20 voor fietsers betrekt. Men stelt dat vrachtverkeer in twee richtingen in deze straat niet meer te tole reren is; men vindt dat een onveilige situatie. De belangenvereniging Oranjewijk stelt in haar schrijven van 15 september 1980 dat tot nu toe steeds gesproken is over de Willem Lodewijkstraat, maar dat men vindt dat het vooral om het gedeel te Achter de Hoven gaat, waar de overlast het grootst is. Al met al is onze fractie het eens met punt 3 van de raadsbrief, waarin wordt gesteld dat het as falteren van een gedeelte van Achter de Hoven op zichzelf geen maatregel is. Daarom vinden wij dat er een aanvullende maatregel moet komen om het aantal vrachtwagens dat hier langsrijdt te beperken. Aangezien in deze raad al eerder beslissingen zijn genomen in het kader van het verkeersstructuur- en uitwerkingsplan, willen wij, om het aantal vrachtwagens daar te beperken, met een motie komen. Het betreft dus een aanvullende verkeersmaatregel. De motie luidt: "De raad der gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 22 september 1980, draagt het college van b. en w. op het traject Zuiderplein-Zuidergrachtswal-Achter de Hoven- Willem Lodewijkstraat vanaf het Zuiderplein in oostelijke richting af te sluiten voor vracht verkeer, voor zolang de Oostergoweg nog niet is aangesloten op het tracé Willem Lodewijk straat. De heer De Beer: De essentie van het hele verhaal is dat wij een oplossing moeten zoeken voor het vrachtverkeer dat via Achter de Hoven rijdt. Wij hadden hetzelfde voorstel willen doen als de vorige spreker heeft gedaan en wij zullen de motie van de heer Boelens dus steunen. Mevrouw Van der Werf: lk kan ook kort zijn, alleen mijn conclusie is iets anders dan die van de vorige sprekers. Het gaat erom dat het hier een sluiproute betreft van beide kanten. Daarom vinden wij niet dat, zoals de heer Ten Hoeve zei, of de ene kant moet worden afgesloten of de andere kant, maar dat beide richtingen voor niet-bestemmings-vrachtverkeer moeten worden afgesloten. Daarom heb ben wij de motie, die straks door mevrouw De Jong zal worden ingediend, mede-ondertekend. Mevrouw De Jong: Onder punt 1 van de raadsbrief stelt u dat er een toename van het aantal vracht auto's op de Willem Lodewijkstraat van ongeveer 4% is. Dat betekent 120 vrachtwagens per dag. De onder punt 2 genoemde ingebouwde barrières, te weten de afsluiting van de Emmakade-zuidzijde voor vrachtverkeer en de gewijzigde voorrangsregeling op het Zuiderplein, worden, zo begrijp ik uit de raadsbrief, door 50% van de chauffeurs van de vrachtwagens niet zozeer als barrières gezien, althans, die 50% blijft die route volgen. Onder punt 3 wordt terecht opgemerkt dat asfaltering van de bottle-neck Achter de Hoven op zich zelf geen maatregel is waardoor het vrachtverkeer zou afnemen. Ik zou eraan willen toevoegen dat het in de praktijk helaas meestal eerder een reden is om snelheid te vermeerderen. Het voordeel van asfal teren is natuurlijk wel: minder trillingen en minder geluidsoverlast voor de bewoners en het Lienward College. Met het voortduren van de huidige gevaarlijke situatie - denkt u met name even aan de 1.143 meest fietsende leerlingen van het Lienward College - is van een voordeel echter geen sprake. Onder punt 4 wordt gesteld dat het verkeer vanuit het centrum zoveel mogelijk van de hoofdwegen ingevolge het verkeersstructuur- en uitwerkingsplan gebruik moet maken om de rondweg te bereiken. De Willem Lodewijkstraat is als zodanig als hoofdweg aangewezen. Om de Willèm Lodewijkstraat te bereiken of te verlaten - ik denk nu met name aan het zware vrachtverkeer -, moet via het knelpunt Achter de Hoven gereden worden. Ik ben van mening dat de bestaande situatie, tot de eindfase aan leg vèrlengde Willem Lodewijkstraat is bereikt, een onmogelijke situatie is voor met name dat stuk Achter de Hoven. In tegenstelling tot het preadvies van het college pleit ik wel voor te nemen maat regelen, tot het moment dat de verlengde Willem Lodewijkstraat gereed is. Ik ben uitgegaan van het verkeersstructuur- en uitwerkingsplan en vooral van het gegeven dat het vrachtverkeer zo snel moge lijk langs de door ons uitgedachte wegen naar de rondweg moet verdwijnen. Helaas wordt dit, gezien de verkeersdruk, in praktijk gebracht door een zo kort mogelijke lijn door de stad te trekken, zelfs ten aanzien van de verbindingsweg van het ene industrieterrein naar het andere. Om dat te onder vangen, zonder eigen uitgangspunten aan te tasten, meen ik dat het logisch is de grens te trekken van Zuiderplein, richting Achter de Hoven-Zuidergrachtswal en de Willem Lodewijkstraat vanaf de rondweg. Vrachtverkeer dat als bestemmingsverkeer binnen dit gebied moet zijn, kan inrijden. De rest kan of via de rondweg zijn doel bereiken of vanuit het centrum een andere route volgen om de rond weg of bestemming te bereiken. Wat dan aan vrachtverkeer overblijft, is bestemmingsverkeer. Deze maatregel alleen neemt naar mijn gevoel echter nog niet voldoende de druk weg van het kne - punt Achter de Hoven. Ik stel dan ook voor voor dit knelpunt eenrichtingsverkeer in te stellen in de richting van de Willem Lodewijkstraat. Dit heeft uiteraard wel gevolgen voor het vrachtverkeer dat 21 terug moet richting centrum. De enige mogelijkheid is dan het weer openstellen voor vrachtverkeer van de Maria Louisastraat en het gedeelte Emmakade-zuidzijde tot de Kanaalstraat. Uitgaande van het feit dat wij dan alleen te maken hebben met bestemmingsverkeer, waarvan laten wij aannemen 50% richting centrum moet, geloof ik dat de Maria Louisastraat deze druk kan verdragen. Wellicht zou den wij aan het begin van deze straat maatregelen kunnen treffen, waardoor de chauffeur genood zaakt is snelheid te verminderen. Ik ben van mening dat met deze maatregel een eerlijke verdeling van het verkeer over de wijk wordt verkregen en dat hiermee het knelpunt Achter de Hoven het meest doeltreffend wordt bestreden. Ik ben juist voor deze drastische oplossing, omdat wij binnen afzienba re tijd ook nog het woon-werkverkeer van Camminghaburen over Achter de Hoven-Willem Lodewijk straat kunnen verwachten. Ik heb de volgende motie gemaakt: "De raad der gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 22 september 1980, behande lende punt 14 van de agenda, bijlage no. 357, draagt het college op zodanige maatregelen te nemen dat a. het inrijden van het Zuiderplein richting Achter de Hoven/Zuidergrachtswal wordt verbo den voor vrachtverkeer, met uitzondering van bestemmingsverkeer; b. de Willem Lodewijkstraat vanaf de rondweg wordt verboden voor vrachtverkeer, met uit zondering van bestemmingsverkeer; c. hef gedeelte Achter de Hoven vanaf Zuidergrachtswa! tot het kruispunt Maria Louisastraat/ Willem Lodewijkstraat wordt ingesteld tot eenrichtingsverkeer, met uitzondering van het (brom)f iets verkeer; d. het verbod voor vrachtverkeer van de Maria Louisastraat en de Emmakade-zuidzijde tot het kruispunt Kanaalstraat wordt opgeheven." Deze motie is mede-ondertekend door mevrouw Van der Werf. De Voorzitter: ik stel voor dat wij na de tweede pauze op uw opmerkingen reageren. Punten 15 t.e.m. 19 (bijlagen nos. 371, 356, 358 361 en 362). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w. Punt 20 (bijlage no. 360) De Voorzitter: Dit agendapunt betreft de bouw van een evenementenhal. De heer Van den Eist: Het opschrift van de raadsbrief "bouw van een evenementenhal" dekt vol gens mij niet helemaal de lading. Mijn fractie vindt dat de realiteit gèbiedt te zeggen dat tweederde van de activiteiten, die in deze hal zullen plaatsvinden, heel erg annex is met de sport. Wij kunnen slechts hopen dat er behoorlijk wat evenementen zullen plaatsvinden. Wij hadden niet anders verwacht dan dat dit voorstel hier zou liggen. In een eerder stadium heeft het college namelijk aan de raad toege zegd dat zo mogelijk de aanbesteding van dit werk in september van dit jaar zou gebeuren. U zult dus begrijpen dat wij niet zoveel moeite hebben met het tijdstip waarop de raadsbrief aan ons wordt voorgelegd. Wij hebben wel een beetje moeite met de financiële kant. Ik zeg heel nadrukkelijk "een beetje". Het is niet niks waartoe wij hier bij meerderheid toch wel zullen besluiten. Voor een lange reeks van jaren wordt immers een investering gepleegd die een jaarlijkse druk legt op het budget van anderhalf miljoen gulden. En dat in een tijd - u hebt het de derde dinsdag van september kunnen vernemen en ook aan de uitkeringen uit het Gemeentefonds kunnen merken - waarin de middelen voor de gemeen te nu niet bepaald toenemen. De accressen zijn wel weg, meen ik te mogen stellen. Toch zijn er wel zeer positieve opmerkingen te maken. Ik wijs bij voorbeeld op de druk vanuit de sport op een uitgebreide accommodatie naast de bestaande sporthallen. Deze druk is ontzettend groot. Daarbij komt dan nog het feit dat de bouwkosten, als wij nu niet de beslissing nemen om deze investering te doen, met bijna een procent per maand stijgen en het feit dat sowieso één sporthal een jaarlijkse last - inclusief kapitaal lasten - van vijf ton met zich brengt. Daarmee wordt dit hele ver haal niet rendabel, dat begrijpt u ook wel; u hebt de stukken ook gezien. Gelet op het feit dat pol tiek-bestuurlijk gezien de noodzaak van de bouw van een evenementenhal zeer urgent is, gaan wij akkoord met de voorstellen van het college. De hear Jansma: De CDA-fraksje is wiis mei it ütstel om yn Ljouwert einliks in evenemintehal to

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1980 | | pagina 11