6
ringden, ben ik dankbaar voor de steun welke ik van hen mocht ondervinden. Ik ben mij er van bewust
dat ik voor hen niet altijd de gemakkelijkste ben geweest. Van sommigen heb ik ontzettend veel ge
vraagd. Niettegenstaande dat heb ik het gevoel dat mijn verhouding met dienst- en secretariehoofden
vrijwel steeds een heel goede is geweest. Ik vlei mij in ieder geval met de hoop dat zij dezelfde con
clusie kunnen trekken.
Leden van de raad, u wil ik dankzeggen voor het vertrouwen dat u mij hebt gegeven en de wijze
waarop u mij al die jaren bent tegemoet getreden. Ik hoop dat u dat ook zult willen doen tegenover
mijn opvolger, waarvan u nog steeds niet weet wie dat wordt.
Ik ben blij dat mijn vrouw en mijn kinderen hier aanwezig zijn. Ik vermoed dat zij wel eens wat
minder content zijn geweest over de tijd en de zorg die ik aan hen heb besteed. Maar zij hebben mij
altijd gesteund, niettegenstaande het feit dat mijn afweging in het verdelen van mijn aandacht voor hen
en voor mijn werk niet vaak in hun voordeel zal zijn uitgevallen.
Ik wil graag eindigen met de woorden waarmee ik ook mijn installatie-rede op 16 maart 1967 heb
besloten:
"Myn frou en ik binne tige bliid dat wy wer weromkomme nei de haadstêd fan it Heitelan en dat
noch wol yn dit sa earfolle amt. Wy sille us jaan mei alles hwat yn us is yn it belang fan Ljouwert en de
ynwenners fan dizze gemeente. Wy hoopje dat hja us harren fertrouwen jaan wolle en dêryn nea en te
ninten teloarsteld wurde sille."
Mei ik dit der no oan laheakje. Beide hawwe wy dien wat wy tasein hawwe; myn frou mear as ik op
'e eftergrun, mar eltsenien dy't har kin, wit dat ik it sunder har net sa dwaan kinnen hie. It fertrouwen,
dêr't wy om frege hawwe, hawwe wy krigen. Wy sprekke beide de hoop Ot dat wy net teloarsteld haw
we. Tankjewol. (Applaus)
Mevrouw Brandenburg— Sjoerdsma: Burgemeester, aan mij is het vandaag u bij uw afscheid als burge
meester van onze gemeente namens de raad enige dingen te zeggen. U hebt zojuist uw eigen visie gege
ven op het werk dat u gedurende zestien jaar in dienst van deze gemeente hebt verricht en u hebt uw
zorg uitgesproken over de ontwikkelingen in de samenleving. U bent ook enige tijd geleden geïnter
viewd door de Leeuwarder Courant en mensen die u kennen of hebben ontmoet hebben hun mening gege
ven in Aan de Grote Klok. Veel dingen zijn dus al gezegd.
Maar hoe heeft de raad al die jaren tegen u en de manier waarop u uw werk deed aangekeken.
Toen u hier kwam in 1967 was u wat het besturen van een gemeente betreft een onbeschreven blad.
Wethouders uit die tijd hebben mij verteld dat u in zeer korte tijd uw kennisachterstand wist weg te
werken. Wat trof u aan en hoe dacht men toen? Het was de tijd waarin veel in de maatschappij veran
derde. De roerige jaren zestig, die in Leeuwarden nog vrij rustig verliepen. Het was de tijd dat men
nog dacht in grote lijnen en ook in een grote schaal. Men zag de grote verkeersproblemen op zich af
komen. Men verwachtte nog een enorme groei van de bevolking en overal zijn in die tijd doorbraken en
dempingen gepleegd. Ook Leeuwarden is niet helemaal ongeschonden uit die periode gekomen. Soms is
het goed dat de democratie langzaam werkt, anders waren in die tijd zelfs Amsterdamse grachten ge
sneuveld voor parkeervoorzieningen. In de Leeuwarder Courant stonden toen foto-montages van de
Voorstreek en de Kelders met asfaltbanen waar nu water is. Die tijd was het.
In 1966 was er een wetswijziging geweest, die het mogelijk maakte commissies ex artikel 61 en 62
in te stellen. De voorbereiding van dat hele stelsel in de jaren 1967 tot 1970 is in hoofdzaak door u ge
troffen en de raad, die in 1970 aantrad - en daar zaten nogal wat nieuwkomers in -, kwam wat dat be
treft in een opgemaakt bed terecht. De instelling van deze commissies en functionele raden had niet al
leen invloed op het werk en de betrokkenheid van de raadsleden, maar maakte het ook mogelijk de bur
gers meer bij het beleid te betrekken. Zij hadden namelijk zitting in de functionele raden uit hoofde
meestal van de daar gewenste deskundigheid. Burgers gingen gebruik maken van de mogelijkheid hun
mening naar voren te brengen in de openbare commissievergaderingen. Nog weer later werden raadsle
den er voorzitter en de wethouder de luisterende en antwoordende deskundige.
In 1969 was ook een ander Reglement van orde van kracht geworden, waardoor ook de behandeling
van de begroting en later het beleidsplan op een andere manier geschiedde, namelijk door het in eerste
instantie indienen van schriftelijke vragen en de behandeling daarna in de afdeling. Op die afdelings
vergaderingen ligt het initiatief tot het claimen van punten bij de raad. Een eigenaardig trekje van u
was dat u dat claimen niet zat toe te juichen. "Formuleert u nu eens precies wat u eigenlijk wilt", zulk
soort opmerkingen maakte u. U kon zich natuurlijk niet voorstellen dat wij nog iets konden bedenken
dat niet al lang door het college was voorzien.
U bent in de tijd dat u hier burgemeester bent geweest tweemaal geconfronteerd met een moeilijke
financiële positie, namelijk nu en in 1973. Tegen het eind van de jaren zestig werd het steeds moeilij
ker de begroting sluitend te maken. In 1973 werd Leeuwarden een zogenaamde artikel 12-gemeente.
7
Wij waren na drie jaar alweer uit de put. Dat kwam door eigen inspanning, maar ook omdat toen onder
staatssecretaris Polak, nu nog burgemeester van Amsterdam, een grote verbetering tot stand kwam in de
financiële verhouding tussen rijk en gemeenten. Op de een of andere manier hielden wij aan die artikel
12-situatie ook nog wat over, namelijk het nieuwe gebouw van de Sociale Dienst aan het Vliet. Na die
periode is ook het beleidsplan voor de periode van vijf jaar geïntroduceerd, waardoor een beter inzicht
over een langere termijn mogelijk werd.
In het begin van de jaren zeventig was er ook steeds de discussie of het bestuurlijk centrum hier aan
het Hofplein moest blijven. Wij barstten uit de jas. Ik herinner mij dat wethouder De Jong er voorstan
der van was dat een nieuw stadskantoor zou worden gebouwd naast het Rengerspark. Wij zijn hier geble
ven, ook omdat het mogelijk werd het Hof aan te kopen voor een prikje. Het opknappen was duur, maar
het was een goede beslissing.
De dingen, die ik tot nu toe genoemd heb, hebben allemaal te maken met de manier waarop het
bestuur van de gemeente kan worden ingericht.
Ook tussen gemeenten onderling is veel veranderd. Enige jaren heeft in de lucht gehangen de vier
de bestuurslaag, in de vorm van gewesten. U hebt geijverd voor het van de grond komen van het ver
lengd lokaal bestuur in de vorm van de Regio Leeuwarden, later de Regio Friesland-Noord. Wij kenden
in de regio eikaars problemen slecht, er was veel argwaan tegen de stad. U hebt er aan mee gewerkt
begrip te krijgen voor de problemen van onze gemeente en de anderen duidelijk kunnen maken dat als
het hier regent het in ieder geval bij hen drupt. Maar we moesten wel ver gaan. In verhouding hebben
wij maar een gering aantal zetels en over de verdeling van de kosten zullen wij het maar niet hebben.
Er is in de afgelopen zestien jaar ook ontzettend veel gebeurd dat niet binnen uw eigen portefeuille
lag. Het structuurplan voor de binnenstad luidde een totaal andere benadering in van de bestaande stad.
Ik heb in die tijd de indruk gehad dat u over die materie niet zo'n uitgesproken eigen mening had. U
houdt van snel, opschieten, beslissen en die binnenstad was priegelwerk met standaarddoelen en richt-
doelen, steegjes, straatjes, beeldbepalende panden en monumenten. U zei eens tijdens een van de vele
vergaderingen die over dit onderwerp gingen dat u die dag voor het eerst te voet van het stadhuis naar
het waterleidinggebouw was gegaan, voor het eerst door de Weerd gelopen. Ik was perplex! Ik dacht:
Hij weet niet eens waarover wij het hebben als wij praten over de Oude Doelesteeg, de Nieuwesteeg of
de Bagijnestraat. Het zal in de loop van die maanden wel veranderd zijn, in ieder geval hield de raad
vol en u stemde niet mee. Daarna en daarnaast was er het verkeersstructuurplan met als hoofddoel het
verkeersluw maken van de binnenstad. De bouw van de nieuwe wijken Aldlan-Oost en -West, Westein
de, Nijlan en Camminghaburen en de voorbereidingen voor Wiardaburen. U hebt meegewerkt aan de
oprichting van de Stichting Stadsherstel. Wij planden de 100-miljoenoperatie voor de stadsvernieuwing
en later werden wij ISR-gemeente.
Er gebeurde van alles op het terrein van het welzijn. De decentralisatie van het welzijn kreeg ge
stalte. Er werd een vijftal werkverbanden ingesteld om het sociaal-cultureel plan voor te bereiden. On
ze grote culturele accommodaties werden verbeterd: de Harmonie en Zalen Schaaf met de voormalige
Synagoge. Ook de Oldehove en de Grote Kerk werden in deze jaren gerestaureerd.
De sportvelden en de sportaccommodaties werden van de grond getild. Het Groene Ster-plan werd
in fasen uitgevoerd en is nu voor veel Leeuwarders niet meer weg te denken. Recreatie dicht bij huis.
Ik wil niet onvermeld laten uw persoonlijke invloed bij het tot stand komen van een gezamenlijk
plaatsingsbeleid voor de bejaardenoorden. U hebt alle besturen om de tafel gekregen en ver voor de
landelijke regeling kwam hadden wij hier al een indicatiecommissie waardoor de verantwoordelijkheid
voor de opvang van de hulpbehoevende oudere mens gezamenlijk door alle instellingen werd aanvaard.
Dat brengt mij dan bij het gemeentelijk ziekenhuis, verpleeghuis en verzorgingshuis, die alle drie
in uw jaren zijn gebouwd. Meer dan tien jaar is er gesproken over samenwerking met de andere zieken
huizen. Meerdere malen zat dat in het slop. U vond steeds weer een voorzitter die de trein op gang wist
te brengen. Het eindresultaat is er, het Medisch Centrum Leeuwarden.
Dit is natuurlijk niet allemaal uw werk geweest. Er waren ook nog altijd vier of vijf wethouders. U
was de motor in het college, maar al die wethouders kunnen en konden een verhaal vertellen over hoe
ze een van uw aanvallen op hun portefeuille hebben afgeslagen. Er ontging u niets en u was er van
overtuigd dat de kans iets voor Leeuwarden in de wacht te slepen groter werd als u er zelf bij was.
Dat werk, iets voor Leeuwarden in de wacht slepen, had het meest uw hart, u vond het spannend.
Hoe dat in zijn werk ging met het girokantoor heeft u allen in de krant kunnen lezen. Daarbij kwam nog
dat het gebouw waarin de giro nu zit, de grote paddestoel, in aanbouw was voor de Sociale Dienst. Er
kwam een voorstel in de raad het voor de giro te bestemmen. Dat was slagvaardig beleid, dan was u in
uw element. Nog steeds speelt de spreiding rijksdiensten. Of er nog wat van op de hispel komt is af
wachten. Aan u heeft het in ieder geval niet gelegen.
U hebt geijverd voor de aanleg van wegen rondom Leeuwarden: De Vondelingweg en de zuidtan-