28
gevraagd in hoeverre behoud van dit buurtje, eventueel van een deel ervan, tot de mogelijkheden be
hoort. Ik noem de vragen die in di-t verband zijn gerezen, zodat de wethouder straks kan proberen op
deze vragen een antwoord te geven. Is de grond waarop het buurtje staat überhaupt nodig voor de on
derwijsvoorzieningen? Zo ja, wanneer? Kan aan het gebied wellicht de onderwijsbestemming-fase II
worden gegeven zodat in ieder geval het tijdstip waarop het gebied voor het onderwijs beschikbaar moet
zijn, wordt uitgesteld? Hoe staat het met de mogelijkheid de gehele buurt of 'm elk geval de Keimpema-
straat te behouden? Tenslotte, biedt de instandhoudingsregeling hier ook mogelijkheden?
Het staat natuurlijk buiten kijf dat de Dokkumertrekweg een ideale plaats is voor bejaardenwonin
gen. Vandaar dat in de Commissie RO namens onze fractie werd gesuggereerd één locatie voor een- en
tweepersoonshuishoudens uit aangepaste woningen te laten bestaan. De wethouder meende dat de over
kant, de gemeentewerfdaarvoor aantrekkelijker zou zijn, maar deze bewering gaat natuurlijk niet op,
want beide gebieden liggen tenslotte aan de Dokkumer Ee. Naar mijn mening hoeft men het een niet om
het ander te laten, te meer daar men in de wijk Willem Sprenger nu al het gevoel heeft dat het aantal
bejaardenwoningen in de wijk het maximum wel heeft bereikt met o.a. de aanwezigheid van het oud-Ei
gen Brood Bovenal.
Een volgende opmerking betreft de geplande kantoorbebouwing op de hoek Sponjaardslaan/Rengers-
laan. Wij zijn daarmee akkoord voor zover de bouw dient als financieel uitgangspunt voor het plan
Wat betreft de uitvoering van het gebouw, waarbij vormgeving een rol speelt, wil onze fractie de mo
gelijkheid tot overleg en beoordeling duidelijk aan zich houden.
Wij zijn het eens met hetgeen u onderaan bladzijde 2 schrijft over overleg met de bevolking. Wij
gaan er echter van uit dat bij de uitvoering van de plannen wel het nodige overleg wordt gevoerd.
De hear Miedema: Oer it utfieringsplan Camstrabuorren-Sud is al hiel wat praat wurden yn de ried;
net nei oanlieding fan dit riedsbrief of in plan, mar nei oanlieding fan de oankeap fan skoalleterreinen
en ït beslut de underwiisgebouwen op dat stee te fêstigjen. No binne wy dan sa fier dat it plan definityf
fêststeld wurde kin. Ut namme fan myn fraksje mei ik ferklearje dat wy it oer it gehiel nommen iens bin
ne mei it foorstel fan it kolleezje. Nei us betinken is it weardefol dat de bedriuwichheid lans de Dokku
mer Ie behalden bliuwt, dat oplossingen fun binne foar de besteande bedriuwen en dat de bedriuwen ek
ree binne yn dy sin mei te wurkjen dat it gehiel akseptabel wurdt.
Wat.de beswierskriften oangiet kin us fraksje har konformearje mei it stanpunt dat wy yn de Kom-
misje RO nei foaren brocht hawwe. Wy hawwe steld dat, alhoewol't in wenbestimming foar it kantoar-
gebou of in part dêrfan om underskate redenen bysunder akseptabel wêze soe, it üs om finansiéle rede
nen net in helbere saak liket en dat wy dêrom akkoart geane mei it utstel fan it kolleezje.
De grutste swierrichheid leit yn it Dekemabuertsje. Yn de Kommisje foar de Romtlike Oardering is
wiidweidich sprutsen oer de fraach hoe't dit buertsje behalden wurde koe; dy yntinsje hie men wol. Der
is lykwols steld dat dit buertsje op grun fan de prognoases en op grun fan it utfieringsplan net binnen it
bestimmingsplan past, ek wat romte oanbelanget net. In oplossing foar dizze swierrichheid soe wêze om
de oanpak fan dit terrein nei in lettere fase te forskowen, sadat it langer bestean bliuwe kin. De hear
Buising hat hjir ek foar pleite. Dizze oplossing sprekt my oan, mar ik haw dan wol in fraach oan it kol
leezje. Ik begryp üt it riedsbrief dat de finansiéle ofwikkeling fan dit utfieringsplan op jannewaris 1986
stiet. Ik konkludearje der ut dat alle wurksumheden dy't foar 1986 barre, under de finansiéle ofwikke
ling yn it ramt fan de ynterim-saldoregeling falie. It liket my dat dêr de grutste swierrichheid leit. Yn
de gearkomste fan de Kommisje foar de Romtlike Oardering hawwe wy fan de wethalder hearre kinnen
dat oant 1986 ta fia de ynstanhaldingsregeling goed Onderhald fan de wenten regele wurde kin en dat
goed wenjen mooglik makke wurde kin. Ik soe graach neier andert fan it kolleezje hearre wol Ie oer de
fraach hoe't it sit mei de datum fan jannewaris 1986, yn ferban mei de tiid dat wy it Dekemabuertsje
noch bestean litte kinne.
Wy wachtsje mei belangstelling it andert fan it kolleezje of op de fragen dy't de PvdA-fraksje steld
hat oer de beide panden oan de Dokkumertrekwei. Ik soe suver sizze kinne dat ek wy dizze fragen stelle
kinnen hienen.
De heer De Beer: Ik kan vrij kort zijn. Wij gaan in grote lijnen akkoord met hetgeen in de raads
brief staat. Ons enige probleem is het kantoorgebouw dat gepland is op de hoek van de Spanjaards laan
met de Rengerslaan. Wij vinden dit niet de meest ideale plaats voor een kantoorgebouw. Op alle moge
lijke manieren proberen wij in woonstraten en woongebieden de bouw van zulke kantoorgebouwen tegen
te gaan, terwijl wij hier juist zo'n gebouw plannen. Ik zou graag van de wethouder willen weten of er
helemaal geen mogelijkheden zijn om op deze plaats woningen te bouwen, bijvoorbeeld een woonfla'-.
Kan de wethouder zeggen welke grote bezwaren dat oplevert?
29
De Voorzitter: Ik wil graag, voordat ik het woord aan de heer Van der Wal geef, een procedurekwes
tie aan de orde stellen. Als ik naar de klok kijk, dan vrees ik dat wij vanavond niet alle punten van de
agenda kunnen behandelen. Wij zouden de behandeling van een aantal punten kunnen uitstellen tot 6
juli 1981, maar naar mijn mening moeten wij vanavond twee groepen punten er door halen. Ten eerste
de punten over de stadsvernieuwing. Ik verzeker u dat elke dag dat de stukken niet weggaan een groot
risico inhoudt. Ik zou u met klem willen vragen zodanig te handelen dat vanavond daarover de beslis
singen vallen en de stukken verzonden kunnen worden. Ten tweede zijn er de punten waarmee wethouder
De Pree bemoeienis heeft gehad. Wij moeten vanavond afscheid nemen van de heer De Pree en er zijn en
kele punten die ik erg graag in behandeling zou willensgeven terwijl hij er nog bij is. De heer De Pree
heeft die punten voorbereid en behandeld en als u goecte informatie wilt hebben, is hij degene die u die
goede informatie kan geven. Ik hoop dat het u mogelijk is een stukje zelfbeheersing op te brengen en
niet veel meer te zeggen dan strikt noodzakelijk is om tot redelijke beslissingen te komen. Ik weet dat
dit een grote krachtsinspanning vergt, maar ik doe daartoe een beroep op de raad. De heer Van der Wal
heeft het woord. (Gelach)
De heer Van der Wal: Ik ga er dan maar eens uitgebreid voor staan. Ik was trouwens niet van plan
lang over het uitvoeringsplan Camstraburen-Zuid te praten. Dit plan is een verbeterde versie van het
afgekeurde plan waar wij destijds tegen waren. Het grote probleem was toen dat het plan zeer mono-
functioneel was. Zoals het er nu uitziet, is dat een stuk verbeterd.
Wij hebben nog een paar problemen, waaronder de Keimpema- en Runiastraat. Ik heb hiervoor een
motie gemaakt met de volgende tekst:
"De raad, in vergadering bijeen op 22 juni 1981behandelende de aanwij
zing tot stadsvernieuwingsgebied van en het vaststellen van het uitvoerings
plan voor Camstraburen-Zuid, besluit het bestaande woongebied Keimpema-
en Runiastraat op te nemen in de bestemming "afgeleide onderwijsfuncties
waaronder wonen" en het geplande stratenpatroon hierop aan te passen."
De motie is mede-ondertekend door mevrouw Van der Werf. Wat ik "afgeleide onderwijsfuncties waar
onder wonen" heb genoemd, hebben anderen "fase II" genoemd.
Een aantal van deze woningen bevindt zich in zeer slechte staat. Toen ongeveer een jaar geleden
een complex woningen werd aangekocht, heeft het college toegezegd onverwijld de panden minimaal
glas- en waterdicht te maken. Dat is helaas niet gebeurd. Ik mag aannemen dat dit een abuis is, want
toezeggingen, door b. en w. in de raad gedaan, worden nagekomen. De vraag is derhalve waarom deze
werkzaamheden niet zijn uitgevoerd. In het geval geen bevredigend antwoord kan worden gegeven, heb
ik daarvoor een motie achter de hand.
Wij zijn het niet eens met de huidige opzet van het kantoorgebouw. Wij hebben uit het betoog van
de wethouder begrepen dat het moeilijk is het kantoorgebouw nu nog uit het uitvoeringsplan te halen en
eveneens dat het uitvoeringsplan nog geen bestemmingsplan is. Ik heb daarom de volgende motie ge
maakt:
"De raad, in vergadering bijeen op 22 juni 1981, dringt er bij het college
van b. en w. op aan het in het uitvoeringsplan Camstraburen-Zuid opgeno
men kantoorgebouw in vier bouwlagen aan de hoek Spanjaardslaan/Rengers-
laan in het bestemmingsplan als een gebouw met een gemengde (wonen en
kantoor) functie op te nemen, welke goed aansluit bij de bestaande bebou
wing."
De motie is mede-ondertekend door mevrouw Van der Werf.
Op zich hebben wij geen bezwaar tegen een kantoorgebouw op de hoek Spanjaardslaan/Rengers-
laan. Wij hebben echter wel bezwaar tegen de enkelvoudige functie van het gebouw. Alvorens deze
moties in te dienen, wacht ik eerst het antwoord van de wethouder af.
Overigens zijn wij het eens met de ingediende motie van de heer Buising over de panden Dokku
mertrekweg nr. 3 en 4. Wij willen het college, dat het overleg voert met de opdrachtgever, verzoeken
toch nog aan te dringen op een zo geïntegreerd mogelijk plan in dit gebied. Planologisch is het zeer
wel mogelijk een en ander te bevorderen.
Tenslotte zijn wij het eens met de reactie van b. en w. op de bezwaarschriften.
Mevrouw De Jong: Alle waardering voor het plan Camstraburen-Zuid. Ik zal het even heel kort punt
voor punt nalopen. Het is een prima zaak dat met de bedrijven langs de Dokkumer Ee overeenstemming
is bereikt, evenals het feit dat de wegconstructie van de Spanjaardslaan binnen de huidige ruimten kan