6 7 De heer Heere: Een dergelijk voorstel is reeds eerder met betrekking tot de Brandweerhulpverle ningsdienst gedaan. Toen werd ook voorgesteld om in tweede aanleg dan maar eens te vergaderen zondei dat het quorum aanwezig is. Ik weet niet of het hier een vergelijkbaar geval betreft, maar ik herinner mij dat wij indertijd unaniem tegen het voorstel voor de Brandweerhulpverleningsdienst hebben gestemd De Voorzitter: Uw vergelijking klopt niet helemaal. Ten aanzien van de Brandweerhulpverlenings dienst bestond de ervaring dat elke keer een nieuwe vergadering moest worden belegd omdat het quorum niet aanwezig was. Men kwam op het lumineuze idee om de bepalingen zodanig te veranderen dat de aanwezigheid van het quorum niet meer vereist was. Overigens merk ik op dat de gang van zaken intus sen verbeterd is. De heer De Beer stelt in zijn amendement wel dat het quorum aanwezig moet zijn. Heil probleem wordt eigenlijk gevormd door de aanvragen om een bouwvergunning waarover moet worden be-1 slist. In de vakantietijd bestaat de kans dat het quorum een paar keer achtereen niet aanwezig is en om I die reden is het verstandig dat toch een beslissing kan worden genomen. Er zitten immers burgers te wachten op de beslissing over hun aanvrage. Bovendien laat de heer De Beer onverlet dat in de eerste I vergadering van de commissie het quorum wel aanwezig moet zijn; zijn amendement heeft wat dat be- I treft meer betrekking op de tweede vergadering. Ik constateer dat de heer Heere nu ook kan instemmen met dit amendement. Het amendement van de heer De Beer en mevrouw Waalkens wordt met algemene stemmen aangeno- men. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met inachtneming van het aangeno-1 men amendement. Punt 13 (bijlage nr. 278). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 14 (bijlage nr. 318). De Voorzitter: Aan de orde is het voorbereidingsbes luit voor het oostelijk gedeelte van het plange- bied Lange Marktstraat-Noord. Mevrouw Van der Werf: Ik zal tegen dit voorbereidingsbesluit stemmen. Indertijd is het bestem mingsplan gewijzigd ten einde het ontwerp-plan van het Onderling Pensioenfonds in te passen. Wij vin den dat het bestemmingsplan, zoals dat er nu ligt, het kader is waaraan de architect zich verder had moeten houden. Nu ligt er dan weer een afwijking van dit bestemmingsplan voor ons en wij kunnen daarmee niet akkoord gaan. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met aantekening dat mevrouw J. van der Werf wenst te worden geacht tegen te hebben gestemd. Punt 15 (bijlage nr. 315). De Voorzitter: Ik stel thans aan de orde het voorbereidingsbesluit ex artikel 21 van de Wet Of de ruimtelijke ordening voor de plangebieden Emmaplein (Oranjewijk)Tesselschadestraat en Hemrik als mede de verlenging van het voorbereidingsbesluit voor het plangebied Blokhuisplein. Bij dit punt stel ik tevens aan de orde een brief van de heer Van der Zijl. Deze brief is op de tafels van de raadsleden gelegd. Mevrouw Brandenburg-Sjoerdsma: Ik wil even reageren op de brief van de heer Van der Zijl. De briefschrijver wenst het voorbereidingsbesluit uit te breiden tot de Emmakade-noordzijde. Hij heefteen en ander reeds aangekaart bij een aantal leden van de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening en het is dan ook in de vergadering van deze commissie besproken. Wij zijn, evenals de heer Van der Zijl, on gerust ten aanzien van de bescherming van het gebied Emmakade-noordzijde. In de commissie kwamen wij echter tot de uitspraak dat de oplossing die hij voorstaat niet mogelijk is. Het grootste gedeelte van de Emmakade-noordzi jde geniet bescherming in het plan Molenpad. Wanneer wij op het voorstel van de heer Van der Zijl zouden ingaan, betrekken wij ook de problematiek rond de Franklinstraat en de Ka naalstraat alsmede de kwestie van de 2e Kanaalbrug en de aansluiting van de Kanaalweg op de rondweg in het bestemmingsplan Emmaplein (Oranjewijk); dit lijkt niet verstandig. Misschien heeft de wethouder inmiddels iets bedacht waardoor toch aan de wensen van de heer Van der Zijl tegemoet kan worden ge komen. De heer Rijpma (weth.): Het lijkt mij mogelijk om een klein beetje tegemoet te komen aan de wen sen van de heer Van der Zijl. Hij heeft zijn brief vergezeld doen gaan van een kaart van het gebied in kwestie In deze schets gaat de heer Van der Zijl ervan uit dat een westelijk gedeelte van de Emmaka- de-nc-rdzijde nabij de Vredeman de Vriesstraat in aanmerking komt om te worden opgenomen in het voorbereidingsbesluit voor het plangebied Emmaplein. Dit gedeelte behoort echter tot het bestemmings plan Molenpad. Ik heb de projectgroep van het Molenpad gevraagd of het mogelijk is om ook het aan de Lostzijde van de Alma Tademastraat gelegen blokje, verder begrensd door de Emmakade-noordzi jde en de Vredeman de Vriesstraat, in het bestemmingsplan Molenpad op te nemen. Daarmee zou het gebied, dat begrensd wordt door de Emmakade-noordzijde en de Vredeman de Vriesstraat, in zijn totaliteit in het bestemmingsplan Molenpad zijn opgenomen. Ik neem aan dat dit zonder al te grote bezwaren moge lijk zal zijn. (Mevrouw Brandenburg-Sjoerdsma: Het deel van de Emmakade-noordzijde ten oosten van de Vredeman de Vriesstraat blijft er dan dus buiten.) Inderdaad, dat behoort bij het bestemmingsplan dat wij te zijner tijd voor het totale gebied moeten ontwikkelen. De Voorzitter: Deze discussie viel even buiten de orde van het besluit dat de raad moet nemen, maai verder zal uitvoering worden gegeven aan hetgeen door de wethouder is gesteld. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met inachtneming van de toezeg ging van de wethouder. Punt 15a (bijlage nr. 323). n.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt i (bijlage nr. 294). De Voorzitter: Thans is aan de orde de vaststelling van het uitvoeringsplan voor het gebied Bagijne- straat. Mevrouw Visscher— Bouwer: Wij kunnen in grote lijnen akkoord gaan met dit uitvoeringsplan. Wel heb ben wij nog een opmerking over de op de kaart aangegeven te verwerven panden. Op de hoek St. Antho- nystraat-Bagijnestraat, oostelijk van de Westerkerk, staan enkele panden die op de verwervingslijst zijn geplaatst. Het pand waarin het café De Kannekyker is gevestigd, stond aanvankelijk niet op deze lijst, maar nu wel. De bestemming van bovengenoemde panden is op het ogenblik horeca, opslag en wonen. Wij h bben ons afgevraagd of de verwerving van deze panden op dit moment beslist noodzakelijk is. Het café heeft een horeca-functie, terwijl het pand daarnaast wordt gebruikt als opslagruimte. Overigens betrel het hier geen hinderlijke opslag, want de firma Ganzevoort gebruikt het pand als opslagplaats voor m ziekinstrumenten. Wij mogen dus aannemen dat dit pand wordt onderhouden. Bij ons leeft de ge dachte om de ontwikkelingen rond dit hoekje eerst eens af te wachten, totdat het gehele gebied Bagij- nestraar is opgeknapt, de school is verwezenlijkt, de plannen voor woningbouw zijn gerealiseerd en de straten zijn verbeterd. Laten wij afwachten hoe de eigenaars van de panden op de ontwikkelingen rea geren Wij weten dat verwerving van panden in deze gebieden erg duur is. Er is in dit gebied - noodge dwongen - al veel afgebroken. De hoek St. Anthonystraat-Bagijnestraat vinden wij een karakteristiek hoekje en daarom stellen wij voor af te wachten of deze panden door het particulier initiatief nog eens zozuken worden opgeknapt als wij het graag zouden zien. Wij stellen niet voor om de door mij bedoel de porden meteen van de verwervingslijst af te halen, maar om voorlopig geen opdracht voor de verwer ving ervan te geven en af te wachten tot het gebied in uitvoering is genomen en gereed zal zijn. Wij kunnen het dan van de ontwikkelingen laten afhangen of het noodzakelijk is om de panden alsnog te verwerven. Wij weten niet of er argumenten zijn om deze panden wel op de verwervingslijst te plaat- sen, mcar wij stellen nu voor ze voorlopig op het lijstje met toezeggingen te plaatsen en een en ander later nog eens weer te bekijken. De heer Rijpma (weth.): Ik heb geen bezwaar tegen de gedachtengang van mevrouw Visscher-Bou- wer. V/ij hebben er geen enkele behoefte aan om op dit moment in het betreffende gebied daadwerkelijk actie te ondernemen. Wij hebben de panden evenwel op de verwervingslijst gezet ten einde, als zich

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1981 | | pagina 4