18 schillen. Het is duidelijk dat het niet zal moeten gaan om zuiver administratieve bevoegdheden, zo als het recht van de Rotterdamse wijkraden om de leerkrachten van openbare basisscholen op 65—jari ge leeftijd te ontslaan. Maar wel zal het moeten gaan om bij voorbeeld het beslissen over het al dan niet verlenen van bouw-, sloop- en hinderwetvergunningen, over bestemmingsplannen, over verkeers- circulatie in de buurt, over de vraag of er klein of groot onderhoud, renovatie of vervangende nieuw bouw moet worden gepleegd, over nog nader te bepalen taken op het gebied van de gezondheidszorg, onderwijs, sport en recreatie, welzijnswerk. Wat natuurlijk wel overeind blijft staan, is het feit dat de gemeenteraad beslist over zaken die de stad als geheel aangaan. Uit deze beslissingen zullen dan ook de randvoorwaarden voortvloeien, met inachtneming waarvan de buurten kunnen opereren. Ove rigens moeten ook deze beslissingen over de gehele stad genomen worden in samenspraak met de bevol king. Het zal duidelijk zijn dat in onze opvattingen geen gescheiden contact- en projectgroepen meer bestaan. De vorige keer ben ik daar uitvoerig op ingegaan. Wij vinden dat ambtenaren in dienst van de buurten moeten werken en dat buurten zelf bepalen welke vorm van democratie zij in de buurt wil len hebben. De vorige keer heb ik gesteld dat wij niet nu hoeven te beslissen over de vraag of wij vol gende week onze bevoegdheden overdragen aan buurtorganisaties. Wij kunnen ons er vanavond wel voos uitspreken dat de organisatie van de inspraak voorlopig ter discussie blijft staan en dat met name de buurten in staat worden gesteld zelf aan te geven wat zij willen. Ook kunnen wij vanavond de inten tie uitspreken dat wij aan die buurten, die daarom vragen, bevoegdheden delegeren. Ik heb daartoe de volgende motie gemaakt. "De raad der gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 23 juni 1980, gelezen het rapport van de Commissie inzake het functioneren van de gemeenteraad en de positie van de raadsleden en de evaluatienota Inspraak stadsvernieuwing, gehoord de discussies over deze rapporten in de informatieve raadszitting op 8 mei 1980 en de gemeenteraadsvergadering van heden, met name de bijdragen aan die discussie van ondergetekenden, besluit de bereidheid uit te spreken beslissingsbevoegdheden over te dragen aan die buurt en wijkorganisaties die de wens daartoe te kennen geven, onder nog nader te bepalen voor waarden en op nog nader te bepalen terreinen, en besluit voorts het college van b. en w. opdracht te geven om nog binnen de zittingster mijn van de huidige raad in samenspraak met de hierboven genoemde commissie en bewo nersorganisaties met nader uitgewerkte voorstellen hieromtrent te komen. Vooruitlopend op fundamentele wijzigingen vinden wij dat voorlopige verbeteringen in het huidige sys teem kunnen worden aangebracht. Ik heb daartoe twee moties gemaakt, die geen verdere toelichting behoeven. "De raad der gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 23 juni 1980, overwegende dat inspraak en participatie van bewoners in de besluitvorming van het ge meentebestuur en de gemeenteraad noodzakelijk zijn voor het democratisch karakter daar van, overwegende dat inspraak en participatie van bewoners gestimuleerd en geoptimaliseerd dienen te worden, van oordeel zijnde dat daartoe aanwezige belemmeringen zo veel mogelijk weggenomen dienen te worden, besluit het college van b. en w. opdracht te geven de vergadertijden van contactgroepen en soortgelijke inspraak- en participatie-organen zodanig vast te stellen dat deze tijden geen belemmering vormen voor het optimaliseren van inspraak en participatie, dus bij voorkeur 's avonds." De volgende motie luidt: "De raad der gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 23 juni 1980, overwegende dat in afwachting van de definitieve besluitvorming ten aanzien van de orga nisatie van participatie van buurtorganisaties in het gemeentelijk besluitvormingsproces ook nu reeds contactgroepen beter moeten kunnen functioneren, overwegende dat zij hiertoe in voldoende mate inzicht moeten kunnen hebben in de werk zaamheden van en het proces van meningsvorming binnen de projectgroep, besluit contactgroepen de bevoegdheden te geven een waarnemer aan te wijzen bij de be treffende projectgroep; het college opdracht te geven de verslagen van de projectgroepvergaderingen toe te zen den aan de leden van de contactgroep, zo nodig vergezeld van meer uitgewerkte voorstel len." Op bladzijde 9 van de rapportage staat de volgende passage: "De raad zou kunnen overwegen in de kosten van deze vorm van assistentie (de fractie-assistenten) een subsidie te verlenen." Om het pri maat van de raad zo goed mogelijk inhoud te kunnen geven, vinden wij het belangrijk dat elke fractie over betaalde fractie-assistentie kan beschikken. De noodzaak van fractie-assistentie is voor een klei nere fractie nog veel dringender dan voor een grote fractie. Wij zouden dan ook niets voelen voor een bijdrage van fractie-assistenten die hoger is naarmate het aantal fractieleden groter is. Bovendien is de raadsvergoeding ook bedoeld om onbetaald verlof te kunnen nemen, om zo meer tijd vrij te kunnen maken voor het raadswerk en dit levert natuurlijk ook voor de grotere fracties weer meer tijd op. Wij hebben dan de volgende suggestie. Elk raadslid levert 10% van zijn of haar raadslidmaatschapsvergoe ding in en dit wordt uit de gemeentefinanciën aangevuld tot een dusdanig bedrag dat elke fractie hier voor een fractie-assistent voor een zelfde aantal uren kan aanstellen. Bij de kleinere fracties moet er dan dus meer geld bij dan bij de grote. Wij hadden daartoe een motie gemaakt, maar die gaat waar schijnlijk in dezelfde richting als de motie van de Partij van de Arbeid. (De heer Geerts: Onze motie gaat wel over fractie-assistenten, maar wij hebben gezegd dat de mogelijkheid tot differentiatie tus sen kleinere en grotere fracties wel aanwezig is; dat staat ook in de motie genoemd. Dat is niet gelijk aan wat u nu zegt.) Dan dien ik toch mijn eigen motie in. "De raad der gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 23 juni 1980, overwegende dat door de toenemende werkzaamheden van de raadsfracties steeds meer de behoefte is gegroeid aan fractie-ondersteuning door betaalde medewerkers/sters, geeft aan het college van b. en w. de opdracht bij de begroting voor 1981 met voorstel len voor de bekostiging van fractiemedewerkers/sters te komen. In de informatieve raadsvergadering heb ik nog het belang onderstreept van de toegankelijkheid van b. en w.-vergaderingen voor raadsleden. Ook hiervoor heb ik een motie gemaakt, die geen ver dere toelichting behoeft. "De raad der gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 23 juni 1980, overwegende dat in de rapportage van de Commissie inzake het functioneren van de ge meenteraad en de positie van de raadsleden de aanbeveling wordt gedaan het beleid er op te richten de monistische structuur van het gemeentebestuur te herstellen en het be- stuursprimaat bij de gemeenteraad terug te brengen, overwegende dat als middel hiertoe een verbetering van de informatieverstrekking aan de raad wordt aanbevolen, overwegende dat een belangrijk element van deze informatieverstrekking is het inzicht hebben in het besluitvormingsproces van b. en w., besluit de b. en w.-vergaderingen toegankelijk te verklaren voor raadsleden." (Mevrouw Brandenburg—Sjoerdsma: Moeten b. en w. dan ook 's avonds vergaderen?) Nee, dat was de andere motie. (De heer Janssen: Anders kon de bevolking er ook bij aanwezig zijn.) (Gelach) De heer Janssen heeft de vrijheid om met een amendement in die richting te komen, dus dat wachten wij dan maar af. Vervolgens wil ik nog op een paar opmerkingen van vorige sprekers ingaan. Laat ik vooropstellen dat wij vinden dat de spreektijd niet moet worden beperkt. Er is gezegd dat PAL te veel tijd voor zich opeist, maar dat er maar geen maatregelen moeten worden genomen, omdat de goeden niet onder de kwaden mogen lijden. Ook had men het over "laatdunkend". Als er politieke kritiek komt van een frac tiexlie niet in het college vertegenwoordigd is, dan vind ik het te gemakkelijk om dat af te doen met "laatdunkend". Bovendien is mijn fractie minder geneigd tot "ja-knikken" dan andere fracties in deze raad. Dit betekent dat wij een en ander ook zullen moeten beargumenteren en dat wij dit soms wel vier of vijf keer zullen moeten doen, voordat er ook maar iemand bereid is om ernaar te luisteren of er iets mee te doen. (De heer Ten Brug (weth.): Nou snap ik het pas.) De heer Geerts is ingegaan op het verlenen van advies en bijstand door ambtenaren aan raadsfrac ties. Tijdens de informatieve raadsvergadering heb ik al gezegd dat wij het minderheidsstandpunt, dat de heer Geerts in de commissie naar voren heeft gebracht, delen. Ik deel ook de argumentatie die door de heer Geerts is gehanteerd. Ik onderschrijf dan ook het betreffende gedeelte van de motie van de Partij van de Arbeid. Dan zal ik nu ingaan op de woorden van de heer Schaafsma. Ik moet zeggen dat ik nauwelijks in staat ben om inhoudelijk te reageren op wat hij hier naar voren heeft gebracht, omdat de heer Schaaf-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1980 | | pagina 10