18 ten zo langzamerhand eens leren niet alleen veel dure en deftige woorden te gebruiken, maar ook eens werkelijk tot de daad over te gaan. Een deel van mijn fractie vindt dan ook dat nu alle pogingen in het werk moeten worden gesteld om deze school afgebroken te krijgen. De heer Van der Wal: Ik kan mij bij de woorden van de heer Ten Hoeve aansluiten. De heer Ten Brug (weth.): Wij zijn nog niet in staat die school af te breken. Het houten gebouw met 6 lokalen is nog geen economisch eigendom van de gemeente. Wij zijn nog in onderhandeling met het rijk omtrent de vraag of dit gebouw met het gymnastieklokaal aan ons zal worden toegewezen. Eerst dan zouden wij juridisch in staat zijn het gebouw af te breken. Een andere vraag is of wij om andere redenen in staat zijn het gebouw te ontruimen. Zoals de kaar ten op het ogenblik liggen, achten wij dit zeer bezwaarlijk. Er is een groot gebrek aan lokaalruimte bij het voortgezet onderwijs. Ik zou niet weten waar ik degenen die nu in dit gebouw onderdak vinden, namelijk de volwassenen-mavo en de Stichting Noordelijke Leergangen, schoolruimte zou moeten aan bieden. De heer Ten Hoeve: Hetgeen u zegt over de juridische kant van de zaak, begrijp ik wel, dat staat ook in de raadsbrief. Wij kunnen een gebouw niet afbreken voordat het ons eigendom is. Wat dit be treft zijn wij volledig akkoord. Ik zou graag willen dat de wethouder alle pogingen in het werk stelt om zo snel mogelijk het juridisch eigendom van deze school in handen te krijgen. Bovendien vind ik het fout dat voor dit soort scholen het criterium binnenstadsgebonden gehanteerd moet worden; deze fout is ook bij de Bonifatiusschool gemaakt. De groeperingen die van deze school gebruikmaken, zijn niet binnenstadsgebonden. Tenslotte wil ik nogmaals zeggen dat wij drie jaar geleden beslissingen hebben genomen ten aan- •zien van de uitvoering van bepaalde plannen. Het is toch een lachertje wanneer wij onze eigen plan nen niet serieus nemen. De heer Ten Brug (weth.): Ik heb hier weinig aan toe te voegen. Wij kunnen lang discussiëren over de vraag of de twee onderwijsinstellingen - op het ogenblik zijn het er trouwens drie - die van het hele complex gebruikmaken (De heer Ten Hoeve: Het begint met niks en zo zitten er drie in.) Wij zoeken geen huurders voor dit gebouw. Er zijn vier, vijf, zes scholen die vragen of zij alsjeblieft in dit gebouw mogen. Het is zo dat de twee onderwijsinstellingen die op het ogenblik van het gebouw gebruikmaken wel binnenstadsgebonden zijn, maar daar valt verder over te discussiëren. Buiten de bin nenstad zijn geen gebouwen waarin deze onderwijsinstellingen onderdak zouden kunnen vinden. Deze situatie kan nog wel enige jaren duren. Ik ben er echter van overtuigd dat hierin op den duur verande ring komt. Misschien kunt u zich het rapport over de kwestie van de nieuwe basisschool herinneren. Op den duur zullen door middel van herschikking wel hier en daar gebouwen vrij komen, maar dat is niet op korte termijn. Het voorstel van b. en w. wordt aangenomen met 27 tegen 8 stemmen. Punt 14 (bijlage no. 357). De Voorzitter: Dit punt betreft het preadvies omtrent de brieven van de belangenvereniging Oranje- wijk inzake het onderzoek naar de eventuele toename van vrachtverkeer op het traject Willem Lode- wijkstraat-Achter de Hoven-Zuidergrachtswal als gevolg van de afsluiting van de Emmakade-zuidzijde voor vrachtverkeer in westelijke richting. Ik moet hierbij opmerken dat er intussen nog een aantal brie ven zijn binnengekomen, die naar ik hoop op uw tafels zijn gelegd. Het betreft een brief van het christelijk voorbereidend wetenschappelijk en hoger algemeen voortgezet onderwijs en een brief van een aantal bewoners van Achter de Hoven. Deze brieven vormen mede onderwerp van discussie. De heer Ten Hoeve: Met dit preadvies heeft een groot deel van mijn fractie moeite. Wij moeten wat deze kwestie betreft terug in de historie. In het voorjaar hebben wij gesproken over de klachten van de bewoners van de Emmakade. Wij hebben die klachten serieus genomen, hetgeen heeft geresul teerd in het afsluiten van de Emmakade voor vrachtverkeer. Het is voor de mensen - iedereen heeft dat beaamd - een verademing. Tijdens de in het voorjaar gehouden vergadering en ook in een latere vergadering is gezegd dat, wanneer de afsluiting van de Emmakade gevolgen zou hebben voor de men sen in de Willem Lodewijkstraat en Achter de Hoven, adequate maatregelen genomen zouden worden 19 om de extra overlast voor deze mensen weg te nemen. Deze mensen zouden niet de dupe mogen wor den van een beslissing die wij voor een gebied in de nabijheid van hun woningen hebben genomen. Nu zijn er op onze tafels talloze papieren neergedwarreid met veel cijfers, tellingen enz. Wat niet zo vaak voorkomt - in dit geval is het wel mooi -, is dat de tellingen van de wijk overeenkomen met de tellingen van de DSO. Wel is het jammer dat de DSO dan snel met rekenmachientjes aan het werk gaat, het vrachtverkeer op het overige verkeer gaat betrekken en dan komt tot een percentage van 4. Dan wordt er gezegd: 4%, dat is eigenlijk ook niet zo veel. Wie echter de brieven goed leest - het gaat immers om het vrachtverkeer -, ziet dat er een geweldige toename van het vrachtver keer is en dan met name van het doorgaande vrachtverkeer. Ons uitgangspunt is altijd geweest dat wij het doorgaande vrachtverkeer urt de stad willen weren. Het deel van mijn fractie, namens welke ik het woord voer, zegt dan ook dat er beslist iets moet gebeuren. Er moet op deze route eenrichtings verkeer worden ingesteld. Daarvoor zijn twee mogelijkheden, namelijk (vanaf de rondweg) afsluiting bij de Willem Lodewijkstraat voor vrachtverkeer niet bestemmingsverkeer zijnde - die uitzondering moet er wel bij - of een afsluiting bij het Zuiderplein met dezelfde bepalingen. Voor de afsluiting bij het Zuiderplein pleit dat verreweg het meeste doorgaande vrachtverkeer van die kant komt. Een tegenargument is dat het veel beter is om vrachtverkeer niet de stad in te voeren, dat er later op een bepaalde manier toch weer uit moet. Het laatste zou dus pleiten voor een verbod bij de rondweg. Dit is een discutabele zaak. De wethouder heeft de stukken natuurlijk ook bestudeerd. Ik zou dan ook graag zijn standpunt willen horen over de vraag wat in dit geval de meest wenselijke oplossing is: af sluiting bij het Zuiderplein of afsluiting bij de Willem Lodewijkstraat. Voor ons is het duidelijk dat er wat moet gebeuren. Wij moeten wat dat betreft niet alleen kijken naar de tellingen, ledereen die rijdt langs het stuk Achter de Hoven waar het Lienward College staat, ziet dat daar levensgevaarlijke toestanden voorkomen. Verderop staan nog kleine huisjes die nauwe lijks een fundering hebben. Deze huisjes staan te trillen en te schudden. Voordat wij met de ontslui ting van de Oostergoweg bezig gaan, moet hier wat gebeuren. Wij willen een en ander oplossen door eenrichtingsverkeer op dit traject in te voeren. In welke richting dit moet, laten wij afhangen van het antwoord van de wethouder. De heer Boelens: Onze fractie wil ook graag ingaan op de verschillende motieven die tot nu toe gespeeld hebben bij het vaststellen van de verkeersstructuur in het gebied Willem Lodewijkstraat-Ach- ter de Hoven-Zuidergrachtswal. Ik wil dan de brieven die de belangenvereniging en verschillende anderen hebben gestuurd achtereenvolgens de revue laten passeren. Reeds voordat wij in de raadsvergadering van maandag, 28 januari 1980, moesten besluiten de Emmakade-noordzijde en -zuidzijde voor vrachtwagens in westelijke richting af te sluiten, schreef de belangenvereniging Oranjewijk al dat het traject Achter de Hoven niet berekend is op vrachtver keer. In de raadsvergadering van 28 januari wees onder anderen de heer Janssen op een belangrijk ar gument voor het toch openhouden van de Willem Lodewijkstraat, gerekend vanaf de rondweg, vanwe ge de functie van deze straat in het verkeersstructuurplan als een oost-west-verbinding met het Zui derplein en de toekomstige Oostergoweg. Het college schreef toen ook al dat, als mocht blijken dat toch nog veel vrachtverkeer vanaf de Willem Lodewijkstraat gebruik zou maken van de route via Ach ter de Hoven, alsnog tot afsluiting voor vrachtverkeer zou kunnen worden besloten. Op 9 mei schreef de belangenvereniging Oranjewijk wederom een brief, die momenteel ook in de beschouwingen kan worden betrokken. Zij constateren dat vrachtverkeer in beide richtingen is toegenomen. Tevens con stateren zij dat vooral het vrachtverkeer vanaf het industrieterrein Schenkenschans deze route neemt. De heer Ten Hoeve heeft al gezegd dat er iets moet gebeuren. Hij vraagt zich af of eenrichtingsver keer moet worden ingesteld vanaf de rondweg of vanaf het Zuiderplein. Wij zijn van mening dat van af de rondweg eenrichtingsverkeer moet worden toegelaten, omdat met name veel volgeladen vracht wagens vanaf het industrieterrein Schenkenschans in oostelijke richting rijden. De vrachtwagens komen dan leeg terug, wat minder overlast geeft ten aanzien van trillingen en dergelijke. Er is ook nog een brief gekomen van de belangenvereniging Oranjewijk van 27 mei 1980. In deze brief wordt onder an dere gewezen op verkeerstellingen. Deze tellingen zijn ook verricht door onze dienst. Er wordt gecon stateerd dat de cijfers ongeveer gelijkluidend zijn. Dan is er nog een brief binnengekomen van bewoners van Achter de Hoven. Deze brief is onderte kend door de heer Dijkstra. In deze brief wordt al weer verwezen naar de aanwezige overlast, juist in het gedeelte Achter de Hoven. Er wordt geconstateerd dat die straat veel te smal is voor vrachtver keer uit twee richtingen. Dan de brief van de vereniging voor christelijk voorbereidend wetenschappelijk en hoger algemeen voortgezet onderwijs. In deze brief wordt hetzelfde geconstateerd, terwijl men hierbij ook het gevaar

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1980 | | pagina 10