14 nota, enz., op naam van de schrijver. Ik sla wel even een paar woorden over, maar die zijn in dit ver band minder belangrijk. Als ik het een en ander zo lees, dan gaat het wel degelijk om drie facetten. Namelijk het materiaal zelf - de kosten die daarmee gemoeid zijn -, de verwerving van het materiaal - waarbij wij dan denken aan telefoontjes, briefjes schrijven, bezoeken brengen aan plaatsen waar ma teriaal bewaard wordt, kopieerkosten en dergelijke - en daarnaast de verwerking van het materiaal, waarbij het gaat om het op kaartjes zetten van het materiaal, het opslaan in mappen, enz. Ik heb al gezegd dat ik de aanvraag vele malen gelezen heb, omdat ik na de laatste commissiever gadering aan mijzelf begon te twijfelen. Ik kan de aanvraag niet anders lezen dan ik net verwoord heb. Bovendien is het naar mijn idee zo dat juist het materiaal - dus de boeken, nota's, tijdschriften, enz. - de basis vormt van het werk van het archief. Zonder dat kan men niet bestaan. Ik ben liet dan ook niet eens met het voorstel van het college op dit punt en ik heb een motie gemaakt om dat uit te spreken. De motie luidt als volgt. "De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 12 maart 1984, besluit het bezwaarschrift van de Stichting Lesbisch Archief Leeuwarden ge deeltelijk gegrond te verklaren en de Stichting een subsidie toe te kennen van 4.500,voor de verwerving en aanschaf van materiaal De motie is mede-ondertekend door de heer Schagen en mevrouw Van der Werf. Een volgend punt waarover wij met het college van mening verschillen betreft het JOL. Door het bestuur van het JOL is in de periode van tervisielegging een aanvullend subsidieverzoek ingediend ten behoeve van de voortzetting van het project Houtwerkplaats en het opzetten van een project custom- painting. Beide projecten zijn door de raad afgewezen bij de behandeling van de subsidiëring projecten Mensen Zonder Werk in de raadsvergadering van 30 januari j.l. Bij die gelegenheid is door mijn frac tiegenoot, de heer Schagen, al aangekondigd dat wij het belangrijk vinden dat beide projecten door gang kunnen vinden en dat wij er bij de behandeling van dit sociaal-cultureel programma op terug ko men. Het college stelt nu voor om voor beide projecten gezamenlijk een bedrag van 8.945,-- be schikbaar te stellen. Door het bestuur van het JOL is de aanvankelijke aanvraag van ruim 19.000, uitgekleed tot 12.145, Wij hebben een brief op onze tafels gevonden waarin dat ook voorgerekend wordt. Een verschil dus van ongeveer 3.200, Dit verschil zit voor het grootste deel in de kosten van de docent custompainting. Wij zijn het met het college eens dat het een dure docent is. Gezien echter het feit dat deze docent wat custompainting betreft de enige in Nederland is en dit project zon der hem dus niet plaats kan vinden, terwijl er bij de deelnemers van het JOL wel veel belangstelling voor bestaat, vinden wij dat in dit geval afgeweken moet worden van de norm van 75,per dagdeel. Ook hiervoor heb ik een motie gemaakt, die als volgt luidt. "De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 12 maart 1984, besluit aan de Stichting Jongerenontmoetingscentrum Leeuwarden een subsi die toe te kennen van 12.145,ten behoeve van het project Custompain ting en het project Houtwerkplaats." De motie is mede-ondertekend door de heer Schagen en mevrouw Van der Werf. Dan een opmerking naar aanleiding van een brief van het buurtbestuur Wielenpolle. Het buurtbe- stuur vraagt om ons niet nu al uit te spreken tegen een mogelijke uitbreiding van de Kobbekooi, maar eerst een aanvraag van het bestuur af te wachten. Wij willen aan dit verzoek tegemoet komen en ons op dit moment niet tegen uitbreiding uitspreken. Een en ander betekent overigens niet dat wij dus automa tisch voor de uitbreiding zouden zijn. Tenslotte moet mij nog van het hart dat ik blij ben dat op de valreep een oplossing is gevonden voor de problematiek van de Leeuwarder Speeltuincentrale. De heer Buurman: Aan het ons aangeboden Programma Sociaal-cultureel Werk 1984 is, evenals vo rig jaar, veel voorbereidend werk voorafgegaan. Daarvoor en voor de wijze van presentatie is een woord van waardering aan het adres van de portefeuillehouder en de desbetreffende ambtenaren zeker op zijn plaats. Wellicht zal een zekere mate van automatiseren in de toekomst leiden tot doelmatiger ver werking. De zojuist geuite waardering slaat naar mijn oordeel niet op alle subsidievoorstellen die in dit programma zijn opgenomen. Zij dragen duidelijk de sporen van het Sociaal-cultureel Plan 1982-1985, dat is vastgesteld voor mijn entree in de raad, en van voortgaand beleid. Vanuit mijn opstelling is het niet eenvoudig om ermee te leven. Ik beschouw het plan min of meer als een gegeven. Mijn kritische benadering van kinderopvang, emancipatie, etc. mag ik zo langzamerhand als bekend veronderstellen. 15 Ik ga dat vanavond niet opnieuw naar voren brengen. De behandeling in de gemeenteraad van de Alge mene Subsidieverordening inclusief de Sub-Verordening Specifiek Welzijn zal gelegenheid bieden nader van mijn standpunt blijk te geven. Eén subsidie-aanvraag springt er duidelijk uit en vraagt dan ook een aparte behandeling. Het gaat om de subsidie-aanvraag van de Stichting Lesbisch Archief Leeuwarden, onder de subsidie-titel Emanci patiewerk. Ik zou mij kunnen indenken dat een gemeenteraadslid van de VVD of de PvdA als volgt re deneert: ik voel er eigenlijk niet zoveel voor, ik stel in deze tijd andere prioriteiten. Is de portefeuil lehouder ermee klaar wanneer hij stelt: denk om de regels, let op de criteria? Is de gedachte die in CDA-kring wordt vernomen niet aanvechtbaar: je moet aan betrokkenen recht doen, gerechtigheid be trachten, publieke gerechtigheid, je moet ieder de ruimte geven? Voor de inhoud is de stichting zelf verantwoordelijk? Is dat zo? Ja, voor zover dit in het persoonlijk vlak zou liggen. Maar hier is toch wezenlijk wel wat anders aan de hand. Bedoelde stichting vraagt subsidie aan de gemeentelijke over heid. Wat is subsidie anders dan een in geld waardeerbare bijdrage van de overheid aan particulieren of particuliere instellingen ten behoeve van de door de overheid positief gewaardeerde activiteiten van deze particulieren? Wat de doelstelling en de werkzaamheid van deze stichting betreffen is hier sprake van evidente strijd met Gods geboden. Dit is een zaak die strijdt met universeel christelijke normen voor de ontwikkeling en de bescherming van de openbare samenleving. De overheid heeft de hoge roe ping Gods dienaresse te zijn. Zij beteugelt de ongebondenheid van de mensen. Zij gaat de verloedering tegen. Wanneer het gaat om gerechtigheid, publieke gerechtigheid, dan verwijst mijn fractie naar on aantastbare waarden en de daarop berustende instituties als huwelijk en gezin. Als de tijdgeest bezig is die waarden te ondergraven, als de gemeentelijke overheid meent het ondermijnen van die waarden te moeten subsidiëren, dan staat een vertegenwoordiger van christelijke partijen pal in de verdediging van die waarden. Ik ben mij ervan bewust ten dezen in het isolement te staan. Ik begeer dat isolement niet, het wordt mij opgedrongen. De stichting zal volgens het voorstel 3.975,aan subsidie ontvangen. Dat is 3.975,teveel, mijnheer de voorzitter. Mevrouw Van der Werf: Ik had mijn verhaal willen beginnen met een paar algemene opmerkingen over dit Programma Sociaal-cultureel Werk. Maar daar kom ik zo meteen wel op. Ik wil eerst beginnen met het subsidieverzoek van het Lesbisch Archief, want ik moet zeggen dat ik mij in erge mate kwaad maak - "kwaad" is eigenlijk niet eens het juiste woord - over de woorden van de heer Buurman. Als datgene wat hier door de heer Buurman beweerd wordt buiten de raadzaal gezegd zou worden, dan zou hij zonder meer in aanmerking komen voor vervolging wegens discriminerende uitlatingen. Ik wil mij namens mijn fractie van harte aansluiten bij de positieve waardering, die mevrouw Vlietstra namens de PvdA heeft uitgesproken voor de activiteiten van het Lesbisch Archief. Ik vind het belangrijk om dat te doen, omdat ik steeds meer de indruk heb dat discussies over de subsidieverzoeken van het Lesbisch Ar chief helemaal niet gaan over de hoogte van het subsidie, maar veel meer gaan over de opvattingen die mensen in deze raad zoal hebben over lesbiennes en homosexuelenIk zou de heer Boelens willen vra gen wat hij bedoelt met de opmerking dat binnen het CDA op levensbeschouwelijke gronden bezwaren bestaan tegen het Lesbisch Archief. Ik vind dat de fractie van het CDA duidelijk moet stellen wat daar mee bedoeld wordt. Met een dergelijke vage formulering kan ik geen kant op. Wat het subsidieverzoek zelf betreft het volgende. Wij hebben ons verbaasd over de zinsnede in de Nadere Standpuntbepaling en Nota van Wijzigingen behorende bij het Programma Sociaal-cultureel Werk 1984: "Het resterende bedrag van 5.000,bestemd voor overige kosten als leges, kopieer werk, correspondentie e.d., wordt - ook in vergelijking met andere instellingen - niet reëel geacht." Een verbazing die nog groter wordt als uit de raadsbrief blijkt dat met die "andere instellingen" de Stichting Vrouwenhuis Friesland en het Comité Kniertje worden bedoeld. Dat zijn naar ons idee toch volstrekt niet vergelijkbare grootheden. Het gaat hier om een archief dat, en dat zal lijkt mij voor ie dereen wel duidelijk zijn, veel hogere kosten maakt voor leges, correspondentie en kopieerwerk en ook verwerving. Een groot deel van de voorwaardenscheppende activiteiten van het Lesbisch Archief bestaat daaruit. Het zou dan ook in mijn ogen reëel zijn, als er dan zo nodig vergeleken moet worden, om een vergelijking te maken met andere archieven. Maar daar heeft het college zich naar mijn idee niet mee beziggehouden. Het college stelt dat uit de subsidie-aanvraag niet blijkt dat bet hier niet alleen gaat om de kosten van verwerking, maar ook om de kosten van verwerving. Mevrouw Vlietstra heeft dat ook al heel duidelijk voorgelezen. Ik begrijp het niet. Ik lees heel duidelijk uit de subsidieformulering dat het gaat om het zoeken, het informeren en de aanschaf van materiaalMet andere woorden, het lijkt mij haast te kinderachtig om hierover op deze manier te discussiëren. De aanvraag is duidelijk, evenals de mondelinge toelichting. Het gaat niet alleen om kaartenbakjes, maar ook om andere zaken. Als laatste punt wil ik opmerken dat het archief wel degelijk - ik heb het ook al gezegd - iets anders is dan

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1984 | | pagina 8