wols wol fan miening dat wy hjir, nou't hjir nei de wiidweidige diskusjes in bislissing oer fallen is, net mear oan toarne moatte. Hwat dat oanbilanget bin ik it hielendal mei de hear Ten Hoeve iens. De hiele Piperstrjitte bliuwt lykwols hwat in swier punt. Oer it Forkearsstruktuerplan - yn de bihan- neling hjirfan is de moasje fan de PvdA oannommen - hat wiidweidich ynspraek west. Allinnich, yn it plan siet net it ofsluten fan de Piperstrjitte. Yn wezen hat der dus ek nea ynspraek oer it ofsluten fan de Piperstrjitte west, hwant dat hat nea kinnen. De hiele ynspraek hie west en doe kaem der in moasje fan de PvdA. om dizze strjitte of to sluten. Dy moasje waerd oannommen en, sa't guon minsken dan sizze, dan moat itjinge yn de moasje stiet ek fuortendaelks barre. Dat it barre moat, wol ik op dit momint net oan toarne. Ik hechtsje der wol oan dat de bifolking noch de mooglikheit krijt om oer dit punt, dat buten de hiele ynspraek bleaun is, syn sechje to sizzen. Alle bifolkingsgroepen hawwe om- mers de mooglikheit hawn om oer forskillende aspekten fan it Forkearsstruktuerplan harren sechje to sizzen. Mochten der nije aspekten of oare opfettingen nei foaren komme, sadat it kolleezje mient dat it sin hat om hjiroer op'e nij to diskussiearjen, dan binne wy ré om op'e nij üs stanpunt to bipalen. Op dit momint, nou't der gjin nije gesichtspunten binne, hawwe wy der lykwols gjin bihoefte oan om de moasje, sa't dy doe yn de ried west hat, op'e nij oan de oarder to stellen. De heer Schaafsma: Ik kan mij aansluiten bij hetgeen de heer Miedema heeft gezegd. Ook wij heb ben er geen enkele behoefte aan om via een preadvies aan de motie, die bij meerderheid van stemmen is aangenomen, te gaan tornen. Wij willen wel opmerken dat de raadsbrief ons logisch lijkt. Aan de uitvoering van een motie wenst men toch een zeker ordelijk verloop toe te kennen en de wijzigingen die men in gaat voeren, wil men toch in een volgti jdel i jkheid op elkaar laten volgen. De heer Ten Hoeve zegt dat afsluiting van de Peperstraat een zaak is van 30 mei 1978; het had dus al gebeurd moe ten zijn. In strikte zin luidt de motie wel zo. Het kan zijn dat ik de notulen dan verkeerd begrepen heb. Volgens mij bedoelt de motie niet dat er nog in dit kalenderjaar uitvoering aan de plannen moet worden gegeven, maar om in dit kalenderjaar plannen voor te leggen. Als ik de toelichting van de heer Ten Hoeve lees, is dat in de eerste plaats strijdig met hetgeen hij nu opmerkt, namelijk dat de Peperstraat al afgesloten had moeten zijn. In de tweede plaats lees ik in deze toelichting dat de heer Ten Hoeve zelf suggereert dat van het college plannen worden verwacht om tot deze afsluiting te ko men. In die zin sluit dit preadvies naar mijn idee zelfs volledig aan op de tekst van de heer Ten Hoeve. Wij zijn van mening dat de motie, zoals die toen is aangenomen, behoort te worden uitgevoerd. De laatste alinea van de raadsbrief, zoals die hier voor ons ligt, geeft naar ons idee uitvoering aan de tekst die de heer Ten Hoeve zelf heeft gebruikt. Wij vinden een en ander dan ook volkomen in over eenstemming met elkaar. De heer Van der Wal: Ik ben het helemaal met de vragen en de opm erkingen van de heer Ten Hoeve eens. De heer Rijpma (weth.): Een paar korte opmerkingen. Er is gewerkt aan de uitvoering van het Ver- keersstructuurplan, zoals dat door de raad is vastgesteld. Dat betekent dat nauwkeurig is bekeken wel ke borden gebruikt moeten worden, waar ze geplaatst moeten worden en welke aanpassingen hier en daar in de civiele techniek moeten worden getroffen. Deze dingen zijn vrij complex. Er is aan gedacht om een en ander in werking te brengen op het moment waarop de parkeergarage wordt opengesteld. Dat heeft gevolgen voor de verkeersbeweging op de Nieuwestad en zo zijn er een heleboel dingen die op een gegeven moment aan elkaar vastzitten. Er moet een verkeersbesluit geformuleerd worden. Dat ver- keersbesluit moet gepubliceerd worden. Na de publicatie krijgen belanghebbenden en anderen gelegen heid om bezwaarschriften in te dienen. Dat is bij deze procedure nu eenmaal volgens de wet vastgelegd. Ondertussen vertellen wij aan zowel de middenstand in de binnenstad als aan de bewonersgroeperingen, die in contact- en projectgroepen met ons samenwerken, wat er op laten wij zeggen 15 november zal gaan gebeuren. In de loop van de tijd is heel duidelijk gebleken dat de mensen, wie dan ook, het heel erg op prijs stellen dat zij, wanneer hun belangen ermee gemoeid zijn, geïnformeerd worden over de voorstellen die het college gaat doen. Of dat nu gaat over een diepriool op de Emmakade of over een procedure op de Weaze wanneer daar de walmuren worden afgesloten of over de werkzaamheden met betrekking tot de parkeerkelder op het Wilhelminaplein. Alle mensen in de binnenstad, voor zover wij ze georganiseerd kunnen bereiken, zullen wij van de voorgenomen plannen op de hoogte stellen. In de raadsbrief staat: "Zodra deze studie (op korte termijn) is afgerond ."De Verkeerscommissie verga dert op 3 september en op dat moment zal de uitwerking van door de raad vastgestelde plannen aan de ze commissie worden voorgelegd, met de bedoeling dat er nog een laatste toetsing plaatsvindt of alles reëel en uitvoerbaar is. De heer Ten Hoeve: Ik wil graag een misverstand uit de wereld helpen. De wethouder noemt een groot aantal dingen op die moeten gebeuren. Ik zal dat niet ontkennen. Die dingen gaan echter nu pas gebeuren. Wij moeten ons goed realiseren dat wij in 1974 een Structuurplan voor de Binnenstad hebben aangenomen en dat kort daarop is gestart met een planning voor het gehele gebied. Die planning heb ben wij als raad vastgesteld. Daar zitten die procedures allemaal in. De procedure voor de Peperstraat - ik kan echter ook elke andere lus in de binnenstad noemen - had al veel eerder moeten beginnen. Van de planning is gewoon niets terecht gekomen. In die planning zit het hele verhaal dat de wethou der heeft gehouden. De orde, die de heer Schaafsma wil hebben, zit er ook in. Ik zeg dan dat wij wat dit punt betreft op die planning, waarin veel waarborgen zitten, een jaar achter liggen. Met een aan tal andere plannen zijn wij meerdere jaren achter. Vandaar ook mijn vraag - ik heb er echter geen antwoord op gekregen - wat zo'n planning nog voorstelt. Er is een tijdsplanning voor bestemmingsplan nen. Eerst kregen wij nog rapporten, maar die blijven ook weg. Hoe serieus moeten wij onze eigen be slissingen nemen, wanneer wij bepaalde zaken vaststellen? Sommige plannen lopen niet een paar maan den uit, maar lopen jaren uit. Van uitvoering komt gewoon niets terecht. Dit alles heeft niets te ma ken met onzorgvuldigheid. Ik wil ook graag zorgvuldigheid nastreven en de mensen zoveel mogelijk rechtszekerheid geven. Ik wil graag de beslissingen die wij nemen op het juiste tijdstip uitgevoerd zien. De Voorzitter: Ik stel voor de discussie af te sluiten. Dat sommige plannen later worden uitgevoerd dan is gepland, is geen kwestie van onwil. Het komt heel simpel door het feit dat er ontzettend veel werk te doen is en wij met het apparaat, waar wij met elkaar over beschikken, niet steeds in staat zijn om alles op die tijdstippen klaar te hebben zoals zowel wij als de raad graag zouden zien. Dat is het enige antwoord dat er te geven is. (De heer Rijpma (weth.): De overlegsituatie met de bevolking komt er ook nog bij Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 23 (bijlage no. 348). De heer Rijpma (weth.): In de raadsbrief staat een klein foutje. In punt a in de derde regel van onderen staat: en de Vincent van Goghstraat met de Jan van Goyenstraat. Het stukje straat waar het om gaat, heet Paulus Potterstraat. De heer Janssen: Ik kan korter reageren dan ik van plan was te doen. Ik wilde namelijk op dezelf de fout wijzen. Het stukje tussen de Honthorststraat en de Vincent van Goghstraat heet inderdaad Pau lus Potterstraat. Mijn fractie gaat overigens van harte akkoord met dit voorstel. Ik zou wel graag een indicatie willen hebben over het tijdstip waarop een en ander aangelegd wordt. Heeft u daar enig idee over? De heer Van der Wal: Met het doortrekken van de trottoirs in dat gebied zijn wij het eens. Het 'oopt vooruit op het verkeersluw maken via een bestemmingsplan. Wat betreft het instellen van een richtingsverkeer in de Gerard Terborchstraat wordt met name het bezwaar genoemd dat de bereikbaar heid van garage De Boer in het gedrang komt en er te veel belasting op de andere straten komt. Dat bezwaar is natuurlijk heel gemakkelijk op te heffen door het verkeer in dat gedeelte van de Gerard i erborchstraat, waaraan de garage ligt, wel in twee richtingen te laten rijden en in de rest van de straat eenrichtingsverkeer te maken. Hoewel ik geen inzicht heb in de representativiteit van de brief schrijvers van deze wijk, zou ik toch wel graag willen dat het eenrichtingsverkeerssysteem, zoals deze bewoners dat voorstellen, goed wordt bekeken. Over het algemeen kunnen de bewoners dit soort zaken aardig goed bekijken. Het bezwaar dat genoemd wordt, gaat niet op of is in ieder geval zeer gemak kelijk te ondervangen. De heer Rijpma (weth.): Doortrekking van de trottoirs hoeft, dacht ik, niet zo lang meer te duren. Als ik nu een tijdstip noem, dan doe ik dat vanuit mijn creatieve fantasie en ik heb begrepen dat die weieens wat te wensen overlaat. Ik zou in de volgende Commissie Openbare Werken aan de directeur Openbare Werken willen vragen op welke termijn hij een en ander denkt te realiseren, op een termijn van drie of van zes weken. Wat de opmerkingen van de heer Van der Wal betreft, het is zo dat er in dat gebied al een aantal eenrichtingsverkeerstraten zijn, die worden beïnvloed als in de genoemde straten ook eenrichtingsver keer zou komen. Het tijdstip van aanbieding van een ontwerp-bestemmingsplan voor dit gebied is niet meer zo ver weg en mijns inziens is het niet zo verschrikkelijk erg om nog even met de verkeerstech-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1979 | | pagina 10