24
het PvdA-programma te kijken. (Gelach) Vervolgens komt de PvdA met het verhaal dat deze motie
veel te stringent is opgesteld, eerst moeten de mogelijkheden nog maar eens worden onderzocht. Dan
lees ik hun programma en daarin staat totaal iets anders. Ik vraag dan hoe dat te rijmen valt. Ik vind
dat, ook politiek gezien, een legale vraag, ook hier in deze zitting. Dat de PvdA daar kennelijk geen
antwoord op weet en deze vraag liever afdoet met het smoesje dat zij mij geen verantwoording schul
dig zijn, is een mooie dooddoener, maar daarmee ben je er natuurlijk niet. Leg maar eens uit wat het
verschil is tussen datgene wat er in het verkiezingsprogramma van de PvdA staat - dus wat aan de be
volking van Leeuwarden is beloofd - en hoe er nu op deze motie wordt gereageerd. Ik wil de motie
nog wel aanvullen als het dan voor de PvdA gemakkelijker is. De aanvulling luidt dan: "een en ander
in overleg met de bewoners". (De heer Janssen: Een en ander volgens het verkiezingsprogramma van de
PvdA.) (Gelach) Dat zou je er bijna bij iedere motie bij moeten zetten, want de PvdA komt er maar
zeer zelden op terug. Enfin, zo aangevuld handhaaf ik de motie.
Mevrouw De Jong: Ik kan de motie van PAL over de woonerven van harte ondersteunen.
De heer Rijpma (weth.): Ik zat even met het antwoord op de vraag van de heer De Beer in mijn
maag, maar ik heb net een spiekbriefje gekregen met het antwoord. De eerste schets interne verkeers-
structuur Oldegalileën is als eerste idee van de projectgroep vandaag in de vergadering van de con
tactgroep op tafel geweest.
Woonerven zijn een middel om tot verkeersluwe gebieden te komen. Daar, waar het woonerf als
middel om tot die functie te geraken dé oplossing is, zal het moeten worden aangelegd, als de bevol
king het daarmee eens is. Dat is niet de motie.
De Voorzitter: Wij kunnen nu de discussie afsluiten. Er ligt nog één motie, waarover gestemd moet
worden. De heer Van der Wal heeft zijn motie mondeling aangevuld met de woorden: "een en ander
in overleg met de bewoners. Ik constateer dat mevrouw Van der Werf met deze aanvulling akkoord
gaat.
De mondeling aangevulde motie van de heer Van der Wal en mevrouw Van der Werf wordt bij
handopsteken verworpen met 19 tegen 15 stemmen.
De Voorzitter: De woonerven houden natuurlijk alle aandacht van het college.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met inachtneming van de toe
zegging van de voorzitter met betrekking tot het nog dit jaar uitbrengen van gegevens over verbete-
ringskosten van te renoveren woningen.
Punt 17 (bijlage no. 289).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
De Voorzitter: Ik kom dan nu met een punt van orde. Ik vraag de raad of wij nu met punt 18, dat
een lange behandeling zal vergen, moeten doorgaan of dat wij dit punt morgenavond zullen behande
len. Wij hebben in deze geen voorkeur, maar het lijkt mij het verstandigst om punt 18 morgenavond
te behandelen en nu door te gaan met de andere punten van de agenda. Stemt u daarmee in?
De Raad stemt hiermee in.
Punt 19 (bijlage no. 276).
De Voorzitter: Wethouder Rijpma zal eerst een korte toelichting bij dit punt geven, want er is een
kleine wijziging in punt III van de raadsbrief nodig. Deze wijziging heeft consequenties voor punt II
van het besluit.
De heer Rijpma (weth.): Ten aanzien van de randvoorwaarden en richtlijnen voor de ontwikkeling
van Camminghaburen tweede fase wordt voorgesteld om een aantal bouwondernemingen en woningcor
poraties aan te wijzen. In punt II van het besluit worden in dit verband de Agrarische Sociale Fondsen
te Den Haag genoemd. De Agrarische Sociale Fondsen hebben na een eerste gesprek afgehaakt. Om
toch na de bouwvakvakantie snel met de voorbereiding - aanwijzing van architecten, bouwprogramma,
25
enz. - door te kunnen gaan, stellen wij voor om in de plaats van de Agrarische Sociale Fondsen in Den
Haag een gesprek te openen met het bouwbedrijf Knoop en Giezen te Groningen. Uit de discussie hier
over in de Commissie voor het Grondbedrijf is mij gebleken dat hiertegen geen overwegende bezwaren
bestonden
De Voorzitter: Met inbegrip van deze wijziging stel ik het punt ter discussie.
De heer Van der Wal: Wij hebben als zodanig niet veel moeite met de randvoorwaarden en richtlij
nen, of, anders gezegd, wij gaan ermee akkoord. Wij vinden het verheugend dat voor het eerst althans
een poging is gedaan om tot milieu-differentiatie te komen. Het is een eerste begin. Dat het veel ef
fect heeft, heb ik nog niet in de plannenmakerij kunnen constateren, maar misschien komt dat nog.
Vervolgens iets over de participanten vcor de bouwprojecten. De wethouder heeft meegedeeld dat
de Argrarische Sociale Fondsen zich hebben teruggetrokken en vervangen worden door het bouwbedrijf
Knoop en Giezen. Mijn fractie zal niet akkoord gaan met dit punt. Zoals wij eerder bij de principi
ële behandeling van Camminghaburen hebben gezegd, is er volgens ons geen criterium ten aanzien van
de vraag waarom de ene participant wel en de andere niet in aanmerking komt. Wij vinden dat er eerst
bouwplannen, onder verantwoordelijkheid van de gemeente, moeten worden gemaakt, waarna een par
ticipant gezocht kan worden. Daarmee wordt voorkomen dat wij op het allerlaatste ogenblik voor vol
dongen feiten worden gesteld, zoals al eens eerder en ook nu weer is gebeurd. Wij waren wel akkoord
gegaan met deze noodoplossing, als wij dit principiële standpunt niet eerder zouden hebben ingenomen.
In dit geval wijs ik erop dat de gehanteerde procedure steeds moeilijkheden blijft opleveren en niet
criteria oplevert op grond waarvan men kan zeggen: die wel en die niet. Daarom stemmen wij dus te
gen punt II van het besluit.
De hear Miedema: len opmerking oer de wiziging by de partisipantenHat men ek yn omtinken
naem om in bisprek mei it Boufuns to bigjinnen en dêryn it réalisearjen fan it projekt fan de bisitswen-
ning to biluken? Yn earste ynstansje is dit ofwiisd wurden, om't doe de partisipanten al bikend wie-
nen. Nou't der in wiziging komt, soe ik graech de oandacht fêstigje wol Ie op de fraech oft it nou miskien
mooglik is. Ik wit dat der yn de earste Ontwikkelingsfase hwat swierrichheden binne mei de réalisear-
ring fan it projekt. Ik leau lykwols net dat dit yn hoecht to halden dat dizze partisipant hjir net oan
bar komme kin.
De heer Knol: Op pagina 2 van de raadsbrief worden als participanten voor de sociale woningbouw
de Woningstichting St. Joseph en Woningbouwvereniging Beter Wonen genoemd. In het besluit worden
daarentegen de Woningstichting St. Joseph en Patrimonium genoemd. Wat is nu juist?
De Voorzitter: Volgens het college is wat in het besluit staat juist.
De heer Rijpma (weth.): In antwoord op een vraag van de heer Van der Wal kan ik zeggen dat wij
in Camminghaburen voor een bepaalde procedure hebben gekozen. In het kader van die keuze past een
procedure zoals wij die in deze raadsbrief en in de bijlagen voorstellen.
De heer Miedema heeft gevraagd of het Bouwfonds niet als participant in aanmerking kan komen.
In dit geval is dat naar mijn mening niet mogelijk, want in de randvoorwaarden en richtlijnen staat dat
het voor een deel om premie-woningen B gaat, voor een ander deel om premie-huurwoningen en voor
weer een ander deei om vrije-sectorwoningenDe woonvorm waar de heer Miedema het over heeft ge
had, past daar niet in, want dan gaat het in principe om premie-woningen A. Dit zou dus in strijd zijn
met de richtlijnen en randvoorwaarden, zoals die voor dit project zijn aangegeven. Als u dit verandert,
heeft het consequenties voor de grondexploitatie en ook voor de planopzet. Bij een andere gelegenheid
zou ik het Bouwfonds die kans wel willen geven, maar voor dit project lijkt mij dat niet geschikt.
De Voorzitter: Wij kunnen de discussie hiermee besluiten en over het voorstel gaan stemmen. In
punt II van het besluit moet voor Agrarische Sociale Fondsen te Den Haag worden ingevuld Bouwbedrijf
Knoop en Giezen te Groningen.
De heer Van der Wal: Wij wensen te worden geacht tegen punt II van het besluit te hebben gestemd.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het gewijzigde voorstel van b. en w. met aantekening dat
mevrouw J. van der Werf en de heer P.D. van der Wal wensen te worden geacht tegen punt II van het
besluit te hebben gestemd.