16
Punt 14 (bijlage nr. 441).
De Voorzitter: Aan de orde is thans: Tarieven 1983 voor het gebruik van gemeentelijke sport- en
recreatievoorzieningen
Mevrouw Van der WerfMijn fractie heeft bij de herwaardering tegen de extra verhoging van de ta
rieven voor schoolzwemmen en particuliere zwemlessen gestemd. Wij willen dus ook nu tegen dit onder
deel stemmen
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met aantekening dat de PAL-frac-
tie wenst te worden geacht te hebben gestemd tegen de extra verhoging van de tarieven voor schooj-
zwemmen en particuliere zwemlessen.
Punt 15 (bijlage nr. 431)
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w.
De heer Pruiksma heeft inmiddels de vergadering verlaten.
Punt 16 (bijlage nr. 438).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Het voeren van verweer in het door de heer L. Smit tegen de ge
meente bij de Arrondissementsrechtbank aangespannen geding. Dit punt is van de agenda afgevoerd want
een en ander is nog in behandeling en komt later weer aan de orde.
De heer Pruiksma is inmiddels weer ter vergadering gekomen.
Punt 17 (bijlage nr. 444).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Subsidieverzoek van de Vereniging Justitieel Klachtenbureau Fries
land
Mevrouw Vlietstra: Mijn fractie is het niet eens met het voorstel van b. en w. Voorgesteld wordt
namelijk om het subsidieverzoek van de Vereniging Justitieel Klachtenbureau Friesland af te wijzen.
Naar onze mening heeft het Justitieel Klachtenbureau de afgelopen vijf jaar zijn bestaansrecht bewezen
en wij vinden het daarom terecht dat een verzoek om subsidie wordt bekeken los van het standpunt dat
in 1977 ingenomen is. In 1977 is uitdrukkelijk gesteld dat een eenmalige subsidie zou worden verstrekt.
Met dat standpunt zijn wij het op dit moment niet meer eens. De Vereniging Justitieel Klachtenbureau
Friesland verwerkt jaarlijks 50 tot l 00 klachten en bereikt daarbij met name die groepen, die door an
dere instellingen niet worden bereikt, zoals werkloze mensen, jongeren en buitenlanders. Dit zijn vol
gens ons kwetsbare groepen, die onder andere in ons verkiezingsprogramma een hoge prioriteit krijgen.
Wat ons betreft moet de aandacht vooral gericht worden op het in de raadsbrief genoemde derde
punt, waarin staat dat het hier gaat om een vorm van hulpverlening die niet specifiek op Leeuwarden
betrekking heeft, doch op de gehele provincie. Uit informatie van het Justitieel Klachtenbureau blijkt
ook, dat slechts ongeveer een kwart van de klagers afkomstig is uit Leeuwarden. Subsidiëring door de
provincie zou dus voor de hand liggen, wat op dit moment evenwel niet gebeurt. Als ook de gemeente
Leeuwarden geen subsidie wil geven, dan betekent dat, dat de Vereniging Justitieel Klachtenbureau
Friesland tussen wal en schip dreigt te raken. De plannen die het Justitieel Klachtenbureau heeft zal
men dan ook niet waar kunnen maken. Wij willen daarom niet zover gaan om nu het subsidieverzoek al
af te wijzen. Wij willen het voorstel doen om pas een definitieve uitspraak te doen over het subsidie
verzoek op het moment dat er meer duidelijkheid bestaat over de invulling van nieuw beleid. In de tus
sentijd moet er bij de provincie op worden aangedrongen om de subsidiëring op zich te nemen. Tegelij
kertijd zou door het Justitieel Klachtenbureau een meer gedetailleerde begroting overgelegd moeten
worden. Ik zou graag van het college willen horen of het met ons voorstel kan instemmen.
Mevrouw Van der Werf: In de raadsbrief worden vier redenen genoemd om afwijzend te beschikken
op het subsidieverzoek van de Vereniging Justitieel Klachtenbureau Friesland. Wat betreft de eerste re
den kan ik mij aansluiten bij de bezwaren zoals die door mevrouw Vlietstra zijn genoemd.
De tweede reden gaat over het feit dat het hier een aangelegenheid van vrijwillige hulpverlening
17
betreft naast bestaande en reeds door de overheid gesubsidieerde en gefinancierde mogelijkheden van
rechtsbijstand en klachtenregelingen. Deze reden zou ik willen bestrijden, want het Justitieel Klach
tenbureau geeft geen rechtsbijstand. Deze vergelijking gaat als argument dus niet op. Het Justitieel
Klachtenbureau stelt zich ten doel om mensen bij te staan en te adviseren in hun klachten over politie
en justitie. Bovendien heeft het Justitieel Klachtenbureau ook nog een duidelijk signalerende functie,
wat volgens mij niet direct gezegd kan worden van de overige klachtenregelingen. Ik vraag mij overi
gens wel af wat dan die overige klachtenregelingen zijn. Bijvoorbeeld de Nationale Ombudsman? Het
za! wel duidelijk zijn dat dat instituut voorlopig maar voor een heel kleine groep toegankelijk is. Het
gaat hier bovendien ook om een voorlichtingsproject om die groepen in de Friese samenleving, die een
grotere kans lopen om met politie en justitie in aanraking te komen, te informeren over hun rechten en
plichten in strafprocedures. Men zou mij toch eens moeten vertellen welke van de huidige gesubsidieer
de instellingen deze taak vervullen.
Ik kan mij aansluiten bij de suggestie die mevrouw Vlietstra gedaan heeft. Het is goed dat wij het
subsidieverzoek nu niet direct afwijzen, maar dat wij eerst eens met de provincie gaan onderhandelen
om te kijken of er een mogelijkheid is dat de provincie de subsidiëring overneemt of dat wij tot een be
paalde verdeelsleutel kunnen komen.
Wat betreft het argument van het nieuw beleid klopt het dat wij daar heel voorzichtig in moeten
zijn. Aan de andere kant denk ik dat het hier juist gaat om een project dat zich richt op de groep die
het college altijd zo hoog in het vaandel voert, namelijk de zwakkeren in de samenleving. Ik noem dan
met name de werkloze jongeren, de niet of laag geschoolde jongeren en de leden van culturele minder
heidsgroepen
De heer Bijkersma: Mijn fractie kan zich verenigen met het voorstel zoals dat voor ons ligt. De re
denen voor afwijzing van het subsidieverzoek van de Vereniging Justitieel Klachtenbureau Friesland
zijn ons volledig duidelijk. Wij hebben in 1977 uitdrukkelijk gezegd dat er een eenmalige subsidie zou
worden toegekend, hetgeen degenen die de subsidie hebben ontvangen wel weten. Bovendien is weder
om bewezen dat het hier om een zaak gaat die geheel of althans voor 75% op het terrein van de provin
cie gt. Wij hebben er dan ook helemaal geen behoefte aan om deze subsidie voort te zetten en wij
stelien voor het voorstel nu in stemming te brengen.
De Voorzitter: Mevrouw Vlietstra heeft het punt aangesneden wie er moet subsidiëren. Wij zijn van
mening dat hier zeer duidelijk sprake is van een instantie die echt niet alleen voor Leeuwarden werkt
maar, dat is ook gebleken uit informatie waarover wij beschikken, deze hulpverlening uitoefent met be
trekking tot personen uit de hele provincie. In het verleden is in het regelmatig overleg, dat met de
provincie plaatsvindt over subsidiëring, afgesproken dat wij in zijn algemeenheid zouden stoppen met
ged side subsidies en dat organisaties die provinciaal werken ten principale door de provincie zouden
worden gesubsidieerd en dat organisaties die uitsluitend of overwegend in of ten behoeve van een be-
paaHe gemeente werken door de lokale overheid zouden worden gesubsidieerd. Slechts bij uitzondering
zou een gedeelde subsidie moeten plaatshebben. Het Justitieel Klachtenbureau heeft zich tot de provin
cie gewend en de provincie heeft het subsidieverzoek afgewezen. Ik vind dat het Justitieel Klachtenbu
reau zich opnieuw moet wenden tot het provinciaal bestuur en de afwijzing met argumenten moet be
strijden. Men moet zich dus niet, wanneer de provincie geen subsidie geeft, tot de gemeentelijke over
heid wenden. Ik vind het primair de taak van het Justitieel Klachtenbureau zelf om zich met argumen
ten te wenden tot de provincie, voorzover het de derde afwijzende reden betreft zoals die in het raads
voorstel staat.
Mevrouw Vlietstra en mevrouw Van der Werf hebben ook voorgesteld om het subsidieverzoek straks
te bekijken bij de invulling van nieuw beleid. Gezien de argumenten die in de raadsbrief zijn genoemd,
lijkt net mij niet waarschijnlijk dat het college deze aanvraag zal opvoeren op de urgentielijst. Niets
belet de raad echter om een en ander straks af te wegen bij de voorstellen waar wij mee komen en de
aanvraag wel op te nemen. De discussie dienaangaande kunnen wij nu uitstellen, want de raad kan
straks zelf met voorstellen komen als wij het nieuwe beleid invullen. Een meerderheid van de raad zou
aan het subsidieverzoek dan een zodanige urgentie kunnen toekennen en het Justitieel Klachtenbureau
wei voor subsidie in aanmerking te laten komen. Wij zijn van mening dat het subsidieverzoek op dit
ogenblik afgewezen moet worden. Of subsidiëring volgend jaar al of niet wordt meegenomen blijkt in
maart/april en zal afhankelijk worden gesteld van de discussies die eventueel hierover in de raad wor
den gevoerd.
;an kom ik bij de tweede reden waarom het subsidieverzoek is afgewezen en waarop mevrouw Van
der Werf nogal d iep is ingegaan. Het gaat hier om vrijwillige hulpverlening door mensen die zich hier
voor beschikbaar stellen. Men heeft tot dusverre huisvesting gevonden bij een andere organisatie. Wij