwreiding. Der lei in kaertsje by de stikken
dat foar my net to lezen wie, mar dat lei him miskien wol oan my. Myn fraksje en ik wolle graech
witte hwer't wy in tariedingskredyt foar jowe. Wy kinne nou better sizze dat it oars moat dan as it
allegearre al ótwurke is. Ik kin my oanslute by de wurden fan mefrou Visscher. Ik soe ek graech wolle
dat der, as hjir in nij stik oer komt, noch mear ynformaesje jown wurdt, Foar myn gefoel is dit it leste
stik, it is de "afronding". Kloppet dat of komt der noch mear fan dit soart fraeis? Wy wolle in totale
ynformaesje en dan sjogge wy wol wer. Wy binne fan herte akkoart mei de yndieling dy't mefrou Vis
scher makket, nammentlik om de ïsflakte wol to akseptearjen en de rest net. Ik forwachtsje dat it
meartal fan myn fraksje de moasje stypje sil.
De heer Van der Wal: Ik kan mij ook aansluiten bij de vorige woordvoerders. Ons ontbreekt even
eens het inzicht in wat wij nu eigenlijk met de Groene Ster voor hebben en hoever het daar nu mee
is. Af en toe lijkt C.R.M. weer eens wat geld los te laten en dan gaan wij weer een stapje verder. Bij
onze fractie bestaat ook erg veel behoefte om ook via de commissies hieraan enige discussies te wij
den. Ook bij de ter inzage gelegde stukken ontbrak alle informatie en het overzicht.
Wij hebben ondertussen een brief gekregen van de Milieuwerkgroep Leeuwarden, waarin wordt
gesproken over het overwinteringsgebied op de plaats waar wij de ijsvlakte plannen in deelgebied J-l
In deelgebied J-2 gaat het volgens de raadsbrief om ontsluiting voor voetgangers, verblijfsvoorzienin-
gen, oevervoorzieningen voor vissers en het aanleggen van boten. Vervolgens staat er dat het een rus
tig gebied moet blijven, omdat het enerzijds een belangrijk gebied is voor weidevogels tePA/ijl het
anderzijds een aantrekkelijk gebied moet worden voor rustzoekende, natuurminnende wandelaars en
oeverrecreanten. Die komen er nu ook wel, zij het met meer moeite, maar dan zou je haast zeggen:
Waar maken wij ons druk om, waarom halen wij ons inderdaad dat vele onderhoud op de hals? Wij
kunnen dit niet overzien en in ieder geval wat deelgebied J-2 betreft ondersteunen wij de motie die
is ingediend. Ik weet eigenlijk ook niet goed hoe het met deelgebied J-l komt. Laten wij het hier
maar bij houden.
Mevrouw De Jong: Ik ondersteun de motie ook.
De heer De Vries (weth.): Mevrouw Visscher heeft gelijk als zij zegt dat het basis-recreatieplan
voor de Groene Ster dateert van 1969. Dit plan is toen gezet tegen de achtergrond van een ontwikke
ling van Leeuwarden die enorm achtergebleven is bij de prognoses van toen. Wij kunnen er rustig van
uitgaan dat men, wanneer men geweten zou hebben dat in 1980 het aantal inwoners van Leeuwarden
zo rond de 85.000 zou zitten, vermoedelijk wat het Groene Sterplan betreft met andere recreatieve
voorzieningen genoegen zou hebben genomen. Toen wij vier jaar geleden als nieuw college aantra
den met het rood van de artikel 12-situatie voor ogen, is een van de eerste beleidsbeslissingen ge
weest dat wij hebben geprobeerd het werk in het Groene Stergebied zo sterk mogelijk te temporiseren
en vooral te versoberen op de plannen. Dat is onder leiding van collega Rijpma heel nadrukkelijk na
gestreefd in het overleg in de voorbereidingscommissie. U kunt ervan verzekerd zijn dat de twee raads
leden die in deze commissie zaten - de heer Rijpma en ik - hun uiterste best hebben gedaan om in over
eenstemming met de wens die hier in de raad leefde in deze commissie te opereren. Ik kan mij echter
voorstellen dat de raadsleden in 1978 niet meer precies voor ogen staat wat de raad in 1969 precies