18 De Voorzitter: De opmerkingen vanuit de raad zijn iets minder buiten de orde dan bij een vorig agendapunt het geval was. De heer De Pree (weth.): Het is mij bekend dat er bij de bewoners sprake is van enige ongerust heid. Reeds lang geleden heeft een eerste overleg met de bewoners plaatsgehad, waaraan vertegen woordigers van het college van b. en w. en van het Woningbedrijf deelnamen. Er zijn toen afspraken gemaakt, in die zin dat nu een technisch overleg met de bewoners plaatsvindt door met name het Wo ningbedrijf. Een ieder, die moet worden geherhuisvest, heeft thuis bezoek gehad. Enkele mensen hebben herhuisvesting gekregen. Naarmate de bouwplannen vorderen, gaat de tijd natuurlijk steeds meer drin gen. Indertijd is ook de afspraak gemaakt dat, zodra er problemen zouden rijzen, opnieuw een over leg als het overleg dat ik heb genoemd - dit laatste overleg heeft tweemaal plaatsgevonden - zou wor den gevoerd. Aanstaande vrijdag is er opnieuw een gesprek met de bewoners over de knelpunten die er op een gegeven ogenblik nog zijn. Naar mijn mening is bij iedere herhuisvestingssituatie het begin het gemakkelijkste. De mensen die weg willen en gemakkelijk weg kunnen, vormien de eerste "lichting", maar naarmate het proces vordert, wordt het moeilijker. Als het niet moeilijker zou worden, waren ook de overige bewoners reeds verhuisd. Deze moeilijkheden doen zich kennelijk ook hier voor. Er is de bewoners toegezegd dat zoveel als mogelijk rekening wordt gehouden met hun wensen. Ik wijs er nog even op dat iedereen al eerder persoonlijk is bezocht om de wensen op te nemen. In het gesprek, dat vrijdag plaatsvindt, moeten wij nagaan welke precies de moeilijkheden zijn en hoe wij daaraan tegemoet kunnen komen. Het Gemeentelijk Woningbedrijf zet zich samen met de woningcorporaties in voor de huisvestingsproblematiek van de bewoners van de Simon de Vliegerstraat. Dit betekent dat de keuzemogelijkheden voor herhuisvesting wat groter zijn dan wanneer alleen het Woningbedrijf hier mee bezig was gegaan, zoals misschien vroeger weieens het geval is geweest. Ik heb goede hoop dat een en ander in orde komt. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 19 (bijlage nr. 26). De Voorzitter: Ik leg thans aan u voor het voorstel tot demping van een gedeelte van een sloot in Snakkerburen. Mevrouw Visscher—Bouwer: Het is spijtig dat een gedeelte van de in het geding zijnde sloot moet worden gedempt. Immers, vóór de bouw van de zes woningen aan Oan'e Dyk was reeds bekend dat aan het behoud van deze sloot zwaar werd getild. Bovendien werd het wenselijk geacht dat er vier nieu we bruggetjes over de sloot zouden worden aangelegd. Het behoud van de sloot was een voorwaarde bij de bouw van de nieuwe woningen. De woningen zijn vrij dicht bij de weg gesitueerd en vandaar dat de woningstichting Leeuwarden-Leeuwarderadeel vraagt om de aanleg van de vier bruggetjes ach terwege te laten en een gedeelte van de sloot te dempen, omdat de bewoners anders niet voor de hui zen langs kunnen lopen. Indien dit alles beter was bekeken en men hierover beter overleg had gevoerd, had alles heel anders kunnen worden opgelost. Er ligt namelijk een heel groot terrein van wel 40 me ter achter deze woningen. Dit terrein is eigendom van de woningstichting Leeuwarden-Leeuwardera deel. De nieuwe woningen hadden net zo goed meer naar achteren kunnen worden gebouwd. Op die manier zouden er veel meer mogelijkheden zijn geweest. Nu moet men 9.000,uitgeven voor het aanbrengen van een duiker in het eventueel te dempen gedeelte van de sloot. Ik vraag mij af wie nu de overlast krijgt. Als dit voorstel wordt aangenomen, dan wordt de sloot gedempt en worden er geen bruggetjes aangelegd: een mooi stukje Snakkerburen is weer verdwenen. Verder is er nog een minpunt te constateren bij de nieuwe woningen. De huizen hebben bijkeu kens in een uitbouw achter de woning. Men mocht verwachten dat men bij de bouw rekening zou hou den met de bezonning. Wat heeft men evenwel gedaan? De deuren van de bijkeukens heeft men aan de noordkant geplaatst. In plaats dat een bewoner achter zijn woning een zonnig hoekje zou hebben, heeft men integendeel zo gebouwd dat het woongenot van deze woningen zeer vermindert. Ik vind dit alles heel jammer. Naar mijn mening behoort bij goede architectuur niet alleen het uiterlijk van een woning maar ook het zorgen voor zoveel mogelijk woongenot. Wij waren heel blij met deze woningen, maar voor hetzelfde geld had men voor meer woongenot kunnen zorgen. Het zal u dan ook niet ver bazen dat ik tegen het voorstel zal stemmen. De heer Van der Wal: Mijn fractie is ook tegen het voorstel, deels om de redenen die mevrouw Visscher heeft genoemd, deels ook uit landschappelijke overwegingen. Wij schrijven en aanvaarden in deze raad dorpennota's, waarin in lyrische termen over dorpsgezichten en het behoud van het ei gen karakter van een dorp wordt gesproken, maar als het er in het geval van dorpsvernieuwing op aan komt, dan moet het karakter van een dorp toch weer wijken voor financiële overwegingen. Waartoe dit leidt, kan men zien bij het dorp Lekkum. Verkeerstechnisch gezien is daar ongetwijfeld iets verbe terd, hoewel de automobilisten daardoor ook sneller zijn gaan rijden. Aan de andere kant kan worden gezegd dat ontegenzeglijk een gedeelte van het eigen karakter van Lekkum is verdwenen. Bij Snakker buren doen wij alle moeite om het dorpskarakter te behouden, wat veel geld kost. Tussen "neus en lip pen" komt er echter toch weer een voorstelletje waarbij een stuk van dat karakter wordt weggehaald. Wij zijn dus ook tegen het voorstel. De heer Rijpma (weth.): Naar mijn mening worden alle argumenten voldoende in het raadsvoorstel toegelicht. Het voorstei van b. en w. wordt aangenomen met 24 tegen 8 stemmen. Punten 20 en 21 (bijlagen nrs. 38 en 27). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w. Punt 22 (bijlage nr. 33). De Voorzitter: Ik stel aan de orde het voorstel tot aanleg tunnel Dammelaan ten behoeve van lang zaam verkeer. De heer Meijerhof: Een van de factoren die ertoe hebben geleid dat de aanleg van een tunnel on der de Dammelaan een hoge prioriteit kreeg, was de aanwezigheid van de kinderboerderij en de wijk Biigaard, een wijk met veel kinderen. Een veilige oversteek voor de kinderen was gewenst en vandaar dat er een tunnel werd geprojecteerd. Uit de eind vorig jaar behandelde plannen voor de reconstruc tie van de kinderboerderij blijkt dat de ingang tot dit complex aan de Rengerslaan komt te liggen. Hier mee wordt naar mijn mening bewerkstelligd dat de kortste route voor met name kinderen die ten noor den van de kinderboerderij wonen - ik denk dan aan het noorden van Biigaard en aan Lekkumerend - niet via de tunnel loopt. Zij zullen dus geen gebruik van de tunnel maken, maar gewoon de weg over steken zoals tot nu toe het geval is. Is hier nog iets aan te veranderen? Ik denk wat dit betreft in de eerste plaats aan de ingang van de kinderboerderij. Is deze ingang te handhaven op de huidige plaats? Ten opzichte van de geprojecteerde tunnel lijkt deze plaats mij de juiste, omdat men zo de meeste ga rantie heeft dat met name kinderen van de tunnel gebruik zullen maken. Hoe is het met de coördinatie gesteld tussen de personen die de nu aan ons voorliggende plannen hebben gemaakt en de personen die annex zijn geweest met de plannen voor de reconstructie van de kinderboerderij? De Voorzitter: Voordat wethouder Rijpma antwoord geeft, wil ik u nog een brief voorlezen die wij vanochtend hebben ontvangen. De brief, ondertekend door een inwoonster van Biigaard, luidt als volgt: "Naar aanleiding van een artikel in de Leeuwarder Courant wilde ik het volgende onder uw aandacht brengen: Aanleg tunnel Dammelaan. Waarom is dat nu nog nodig? Ingang kinderboerderij komt aan Renger laan. Kruising komen stoplichten. Weinig mensen steken vanuit Biigaard over naar kinderboerderij! Nu reeds. Voetgangerstunnel en dan trappen; hoe kinderwagens en invaliden, ouderen, etc.? Besteedt u die 1,5 miljoen gulden aan extra werk ten behoeve van de kinderboerderij. Laat de tunnel achterwege, want die is achterhaald door veranderde plannen van de kinderboerderij. Zal geen sterveling door tun nel gaan, denk ik, en dan alleen object voor vandalen. Komt u de situatie maar in ogenschouw nemen. Is werkelijk weggegooid geld. Gaarne antwoord." De heer Rijpma (weth.):Voor zover mij bekend is de ingang van de kinderboerderij voor auto's heel duidelijk gelegd aan de kant van de Rengerslaan. Bij het ontwerpen van de tunnel zijn twee motieven het uitgangspunt geweest. Men wilde een kruisingsvrije fietsverbinding vanuit Biigaard met de binnen stad. De route foopt achter de kinderboerderij langs en via de Rengerslaan naar de binnenstad. Het tweede motief was de toegankelijkheid van de kinderboerderij voor kinderen. De ingang van de kin derboerderij is in de plannen die ik onder ogen heb gehad voortdurend zo geprojecteerd geweest dat al leen het gemotoriseerd verkeer via onder meer de manege toegang tot de kinderboerderij heeft. De voet gangers en het langzaam verkeer niet.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1981 | | pagina 10