28 hebben zelfs een keer geleid tot de woede van de raad. Op dat moment hebben wij gezegd dat wij moe ten proberen om het een en ander wat meer te ordenen. De raad en de commissies moeten worden geïn formeerd over de panden die wij hebben en over het beleid dat wij ter zake gaan voeren. Of daarmee ook tegelijk gezegd is dat er verkocht moet worden vind ik een fase die later komt. Er zou een inventa risatie komen over: welke panden hebben wij in eigendom, wat is de reden van de eigendom, hoe behe ren wij de panden, welk beleid gaan wij de komende tijd ter zake voeren. Tot nu toe werden wij ad hoe met dit soort zaken geconfronteerd. Dat willen wij niet meer. Er moet een notitie komen over de ver houding tussen het Gemeentelijk Woningbedrijf en het Grondbedrijf en over het beheer van woningen. Dat is de eerste fase. Wij zitten te springen om deze notitie. Ik heb begrepen van de wethouder dat de notitie zeer binnenkort komt. De tweede fase gaat over de vraag of wij panden moeten verkopen, maar daarover is naar ons gevoel nog niet het laatste woord gezegd. De heer Miedema (weth.): Mevrouw Visscher was akkoord en de heer Niemeijer heeft een aanvul lend antwoord gegeven. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 27 (bijlage nr. 466). De Voorzitter: Dit punt luidt: Elektriciteitstarieven voor 1984. De heer Meijerhof: Onze fractie gaat akkoord met de tarieven voor de kleinverbruikers voor 1984. Consequentie daarvan is wel dat er een mindere opbrengst is van ongeveer twee ton. Te zamen met de beslissing die het college heeft genomen betreffende de tarieven voor de grootverbruikers, betekent dat dat wij hier ten opzichte van datgene wat in de begroting aan bedragen wordt genoemd een gat hebben van 559.000, Ik heb een vraag over datgene wat het college daarover op bladzijde twee van de raadsbrief vermeldt: "Er zal nog moeten worden onderzocht op welke wijze dit tekort zal worden ge dekt. Bij de behandeling van het voorstel over de minicontainers heb ik van de wethouder begrepen dat hij hecht aan een gedegen dekking. Ik kan mij voorstellen dat dat onderzoek enige tijd kost en dat de begrotingsbehandeling volgende week het aangewezen moment is om die dekking aan te geven. Na de zojuist aangehaalde zin uit de raadsbrief volgt een cryptische opmerking: "Zonodig zullen wij ons nog met een nader dekkingsvoorstel tot u wenden." De kans zit er dus in dat er geen dekkings- voorstel hoeft te komen. Waar denken b. en w. aan als zij het hebben over de invulling van het woord "zonodig"? Denkt het college dan bijvoorbeeld aan de inkoopkosten die door de loonkostendaling met 3% lager zullen zijn dan begroot was? Of is deze beslissing genomen op grond van het feit dat er een uniforme tarifering in de toekomst zal plaatsvinden? In bijlage I van de raadsbrief nr. 473 van 9 decem ber 1983 wordt in dit verband genoemd: "De verbetering winstpositie Electriciteitsbedrijf door vaststel len landelijk uniforme elektriciteitsproduktieprijs.Is dat misschien de reden? Ik zou graag nader ant woord op mijn vraag willen hebben. De heer Visser: Ik zou kunnen volstaan met het geven van een stemverklaring met betrekking tot dit voorstel en met het verwijzen naar wat het college heeft gesteld op pagina één van de raadsbrief: "Me de teneinde aansluiting te houden bij het tariefsniveau van de provincie, stellen wij u voor om voor 1984 de tarieven voor het kleinverbruik niet te verhogen." Onze fractie heeft zich altijd op het stand punt gesteld de provincie in haar tarievenbeleid te volgen, op grond van de overweging dat bij een af wijking daarvan de onderhandelingspositie in het kader van de inkoop van stroom er niet sterker op zou worden Ik zou ook nog een opmerking willen maken naar aanleiding van de gevolgen van dit voorstel. Wij staan daar wel achter, maar de gevolgen zijn echter wat de dekking betreft wel wat speculatief. Men kan hier verschillende kanten mee op; de heer Meijerhof heeft daar ook op gezinspeeld. De dekking is ook aan de orde geweest in de Commissie voor het Gemeentelijk Electriciteitsbedrijf. Gebleken is dat men toch wel gunstige resultaten verwacht van de arbitrage die loopt tussen de gemeente en de provin cie. Laten wij hopen dat de arbitrage gunstige resultaten oplevert, want in het andere geval zal er in het kader van de dekking toch iets anders moeten gebeuren. De heer Van der Wal: Onze fractie gaat akkoord met de hier voorgestelde elektriciteitstarieven voor 1984. Wanneer de geadviseerde verhoging van het tarief met 2% wel door was gegaan, dan had dat een verhoging van de woonlasten betekend. De tariefsverhoging gaat echter niet door en dat vinden wij een goede zaak. Ik heb mij wat verbaasd over het standpunt van de PvdA. Een jaar geleden heeft een meerderheid van de raad op voorstel van de PvdA de elektriciteitstarieven extra verhoogd. Die verhoging was groter dan de vergelijkbare provinciale tarieven en dat gebeurde om de lagere winst van het Gemeentelijk Electriciteitsbedrijf wat op te vijzelen. Wij hebben toen overigens tegen dat voorstel gestemd. Een jaar later stellen b. en w. voor die motie terug te draaien en het tekort weer wat te verhogen. Nu gaat de PvdA zonder slag of stoot met het collegevoorstel akkoord. Op zich vind ik dat natuurlijk een prima zaak, maar voor de duidelijkheid zou ik toch wel graag willen weten hoe het een en ander in elkaar zit. Hoe valt de opstelling van nu te rijmen met de beslissing van vorig jaar? De heer Miedema (weth.): Wij hadden in de begroting een meeropbrengst van 500.000,op basis van verhoging van de elektriciteitstarieven. De heer Meijerhof heeft een en ander correct voorgedra gen. De beslissing die het college genomen heeft, heeft op begrotingsbasis een tekort veroorzaakt van 559.000, Dat was een erg moeilijke beslissing. Wat zijn de overwegingen geweest die het college ertoe gebracht heeft dit voorstel te doen? Het gaat om twee overwegingen. Ik noem ze niet in volgorde van belangrijkheid, want dat vind ik erg moeilijk. De overweging die de heer Visser heeft genoemd hoort niet bij de overwegingen van het college. De eerste overweging van het college was dat het noodzakelijk is dat er binnen de provincie Friesland één tarief is. Wij zijn niet bereid binnen de ge meentegrenzen van Leeuwarden een hogere prijs te berekenen dan door de provincie Friesland wordt be rekend. Wij menen dat dat een slechte zaak is. De tweede overweging was dat het op dit moment ver hogen van het tarief in het kader van de woonlasten niet zou mogen. Deze twee overwegingen hebben het college ertoe gebracht om dit voorstel te doen. Men kan zich voorstellen dat een tekort op de begroting van 559.000,-- problemen oproept. Wij kunnen natuurlijk zeggen dat onze beslissing heel moedig is, dat dat misschien wel heel flink staat en dat dat ook heel goed overkomt. Maar wij kunnen ons ook afvragen hoe het een en ander financieel zit. Er is een aantal ontwikkelingen gaande. In de eerste plaats voelen de Samenwerkende Elektriciteits Pro- duktiebedrijven (SEP) steeds meer voor een totale produktie van elektriciteit voor heel Nederland. De centrales die op kolen gestookt worden moeten meer draai-uren maken en de centrales die op aardgas stoken minder. Dat voorstel zou inhouden dat in zijn totaliteit een lagere produktieprijs ontstaat, wat voor dit jaar en ook voor volgend jaar nog wel eens een bepaald bedrag zou kunnen opleveren. Het gaat hier om een voordeeltje dat op ons afkomt. Hier tegenover staat echter ook een aantal nadelen en daarnaast is de uitslag van de arbitrage niet onbelangrijk. Wij mogen aannemen dat de uitslag van de arbitrage voor één mei bekend is. Zwartgallig als het college soms is, hebben wij dan ook gezegd: in het geval dat alles tegen zit, dat de arbitrage niets oplevert, dat wij blijven zitten met een erg groot tekort en dat wij volgend jaar de tarieven ook niet met meer dan 2% mogen verhogen, kunnen wij alsnog tot een prijsverhoging besluiten. Die prijs verhoging hoeft niet per één januari, dat zou ook kunnen per één juli, als die verhoging maar een maand van tevoren wordt vastgesteld. De raad kan er echter van overtuigd zijn dat het college alles doet om de provincie te volgen en om de woonlasten zo weinig mogelijk te verhogen en op het peil te houden van dit moment. Maar als alles tegen zit, dan zullen wij ons zonodig met een voorstel tot de raad wenden over de dan ontstane situatie. Het college gaat er echter op dit moment vanuit dat dat niet nodig is. Ik hoop dat deze verklaring voldoende is voor het woord "zonodig". De heer Van der Wal heeft zich verbaasd. Ik moet daarop zeggen dat de gemeente Leeuwarden vo rig jaar de provincie niet heeft gevolgd. Wat was daarvan de reden? Veertien dagen voor de termijn dat de gemeente Leeuwarden haar tarieven moest vaststellen, kwam de provincie met een totaal afwijkend tarievenbeleid. Wij maakten ons toen grote zorgen dat het Ministerie van Economische Zaken dat tarief niet goed zou keuren. Het afwijkende tarievenbeleid van de provincie kwam ons, wat ons beleid be treft, erg slecht van pas. Bovendien was het tarievenbeleid van de provincie enig in Nederland. Op dat moment heeft het college gezegd dat wij niet aan het tarievenbeleid van de provincie meedoen en dat wij een eigen koers varen. De meerderheid van de raad is daar toen mee akkoord gegaan. Wij hebben nu gezegd dat wij vanaf dit moment gezamenlijk met de provincie één prijspeil voeren. Dat is het verschil tussen vorig jaar en dit jaar. De heer Meijerhof: De wethouder heeftal een deel van de beantwoording, die ik in de richting van de PAL-fractie nog verschuldigd was, overgenomen. De heer Van der Wal heeft het over een omme zwaai van onze fractie wat de standpuntbepaling betreft. Er zijn uiteraard verschillen tussen het voor stel voor de elektriciteitstarieven vorig jaar en dit jaar. Vorig jaar was de behandeling van het voorstel op 13 december en dit jaar is dat op 12 december. Voor de tarieven voor 1983 werd vorig jaar voorge steld - met dat voorstel konden wij het in principe wel eens zijn - om de provincie te volgen wat betreft het afschaffen van het vastrecht. Het bedrag voor het verbruik zou daardoor opgevoerd worden. Tenge-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1983 | | pagina 15