Mijn tweede bezwaar betreft de lichtzinnigheid waarmee de exploitatie-opzet wordt omgeven. Allereerst de kapitaal lasten op basis van 9%. Is de financiering tegen dit percentage al rond of moet het geld nog worden aangetrokken tegen een perdentage dat ik net genoemd heb? Het verschil maakt wel 150.000,uit. Vervolgens de personeelslasten. Mijns inziens zijn de bezetting en het bedrag te laag geraamd. Als de evenementenhal/sporthal elke dag open is van 's morgens 9 uur tot 's avonds 11 uur, dan kan dit niet door drie man worden gerund tegen een salaris van 2.500,per maand, inclusief weekend-toeslag, inclusief avond-toeslagEnergiekosten van 105.000,lijken mij on waarschijnlijk laag. In de Harmonie wordt al voor 175.000,verstookt. De evenementenhal wordt kennelijk niet verzekerd. Daarmee is tenminste geen rekening gehouden. Ik heb het althans niet in de exploitatie-opzet kunnen terugvinden. Wel is daarmee gauw een 25.000,gemoeid. Een telefoon installatie van 100.000,blijkt maar 10.000,te kosten op jaarbasis. Ik dacht dat er wel meer zal worden gebeld. Over de bafenkant kan ik geen zinnig woord zeggen. Naar mijn gevoel zijn de baten aan de optimistische kant, gelet op de uitkomsten bij andere evenementenhallen. Als ik dit alles op een rijtje zet, kom ik tot de volgende conclusie. De jaarlijkse last van deze hal zal tussen de anderhalf d twee miljoen bedragen. Wethouder Eijgelaar haalt vanavond met dit voor stel en met het voorstel over de stadsverwarming politiek gezien groot slem binnen - ik gun het hem overigens best - en gaat daarmee straks op verkiezingstoernee. (De Voorzitter: De wethouder stelt het niet alléén voor, dus wat u zegt, kan niet kloppen.) (De heer Ten Brug(weth.): Hij had het alleen nooit kunnen redden, zo is het!) (Gelach) Het belang van deze evenementenhal wordt gesteld boven de belangen van het gemeentepersoneel en personeelszaken behoren ook tot de portefeuille van de wethouder. De bonden hebben al aan de bel getrokken, omdat de personeelsvoorzieningen op een zacht pitje worden gezet en de personeels uitbreidingen niet doorgaan. Een en ander kan weieens een boemerang-effect voor de wethouder in houden. Van een zinvolle behandeling van de begroting in december van dit jaar is mijns inziens geen sprake meer. Ik zal tegen dit voorstel stemmen. De Voorzitter: Dit is meer een soort stemverklaring van de heer Knol geweest, veronderstel ik. (De heer Eijgelaar (weth.): Hij is vast tegen.) (Gelach) Mevrouw De Jong: Op zich leeft ook binnen mijn partij wel de wens van een evenementenhal in Leeuwarden. Ik sluit mij echter aan bij de woorden van de heer Knol en de heer Van der Wal. Het moment, waarop ons dit voorstel bereikt, vind ik principieel onjuist. Vlak voor de begrotingsbehan deling moeten wij een beslissing nemen die niet alleen op het dit jaar ons ter beschikking staande bud get betrekking heeft maar ook op het budget van toekomstige jaren. Er is een bedrag van anderhalf miljoen gulden genoemd. Ik vind het principieel onjuist om op dit moment, zonder dat wij dit voor stel hebben kunnen afwegen tegen het hele beleidsplan, deze beslissing te nemen. Ik zal dan ook te gen stemmen De Voorzitter: Voordat ik de heer Eijgelaar het woord verleen, moet ik het volgende opmerken. Wij vinden het een beetje moeilijk om vanavond op het eerste deel van de bezwaren van de heer Knol in te gaan. Ik kon moeilijk zeggen dat zijn opmerkingen buiten de orde waren, want ze hangen na tuurlijk wel met dit voorstel samen. De heer Knol heeft eigenlijk al de financiële beschouwing, die hij gewoonlijk bij de behandeling van de begroting uitspreekt, gehouden. Misschien kunnen wij in december wat kort om de hoek gaan. Het is voor ons wat moeilijk om op zijn opmerkingen in te gaan. Wij zullen dat vanavond dan ook niet doen. Wel kan ik zeggen dat het college aanzienlijk meer ver trouwen heeft in de inmiddels toegestuurde documenten dan de heer Knol. Dat zal echter straks wel blijken in de discussies rondom de begroting. Op al het andere zal de heer Eijgelaar ingaan. (Gelach) De heer Eijgelaar (weth.): Het doet mij genoegen dat de meeste raadsleden zo positief reageren op ons voorstel. Al een tiental jaren geleden is er een studie gemaakt om te komen tot realisatie van een evenementenhal. Dat bleek toen niet een haalbare zaak te zijn, totdat het plan ongeveer drie jaar geleden weer is opgepakt. Wij komen dan nu met een resultaat dat naar onze mening in een be hoefte voorziet. Ik wijs op sportactiviteiten voor het sportgedeelte en op andere activiteiten die op dit moment niet in Leeuwarden kunnen plaatsvinden maar die wij hier eigenlijk wel zouden moeten kunnen organiseren of laten organiseren. Wij blijven daar nu van verstoken, maar bij realisering van het drieluik evenementenhal-sporthal-ijshal - bij het voorstel tot realisatie van de ijshal is dit as pect ook aan de orde geweest - zullen dergelijke activiteiten in Leeuwarden voortaan mogelijk zijn. Het ontstaan van dit drieluik heeft de nodige voordelen, ook in de personele bezetting. De heer Knol vond de lage personeelslasten wat vreemd overkomen, maar dat heeft duidelijk te maken met de moge lijkheid van uitwisseling van personeel van evenementenhal, sporthal, ijshal en Friesiandha! Ik kan mij voorstellen dat de raadsleden moeite hebben - "een beetje moeite", zei de heer Van den Eist - met een jaarlijkse kapitaallast van anderhalf miljoen; en dat in deze tijd. Dat de heren Van der Wal en Knol dit punt zo zwaar laten wegen dat zij daarom nu niet willen beslissen en niet voor het voorstel tot bouw van een evenementenhal kunnen stemmen, is jammer. Naar mijn mening zou dit voorstel, geplaatst in het kader waarin het college dat heeft gedaan en met een sluitende begroting, voor hen zo duidelijk moeten zijn dat nu reeds de afweging met betrekking tot dit project kan worden gemaakt. De reden waarom nu wordt voorgesteld om het krediet beschikbaar te stellen en vooruit te lopen op de vaststelling van het beleidsplan, is heel duidelijk in de raadsbriet aangegeven. De heer Van den Eist heeft dit nog genoemd De combinatie evenementenhal-sporthal is naar onze mening een gelukkige combinatie, omdat wij anders toch zeker vijf ton per jaar hadden moeten reserveren voor een dergelijke sportvoorziening, waaraan wij ons inziens niet hadden kunnen ontkomen. De heer Jansma heeft eveneens zijn instemming betuigd met dit voorstel. Een vraag die hij stelde, betrof het beheer over de sporthal. Naar zijn mening dient het beheer daarvan te berusten bij de Dienst voor Sport en Recreatie en het beheer van de evenementenhal bij de directie van de Frieslandhal. De verhuur van het sportgedeelte zal plaatsvinden door de directie van de Frieslandhal aan de Dienst voor Sport en Recreatie. Deze dienst zal dan het gebruik regelen. (De hear Jansma: Is it oars as yn it rieds- brief stiet?) Het beheer berust bij de Dienst voor het Marktwezen en de Frieslandhal. Het sportgedeel te wordt verhuurd aan de Dienst voor Sport en Recreatie. In goed overleg zal een oplossing voor het volledige gebruik worden gevonden. De heer Jansma heeft verder gezegd dat het noodzakelijk is dat de sport een half jaar van tevo ren weet waar men wat het gebruik van de ha! betreft aan toe is. In de meeste gevallen zal dit wel gaan, maar niet altijd. Het betekent Immers dat voor het hele winterseizoen alles vastgelegd dient te zijn. Het zou kunnen gebeuren dat in september een aanvraag voor een in januari te houden evene ment binnenkomt. Op grond van een vastgelegde afspraak met de Dienst voor Sport en Recreatie zou dit evenement dan niet door kunnen gaan. Ik. ben van mening dat in goed overleg daarvoor een oplossing moet worden gevonden, voor de enkele keer dat dit voorkomt. Ik ben ook van mening dat dit mogelijk isHet moet mogelijk zijn dat op een avond, een competitiewedstrijd niet door kan gaan, omdat er noodzakelijkerwijs andere activiteiten zullen moeten plaatsvinden. Dat geldt natuur lijk niet als er sprake is van een sportevenement, want dan gaat het tenslotte om een evenement, waar van de datum wel vroegtijdig bekend is. De afweging, die ik zonet heb genoemd, zal niet zo vaak xjrkomen. Het is niet toevallig dat wij nu een grotere evenementenhal gaan realiseren dan oorspron kelijk de bedoeling was. Dit is met name gebeurd om de mogelijkheid voor het gebruik van het sport gedeelte nog meer veilig te stellen, zodat er minder een beroep behoeft te worden gedaan op het sport gedeelte. Voor de enkele keer, dat zoiets nu nog zou kunnen voorkomen, moeten wij deze vrijheid laten bestaan. In goed overleg met de sport zal dan voor een oplossing moeten worden gezorgd. Het is duidelijk dat de aanbouw voor de kleinveehandel zal plaatsvinden, voordat met de realisering van de evenementenhal/sporthal zal worden begonnen. De heer Bijkersma heeft op uitvoerige wijze zijn ongenoegen kenbaar gemaakt over de procedure, die is gevolgd met betrekking tot de keuze van de uitvoerder van dit project. Hij heeft zijn standpunt in dezen heel duidelijk naar voren gebracht. Hij heeft inderdaad in alle mogelijke commissies, waar in hij deze zaak mee beoordeelde en besprak, zijn standpunt kenbaar gemaakt. Dat dit niet is terug te vinden in de raadsbrief, vindt de heer Bijkersma eigenlijk onjuist. Hij betreurt dat in hoge mate. Ik begrijp dat niet, want als regel worden individuele meningen van commissieleden niet in de raadsbneven aan de orde gesteld. Vermeld had kunnen worden dat de heer Bijkersma zowel in de Commissie voor Openbare Werken als in de Commissie voor de Dienst voor het Marktwezen en de Frieslandhal tegen dit voorstel was. Dat had op zijn hoogst kunnen worden gedaan. Als regel wordt echter het standpunt van de meerderheid van de commissie kenbaar gemaakt. Als de heer Knol in de Commissie voor de Fi nanciën tegen iets is - het gebeurt bijna nooit -, dan wordt daarop niet uitvoerig ingegaan. Ik noem dit even als voorbeeld. (De heer Knol: Stelt u zich voor dat u geen antwoord weet.) Dat is natuurlijk on zin. (Gelach) De heer Knol heeft gesproken over de energiekosten. Hij vindt het bedrag van 105.000,daar voor erg laag. Ik kan mij dat ook wel voorstellen, het bedrag zal ook wel hoger uitvallen. Dat bedrag

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1980 | | pagina 13