16
Ik zou dit echter maar niet te veel zeggen, want wie weet worden er dan kunstmatige hopen zand ge
stort.
De heer Buurman heeft de achtergrond van zijn combinatie verwoord. Ik vind het belangrijk dat er
in de Nederlandse verhoudingen ruimte is - ik heb dat ook in mijn installatierede getracht te verwoor
den - om zowel vanuit diep doorleefde levens- als wereldbeschouwingen deel te nemen aan de publieke
zaak. Het is niet zelden zo dat de inzet en de ijver van heel kleine fracties relatief groot zijn. Ik moet
erbij zeggen dat het beslag dat op die kleine fracties wordt gelegd en de werkdruk die hen achtervolgt
evenzeer relatief groot zijn. Ik heb over het algemeen veel bewondering voor de wijze waarop een-
mans- en tweemansfracties in staat zijn om het hele gebeuren, dat niet gering is en waarbij in de laatste
tien jaar zoveel tijdsbeslag is gekomen, waar te maken. Ik heb ook al geconstateerd dat in deze raad
geen verhoudingen bestaan van haat en nijd en dat men op een goede en pittige manier elkaar politiek
te lijf gaat. Dat moet ook, daarvoor is men ook lid van de gemeenteraad. Het is goed dat de veelheid
van opinies in politieke zin zo goed mogelijk tot uitdrukking komt, maar dat dat niet van invloed is op
persoonlijke verhoudingen. Ik denk dat dat een goed klimaat is om met elkaar optimaal het gebeuren in
een stad leiding te geven.
De gemeentesecretaris heeft mij namens het gemeentelijke apparaat toegesproken. Hij heeft terecht
geconstateerd dat ik zelf uit de administratie voortkom. Uit eigen waarneming in mijn jonge en zeer
kritische jaren weet ik mij nog te herinneren hoe ik toen weieens tegen het bestuur aankeek. De betrek
kelijkheid daarvan, na bestuurder te zijn geworden, heb ik leren inzien. Ik heb het geluk gehad dat ik
in de negen jaar, die ik op een secretarie in kleine gemeenten heb gewerkt, vrijwel alle afdelingen heb
gezien, inclusief die afdelingen die nu diensten zouden zijn. Het voordeel daarvan is dat je geen actu
ele kennis met je meedraagt; dat is maar goed ook. Je hebt echter wel een idee van wat er omgaat en
in welke sfeer gewerkt wordt. Het is goed dat dat niet gepaard gaat met een grote mate van deskundig
heid op enig terrein, want daarmee zou je alleen maar spanningen teweeg roepen met je apparaat. De
deskundigheid zit in het apparaat en het is goed om je daarvan bewust te zijn en daarvan op de juiste
wijze gebruik te maken. Ik hecht er aan te zeggen dat ik mij verheug op goede persoonlijke relaties, in
het bijzonder met de secretaris. Mijns inziens is dat de basis voor een goede relatie met het ambtelijk
apparaat. Er zullen moeilijke tijden komen. Wij moeten proberen om daar waar wij pretenties hebben op
het gebied van de werkgelegenheid naar buiten toe attent te zijn op de werkgelegenheid die wij als
overheid tot stand hebben gebracht in de afgelopen jaren. Het is een goed uitgangspunt te proberen de
gedwongen ontslagen zoveel mogelijk buiten de deur te houden. Er zullen echter moeilijke tijden komen
doordat er, als gevolg van de hele ontwikkeling die zich op het ogenblik aan ons voltrekt, een span
ningsveld kan ontstaan tussen het werkaanbod en het pakket aan formatieplaatsen. Wij moeten mijns in
ziens proberen de belangen van de mensen die aan onze zorgen als werkgever zijn toevertrouwd zo
zorgvuldig mogelijk te behartigen.
Voor de steun die de secretaris mij namens het apparaat heeft toegezegd ben ik hem zeer erkente
lijk. Ik onderken dat ik het zonder die steun volstrekt niet zal kunnen doen.
Dames en heren, ik meen hiermee te mogen volstaan. Ik wil graag herhalen dat ik de diverse pro
gramma's nog eens zal doorlezen en zal kijken hoe ik dan, al werkende, grip op de zaak kan krijgen.
Wat mij betreft: Aan het werk. (Applaus)
De Voorzitter sluit, om 12.00 uur, het formele gedeelte van deze buitengewone raadsvergadering.
De heer De Vries (weth.): Het formele gedeelte van deze raadsvergadering is hiermee afgesloten.
Op mij rust de aangename taak nog even via de publieke tribune met u allen te communiceren. Het ge
meentebestuur van Leeuwarden is de genodigden bijzonder dankbaar voor hun aanwezigheid hier van
morgen. De grote schare uit Schiedam is een bevestiging, burgemeester, dat ze u niet zonder meer heb
ben laten gaan. Aan mijn rechterzijde zit een zeer geselecteerd gezelschap uit alle mogelijke maat
schappelijke organen binnen onze gemeente. Op de lijst van sprekers staan nog twee mensen die wij
graag de gelegenheid geven nog iets te zeggen. In de eerste plaats is dat burgemeester Hartkamp van
Franekeradeel, die hier het woord voert als waarnemend voorzitter van de Vereniging van Friese Ge
meenten, als vice-voorzitter van de Regio Friesland-Noord en als lid van de burgemeesterskring.
De heer Hartkamp: Mijnheer de Vries, mijnheer en mevrouw Te Loo, ik aanvaard graag de mij
hierbij toegestoken microfoon om enige warme woorden toe te roepen aan het echtpaar Te Loo. Ik denk
dat ik die warme woorden kan toespreken namens de rest van Friesland, althans tot ik daarin word te
gengesproken. Ik doe het in ieder geval formeel namens de overige Friese gemeenten, zoals die zijn
verenigd in de Vereniging van Friese Gemeenten, in het algemeen, namens de Regio Friesland-Noord in
het bijzonder en namens de burgemeesterskring in de particuliere sfeer. Er wordt zo hier en daar in Ne
17
derland - in Friesland, maar vooral in overig Nederland - wel eens wat somber en gekweld gedaan als
het om Friesland gaat. Ook Friezen zelf kunnen redelijk "larmoyant" spreken over hun provincie. Daar
voor is natuurlijk geen enkele reden. Het omgekeerde is eerder het geval en u, mijnheer Te Loo, hebt
dat kennelijk ook door gehad blijkens uw pogingen u weer in deze streken te vestigen. Het is als met
vis: je boft als je van Friesland houdt. Dat geldt in ieder geval ook voor ons als bestuurders, speciaal
op ons eigen terrein. Terwijl half Nederland kreunt omdat het nog heringedeeld moet worden, hebben
wij dat in Friesland al achter de rug en zijn er hier binnenkort eigenlijk geen kleine gemeenten meer.
Terwijl half Nederland zich afvraagt hoe het nu verder moet, na alle avonturen met "doe-provincies"
met 40 of 24 gewesten, met 11, 13, 15, 16 of 17 provincies, en hoe men elkaar, na de overigens ver
standige uitspraken van de minister van Binnenlandse Zaken, moet vinden in samenwerkingsorganen tus
sen gemeenten, is in Friesland die vrijheid al enige jaren geleden genomen en ligt hier een patroon
klaar van samenwerkende gemeenten. Een en ander is in een goede relatie tussen de gemeenten, zoals
die in de Vereniging van Friese Gemeenten samenwerken, en de provincie tot stand gekomen, hetgeen
mijns inziens een goede zaak is. Het mag best eens gezegd worden dat wij, met al dat "larmoyante" ge
praat over Friesland, op dat punt bepaald een voorsprong hebben op overig Nederland. Men kan zich
afvragen wat er van het Integraal Structuurplan Noorden des lands is terecht gekomen. Ik denk dat er
van dat plan in dit deel van het land al heel veel is verricht. De thans gekozen burgemeester van Leeu
warden kan in dat geheel een belangrijke rol spelen; dat is wel door zijn voorganger bewezen. Een en
ander heeft niet alleen te maken met zijn positie als burgemeester van Leeuwarden, hoewel dat natuur
lijk een belangrijk functioneel element is. Leeuwarden ligt, althans sociaal en economisch gezien,
midden in Friesland; de provincie is moeilijk denkbaar zonder deze stad. Vele apparaten, zowel van de
Vereniging van Friese Gemeenten als van de Regio Friesland-Noord, zijn opgehangen - "aangeklauwd"
zou men misschien kunnen zeggen - aan het apparaat van de burgemeester van Leeuwarden en ook in dat
opzicht is de rol van de burgemeester van Leeuwarden van belang. Hij kan deze rol persoonlijk invullen
en hij kan daar meer van maken.
Als Vereniging van Friese Gemeenten willen wij u, mijnheer Te Loo, graag een stoel in het midden
van het dagelijks bestuur aanbieden en wij hopen dat u daarvan een nuttig, goed en creatief gebruik
maakt. Wij hebben daarin wel fiducie.
Ook de Regio Friesland-Noord zou u graag vanuit de rol als voorzitter van het college van b. en
w. van de grootste stad in deze regio - de enige die zich mogelijk zou kunnen redden zonder die regio,
maar dit terzijde - in haar activiteiten betrekken. Het is niet zo dat de burgemeester van Leeuwarden
automatisch voorzitter is van de Regio Friesland-Noord; voorzover u de pers hebt gevolgd zult u al wel
hebben gemerkt dat dat automatisme inderdaad niet werkt. Ik hecht er wel aan te zeggen dat er dezer
dagen een unaniem advies van het dagelijks bestuur van de Regio Friesland-Noord is uitgegaan, hetgeen
gebeurd is nadat wij een kennismakingsgesprek met u hadden gevoerd. In dat advies stellen wij de ge
meenten voor u te benoemen tot voorzitter van de Regio Friesland-Noord. Ook die stoel wordt dus voor
u opgewarmd.
Tenslotte wil ik u en uw vrouw, naast al die stoelen, vanuit de burgemeesterskring Friesland-Noord
nog een stuk collegialiteit en vriendschap aanbieden. In dat kader is het mogelijk eens uit te huilen of
te kankeren, elkaar op te voeden of te stimuleren, allemaal uiterst nuttige functies wanneer ze zich te
juister plaatse en met een geringe mate van openbaarheid afspelen. Ook die plek is u geboden.
Namens deze drie instellingen zou ik willen zeggen: Welkom in Friesland.
Persoonlijk wil ik daaraan nog toevoegen dat ik, wanneer u bedenkt dat ik de beginselen van het
CDA nastreef, ook in dat opzicht erg gelukkig ben met uw komst hier.
Na al deze woorden ben ik bang dat de ontroering u haast te machtig wordt en dat is ook de reden
dat ik met dit welkom graag mijn verhaal wil afsluiten. (Applaus)
De heer De Vries (weth.): Er is nog een spreker vanuit het Schiedamse en wel de heer Scheeres, lo
co-burgemeester van Schiedam.
De heer Scheeres: Mijnheer de voorzitter, dames en heren, drie dagen geleden hebben wij in de
gemeenteraad van Schiedam van de heer Te Loo afscheid mogen nemen, moeten nemen. Bij die gelegen
heid heb ik hem persoonlijk toegesproken, vandaag mag ik een gezelschap prominente Leeuwarders toe
spreken. Tot dat gezelschap zou ik willen zeggen: Wij gunnen u uw nieuwe burgemeester van harte,
maar wij hadden hem onszelf toch ook nog wel een tijdje gegund. De overheersende mening in Schiedam
is toch wel dat hij wat te kort in ons midden is geweest en dat het erg jammer is dat hij nu al weggaat.
Bij zo'n afscheid kom je snel in de verleiding om iemands heldendaden uit de afgelopen periode op
te sommen. Wanneer je echter, zoals nu, goed doorknede bestuurders toespreekt, moet je daarin toch
een beetje terughoudend zijn. Wij weten immers allemaal maar al te goed dat een bestuurder zijn taak