26 Minder gelukkig is D'66 met de plotselinge ommezwaai van beleid naar aanleiding van de behande ling van het rapport distributieve voorzieningen. Wij blijven de zorg delen van de winkeliers van de Voorstreek en omstreken. Invulling van het gat van de St. Jacobsstraat vinden wij eveneens wrang. Des te wranger nu het gat nog onveranderd gaapt, ondanks het groffe miljoen dat er aan is blijven kleven! Jammer vinden wij ook dat de nota Bewoners werken aan hun straat is afgehandeld zoals is gebeurd. Ronduit laakbaar vinden wij de situatie dat de bewoners van de Kanaalstraat met de komende feestdagen in zicht nog steeds letterlijk op en in de tocht zitten! Wrang vinden wij ook de afwikkeling rond de in richtingskosten van Amicitia. De zes ton die wordt overschreden hebben wij van meet af aan aangedra gen als concrete aanzet om te ontkomen aan de sluitpost belastingverhoging! De toenemende werkloosheid baart ons grote zorgen. Onze provincie kent thans een werkloosheid van meer dan 13% van de afhankelijke beroepsbevolking. Ook in Leeuwarden zijn de gevolgen merk baar van deze werkloosheid. Het is daarom van het grootste belang te blijven streven naar een uitbrei ding van de werkgelegenheid in onze stad. In het bijzonder dient er bij de rijksoverheid op aangedron gen te worden dat de beloften inzake de spreiding van rijksdiensten nagekomen worden. De veranderde politieke kabinetsamenstelling mag doen verwachten dat er binnenkort beslissingen hieromtrent genomen zullen worden. Ook de vestigingsplaats van de te stichten Postbank is weer in discussie. Een uitspraak van de raad over deze materie lijkt ons erg zinvol. Daarom dien ik de volgende motie in. "De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 14 decem ber 1981 besluit dat - de spreiding van de rijksdiensten met voorrang ten uitvoer gebracht moet worden; - de werkloosheid in Friesland ver boven het landelijk gemiddelde ligt; - erop gerekend mag worden dat de regering in dezen haar verplichtingen en afspraken zal nakomen; dringt er bij de regering op aan Leeuwarden aan te wijzen als vestigings plaats van de te stichten Postbank en draagt het college van b. en w. op de inhoud van deze motie ter kennis van de regering te brengen." De motie is mede-ondertekend door de heer Van der Wal. Ik weet echter niet of de heer Van der Wal de motie ook ondersteunt. (De heer Van der Wal: Ik heb de motie pro forma ondertekend; de inhoud van de motie kende ik tot dit moment nauwelijks.) (De Voorzitter: Dat is een nieuwe politieke beleidslijn!) (Gelach) De verslechtering van de werkgelegenheid is onrustbarend. Bedrijfssluitingen zijn aan de orde van de dag. Vele mensen staan op straat, waaronder veel jonge mensen. De inkomstenontwikkeling stagneert met alle gevolgen van dien. Ook in de welzijnssector grijpt de crisis om zich heen. Werkers in deze sector staan meer dan ooit bloot aan kritiek. Ondanks een toename van mensen en middelen in deze sector wordt het welzijn van de mensen betwijfeld. In onze maatschappij nemen immers de gevoelens van onzekerheid, doelloosheid en zinloosheid toe en de stijging van het aantal zelfdodingen is een ang stig teken aan de wand. Het is de politiek die op deze crisis een antwoord moet zien te vinden. Er wor den pogingen ondernomen om de problematiek aan de orde te stellen. Het is in dit verband verheugend te constateren dat ook de PvdA bereid is de huidige verzorgingsstaat aan een kritisch onderzoek te on derwerpen. De bijdrage die de fractievoorzitter van de PvdA in de Tweede Kamer, Wim Meijer, bi de algemene beschouwingen aan deze problematiek heeft gewijd, heeft onze grote waardering. Voor ons is het duidelijk dat er een nieuw evenwicht gezocht moet worden tussen het economische en het sociale, tussen de collectieve sector en de marktsector. Een fundamentele herbezinning op de plaats van de overheid in onze samenleving moet plaatsvinden. Dit geldt niet alleen voor de rijksover heid, maar ook voor lagere overheden. Ook de gemeentelijke overheid moet zich bezinnen op haar taak en plaats. Alleen op die manier kan er volgens D'66 een blijvende oplossing worden gevonden voor met name de grote financiële problemen waar wij in de gemeente Leeuwarden mee te maken hebben. Het wetenschappelijk onderzoek dat op dit terrein de laatste tijd heeft plaats gevonden - genoemd kan wor den de studie van Prof. Boorsma "De sanering van de collectieve sector" - geeft twee criteria waarop de plaats en de taak van de gemeente zouden moeten worden bekeken. In de eerste plaats de taakverdeling tussen de gemeentelijke overheid en de particuliere sector. De mogelijkheden daartoe - het afstoten dan wel uitbesteden van huidige gemeentelijke activiteiten - worden aangeduid met de term privatisering. Voor ons is dit een eerste mogelijkheid die voor een structurele oplossing van de financiële problemen van de gemeente moet zorgen. In de tweede plaats het vragen van een prijs of een hogere prijs van de burger die het genot heeft van overheidsvoorzieningen. Met andere woorden, het toepassen van het pro- 27 ijtbeginsel op die plaatsen waar dat mogelijk en gewenst c.q. verantwoord is. Voor ons is dit de tweede mogelijkheid die voor een structurele oplossing van de financiële problemen moet zorgen. Met name voor de PvdA lijkt het profijtbeginsel in de taboe-sfeer te zitten. Dat vinden wij jammer, en meer genuanceerde benadering zouden wij willen bepleiten. Het is ons inziens niet zo dat profijt— jeginsel een oplossing zou zijn van rechts. Wij pleiten ook niet voor toepassing van het profijtbeginsel Mar dat maar enigszins mogelijk is.' Wij bepleiten wel een onderzoek naar de mogelijkheden op dit junt voor de gemeente Leeuwarden, met daaraan gekoppeld het aangeven van de mogelijke gevolgen voorde burgers die het raakt. Per toepassingsmogelijkheid zou moeten worden aangegeven welke groe pen burgers er bij betrokken zijn en wat de effecten zijn op de inkomensverdeling. De toepassing van iet profijtbeginsel is per definitie niet denivellerend! Om een voorbeeld te geven: onderzoek van het Sociaal-cultureel Planbureau heeft uitgewezen dat de subsidies in de culturele sector voor een groot deel ten goede komen aan de hogere inkomens. Denk voor Leeuwarden hierbij aan de indirecte subsidië ring van de toegangsprijzen van het Frysk Orkest. Toepassing van het profijtbeginsel op dit concrete punt is dus nivellerend voor wat het effect op de inkomensverdeling betreft. Onderzoek naar de moge lijkheden voor toepassing van privatisering en het profijtbeginsel is voor D'66 een eerste stap naar het bereiken van structurele oplossingen voor de financiële problemen van onze gemeente. Wij willen hier over dan ook de volgende motie aan de raad voorleggen. "De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 14 decem ber 1981besluit: gelet op de omvang en het structurele karakter van de financiële problema tiek van de gemeente Leeuwarden, overwegende dat met een verdere verslechtering in de nabije toekomst ern stig rekening moet worden gehouden, spreekt als haar mening uit dat op middellange termijn een structureel ge zonde financiële situatie moet worden bereikt, geeft daartoe het college de opdracht te onderzoeken welke mogelijkheden er zijn voor het afstoten dan wel uitbesteden van de gemeentelijke activi teiten, de zogenaamde privatisering, en welke mogelijkheden er zijn voor het vragen van een prijs c.q. een hogere prijs van de burger die het genot heeft van een overheidsvoorziening, het zogenaamde profijtbeginsel. Daar bij dient per toepassingsmogelijkheid aangegeven te worden welke groepe ring hierbij de gevolgen ondervindt en wat de verwachte gevolgen zullen zijn met name voor de werkgelegenheid en de inkomensverdeling." Deze motie is mede-ondertekend door de heer Van der Wal. De heer Van der Wal ondersteunt de motie echter niet. De heer Bijkersma heeft in zijn betoog privatisering en profijtbeginsel bepleit. Ik begrijp daarom niet goed waarom hij de motie niet mee wil ondertekenen. (De heer Bijkersma: Wij zijn conse quent, mevrouw De Jong!) (De Voorzitter: De discussie hierover komt morgen wel. U moet zich nu niet al beginnen op te winden!) Naast deze zojuist gegeven aanpak willen wij pleiten voor een beleid van permanente herwaarde ring van de bestaande activiteiten van de gemeente. Een beleid waarin voortdurend een politieke her waardering plaatsvindt van de bestaande uitgaven van de gemeente. De herwaardering zoals zij nu wordt aangepakt heeft voor ons teveel een ad hoe karakter om het beleidsplan sluitend te krijgen. Wij vinden juist een permanente herwaardering zeer wezenlijk. Door veranderende omstandigheden en op vattingen dient een voortdurend proces van herijking van de bestaande uitgaven c.q. activiteiten plaats te vinden. Wij dienen dan ook een motie van deze strekking hierbij in. De motie luidt als volgt. "De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 14 decem ber 1981besluit: dat een voortdurende politieke herwaardering van de bestaande uitgaven c.q. activiteiten dient plaats te vinden door middel van een permanent her waarderingssysteem. De resultaten hiervan zullen jaarlijks bij de bespreking van het beleidsplan aan de orde moeten komen." De motie is mede-ondertekend door de heer Pruiksma. Deze fundamentele en ook principiële aanpak van de enorme financiële problemen van de gemeente Leeuwarden is volgens D'66 de enig juiste aanpak om te komen tot een blijvende gezonde situatie. Wij Zlln er van overtuigd dat, wanneer de raad deze aanpak zou willen overnemen, niet hoeft te worden overgegaan tot een verdere verhoging van de gemeentelijke belastingen. Deze opstelling betekent dan ook dat wij het door het college voorgestelde onderzoek naar verdere verhoging van de gemeentelijke

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1981 | | pagina 14