54 is
regelen die de raad in de afgelopen jaren ten aanzien van dit fonds heeft genomen. Het beleidsuitgang!
punt dat stadsvernieuwing een hoge prioriteit heeft wordt door mijn fractie onderschreven en nog steeds
onderstreept. De nu voorgestelde aanpassing noopt mij echter te stellen dat wij, wanneer wij nog lang
zinvol gebruik willen maken van dit fonds, met uiterste omzichtigheid te werk moeten gaan en slechts
panden voor rehabilitatie in aanmerking moeten laten komen die dit waard zijn.Wij kunnen instemmen
met het voortaan corrigeren van de jaarlijkse storting in het fonds voor eventuele mutaties in de rente
stand. Wij kunnen eveneens instemmen met de voorgestelde verlaging van de storting in het fonds met
406.000,-- aangezien een en ander kan gebeuren zonder het volume van de stadsvernieuwing aan te
tasten. Toch, mijnheer de voorzitter, blijft het oppassen geblazen met dit soort correcties.
Wij blijven kritisch staan tegenover een verlaging van de onderhoudsposten voor straten en pleiner
omdat het hier voorzieningen betreft die tot de eigenlijke taak van de gemeentelijke overheid behoren
en het voorzieningen zijn die door hun aard aan alle burgers gelijkelijk ten goede komen. Wij kunnen
dit niet vaak genoeg benadrukken. Bovendien zijn het voorzieningen die mede het aanzien van de stad
bepalen. Wij moeten daarmee tevens bewijzen dat Leeuwarden zijn centrumpositie waard is. Onze
fractie geeft prioriteit aan dit soort voorzieningen boven voorzieningen die slechts bepaalde groepen er
beperkte doelen bereiken. Ik kom op dit punt aan het eind van mijn betoog terug.
In het kader van het verminderen van de straatverlichting wil ik wijzen op een rapport van de
Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid. Deze stichting stelt in het rapport dat het
bezuinigen op de straatverlichting tot direct gevolg heeft dat er meer gewonden per jaar in het verkeer
zullen vallen en dat vooral oudere mensen zich in de avonduren wellicht minder veilig op straat zullen
voelen
Omtrent de kosten van de parkeercontrole zal worden gezocht naar efficiencyverbeteringen, zegt
het herwaarderingsvoorstelEr wordt thans voorgesteld het personeelsbestand via natuurlijk verloop te
verkleinen. Wij vragen ons af of daardoor de efficiency dermate verbetert dat een zelfde toezicht als
tot nu toe gewaarborgd blijft.
In de sector Onderwijs wordt een groot bedrag aan besparingen gerealiseerd. Het blijkt nu dat gedachter
die wij enkele jaren geleden te berde brachten en mogelijkheden waarop wij toen wezen nu toch worde:
gerealiseerd. Wij hebben dan ook een positieve waardering voor de in deze sector gedane voorstellen.
Ik wil niet nalaten een reactie te geven op de opmerking van de heer Pruiksma over de houding van
PvdA en VVD ten opzichte van het bijzonder onderwijs. De heer Pruiksma stelt dat het bijzonder onder
wijs van de PvdA en de WD niets heeft te verwachten. Nu hoef ik de PvdA niet te verdedigen, die is
daar zelf mans genoeg voor. Wat de WD betreft wil ik stellen dat de heer Pruiksma voor zijn bewering
totaal geen argumenten heeft. Ik noem het dan ook een loze kreet en wijs hem dan ook van de hand.
In de sector Nutsbedrijven stelt het college voor een bedrag te onttrekken aan onderhoud. Ook hier
geldt weer wat voor meerdere sectoren van toepassing is en was, namelijk dat besparingen in onderhoud
en in de voorzieningensfeer ons aan het einde van de rit toch weer worden gepresenteerd. Wij vinden
evenals de heer Pruiksma, die dit punt, zij het in een ander verband, eveneens aanhaalde, dat er best
eens kan worden gediscussieerd over de vraag of de Nutsbedrijven met hun monopolistische positie
inderdaad zulke grote winsten moeten maken.
Sector Reiniging en Brandweer. Mijn fractie is van oordeel dat het reinigingsniveau van onze stad zeer
laag geworden is. In het centrum van de stad, ook in de omgeving van het stadhuis, is de vervuiling
duidelijk zichtbaar. Vervuiling van straten en plantsoenen vormt een bron van ergernis voor vele menser
Misschien is het college van mening dat de invoering van de mini-containers een rol kan spelen in de
bestrijding van de vervuiling, maar naar mijn gevoel kan dat feit weinig invloed hebben op het vele
vuil in het centrum van de stad en de directe omgeving daarvan. Ook op dit punt kom ik aan het eind
van mijn betoog nog terug.
Ook ziet mijn fractie problemen wanneer de sterkte van de repressieve dienst van de brandweer met
een man tot zeventien man per ploeg wordt verminderd. De Inspectie van het brandweerwezen acht imi#
een bezetting van 21 man eigenlijk noodzakelijk? Uit de reacties van de brandweercommandant en van
de medezeggenschapscommissie van de brandweer is al naar voren gekomen dat de consequenties van
deze inkrimping zullen zijn dat de brandweer na een eerste alarm niet direct in staat is een complete
tweede ploeg beschikbaar te hebben. Hoe denkt het college dit soort problemen op te vangen? Boven
dien baart ons de voortgaande vergrijzing van het personeel van de brandweer grote zorgen en realiseren
wij ons heel goed dat het aantal bij de dienst beschikbare duikers, bij ongunstig personeelsverloop tot
1988, zal afnemen tot drie man per ploeg. Onze fractie is van mening dat het niet verantwoord is de
ploegen nu nog kleiner in aantal te laten worden. Verdere inkrimping op de bescherming en de veilig-
552/
heid van burgers en hun goederen mag niet worden geaccepteerd. Ook voor deze sector geldt mijn op
merking dat uitstel van onderhoud en vervanging een vooruitschuiven van de problemen is.
De sectoren Marktwezen en Frieslandhal, Economische Aangelegenheden, Volksgezondheid en Maatschappelijke
Aangelegenheden geven ons geen reden tot kritiek. Wij gaan akkoord met de voorstellen.
Iets heel anders is de sector Cultuur. Hier manifesteert zich nu reeds datgene wat wij in onzealgemene
beschouwingen in december 1983 naar voren hebben gebracht, namelijk dat door de verschuiving van de
Stichting Echo van de sector Samenlevingsopbouw en Jeugdwerk naar de sector Cultuur de ontstane te
korten gedekt moeten worden door projecten uit de sector Cultuur. Het is begrijpelijk dat men in de
sector Cultuur niet staat te juichen over deze verschuiving, die zeker een nadelige uitwerking voor deze
sector met zich meebrengt. Het komt erop neer dat een museum als het Princessehof nu een extra bedrag
van 17.000,-- moet inleveren dat de Stichting Echo nog ergens tekort komt. Wij blijven ons tegen de
verschuiving van de Stichting Echo van de beleidssector Samenlevingsopbouw en Jeugdwerk naar de
beleidssector Cultuur verzetten. In het voorstel zegt het college al dat men er vrij algemeen voor voelt
het voorstel voor Echo in het kader van het culturele beleid van de gemeente te behandelen. Bij het
formuleren van deze zin is er wellicht rekening mee gehouden dat de VVD, gezien haar reactie in
december, het niet met de verschuiving eens is. Het Princessehof is een instituut dat in Leeuwarden,
Europa en over de hele wereld grote faam heeft verworven vanwege zijn collectie. Velen van ver buiten
Leeuwarden vinden hun weg naar onze stad via het Princessehof. De bloemententoonstelling die enkele
weken geleden heeft plaatsgevonden heeft aangetoond dat ook vele burgers van Leeuwarden hun weg
naar het museum hebben weten te vinden. Wij zijn daarom van mening dat er aan de voorzieningen van
het Princessehof niet meer moet worden gesnoeid. Het experiment Echo - een erfenis van Hippo - be
oordelen wij op zijn eigen merites en het doet dan niet ter zake of een en ander zich in de sector
Samenlevingsopbouw en Jeugdwerk of in de sector Cultuur afspeelt. Het experiment Echo is naar onze
menig een zeer eenzijdig experiment dat slechts aan een bepaald aantal inwoners van Leeuwarden ten
goede komt en wij vinden dat dit soort zaken in deze moeilijke tijd zeker niet kan en mag geschieden
op kosten van de gemeenschap. De VVD-fractie is van oordeel dat het in deze tijd van bezuiniging vol
strekt onverantwoordelijk is een grote som geld te besteden aan een experiment dat aan zeer weinig
burgers ten goede komt, terwijl elders voorzieningen met een algemeen karakter worden gekapt.
Ik kom aan het eind van mijn betoog hierop weer terug.
Zoals reeds door de vorige sprekers naar voren is gebracht, blijkt in de sector Sport, Recreatie en Toerisme
duidelijk dat een aantal zaken niet goed is doorgesproken. Uit de reacties van onder anderen de zwem
verenigingen blijkt dat de voor de zwembaden voorgestelde besparingen zeer nadelige consequenties voor
de zwemverenigingen met zich meebrengen. Het is wellicht mogelijk hierover alsnog overleg te plegen.
De brief van de zwemverenigingen, waarvan de voorzitter van de raad heeft gezegd dat hij deel uitmaakt
van de discussie, geeft daartoe duidelijk aanleiding.
Op de voorstellen in de sector Samenlevingsopbouw en Jeugdwerk hebben wij, behalve op het voorstel voor
Echo, geen kritiek.
Samenvattend, mijnheer de voorzitter, wil ik naar voren brengen dat de VVD-fractie het niet juist acht
dat algemene voorzieningen als straatverlichting, het schoonhouden van straten en plantsoenen, het
onderhoud van straten en pleinen en het Princessehof, dat door de aard van het instituut ook best als een
algemene voorziening mag worden gezien, nog meer achteruit gaan. Wij geven daarom in deze herwaar
deringsronde voorrang aan de algemene voorzieningen boven het experiment Echo. Wij menen dat Echo
in deze tijd van economische recessie het geld niet moet hebben. Er is een tijd geweest, zo'n 15 jaar
geleden, dat experimenten gemakkelijk konden worden gerealiseerd. Er was voldoende geld en overal
was wel een potje voor te vinden. Vandaag de dag moet er bezuinigd worden en wij vinden dat er op
een dergelijk moment geen nieuw experiment op touw moet worden gezet. De VVD heeft haar keuze
gemaakt! Wij hebben daarom een motie gemaakt die wij hierbij indienen en die luidt als volgt:
"De raad der gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 25 april 1984,
behandelende agendapunt 32,
constaterende
- dat een aantal algemene voorzieningen hierdoor tot een zeer laag niveau
zullen dalen
- dat het hier voorzieningen betreft in de sectoren
